Organisatie | Zoetermeer |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Telecommunicatieverordening 2008 gemeente Zoetermeer |
Citeertitel | Telecommunicatieverordening 2008 gemeente Zoetermeer |
Vastgesteld door | gemeenteraad |
Onderwerp | ruimtelijke ordening, verkeer en vervoer |
Eigen onderwerp | economie, volkshuisvesting en milieu |
Geen
Telecommunicatiewet, art. 5.2, lid 4
1.Geen.
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
29-12-2008 | 01-01-2018 | nieuwe regeling | 08-12-2008 Postiljon 11-12-2008 | 080562 | |
29-12-2008 | nieuwe regeling | 08-12-2008 Postiljon 11-12-2008 | 080562 |
Artikel 1: Begripsomschrijvingen
In deze verordening wordt verstaan onder:
Telecommunicatienetwerk artikel 1.1, onder h, van de wet;
bedoeld in artikel 5.15, van de wet, en kabels;
communicatienetwerk als bedoeld in artikel 5.1, eerste lid, van de wet;
bedoeld in artikel 5.2, eerste lid, van de wet;
elektronisch communicatienetwerk verbindt met een netwerkaansluitpunt als bedoeld onder artikel 1.1, onder k, van de wet;
Artikel 2: Wijze van melding van voorgenomen werkzaamheden
Indien de werkzaamheden mede betrekking hebben op gronden van een andere gedoogplichtige dan de gemeente, wordt het college uiterlijk vier weken na ontvangst van de melding in het eerste lid schriftelijk in kennis gesteld van de resultaten van het overleg tussen de aanbieder en de andere gedoogplichtige.
Ingeval van spoedeisende werkzaamheden ten gevolge van ernstige belemmering of storing van de communicatie in de zin van artikel 5.6, tweede lid, van de wet volstaat de aanbieder met een melding voorafgaand aan de start van de werkzaamheden. De aanbieder maakt achteraf zo spoedig mogelijk melding van de werkzaamheden via een door de burgemeester vast te stellen formulier aan de burgemeester of een daartoe gemachtigde ambtenaar.
Artikel 4: Gegevensverstrekking
2e Een opgave van de objecten die ten tijde van de werkzaamheden worden geplaatst, alsmede van de gewenste situering daarvan;
3e Een omschrijving van de opbrekingen van de verharding;
4e De doorsnede van de kabel en indien van toepassing de kabelgoot;
5e De opgave van ondergrondse (handholes en dergelijke) of bovengrondse kasten waarvoor geen bouwvergunning noodzakelijk is, alsmede de situering en afmetingen daarvan;
6e Naam, (e-mail)adres, telefoon- en faxnummer van de contactpersoon, aannemers of onderaannemers die belast zijn met de werkzaamheden en van een door hen aangewezen contactpersoon die ten tijde van de uitvoering van de werkzaamheden vierentwintig uur per dag bereikbaar is in verband met mogelijke calamiteiten;
7e De maatregelen die de bereikbaarheid van de in de openbare grond aanwezige kabels en leidingen waarborgen;
8e De bereikbaarheid van percelen en opstallen in de nabijheid van de uit te voeren werkzaamheden;
9e Alle overige van belang zijnde feiten en omstandigheden gelet op de in artikel 5.4 leden 2 en 3 van de wet genoemde belangen;
2.Het college kan nadere regels stellen aan de gegevens die bij de melding worden verstrekt alsook over de wijze waarop deze gegevens worden verstrekt
Artikel 6: Beslistermijn en aanhouding
Een beslissing op een melding als bedoeld in artikel 2, eerste lid, van deze verordening wordt genomen uiterlijk acht weken na ontvangst van de melding. Indien een beschikking niet binnen acht weken kan worden gegeven, deelt het college dit aan de aanvrager mede en noemt het daarbij een redelijke termijn waarbinnen de beschikking wel tegemoet kan worden gezien.
Artikel 7: Voorschriften en beperkingen bij instemming
Het college kan nadere regels stellen omtrent het tijdstip, de plaats en de wijze van uitvoering bij aanleg, onderhoud, verplaatsing en opruiming van kabels, het bevorderen van medegebruik van voorzieningen en het afstemmen van de voorgenomen werkzaamheden met beheerders van overige in de grond aanwezige werken, alsook over de afmetingen van kasten, handholes en andere toebehoren, behorende bij een openbaar elektronisch communicatienetwerk.
Artikel 8: (Mede)gebruik van voorzieningen en vooroverleg
Het vooroverleg als bedoeld in artikel 2, tweede lid, dan wel een door het college geëntameerd overleg naar aanleiding van een melding als bedoeld in artikel 2, eerste lid, is er mede op gericht te bepalen of en zo ja langs welke delen van het tracé gebruik kan worden gemaakt van bestaande voorzieningen als bedoeld in het eerste lid.
Artikel 9: Overdracht voorzieningen
Indien kabels en beschermingswerken worden overgedragen aan een nieuwe aanbieder dan dient de gemeente Zoetermeer daar schriftelijk van in kennis te worden gesteld
Artikel 10: Melding wijziging voorzieningen
De aanbieder stelt het college onverwijld schriftelijk in kennis van het feit dat de eigendom, de exploitatie of het beheer van de kabel verandert of dat de kabel niet langer ten dienste staat van een openbaar elektronisch telecommunicatienetwerk in of op openbare gronden.
Artikel 11: Intrekking oude verordening
De verordening Telecommunicatieverordening gemeente Zoetermeer, vastgesteld in de openbare vergadering van 22 november 1999 wordt ingetrokken.
De verordening treedt in werking twee weken na de bekendmaking daarvan. Tenzij over onderdelen van dat besluit een inleidend verzoek tot het houden van een referendum wordt gedaan.
Deze verordening wordt aangehaald als:
Telecommunicatieverordening 2008 gemeente Zoetermeer
Toelichting Telecommunicatieverordening Zoetermeer 2008
Naast het bovengrondse transport over wegen is het ondergrondse transport economisch ook van levensbelang. De Zoetermeerse ondergrond ligt vol met kabels en buizen voor het transport van data, elektriciteit, gas, water e.d., maar ook voor het transport van al dan niet gevaarlijke stoffen.
Deze ondergrondse infrastructuur ligt vrijwel geheel in het Zoetermeerse openbare gebied en zo is Zoetermeer hierbij privaatrechtelijk, als eigenaar van de openbare gronden, alsmede publiekrechtelijk, voor veiligheid, ondergrondse ordening e.d. rechtstreeks betrokken.
Het publieke juridische regiem waaronder deze leidingen liggen, verschilt als het gaat om kabels ten dienste van openbare elektronische communicatienetwerken of om overige kabels en buizen.
De elektronische communicatienetwerken vallen onder het regiem van de Telecommunicatiewet, waarop hieronder zal worden ingegaan.
De overige kabels en leidingen liggen op basis van de meest actuele AVL ( Algemene Voorschriften voor het leggen, hebben en onderhouden van kabels en leidingen in de gemeente Zoetermeer) van de gemeente Zoetermeer, die het leggen van voorwerpen en het graven in openbare gebieden bindt aan een vergunning van het college.
In de AVL van de gemeente Zoetermeer zijn de aspecten van veiligheid en ondergrondse ordening vastgelegd, tevens zijn de technische specificaties voor het leggen, houden en opruimen van leidingen in gemeentegrond vastgelegd.
Voor het leggen van een leiding is een vergunning, in geval van een kabel ten dienste van een openbaar elektronisch communicatienetwerk een instemmingsbesluit, nodig van het college.
Voor het herstel van het openbare gebied na het leggen van een kabel volgt de gemeente Zoetermeer zoveel mogelijk de richtlijn tarieven (graaf)-werkzaamheden Telecom van de VNG.
Vanuit de optiek van de gemeente Zoetermeer is de opzet van deze richtlijn, dat ingravers de mogelijkheid wordt geboden zelf de aangebrachte schade aan de openbare gronden te herstellen en dat de verdere door de gemeente geleden schade, te weten toekomstig extra onderhoud en beheer en degeneratie wordt vergoed volgens mede door het college vast te stellen tarieven.
Naast bovengenoemde regelgeving is met ingang van 1 juli 2008 de Wet Informatie-uitwisseling Ondergrondse Netten ( WION, “grondroerdersregeling”) van kracht verklaard.
Deze wet regelt de verplichte informatie-uitwisseling tussen netwerkbeheerders en gravers om op deze wijze de schade aan leidingen door graafwerkzaamheden te voorkomen.
1.2 Telecommunicatieverordening Zoetermeer 2008.
De Telecommunicatiewet (Tw) heeft als strekking regels te stellen in verband met de algehele liberalisering van de openbare elektronische communicatienetwerken ter waarborging van een samenhangende infrastructuur en het bevorderen van de daadwerkelijke mededinging in verband met de algehele liberalisering van elektronische netwerken en diensten.
Hoofdstuk 5 van de Tw regelt het gedogen van kabels ten dienste van openbare elektronische communicatienetwerken in de openbare gronden van de gemeente volgens het uitgangspunt gedogen om niet, verleggen om niet.
Dat wil zeggen dat de gemeente Zoetermeer geen precario kan heffen wegens het moeten dulden van deze kabels in gemeentegrond, maar daar tegenover staat dat de netwerkaanbieder verplicht is de kabels te verplaatsen, indien dit noodzakelijk is voor de oprichting van een gebouw of de uitvoering van een werk. Deze uitgangspunten golden ook reeds onder de oude Telegraaf- en Telefoonwet uit 1904, toen het staatsbedrijf der PTT nog enige concessiehouder was.
Naast het gedogen belast de Tw de gemeente ook met de coördinatie van de door aanbieders van openbare elektronische communicatienetwerken uit te voeren werken binnen het grondgebiedvan de gemeente voor de aanleg en instandhouding van kabels voor deze netwerken. Aan deze coördinatieplicht is inhoud gegeven door een verplichte melding aan het college voordat werkzaamheden starten van de aanleg of instandhouding van telecommunicatiekabels door de aanbieder van elektronische communicatiediensten en dat vervolgens het college een instemmingsbesluit dient te nemen, waaraan het college ten behoeve van de coördinatie van de werkzaamheden voorwaarden kan verbinden.
Volgens artikel 5.4 lid 4 Tw stelt de gemeenteraad daartoe een verordening vast, die in ieder geval regels bevat inzake :
Bij het opstellen van de Telecommunicatieverordening Zoetermeer 2008 is gebruik gemaakt van de modelverordening van de VNG
Artikel 5.7 Tw regelt de vergoeding van de schade verbandhoudend met de gedoogplicht van de gemeente. In deze verordening behoeft daarom hieraan geen artikel te worden gewijd. In het instemmingsbesluit zal het kabelbedrijf worden gewezen op de hierboven genoemde actuele AVL van de gemeente Zoetermeer.
Artikel 1 Begripsomschrijvingen
Voor zover nodig sluiten de begripsomschrijvingen aan bij de wettelijke omschrijvingen van de Tw.
De AVL van de gemeente Zoetermeer bevat de Zoetermeerse voorschriften voor de ruimtelijke indeling alsmede de technische voorschriften voor het leggen van kabels en leidingen in de ondergrond.
De AVL is vastgesteld door het college, is onderdeel van de APV en is bedoeld als zijnde beleidsregels als bedoeld in titel 4.3 van de Algemene wet bestuursrecht.
Artikel 2 Wijze van melding van voorgenomen werkzaamheden
Het college heeft het hoofd van de hoofdafdeling Ruimte gemandateerd voor de uitvoering van de Telecommunicatiewet en – verordening.
De bureaumanager van het bureau Regie, onderdeel van Stadsbeheer , dat vervolgens weer onderdeel is van de hoofdafdeling Ruimte is door het hoofd van de hoofdafdeling Ruimte aangewezen als het centrale loket voor het verkrijgen van instemmingsbesluiten. Voor de vereenvoudigde melding, bedoeld in lid 4, is de coördinator kabels en leidingen aangewezen als meldpunt.
De melding van werkzaamheden dient acht weken voor aanvang te geschieden.
Hierbij wordt aangesloten bij artikel 6 eerste lid van de verordening en artikel 5.3, vierde lid Tw dat bepaalt dat het instemmingsbesluit dient te worden genomen uiterlijk acht weken na ontvangst van de melding. Dit is in overeenstemming met de termijn genoemd in de Algemene wet bestuursrecht (Awb).
Lid 1 van dit artikel geeft aan dat de melding dient te geschieden aan de hand van een door het college vastgesteld formulier. Aan de hand van dit formulier worden de in artikel 4 gevraagde gegevens verstrekt. Alle gevraagde gegevens strekken tot het invullen van de gemeentelijke coördinatieplicht volgens de Telecommunicatiewet.
Lid 2 wijst de aanbieder op de mogelijkheid vooraf over bijvoorbeeld het tracé vooroverleg met de gemeentelijke diensten te voeren. Tevens kan in dit overleg aan de orde komen het medegebruik van voorzieningen als bedoeld in artikel 8.
Lid 4 van dit artikel opent de mogelijkheid van een vereenvoudigde melding, indien het betreft een huisaansluiting, een reparatie of het aanbrengen van kabels in reeds aangelegde voorzieningen. Dan kan worden volstaan met een vereenvoudigde melding aan de coördinator kabels en leidingen alsmede de beheerder van het betreffende gebied.
Deze melding dient te geschieden aan de hand van een door de gemeente Zoetermeer vastgesteld formulier. Middels deze melding houdt de gemeente Zoetermeer inzicht in de werkzaamheden in en op de straat.
Artikel 3 Ernstige belemmeringen en storingen.
In dit artikel wordt aan artikel 5.4, lid 4, sub f en artikel 5.6 Tw voldaan.
In dit geval kan worden volstaan aan een melding aan de burgemeester of een door hem of haar aan te stellen ambtenaar.
Artikel 5.6 lid 5 Tw geeft de mogelijkheid in de verordening gebieden aan te wijzen waar om redenen van veiligheid dit artikel niet van toepassing is.
Artikel 4 Gegevensverstrekking.
Dit artikel is een invulling van artikel 5.4, vierde lid van de Telecommunicatiewet.
Artikel 5 Aanvullende verplichtingen
In het eerste lid wijst dit artikel er wellicht ten overvloede op, indien een dergelijke verplichting onderdeel is van gemeentelijk beleid, dat de aanbieder verplicht is omwonenden en bedrijven ter plaatse van de werkzaamheden te informeren. Heeft de gemeente geen beleidsregels of iets dergelijks waarin deze verplichting is opgenomen, dan dient het tweede gedeelte van de bepaling te worden geschrapt.
Een digitale versie van de vragenlijst genoemd in artikel 4 lid 1, is te verkrijgen via bureau REGIE van de afdeling Stadsbeheer en is op termijn te downloaden via de gemeentelijke WEB-pagina.
In het tweede lid wordt de aanbieder verplicht de ligginggegevens van de kabel (digitaal) te verstrekken.
Artikel 6 Beslissingstermijn en samenloop.
Zoals reeds vermeld bij artikel 2 lid 1 is in overeenstemming met de Awb de beslissingstermijn gesteld op acht weken. Hiervan kan het College gemotiveerd afwijken.
Het tweede lid regelt dat het college de beslissing aanhoudt indien er een andere vergunning van een al dan niet ander bestuursorgaan nodig is, zoals een vergunning op basis van de Woningwet (bouwvergunning) en/of Wet Milieubeheer. Deze vergunningen kunnen noodzakelijk zijn indien bijvoorbeeld “kasten” een dergelijke omvang hebben dat een bouwvergunning is vereist en/of een milieuvergunning nodig is vanwege het geluid van de ventilatieapparatuur in de kast. Ook kunnen vergunningen noodzakelijk zijn op grond van een plaatselijke verordening bijvoorbeeld een kapvergunning. Artikel 5.5 van de Telecommunicatiewet bepaalt dat het college zorgdraagt voor inhoudelijke afstemming tussen de betrokken bestuursorganen.
Artikel 7 Voorschriften en beperkingen bij instemming
Lid 1 bepaalt dat de werkzaamheden moeten starten binnen zes maanden na afgifte van het instemmingsbesluit en worden voltooid binnen zes maanden na deze start. Wordt hier niet aan voldaan, dan vervalt het instemmingsbesluit.
De leden 2, 3 en 6 geven aan welke voorschriften en beperkingen aan het instemmingsbesluit kunnen worden verbonden. Het gaat in hoofdzaak om belangen van de openbare orde, het beheer en onderhoud en de bestemmingen van de openbare gronden, verkeersbelangen en afstemming met andere werken. Verder dienen bij de aanleg van de telecommunicatievoorzieningen de voorschriften van de AVL in acht te worden genomen.
De leden 4 en 5 hebben betrekking op het geval dat binnen drie jaar na groot onderhoud of herinrichting van een openbaar gebied dan wel in een bijzondere bestrating ( sierbestrating) een aanbieder opnieuw kabelwerkzaamheden wenst uit te voeren. Er kunnen dan bijzondere voorwaarden worden gesteld aan het herstel van de straat.
Het leggen van een telecommunicatiekabel heeft altijd tot gevolg dat deze de weg of het openbaar groen wordt beschadigd. De veroorzaker dient deze schade te (laten) herstellen, overeenkomstig de methode zoals deze staat omschreven in de actuele versie van de AVL van de gemeente Zoetermeer.
De verwijzing naar de A.V.L. is noodzakelijk om zodoende het werk volgens de richtlijnen en uitgangspunten van Stadsbeheer beheersbaar te houden.
Artikel 8 (Mede)gebruik van voorzieningen en vooroverleg
Artikel 5.2 lid 7 Tw bepaalt zoals al eerder aangegeven in de inleiding, dat de gemeenteraad bij verordening in ieder geval regels vaststelt o.a. omtrent het medegebruik van voorzieningen. Dit artikel is verder in de Telecommunicatiewet niet uitgewerkt. Wel bepaalt artikel 5.12 Tw nog dat de aanbieders van openbare elektronische communicatienetwerken over en weer verplicht zijn te voldoen aan redelijke verzoeken tot medegebruik, maar dit artikel handelt over de verhouding tussen de aanbieders, waar de gemeente buiten staat.
In lid 1 van artikel 8 is als algemeen uitgangspunt gehanteerd dat zoveel mogelijk gebruik moet worden gemaakt van reeds aangelegde voorzieningen, hetzij door andere aanbieders hetzij door of vanwege de gemeente.
Om dit uitgangspunt handen en voeten te geven is in lid 2 bepaald dat tijdens het in artikel 2 lid 2 van de verordening aangegeven mogelijkheid tot vooroverleg met de gemeente Zoetermeer het onderwerp ‘gebruik maken van reeds aanwezige voorzieningen’ uitdrukkelijk ter sprake dient te komen.
Ook kan van de zijde van de gemeente naar aanleiding van een melding vooroverleg worden geëntameerd.
Lid 3 bepaalt dat een redelijk aanbod om gebruik te maken van al aangelegde voorzieningen niet geweigerd kan worden. De vraag wat een redelijk aanbod is kan als volgt worden beantwoord : De aanwezige voorziening is zowel in kwaliteit als in kosten een volwaardig alternatief voor het eigen graafrecht van de aanbieder.
Lid 4 bepaalt dat als de ondergrond geen ruimte biedt een kabel volgens het vastgestelde AVL Zoetermeer standaardprofiel aan te leggen, de aanbieder een alternatief tracé zoekt.
De aanbieder dient met zijn alternatieve tracé de toegankelijkheid te waarborgen van andere netbeheerders naar hun eigen netwerken
Een verplichting tot medegebruik of tot het kiezen van een alternatief tracé zal worden opgenomen in het instemmingsbesluit. Dit instemmingsbesluit is een beschikking in de
Zin van de Awb. Tegen dit besluit kan bezwaar worden ingediend bij de Algemene Bezwaarschriftencommissie Zoetermeer.
Volgens de Telecommunicatiewet is de rechtbank in Rotterdam vervolgens aangewezen het beroep tegen een instemmingsbesluit te behandelen. De rechter zal dus het laatste woord hebben of een medegebruik terecht is voorgeschreven.;
Artikel 9 en 10 Overdracht voorzieningen en melding wijziging voorzieningen
De rechter heeft uitgesproken dat de werking van het instemmingsbesluit eindigt zodra de werkzaamheden waarvoor instemming is gevraagd zijn, beëindigd. Dit betekent dat het College geen verplichtingen op basis van het instemmingsbesluit aan de aanbieder kan opleggen nadat deze zijn werkzaamheden heeft beëindigd. Echter het instemmingsbesluit dient voor de gemeente ook om een registratie up-to-date te houden van de in het openbaar liggende kabels en de beheerders/eigenaren daarvan.
Om deze redenen zijn de artikelen 9 en 10 in de verordening opgenomen.
Tenzij de gemeenteraad anders besluit treedt de verordening geheel overeenkomstig de Gemeentewet in werking met ingang van de achtste dag na publicatie. Op hetzelfde tijdstip dient de oude telecommunicatieverordening te worden ingetrokken. De nog lopende instemmingbesluiten voor kabel(s) die nog niet of niet volledig zijn gelegd blijven van kracht met dien verstande dat deze vallen onder de nieuwe verordening.