Ziet u een fout in deze regeling? Meld het ons op regelgeving@overheid.nl!
Rotterdam

Nadere regels CityLab010 2017

Wetstechnische informatie

Gegevens van de regeling
OrganisatieRotterdam
OrganisatietypeGemeente
Officiële naam regelingNadere regels CityLab010 2017
CiteertitelNadere regels CityLab010 2017
Vastgesteld doorcollege van burgemeester en wethouders
Onderwerpfinanciën en economie
Eigen onderwerp

Opmerkingen met betrekking tot de regeling

Geen

Wettelijke grondslag(en) of bevoegdheid waarop de regeling is gebaseerd

  1. Algemene wet bestuursrecht
  2. Subsidieverordening Rotterdam 2014, art. 3

Regelgeving die op deze regeling is gebaseerd (gedelegeerde regelgeving)

Geen

Overzicht van in de tekst verwerkte wijzigingen

Datum inwerkingtreding

Terugwerkende kracht tot en met

Datum uitwerkingtreding

Betreft

Datum ondertekening

Bron bekendmaking

Kenmerk voorstel

01-03-201701-02-2018Nieuwe regeling

14-02-2017

gmb-2017-28773

Gemeenteblad 2017, nummer 19

Tekst van de regeling

Intitulé

Nadere regels CityLab010 2017

Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Rotterdam,

gelezen het voorstel van de concerndirecteur van het cluster Dienstverlening van 14 februari 2017, kenmerk DV 2133918;

gelet op de Algemene wet bestuursrecht en artikel 3 van de Subsidieverordening Rotterdam 2014;

overwegende, dat het wenselijk is nadere regels vast te stellen ter uitvoering van de Subsidieverordening Rotterdam 2014 (SVR 2014) met betrekking tot de regeling CityLab010 in verband met het instellen van een subsidieplafond en procedurele aspecten;

besluit vast te stellen:

Nadere regels CityLab010 2017

Paragraaf 1 Algemene bepalingen

Artikel 1 Definities en toepasselijkheid

In deze nadere regels wordt onder openbare ruimte verstaan: ruimte die voor iedereen toegankelijk is en voor inrichting en beheer onder verantwoordelijkheid valt van de gemeente.

Artikel 2 Doel subsidie

Het college kan eenmalige subsidies verstrekken om maatschappelijke relevante innovatie in Rotterdam te stimuleren.

Artikel 3 Toepassingsbereik

Deze nadere regels zijn van toepassing op eenmalige subsidies voor innovatieve initiatieven voor de categorieën:

  • 1.

    veilig;

  • 2.

    buitenruimte;

  • 3.

    werkgelegenheid;

  • 4.

    economie;

  • 5.

    duurzaamheid en mobiliteit;

  • 6.

    onderwijs;

  • 7.

    sport;

  • 8.

    cultuur;

  • 9.

    kansrijke wijken.

Artikel 4 Subsidieplafond

  • 1.

    Het totale subsidieplafond voor 2017 bedraagt per categorie:

    a. veiligheid

    € 260.000,00;

    b. buitenruimte

    € 520.000,00;

    c. werkgelegenheid

    € 650.000,00;

    d. economie

    € 260.000,00;

    e. duurzaamheid en mobiliteit

    € 440.000,00;

    f. onderwijs

    € 500.000,00;

    g. sport

    € 160.000,00;

    h. cultuur

    € 350.000,00;

    i. kansrijke wijken

    € 200.000,00.

  • 2.

    De aanvragen worden op volgorde van binnenkomst beoordeeld.

Artikel 5 Kring van aanvraaggerechtigden

Een aanvraag om subsidie kan worden ingediend door:

  • 1.

    Een natuurlijk, meerderjarige, persoon die in Rotterdam woont.

  • 2.

    Een rechtspersoon, die in Nederland is gevestigd.

Artikel 6 Termijn indienen aanvraag

  • 1.

    Aanvragen kunnen worden ingediend van 1 maart 2017 tot en met 31 mei 2017.

  • 2.

    Indien na afhandeling van alle aanvragen voor een in artikel 3, eerste lid, genoemde categorie het subsidieplafond nog niet is bereikt, kan voor die categorie de mogelijkheid tot het indienen van een aanvraag opnieuw worden opengesteld. In dat geval kunnen aanvragen tot 1 november 2017 worden ingediend.

  • 3.

    Vanaf 1 september 2017 wordt bekend gemaakt of toepassing wordt gegeven aan het vorige lid.

Artikel 7 Vereisten aanvraag

  • 1.

    De aanvraag wordt ingediend op het aanvraagformulier CityLab010.

  • 2.

    De aanvraag heeft betrekking op ten minste één van de categorieën zoals genoemd in artikel 3.

  • 3.

    Een aanvraag voor eenzelfde project, dat eerder op inhoudelijke gronden is afgewezen, wordt niet meer in behandeling genomen, tenzij de inhoud van de aanvraag (substantieel) is gewijzigd en de aanvrager hiervan melding maakt.

  • 4.

    De aanvraag bevat ten minste een projectplan, waarin wordt aangegeven:

    • a.

      een omschrijving van de activiteit of activiteiten waarvoor subsidie wordt gevraagd;

    • b.

      een toelichting op de wijze waarop en de mate waarin de activiteit of activiteiten waarvoor subsidie wordt gevraagd een bijdrage levert aan de doelstelling van de subsidie;

    • c.

      een gespecificeerde begroting, die inzicht geeft in de geraamde inkomsten en uitgaven voor zover deze betrekking hebben op de activiteit of activiteiten waarvoor subsidie wordt gevraagd;

    • d.

      een tijdsplanning, waaruit blijkt wanneer de activiteit of activiteiten waarvoor subsidie wordt gevraagd worden uitgevoerd.

  • 5.

    Een samenvatting van het projectplan op www.citylab010.nl is geplaatst.

Artikel 8 Aanvullen onvolledige aanvraag

Indien een aanvraag om subsidie onvolledig is, wordt de aanvrager een termijn van tien werkdagen verleend om de aanvraag aan te vullen. Deze termijn gaat in op de eerste werkdag na verzending van het verzoek om aanvulling.

Artikel 9 Weigeringsgronden

  • 1.

    Een subsidieaanvraag wordt, naast de in de SvR2014 en Algemene wet bestuursrecht genoemde gronden, afgewezen indien:

    • a.

      de subsidieaanvraag niet voldoet aan de in deze nadere regels genoemde algemene criteria beoordelingscriteria voor innovatie zoals genoemd in artikel 12;

    • b.

      de subsidieaanvraag niet voldoet aan de in deze nadere regels genoemde algemene criteria en de voor de betreffende categorie geldende beoordelingscriteria zoals genoemd in de artikelen 13 tot en met 21;

    • c.

      door de verstrekking van een subsidie een subsidieplafond voor de betreffende categorie zou worden overschreden;

    • d.

      het initiatief in een eerdere ronde subsidie heeft ontvangen op grond van de regeling voor CityLab010;

    • e.

      het initiatief niet wordt uitgevoerd binnen de gemeentegrenzen van Rotterdam en ten behoeve van haar inwoners;

    • f.

      voor de uitvoering van het initiatief geen sprake is van een vrijwillige inzet of een bijdrage in natura door de aanvrager;

    • g.

      subsidiëring op grond van een andere gemeentelijke regeling mogelijk is;

    • h.

      het initiatief voor dezelfde activiteit al een andere subsidie van de gemeente Rotterdam heeft ontvangen.

  • 2.

    Een subsidieaanvraag kan, naast de in de SvR2014 en Algemene wet bestuursrecht genoemde gronden, worden afgewezen indien het initiatief is in strijd met gemeentelijke verordeningen of bestemmingsplannen.

  • 3.

    Een subsidieaanvraag kan worden afgewezen als de aanvrager voorafgaand aan het indienen van de subsidieaanvraag geen contact heeft gezocht over het initiatief met één de contactpersonen van CityLab010 die op www.citylab010.nl/contact zijn genoemd.

Artikel 10 Beslissing op aanvraag

  • 1.

    Voor de aanvragen die die tussen 1 maart en 1 juni 2017 zijn ingediend, beslist het college op volgorde van binnenkomst binnen acht weken na 1 juni 2017, welke termijn ten hoogste met twaalf weken gemotiveerd verlengd kan worden.

  • 2.

    Op aanvragen ingediend na de hernieuwde openstelling, bedoeld in artikel 6, tweede lid, beslist het college op volgorde van binnenkomst binnen acht weken welke termijn ten hoogste met twaalf weken gemotiveerd verlengd kan worden.

  • 3.

    Indien gewenst kan voor de beoordeling van een aanvraag een extern advies bij één of meerdere deskundigen worden ingewonnen.

Artikel 11 Verplichtingen voor de subsidieontvanger

  • 1.

    De subsidieontvanger vermeldt in alle berichtgevingen die betrekking hebben op de gesubsidieerde activiteiten dat een bijdrage is verkregen in het kader van de regeling CityLab010.

  • 2.

    De subsidieontvanger werkt mee aan evaluatieonderzoeken die in opdracht van de gemeente worden uitgevoerd.

  • 3.

    Bij initiatieven die de openbare ruimte van de gemeente betreffen, heeft de gemeente de regie op de uitvoering.

Paragraaf 2 Bijzondere bepalingen met betrekking tot innovatie

Artikel 12 Beoordelingscriteria Innovatie

  • 1.

    Een aanvraag kan uitsluitend in aanmerking komen voor subsidie als het initiatief voor de categorie waarop de aanvraag betrekking heeft, een product, dienst of activiteit ontwikkelt of inzet dat op reguliere basis nog niet in Rotterdam of in het deel van Rotterdam waarop de aanvraag betrekking heeft, voorkomt en het initiatief voor de categorie waarop de aanvraag betrekking heeft, op ten minste één van de hierna genoemde onderdelen vernieuwend is:

    • a.

      Dienstverlening – Door het initiatief wordt het product, de dienst of de activiteit meer toegankelijk voor Rotterdammers;

    • b.

      Kanaal – De wijze waarop het initiatief de activiteit, het product of de dienst verbindt aan de (potentiële) gebruikers;

    • c.

      Presentatie – Rotterdammers kunnen door het initiatief de activiteit, het product of de dienst beter herkennen waardoor het initiatief meer betekenis krijgt;

    • d.

      Interacties – Door het initiatief ontstaan waardevolle contacten met de (potentiële) gebruikers van de activiteit, het product of de dienst;

    • e.

      Uitvoering – Bij het initiatief is er sprake van een nieuwe activiteit, product of dienst, of aanpassingen van een bestaande activiteit, product of dienst;

    • f.

      Systeem – Bij het initiatief gaat het om complementair inzetten van producten, activiteiten of diensten;

    • g.

      Verdienmodel – Door het initiatief laten gebruikers zien welke maatschappelijke of economische waarde ze toekennen aan de activiteit, het product of de dienst en waar mogelijkheden liggen voor nieuwe inkomsten of publieke waarden;

    • h.

      Netwerk – Bij het initiatief wordt in de uitvoering gebruik gemaakt van externe relaties, partnerships en samenwerkingen;

    • i.

      Structuur – Bij uitvoering van het initiatief worden mensen, middelen en activiteiten van een initiatief op een vernieuwende manier georganiseerd waardoor meerwaarde wordt toegevoegd;

    • j.

      Proces – De wijze waarop het product, de activiteit of de dienst wordt geproduceerd en aangeboden.

Paragraaf 3 Bijzondere bepalingen met betrekking tot de categorieën

Artikel 13 Beoordelingscriteria categorie Buitenruimte

  • 1.

    Een aanvraag voor een subsidie wordt getoetst aan de mate waarin het initiatief bijdraagt aan:

    • a.

      het schoner maken van de buitenruimte;

    • b.

      het veiliger maken van de buitenruimte;

    • c.

      het aantrekkelijker maken van de buitenruimte.

  • 2.

    De mate van draagvlak in de omgeving waar het initiatief wordt uitgevoerd.

Artikel 14 Beoordelingscriteria categorie Werkgelegenheid

  • 1.

    Een aanvraag voor een subsidie wordt getoetst aan de mate waarin het initiatief bijdraagt aan:

    • a.

      een oplossing voor actuele arbeidsmarktvraagstukken;

    • b.

      duurzame versterking van het arbeidsprofiel van werkzoekenden;

    • c.

      duurzame vermindering van het beroep van inwoners van Rotterdam op een uitkering.

  • 2.

    Een aanvraag voor een subsidie wordt getoetst aan de mate waarin het initiatief na afloop van de subsidieperiode door kan gaan zonder een beroep te doen op gemeentelijke middelen.

Artikel 15 Beoordelingscriteria categorie Economie

  • 1.

    Een aanvraag voor een subsidie wordt getoetst aan de mate waarin het initiatief bijdraagt aan:

    • a.

      een zichtbare bijdrage aan de economische ontwikkeling van Rotterdam;

    • b.

      betekenisvolle innovaties die normaliter als commercieel initiatief niet tot stand zouden zijn gekomen;

    • c.

      de mate waarin een bijdrage wordt geleverd aan de economische ontwikkeling van Rotterdam.

Artikel 16 Beoordelingscriteria categorie Duurzaamheid en mobiliteit

  • 1.

    Een aanvraag voor een subsidie wordt getoetst aan de mate waarin het initiatief bijdraagt aan:

    • a.

      de vermindering van wateroverlast;

    • b.

      de verbetering luchtkwaliteit;

    • c.

      het gebruik van schonere energie;

    • d.

      het hergebruik van afvalstoffen.

Artikel 17 Beoordelingscriteria categorie Onderwijs

  • 1.

    Een aanvraag voor een subsidie wordt getoetst aan de mate waarin het initiatief bijdraagt aan:

    • a.

      vergroting van het aantal peuters die zonder achterstanden en goed voorbereid aan de basisschool beginnen;

    • b.

      het aantrekken en behouden van de beste leraren en pedagogisch medewerkers;

    • c.

      de toename van het aantal vakmensen in het onderwijs;

    • d.

      de oplossing die geboden wordt voor het verkrijgen van een plek voor ieder kind op een school;

    • e.

      het beste halen uit alle leerlingen, zowel zwakke als excellente leerlingen, op een school.

  • 2.

    Een aanvraag voor een subsidie wordt getoetst aan de mate van draagvlak onder ouders en docenten op de onderwijsinstelling waar het initiatief wordt uitgevoerd.

Artikel 18 Beoordelingscriteria categorie Sport

  • 1.

    Een aanvraag voor een subsidie wordt getoetst aan de mate waarin het initiatief bijdraagt aan:

    • a.

      het zichtbaar maken van de waarde van sport en bewegen voor de stad Rotterdam en Rotterdammers;

    • b.

      de mate waarin gebruik wordt gemaakt van de buitenruimte of van een bestaande sportaccommodatie;

    • c.

      het stimuleren van het vernieuwen van bestaande sporten;

    • d.

      de mate waarin het bijdraagt aan het sporten en bewegen door Rotterdammers;

    • e.

      de mate waarin het een aanvulling is op het bestaande aanbod.

Artikel 19 Beoordelingscriteria categorie Cultuur

  • 1.

    Een aanvraag voor een subsidie wordt getoetst aan de mate waarin het initiatief bijdraagt aan:

    • a.

      de zichtbaarheid van cultuur en de creatieve industrie als innovatiemotor in andere velden en maatschappelijke domeinen;

    • b.

      de samenwerking van initiatiefnemers uit de culturele en/of creatieve sectoren met andere bedrijven, of maatschappelijke organisaties.

  • 2.

    Een aanvraag voor een subsidie wordt getoetst aan de mate waarin de samenwerking tussen de betrokkenen bij het initiatief een aantoonbaar onderdeel is van het initiatief.

Artikel 20 Beoordelingscriteria categorie Kansrijke Wijken

  • 1.

    Het initiatief wordt uitgevoerd in een straat in een van de volgende wijken, zoals opgenomen in het programma Kansrijke Wijken: Liskwartier, Oude Noorden, Nieuw-Crooswijk, Kralingen-West, Middelland, Nieuwe Westen, Schiemond (daarbinnen Lloydkwartier), Katendrecht en Kop van Zuid-Entrepot.

  • 2.

    Een aanvraag voor een subsidie wordt getoetst aan de mate waarin tijdelijke ingrepen in de buitenruimte door en voor bewoners worden uitgevoerd waardoor de buitenruimte door bewoners op een andere manier wordt gebruikt.

  • 3.

    Een aanvraag voor een subsidie wordt getoetst aan de mate waarin door het initiatief de sociale samenhang in de buurt wordt versterkt.

Artikel 21 Beoordelingscriteria categorie Veilig

  • 1.

    Een aanvraag voor een subsidie wordt getoetst aan de mate waarin het initiatief bijdraagt aan:

    • a.

      het verbeteren van de veiligheid;

    • b.

      het bestrijden van overlast;

    • c.

      het bevorderen van de veiligheidsbeleving;

    • d.

      het tegengaan van woonoverlast;

    • e.

      het beperken van jeugdoverlast;

    • f.

      het beperken van jeugdcriminaliteit;

    • g.

      het tegengaan van radicalisering;

    • h.

      het tegengaan van asociaal en roekeloos verkeersgedrag;

    • i.

      het tegengaan van straatintimidatie.

Paragraaf 4 Inwerkingtredings- en citeerbepalingen

Artikel 22 Bekendmaking en inwerkingtreding

Deze nadere regels worden geplaatst in het Gemeenteblad en treden in werking op 1 maart 2017.

Artikel 23 Citeertitel

Deze nadere regels worden aangehaald als: Nadere regels CityLab010 2017.

Aldus vastgesteld in de vergadering van

14 februari 2017.

De secretaris,

Ph.F.M. Raets

De burgemeester,

A. Aboutaleb

Dit gemeenteblad 2017, nummer 19, is uitgegeven op 15 februari 2017 en ligt op werkdagen van 8.30 tot 16.00 uur ter inzage bij het Bestuurlijk Informatiecentrum Rotterdam (BIR), locatie Stadswinkel Centrum, Coolsingel 40 (zijde Doelwater, tegenover hoofdbureau politie)

(Zie ook: www.bis.rotterdam.nl – Regelgeving of Gemeentebladen chronologisch)