Organisatie | Nijmegen |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Subsidieverordening Ondernemersfonds |
Citeertitel | Subsidieverordening Ondernemersfonds |
Vastgesteld door | gemeenteraad |
Onderwerp | financiën en economie |
Eigen onderwerp | economie ondernemingen fonds subsidie |
Geen
Gemeentewet, artikel 147
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
06-09-2006 | 06-09-2006 | 19-05-2011 | Onbekend | 20-12-2006 Gemeenteblad 2007/023 | Raadsvoorstelnummer 259/2006 |
Subsidieverordening Ondernemersfonds
Artikel 2. Doelstelling Ondernemersfonds
Doelstelling van het Ondernemersfonds is het steunen van projecten die een bijdrage leveren aan de verbetering van het ondernemersklimaat in de gemeente Nijmegen waartoe ook de bedrijventerreinen Bijsterhuizen en West Kanaaldijk/De Sluis gerekend worden.
Voordat door of namens een van de organen op een aanvraag om subsidie wordt beslist wordt het advies gevraagd van een adviescommissie, de “Taskforce Ondernemersfonds”.
Artikel 13. Uitvoeringsovereenkomst
Het College is bevoegd om een uitvoeringsovereenkomst met de subsidieaanvrager te sluiten ter uitvoering van de beschikking tot subsidieverlening.
Artikel 14. Intrekking, wijziging van de subsidieverlening
Behalve in de gevallen genoemd in de Algemene wet bestuursrecht kan het college de subsidie intrekken of het subsidiebedrag ten nadele van de subsidieontvanger wijzigen indien:
Artikel 15 Algemene subsidieverordening
De Algemene subsidieverordening Gemeente Nijmegen 2002 is niet van toepassing op
Deze verordening treedt met ingang van 6 september 2006 in werking.
Algemene toelichting op de Subsidieverordening Ondernemersfonds
Artkel 1. Begripsomschrijvingen
Artikel 2. Doelstelling Ondernemersfonds
De verordening bevat een zo breed mogelijk geformuleerde doelstelling, mede recht doende aan door de gemeente Nijmegen met het MKB afgesloten Convenant.
De bedrijventerreinen, die feitelijk net buiten Nijmegen zijn gelegen mogen ook aanvragen indienen. Dit is zo gekozen om aan te sluiten bij de Individuele Scholingsregeling Gemeente Nijmegen.
De subsidieverlening is uiteindelijk bedoeld voor ondernemers. Aan de rechtsvorm zullen wel eisen worden gesteld in artikel 5.
Als het om subsidieaanvragen gaan die minder dan € 50.000, bedragen, zal de portefeuillewethouder gemandateerd worden. Hiervan wordt in het Raadsvoorstel melding gemaakt.
De bestaande, uit vertegenwoordigers van geledingen van het bedrijfsleven bestaande, TaskforceOndernemersfonds zal in de opzet van de verordening aan het gemeentebestuur adviseren overconcrete subsidieaanvragen.
De subsidieaanvragen moeten een collectief belang dienen. Om dit zoveel mogelijk te waarborgen, worden er eisen gesteld aan de rechtsvorm van de aanvrager. Verenigingen naar burgerlijk recht, stichtingen en ontwikkelpartnerschappen kunnen aanvrager zijn. Het ontwikkelpartnerschap is een tijdelijk samenwerkingsverband tussen partners om een project voor te bereiden en voor te dragen voor subsidiëring. In dat geval treedt één van de deelnemende partners in het ontwikkelpartnerschap op als subsidie-aanvrager. De aanvrager draagt zorg voor eventuele benodigde co-financiering (aanvullende financiering) en voor een samenwerkingsovereenkomst. De aanvrager is eindverantwoordelijk voor het project.
Artkel 6. Algemene voorwaarden voor subsidiëring
Lid 2, onder d: hier is bedoeld dat de gevraagde bijdrage nodig is om het project te financieren. Op het moment dat er ook op andere wijze financiering voor het project voorhanden is, is er geen sprake meer van additionaliteit.
Lid 3. Kosten van het indienen van de subsidieaanvraag komen niet voor subsidie in aanmerking. Hierbij valt te denken aan kosten van een subsidieadviesbureau.
Artikel 7. Inhoudelijke beoordelingscriteria voor subsidiëring
Het moet bij voorkeur gaan om vernieuwende projecten, die iets toevoegen aan het bestaande aanbod in NIjmegen. Projecten die vernieuwingskracht hebben en origineel zijn.
Het project moet ten minste aan één van de gestelde criteria voldoen.
Onder subsidiabele kosten worden verstaan die kosten die rechtstreeks toe te rekenen zijn c.q. onlosmakelijk verbonden zijn aan het project. Alleen deze kosten komen voor subsidie in aanmerking.
In het algemeen geldt voor de in de aanvraag opgenomen kostensoorten dat:
De ‘de minimis’ bepaling houdt in dat het totale bedrag aan verleende staatsteun (subsidie of subsidie-equivalent)aan eenzelfde onderneming niet hoger mag zijn dan 100.000 euro over een periode van drie jaar, zonder de expliciete goedkeuring van de Europese Commissie. Voor het vaststellen van de bijdragen dient voldaan te worden aan de hierop betrekking hebbende richtlijnen van de EU (Verordening (EG) nr. 69/2001 van de Commissie van 12 januari 2001 betreffende de toepassing van de artikelen 87 en 88 van het EG-verdrag op de minimis-steun.
In de beschikking wordt de hoogte van het subsidiebedrag vastgesteld. Als het project in de uitvoering duurder wordt kan er geen extra subsidie worden verkregen.
Wordt het project goedkoper, dan dient het ongebruikte deel van de subsidie te worden teruggestort.
Artikel 9. Aanvraag en te overleggen gegevens
Lid 1, onder a. Onder een begroting wordt verstaan het totaal van de te maken kosten voor het project, met verifieerbare onderbouwingen.
Lid 1, onder b. Onder een financieringsplan wordt verstaan het totaal aan financiering dat voorhanden is voor het project, waaronder eigen bijdragen, andere subsidies en het tekort dat bij het Ondernemersfonds wordt gevraagd. Indien er andere wijzen van financiering in het project aanwezig zijn, dient dit aangetoond te worden.
Lid 1 onder c. De kopie van de inschrijving bij de Kamer van Koophandel mag niet ouder zijn dan 3 maanden.
De verklaring Omtrent het Gedrag voor rechtspersonen (VOGrp) is een instrument waarmee rechtspersonen hun integriteit kunnen tonen aan partners, bedrijven en overheden. De VOGrp is een verklaring van de Minister van Justitie dat, voor het doel waarvoor de VOGrp is aangevraagd, hem niet is gebleken van bezwaren tegen de betreffende rechtspersoon. Het Centraal Orgaan Verklaring Omtrent het gedrag (COVOG) geeft de verklaring namens de Minister af.
Als een rechtspersoon een VOGrp heeft aangevraagd, doet het COVOG onderzoek naar de rechtspersoon en alle natuurlijke personen met sleutelposities binnen deze rechtspersoon. Dit zijn de bestuurders, maten, vennoten of beheerders. Het COVOG verzamelt gegevens bij onder andere het Centraal Justitieel Documentatieregister, de documentatie vennootschappen en het Openbaar Ministerie. Alle gegevens worden in samenhang gewogen en beoordeeld. Binnen maximaal acht weken na ontvangst van de aanvraag wordt een beslissing op de aanvraag genomen.
Artikel 10. Voorschotverlening
Lid 4. Die subsidie-aanvrager dient binnen drie maanden na de einddatum (zoals opgenomen in de uitvoeringsovereenkomst/beschikking) van het project een volledige, naar daadwerkelijke uitgaven en inkomsten gespecificeerde en naar waarheid ondertekende einddeclaratie in, voorzien van een financieel-inhoudelijk eindverslag, waaruit tevens blijkt dat aan alle subsidievoorwaarden is voldaan en voorzien van een verzoek tot definitieve vaststelling van de subsidie.
Artkel 11. Rapportageplicht en evaluatie
De einddeclaratie is voorzien van een verklaring van een accountant als bedoeld in artikel 2:393, eerste lid van het Burgerlijk Wetboek, indien het subsidiebedrag € 22.689,-- of meer bedraagt.
Artikel 13. Uitvoeringsovereenkomst
In een dergelijke overeenkomst, ter uitvoering van de subsidiebeschikking waarin de belangrijkste voorwaarden zijn opgenomen, kunnen nadere afspraken worden vastgelegd over de uitvoering van de bij de subsidiebeschikking opgelegde verplichtingen.