Ziet u een fout in deze regeling? Meld het ons op regelgeving@overheid.nl!
Rotterdam

Beleidsregels terugvordering persoonsgebonden budgetten Wmo Rotterdam

Wetstechnische informatie

Gegevens van de regeling
OrganisatieRotterdam
OrganisatietypeGemeente
Officiële naam regelingBeleidsregels terugvordering persoonsgebonden budgetten Wmo Rotterdam
CiteertitelBeleidsregels terugvordering persoonsgebonden budgetten Wmo Rotterdam
Vastgesteld doorgemandateerde functionaris
Onderwerpmaatschappelijke zorg en welzijn
Eigen onderwerp

Opmerkingen met betrekking tot de regeling

Geen

Wettelijke grondslag(en) of bevoegdheid waarop de regeling is gebaseerd

  1. Algemene wet bestuursrecht, art. 1:3, vierde lid
  2. Wet maatschappelijke ondersteuning 2015, art. 8.9, eerste lid
  3. Verordening voorzieningen maatschappelijke ondersteuning Rotterdam 2011, art. 20
  4. Besluit mandaat, volmacht en machtiging Rotterdam 2016
  5. Besluit ondermandaat, ondervolmacht en ondermachtiging van de Algemeen Directeur 2016

Regelgeving die op deze regeling is gebaseerd (gedelegeerde regelgeving)

Geen

Overzicht van in de tekst verwerkte wijzigingen

Datum inwerkingtreding

Terugwerkende kracht tot en met

Datum uitwerkingtreding

Betreft

Datum ondertekening

Bron bekendmaking

Kenmerk voorstel

22-02-201701-02-2017Nieuwe regeling

17-02-2017

gmb-2017-34109

Gemeenteblad 2017, nummer 20

Tekst van de regeling

Intitulé

Beleidsregels terugvordering persoonsgebonden budgetten Wmo Rotterdam

De directeur Welzijn, Zorg en Jeugdhulp,

gelezen het voorstel van het hoofd van de afdeling Beleid & Opdrachtgeverschap van 17 februari 2017

gelet op:

artikel 1:3, vierde lid van de Algemene wet bestuursrecht, artikel 8.9, eerste lid, van de Wet maatschappelijke ondersteuning 2015, artikel 20 van de Verordening voorzieningen maatschappelijke ondersteuning Rotterdam 2011, het Besluit mandaat, volmacht en machtiging Rotterdam 2016 en het Besluit ondermandaat, ondervolmacht en ondermachtiging van de Algemeen Directeur 2016;

overwegende:

dat het noodzakelijk is beleidsregels vast te stellen voor de terugvordering van persoonsgebonden budgetten op grond van de Wet maatschappelijke ondersteuning;

besluit vast te stellen:

Beleidsregels terugvordering persoonsgebonden budgetten Wmo Rotterdam

Artikel 1 Begripsbepalingen

In deze beleidsregels wordt verstaan onder:

  • a.

    budgethouder:

    de persoon aan wie het pgb is verstrekt;

  • b.

    pgb:

    persoonsgebonden budget dat is verstrekt op grond van de Wmo;

  • c.

    ten onrechte ontvangen pgb:

    pgb waarvan door het college is vastgesteld dat deze:

    • niet of niet correct is besteed; of

    • niet is verantwoord waardoor de rechtmatigheid niet kan worden vastgesteld;

  • d.

    Wmo:

    Wet maatschappelijke ondersteuning, zoals deze gold tot 1 januari 2015.

Artikel 2 Reikwijdte

Deze beleidsregels hebben betrekking op de terugvordering van een ten onrechte ontvangen pgb dat is verstrekt op grond van de Wmo.

Artikel 3 Afboeking vorderingen over 2014 en eerder

Het college kan een vordering in verband met een ten onrechte ontvangen pgb afboeken als de vordering betrekking heeft op een pgb dat verstrekt is over het jaar 2014 of eerdere jaren als:

  • a.

    de budgethouder is overleden;

  • b.

    de budgethouder niet langer in Nederland woonachtig is;

  • c.

    de vordering over het betreffende kalenderjaar € 200,- of minder bedraagt;

  • d.

    de budgethouder verblijft in een instelling op grond van de Wet langdurige zorg;

  • e.

    de budgethouder nog langer dan vijf jaar in een huis van bewaring of tbs-kliniek zal verblijven;

  • f.

    de budgethouder gedurende vijf jaar volledig aan zijn aflossingsverplichtingen heeft voldaan;

  • g.

    de budgethouder gedurende vijf jaar weliswaar niet volledig aan de aflossingsverplichtingen heeft voldaan, maar een bedrag, overeenkomend met minimaal 80% van de restantvordering, in één keer heeft afgelost;

  • h.

    er sprake is van dringende redenen waardoor van de budgethouder redelijkerwijs niet kan worden verwacht dat hij nog verder zal aflossen op de vordering.

Artikel 4 Afzien van afboeking

Het college kan, onverlet de aanwezigheid van een grond als bedoeld in artikel 4, besluiten af te zien van afboeking van een vordering over een kalenderjaar, indien:

  • a.

    het college de verstrekking van het pgb heeft ingetrokken in verband met het door de budgethouder verstrekken van onjuiste of onvolledige gegevens; en

  • b.

    de verstrekking van die onjuiste of onvolledige gegevens door de budgethouder opzettelijk heeft plaatsgevonden.

Artikel 5 Inwerkingtreding

Deze beleidsregels treden in werking op de dag na publicatie in het Gemeenteblad en werken terug tot en met 1 februari 2017.

Artikel 6 Citeertitel

Deze beleidsregels worden aangehaald als: Beleidsregels terugvordering persoonsgebonden budgetten Wmo Rotterdam.

Aldus vastgesteld op

17 februari 2017.

O. de Zwart

Directeur Welzijn, Zorg en Jeugdhulp

Dit gemeenteblad 2017, nummer 20, is uitgegeven op 21 februari 2017 en ligt op werkdagen van 8.30 tot 16.00 uur ter inzage bij het Bestuurlijk Informatiecentrum Rotterdam (BIR), locatie Stadswinkel Centrum, Coolsingel 40 (zijde Doelwater, tegenover hoofdbureau politie)

(Zie ook: www.bis.rotterdam.nl – Regelgeving of Gemeentebladen chronologisch)