Organisatie | Schouwen-Duiveland |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Verordening op de heffing en invordering van toeristenbelasting Schouwen – Duiveland 2017 |
Citeertitel | Verordening toeristenbelasting Schouwen-Duiveland 2017 |
Vastgesteld door | gemeenteraad |
Onderwerp | financiën en economie |
Eigen onderwerp |
Geen
Geen
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
22-12-2016 | 01-01-2018 | Nieuwe regeling | 22-12-2016 | 22-12-2016/11 |
Ter zake van het houden van verblijf met overnachtingen binnen de gemeente tegen vergoeding in welke vorm dan ook door personen die niet als ingezetene met een adres in de gemeente in de basisregistratie personen zijn ingeschreven, wordt onder de naam ‘toeristenbelasting’ een directe belasting geheven.
De belasting wordt niet geheven ter zake van het verblijf:
van een vreemdeling als bedoeld in artikel 29, eerste lid, van de Vreemdelingenwet 2000, die rechtmatig in Nederland verblijft in de zin van artikel 8, letters c, d, f, g, h, van voornoemde wet, en voor zover deze persoon verblijf houdt in een gelegenheid als bedoeld in artikel 1 van de verordening, onder verantwoordelijkheid van het Centraal Orgaan Opvang Asielzoekers.
Artikel 4. Maatstaf van heffing
De belasting wordt geheven naar het aantal overnachtingen in het belastingjaar. Het aantal overnachtingen wordt gesteld op het aantal overnachtende personen vermenigvuldigd met het aantal nachten dat zij verblijf houden.
Artikel 5. Forfaitaire berekeningswijze van de maatstaf van heffing
Voor de toepassing van dit artikel wordt verstaan onder:
permanente standplaatsen:in afwijking van de omschrijving als opgenomen in de onder sub a genoemde “Nota kamperen”, wordt hieronder verstaan: standplaatsen bestemd voor het plaatsen van een kampeermiddel of een kampeerhuisje en twee bijzettentjes van maximaal acht vierkante meter, dat gedurende het gehele jaar aanwezig mag zijn ten behoeve van recreatiefnachtverblijf en waarbij de standplaatsen niet ter beschikking wordt gesteld voor de volgtijdig plaatsing van verschillende kampeermiddelen.
seizoenplaatsen:standplaatsen, permanent of niet – permanent, die ter beschikking wordt gesteld voor de plaatsing van een kampeermiddel gedurende een zomerseizoen, dat na afloop van het seizoen van de plaats verwijderd wordt en waarbij de standplaatsen niet ter beschikking wordt gesteld voor de volgtijdige plaatsing van verschillende kampeermiddelen;
Bij de forfaitaire berekening voor kampeermiddelen op niet – permanente standplaatsen wordt per standplaats:
a.1. het aantal overnachtende personen gesteld op 2,6 personen
indien sprake is van een voorseizoenarrangement.
a.2. het aantal overnachtende personen gesteld op 2,6 personen
indien sprake is van een verlengd voorseizoenarrangement;
a.3. het aantal overnachtende personen gesteld op 2,4 personen
indien sprake is van een naseizoenarrangement;
a.4. het aantal overnachtende personen gesteld op 2,1 personen
indien sprake is van een maandarrangement
a.5. het aantal overnachtende personen gesteld op 2,1 personen
indien sprake is van een winterarrangement.
b.1. het aantal nachten gesteld op 29 nachten indien
sprake is van een voorseizoenarrangement;
b.2. het aantal nachten gesteld op 39 nachten indien
sprake is van een verlengd voorseizoenarrangement;
b.3. het aantal gesteld op 14 nachten indien
sprake is van een naseizoenarrangement;
b.4. het aantal nachten gesteld op 12 nachten indien
sprake is van een maandarrangement;
Geen belastingaanslag wordt opgelegd indien het aantal overnachtingen, waartoe gelegenheid wordt of is gegeven, tijdens het belastingjaar minder dan tien zal of heeft belopen.
Artikel 10. Termijnen van betaling
In afwijking van het eerste lid geldt dat, zolang de verschuldigde bedragen door middel van automatische incasso kunnen worden afgeschreven, de aanslagen moeten worden betaald in zoveel gelijke termijnen, als er na de maand van de dagtekening van het aanslagbiljet nog maanden tot 31 december in het kalenderjaar waarin de aanslagen worden opgelegd
overblijven, met dien verstande dat het aantal termijnen tenminste vijf en ten hoogste tien bedraagt. De eerste termijn vervalt één maand na de dagtekening van het aanslagbiljet elk van de volgende termijnen telkens een maand later.
De belastingplichtige bedoeld in artikel 2, eerste lid, is gehouden, voordat hij voor de eerste na het in werking treden van deze verordening gelegenheid tot overnachten verschaft, zulks schriftelijk te melden aan de door het college van burgemeester en wethouders aangewezen
gemeenteambtenaren, bedoeld in artikel 231, tweede lid, onderdelen b en d, van de Gemeentewet.
Artikel 13. Nadere regels door het college van burgemeester en wethouders
Het college van burgemeester en wethouders kan nadere regels geven met betrekking tot de heffing en invordering van de toeristenbelasting.
De “Verordening toeristenbelasting Schouwen-Duiveland 2016” van 17 december 2015, wordt ingetrokken met ingang van de in artikel 15, tweede lid genoemde datum van ingang van de heffing, met dien verstande dat zij van toepassing blijft op de belastbare feiten die zich voor die datum hebben voorgedaan.