Artikel 1 Belastbaar feit
- 1.
Onder de naam 'marktgeld' wordt een recht geheven:
- a.
voor het gebruik in overeenstemming met de bestemming van voor openbare dienst bestemde bezittingen van de gemeente of van voor de openbare dienst bestemde werken of inrichtingen die bij de gemeente in beheer of onderhoud zijn;
- b.
voor het genot van door of vanwege de gemeente verstrekte diensten, waaronder het schoonmaken en schoonhouden van die bezittingen en het bedrijven van promotieactiviteiten.
Artikel 2 Belastingplicht
Belastingplichtig is:
- a.
degene die gebruik maakt van de bezittingen, werken of inrichtingen als bedoeld in artikel 1, eerste lid, onderdeel a;
- b.
degene die een dienst aanvraagt dan wel degene voor wie een dienst is verleend, als bedoeld in artikel 1, eerste lid, onderdeel b.
Artikel 3 Maatstaf van heffing en tarief
- 1.
De rechten worden geheven naar de maatstaven en de tarieven, opgenomen in de bij deze verordening behorende tarieventabel.
- 2.
Voor de berekening van de rechten wordt een gedeelte van een in de tarieventabel genoemde eenheid als een volle eenheid aangemerkt.
Artikel 4 Belastingjaar
Voor zover in de bij deze verordening behorende tarieventabel tarieven zijn opgenomen die per jaar worden geheven, is het belastingjaar gelijk aan het kalenderjaar.
Artikel 5 Vrijstellingen
Voor het betalen van marktgelden als bedoeld in onderdeel 2 van de tarieventabel, zijn vrijgesteld de daar bedoelde inrichtingen, aan welke na gehouden verpachting, een plaats is toegewezen.
Artikel 6 Ontstaan van de belastingschuld en heffing naar tijdsgelang
- 1.
De rechten, waarop artikel 4 van toepassing is, zijn verschuldigd bij het begin van het belastingjaar of, zo dit later is, bij de aanvang van de belastingplicht.
- 2.
Als de belastingplicht in de loop van het belastingjaar aanvangt, zijn de rechten, in afwijking van artikel 4, verschuldigd voor zoveel twaalfde gedeelten van de voor dat jaar verschuldigde rechten als er in dat jaar, na de aanvang van de belastingplicht, nog volle kalendermaanden overblijven.
- 3.
Als de belastingplicht in de loop van het belastingjaar eindigt, bestaat aanspraak op ontheffing voor zoveel twaalfde gedeelten van de voor de dat jaar verschuldigde rechten als er in dat jaar, na het einde van de belastingplicht, nog volle kalendermaanden overblijven.
Artikel 7 Wijze van heffing
- 1.
De rechten worden geheven door middel van een gedagtekende schriftelijke kennisgeving waarop het gevorderde bedrag is vermeld.
- 2.
Als zich ten aanzien van eenzelfde belastingplichtige meerdere belastbare feiten voordoen, kunnen de rechten daarvan worden geheven door middel van één gedagtekende schriftelijke kennisgeving.
Artikel 8 Termijn van betaling
- 1.
In afwijking van artikel 9, eerste lid, van de Invorderingswet 1990 moeten de rechten worden betaald op het moment van uitreiken van de kennisgeving, dan wel in geval van toezending daarvan, binnen 14 dagen na de dagtekening van in artikel 7 bedoelde kennisgeving.
- 2.
De Algemene termijnenwet is niet van toepassing op de in het eerste lid gestelde termijnen.
Artikel 9 Kwijtschelding
Bij de invordering van marktgelden wordt geen kwijtschelding verleend.
Artikel 10 Nadere regels door het college van burgemeester en wethouders
Het college van burgemeester en wethouders kan nadere regels geven met betrekking tot de heffing en invordering van de rechten.
Artikel 11 Overgangsrecht
De ‘Marktgeldenverordening 2016’ van de gemeente Tynaarlo, vastgesteld bij raadsbesluit van 8 december 2015, wordt ingetrokken met ingang van de in artikel 12, tweede lid genoemde datum van ingang van de heffing, met dien verstande dat zij van toepassing blijft op de belastbare feiten die zich voor die datum hebben voorgedaan.
Artikel 12 Inwerkingtreding
- 1.
Deze verordening treedt inwerking met ingang van de tweede dag na die van de bekendmaking.
- 2.
De datum van ingang van de heffing is 1 januari 2017.
Artikel 13 Citeerartikel
Deze verordening wordt aangehaald als ‘Marktgeldenverordening 2017’.
Aldus vastgesteld in de openbare raadsvergadering van 6 december 2016
drs. M.J.F.J. Thijsen, voorzitter
J.L. de Jong, griffier
Tarieventabel, behorende bij de ‘Marktgeldenverordening 2017’
Alle hierna genoemde bedragen zijn inclusief omzetbelasting, als deze verschuldigd is.
- 1.
Het marktgeld bedraagt per dag of gedeelte daarvan, voor een paard/pony € 2,15
- 2.
a. De kosten voor het reserveren van een aanbindplaats voor paarden/pony’s bedragen
voor de najaarsmarkt in Zuidlaren per strekkende meter ingenomen marktruimte € 1,75
- b.
Per reservering wordt het tarief verhoogd met € 9,30 voor promotie/naamsvermelding
- 3.
Voor ieder(e) tent, kraam, tafel, stal, voertuig en dergelijke inrichting(en) per strekkende
meter ingenomen ruimte, gemeten langs de weg:
- a.
voor de najaarsmarkt in Zuidlaren:
- a.
1 voor wat betreft kramen, die eetwaren verkopen € 19,95
- a.
2 voor wat betreft kramen, die in hoofdzaak ter plaatse
eetwaren bereiden en verkopen om ter plaatse te consumeren € 58,95
- a.
3 voor wat betreft de overige kramen € 15,00
De tarieven onder a.1 t/m a.3 worden verhoogd met € 9,30 per standplaats voor
promotie en met € 18,80 voor elektra.
- b.
voor de voorjaarsmarkt in Zuidlaren € 5,80
Het tarief onder b. wordt verhoogd met € 9,30 per standplaats voor promotie en
met € 5,80 voor elektra
- c.
voor de weekmarkt in Zuidlaren € 1,30
- d.
voor de weekmarkt in Vries € 0,85
- e.
voor de weekmarkt in Tynaarlo € 0,75
- f.
voor de weekmarkt in Eelde € 1,30
Hoort bij besluit van de raad van de gemeente Tynaarlo d.d. 6 december 2016
J.L. de Jong, griffier