Organisatie | Zuidplas |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Verordening van de gemeenteraad van de gemeente Zuidplas houdende regels omtrent de duurzaamheidslening bewoners en stimuleringslening duurzaamheid (Verordening Duurzaamheidslening bewoners en Stimuleringslening duurzaamheid gemeente Zuidplas) |
Citeertitel | Verordening Duurzaamheidslening bewoners en Stimuleringslening duurzaamheid Zuidplas |
Vastgesteld door | gemeenteraad |
Onderwerp | milieu |
Eigen onderwerp |
Geen
Onbekend
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
20-05-2021 | artikel 5 | 05-03-2019 | A19.000069 | ||
24-02-2017 | 20-05-2021 | Onbekend | 31-01-2017 Onbekend | A16.001859 |
Artikel 1 Begripsomschrijvingen
In deze verordening wordt verstaan onder:
stimuleringslening duurzaamheid: een lening die, na toewijzing door het college, door SVn kan worden verstrekt aan aanvragers die geen bewoner zijn maar vallen onder de in artikel 2.3 genoemde categorieën. De Stimuleringslening duurzaamheid is eveneens bedoeld voor de financiering van de door het college aanvaarde werkelijke kosten van de in artikel 5 genoemde maatregelen, die worden getroffen namens de aanvrager;
werkelijke kosten: de kosten die noodzakelijk zijn voor het treffen van maatregelen. Dit betreft kosten van materialen en de kosten van door een deskundig vakbedrijf ter zake van deze maatregelen in rekening gebrachte arbeidsuren. Onder de werkelijke kosten vallen ook de kosten van een EPA-maatwerkadvies, de kosten van een energieprestatiecertificaat, legeskosten en in artikel 12 van deze verordening genoemde overige kosten die gemaakt worden voor het afsluiten van de lening. De totale kosten worden verminderd met ontvangen of nog te ontvangen tegemoetkomingen (subsidies) in deze kosten;
Deze verordening is van toepassing op bestaande woonruimte in de gemeente Zuidplas, die geschikt en bestemd is voor permanente bewoning en die als hoofdverblijf dient voor de aanvrager. Daarnaast is deze verordening ook van toepassing op gebouwen die gebruikt worden door scholen, verenigingen of andere non-profitinstellingen voor niet-commerciële activiteiten van maatschappelijk belang.
Naast bewoners kunnen de volgende (rechts)personen een aanvraag voor een stimuleringslening duurzaamheid indienen:
b. verenigingen en andere non-profitorganisaties die een gebouw beheren;
c. een particuliere verhuurder: een natuurlijke of rechtspersoon die in Zuidplas huurwoningen
d. energiecoöperaties, zoals bedoeld in artikel 52 van boek 2 van het Burgerlijk Wetboek, een bij notariële akte als coöperatie opgerichte vereniging, die werkzaam is op het gebied van energiebesparing of opwekking van duurzame energie ten behoeve van inwoners van de gemeente Zuidplas;
e. schoolbesturen die een schoolgebouw beheren en onderhouden.
De raad van de gemeente Zuidplas stelt jaarlijks het budget vast dat beschikbaar is voor het toewijzen van duurzaamheidsleningen bewoners en stimuleringsleningen duurzaamheid. Wanneer het budgetplafond bereikt is, kunnen geen nieuwe leningen worden verstrekt. Aanvragen worden na het bereiken van het budgetplafond afgewezen.
Maatregelen waarvoor een lening kan worden aangevraagd dienen te zijn gericht op vermindering van de CO2-uitstoot, een beperking van de energievraag, of het verhogen van het aandeel duurzame energiebronnen in de energievoorziening. Maatregelen bestaan uitsluitend uit de volgende voorzieningen:
Een aanvraag voor een duurzaamheidslening bewoners of stimuleringslening duurzaamheid wordt schriftelijk bij het college ingediend op een door het college beschikbaar gesteld formulier of digitaal via een door het college aangewezen website onder opgave van:
alleen voor VvE’s: een ledenlijst van de VvE en een goedgekeurd verslag van de ledenvergadering waarin een positief besluit genomen over de te treffen maatregelen waarvoor de Stimuleringslening duurzaamheid wordt aangevraagd en een positief besluit dat de Stimuleringslening duurzaamheid wordt aangevraagd;
Artikel 7 Procedure aanvraag en toewijzing
Voor aanvragers van een duurzaamheidslening bewoners of stimuleringslening duurzaamheid geldt de volgende procedure:
Op de duurzaamheidslening bewoners zijn van toepassing: ‘Productspecificaties Duurzaamheidslening’, ‘Procedures Duurzaamheidslening’, ‘Uitvoeringsregels Duurzaamheidslening’ en de ‘Toelichting op een Duurzaamheidslening en Algemene Bepalingen voor geldleningen’, zoals die op het moment van aanvragen zijn opgenomen in de dan geldende SVn Informatiemap, die door SVn worden uitgereikt aan de aanvrager bij het sluiten van de overeenkomst van geldlening.
Op stimuleringsleningen duurzaamheid zijn van toepassing: ‘Algemene bepalingen voor geldleningen’, de ‘Productspecificaties (Gemeentelijke) Stimuleringslening’, ‘Procedures Stimuleringslening’, ‘Uitvoeringsregels (Gemeentelijke) Stimuleringslening’, ‘Productspecificaties Bouwkrediet’ en ‘Toelichting op een Stimuleringslening’, zoals die op het moment van aanvragen zijn opgenomen in de dan geldende SVn Informatiemap, die door SVn worden uitgereikt aan de aanvrager bij het sluiten van de overeenkomst van geldlening.
Een duurzaamheidslening bewoners of stimuleringslening duurzaamheid komt via een bouwkrediet van SVn tot uitbetaling op basis van facturen, die verband houden met toegekende werkelijke kosten.
Artikel 15 Intrekken van een toegewezen lening
Het college is bevoegd om een toewijzingsbesluit in te trekken, indien:
Aldus vastgesteld in de openbare raadsvergadering van 31 januari 2017.
De raad voornoemd,
De plv. griffier, De voorzitter
J.J.A. van Houwelingen, K.J.G. Kats
De ‘Duurzaamheidslening bewoners’ en ‘Stimuleringslening duurzaamheid’ zijn bedoeld voor de bekostiging van energiebesparende maatregelen. De lening kan worden aangevraagd voor isolatiemaatregelen, maar ook voor warmtepompen, zonnepanelen en zonneboilers van woningen en andere gebouwen.
Omdat het rentepercentage van de lening laag is, wordt het voor de aanvrager van de lening ook financieel eerder interessant om de maatregelen te treffen waarvoor de lening gebruikt mag worden. Energiebesparing draagt bij aan een lagere CO2-uitstoot (vermindering van de opwarming van de aarde) en een betere luchtkwaliteit door een lager verbruik van fossiele brandstoffen.
Omdat de leningen in de loop der tijd worden afgelost, kunnen met de afgeloste bedragen steeds opnieuw Duurzaamheidsleningen worden verstrekt. De leningen worden betaald uit een bij Stichting Stimuleringsfonds Volkshuisvesting Nederlandse gemeenten (SVn) ondergebracht fonds, waar ook de aflossing van de leningen in gestort wordt. Dit wordt een revolverend fonds genoemd.
Een aantal gemeenten geeft subsidies op energiebesparende maatregelen in gebouwen. Deze gemeenten betalen dus mee aan de kosten van investeringen in gebouwen die niet in eigendom van de gemeente zijn.
De gemeente Zuidplas kiest voor leningen. De verantwoordelijkheid voor het investeren in energiebesparing blijft op die manier de verantwoordelijkheid van eigenaren en gebruikers van gebouwen zelf.
De gemeente Zuidplas heeft met SVn een deelnemingsovereenkomst afgesloten. Daarin is vastgelegd dat SVn voor de gemeente de administratie en uitkering van de leningen verzorgt. SVn zorgt ook voor een krediettoets om te beoordelen of een aanvrager de lening inclusief rente kan aflossen.
SVn verzorgt voor een groot aantal gemeenten in Nederland leningen, waaronder duurzaamheidsleningen. SVn beschikt daarvoor – anders dan gemeenten – over een AFM-vergunning (bankvergunning).
De ‘Duurzaamheidslening bewoners’ en de ‘Stimuleringslening duurzaamheid’ zijn bedoeld om energiebesparing en een lager gebruik van fossiele brandstoffen te stimuleren. Daarmee wordt bijgedragen aan een meer duurzame samenleving. De Duurzaamheidslening bewoners is bedoeld voor ‘natuurlijke personen’. Daaronder worden bewoners verstaan, zowel woningeigenaren als huurders. Heeft een woning meer dan één eigenaar, dan zijn zij samen aanvrager van de lening.
De Stimuleringslening duurzaamheid is bedoeld voor rechtspersonen: verenigingen en non-profitorganisaties, schoolbesturen en particuliere verhuurders. Appartementseigenaren die lid zijn van een Vereniging van Eigenaren (VvE) en die een lening aanvragen, vallen onder de Stimuleringslening duurzaamheid wanneer de vereniging de aanvraag voor een lening indient.
De lening wordt door de aanvrager bij de gemeente Zuidplas aangevraagd. Wanneer de aanvraag voldoet aan de voorwaarden uit deze verordening, dan geeft de gemeente een beschikking af en wordt de lening toegewezen onder voorbehoud van een positieve krediettoets. De krediettoets is bedoeld om te beoordelen of een aanvrager de lening zal kunnen aflossen. SVn verzorgt de krediettoets en de lening. SVn verzorgt bovendien na goedkeuring van de gemeente Zuidplas de betaling aan het deskundig vakbedrijf (aannemer, installateur) dat de energiebesparende maatregelen heeft uitgevoerd in opdracht van de aanvrager. De goedkeuring door de gemeente is bedoeld om te toetsen of de lening ook daadwerkelijk gebruikt zal worden voor de maatregelen waarvoor de lening in eerste instantie is aangevraagd.
De gemeente Zuidplas heeft met SVn een deelnemingsovereenkomst afgesloten voor de uitvoering van deze werkzaamheden.
De lening kan gebruikt worden voor de kosten van energiemaatregelen die in de verordening genoemd staan, inclusief de kosten voor het aanbrengen van de maatregelen door een deskundig bedrijf. Daarnaast mag de lening ook gebruikt worden voor andere kosten die samenhangen met het afsluiten van de lening. Die kosten verschillen en zijn voor bewoners anders dan voor rechtspersonen.
Dit artikel geeft aan wie in aanmerking kunnen komen voor een Duurzaamheidslening bewoners en een Stimuleringslening duurzaamheid. De lening kan aangevraagd en verstrekt worden aan woningeigenaren, huurders en verhuurders van woningen, Verenigingen van Eigenaren, energiecoöperaties, schoolbesturen en aan non-profitorganisaties die een gebouw beheren, bijvoorbeeld sportclubs. De woning of het gebouw dient kadastraal te liggen in de gemeente Zuidplas en het dient een bestaande woning of gebouw te zijn. De oplevering van het gebouw dient in de tijd te hebben plaatsgevonden voor publicatiedatum van deze verordening.
Bedrijven (anders dan woon-werk panden) komen niet in aanmerking voor een lening. Bedrijven kunnen voor investeringen in energiebesparende maatregelen onder meer gebruik maken van gunstige fiscale landelijke maatregelen.
Omdat onbekend is hoeveel aanvragen worden ingediend en omdat de hoogte van de aangevraagde bedragen onbekend is, wordt het budget per jaar vastgesteld. Als startbedrag wordt € 750.000 beschikbaar gesteld. Dit is voldoende voor het vertrekken van naar schatting circa honderd leningen. Het budget is beschikbaar voor alle aanvragers tezamen, zowel natuurlijke als rechtspersonen. Aanvragen worden behandeld in volgorde van binnenkomst van de complete aanvraag, ongeacht of die is aangevraagd door een bewoner of door een rechtspersoon. Naar verwachting komen de meeste aanvragen van bewoners.
De nadere voorwaarden die het college kan verbinden aan een lening zijn bijvoorbeeld een EPA-maatwerkadvies (een energie-onderzoek) of een extra financiële zekerheid voor het toewijzen van de lening.
Samengevat is de rolverdeling tussen gemeente en SVn de volgende. De gemeente beoordeelt aanvragen van een duurzaamheidslening en wijst deze toe of af, onder voorbehoud van een krediettoets door SVn. SVn verzorgt de krediettoets. Daarnaast betaalt SVn de gemaakte kosten waarvoor de lening is afgesloten rechtstreeks aan het bedrijf dat de maatregelen in artikel 5 heeft uitgevoerd. Dit gebeurt nadat de werkzaamheden zijn afgerond. SVn verzorgt ook de administratie van de aflossing van de lening.
De krediettoets is bedoeld om vast te stellen of de aanvrager de lening naar verwachting kan aflossen. Wanneer de krediettoets door SVn negatief uitvalt, zal de lening in principe niet worden verstrekt. In bijzondere gevallen kan het college ondanks de negatieve krediettoets besluiten om de lening toch te verstrekken. Bijvoorbeeld aan een kinderboerderij die weinig kredietwaardig is, maar waar het vanwege de zichtbaarheid en educatieve waarde heel goed past om bijvoorbeeld zonnepanelen op het dak te plaatsen.
Dit artikel noemt de maatregelen waarvoor een lening kan worden aangevraagd. Deze dienen door een deskundig vakbedrijf te worden aangebracht. Zo nodig dient bijvoorbeeld voorafgaand aan het treffen van de maatregelen een verklaring van een constructeur te worden afgegeven. Het college kan de aanvrager hiernaar vragen.
Dit artikel geeft aan waar een aanvraag voor een lening aan dient te voldoen. Naast informatie over maatregelen, de kosten en de uitvoering daarvan, dient uiteraard te worden voldaan aan alle wettelijke vereisten. Daarbij kan bijvoorbeeld een beoordeling nodig zijn of de constructie voldoet aan eisen die de bouwregelgeving stelt.
De in het artikel genoemde formulieren zijn te vinden op de website van de gemeente Zuidplas (met als zoekterm: duurzaamheidslening) en op aanvraag verkrijgbaar bij het secretariaat van de afdeling Ruimte, Kleinpolderlaan 4, 2911 PA Nieuwerkerk aan den IJssel.
Voor natuurlijke personen gelden andere voorwaarden dan voor rechtspersonen.
Een bewoner kan individueel een duurzaamheidslening aanvragen. Een VvE is vereniging die uit minimaal 10 leden dient te bestaan om als vereniging voor een duurzaamheidslening in aanmerking te komen voor een lening. Leden van een VvE kunnen afzonderlijk ook een lening aanvragen, maar hebben voor het treffen van de maatregelen toestemming nodig van de VvE. Voor huurders geldt dat toestemming nodig is van de verhuurder.
Artikel 7 Procedure aanvraag en toewijzing
Het artikel geeft weer hoe een aanvraag wordt behandeld en welke stappen daarbij worden gezet. Samengevat bevestigt de gemeente een ingediende aanvraag binnen twee weken. De gemeente controleert de aanvraag. Zo nodig wordt de aanvrager verzocht om binnen vier weken nog ontbrekende informatie aan te leveren. Doet de aanvrager dit niet, dan wordt de aanvraag niet verder behandeld.
Wanneer de aanvraag compleet is, neemt het college van de gemeente binnen acht weken een besluit of de lening wordt verleend of niet. De aanvrager dient daarna binnen zes maanden een declaratie in te dienen. Doet de aanvrager dit niet, dan kan de toekenningsbeschikking van de lening alsnog worden ingetrokken.
De datum waarop een volledige aanvraag is ingediend, bepaalt de volgorde van toekenning van de leningen. Daarmee wordt bereikt, dat incomplete aanvragen voorgaan bij de toekenning van leningen boven aanvragen die later zijn aangevraagd, maar langere tijd incompleet blijven. Op deze manier wordt voorkomen dat-niet complete aanvragen beslag leggen op het voor de leningen beschikbare budget en dat daardoor andere aanvragen die wel compleet zijn niet meer kunnen worden toegekend.
In het artikel staan de termijnen waarbinnen aanvragen worden afgehandeld. Belangrijk daarbij is dat een lening niet automatisch wordt verstrekt als het college niet besluit binnen de genoemde termijnen. Op de aanvraag is paragraaf 4.1.3.3 van de Algemene wet bestuursrecht dan ook niet van toepassing.
Het artikel geeft aan wanneer een aanvraag voor een Duurzaamheidslening bewoners of Stimuleringslening duurzaamheid wordt afgewezen.
Een aanvraag wordt afgewezen wanneer er geen budget meer beschikbaar is om de lening te verstrekken, of wanneer de aanvraag betrekking heeft op kosten die in totaal minder bedragen dan het minimaal vereiste bedrag van € 2.500.
Belangrijk is daarnaast dat de lening aangevraagd wordt voordat de maatregelen getroffen worden en dus niet achteraf. De aanvraag wordt bovendien afwezen als niet wordt voldaan aan voorwaarden of bepalingen die in deze verordening staan.
Naast deze afwijzingsgronden kan een aanvrager die niet voldoet aan de door SVn uit te voeren krediettoets ook een lening worden geweigerd. Daarover gaat het volgende artikel.
Indien een aanvraag wordt ingediend na 1 januari 2022 wordt deze niet meer in behandeling genomen. De looptijd van het verstrekken van nieuwe duurzaamheidsleningen is daarmee beperkt tot maximaal vijf jaar. Afhankelijk van het aantal leningen dat de komende jaren wordt verleend, kan voor die datum het budget uitgeput raken en zullen er om die reden geen nieuwe leningen worden verstrekt (zie artikel 3).
Artikel 9 Krediettoets, verstrekken en beheer
De krediettoets is bedoeld om vast te stellen of de aanvrager financieel in staat kan zijn om de lening af te lossen. Voor bewoners voert SVn een krediettoets uit. SVn heeft de wettelijke plicht, vanwege de zorgplicht, een lening te weigeren indien de uitkomst van de toets negatief is. In bijzondere gevallen kan samen met gemeenten naar andere oplossingen worden gezocht. SVn voert hiervoor een eigen krediettoets uit die gebaseerd is op moraliteit (frauderegister) en financiële draagkracht (inkomenstoets, betalingsachterstand BKR). Deze toets is niet conform de werkwijze van het NHG, die een hypothecaire financiering betreft. De duurzaamheidslening betreft immers een consumptief krediet.
Dit artikel verwijst naar alle voorwaarden die gehanteerd worden door SVn in verband met de leningen. Deze worden periodiek geactualiseerd en aangepast aan bijvoorbeeld veranderende wetgeving, maar ook aan bijvoorbeeld veranderende rentes.
Artikel 11 Kenmerken Duurzaamheidslening bewoners
De hoogte van de Duurzaamheidslening voor bewoners is gelijk aan de kosten die genoemd staan in artikel 1: de maatregelen (artikel 5) inclusief genoemde bijkomende kosten.
De duurzaamheidslening voor bewoners is een standaardproduct van SVn. De bedragen en percentages zijn voor alle gemeenten gelijk en zijn vastgelegd in de in het vorige artikel (artikel 10) genoemde productspecificaties. De lening bedraagt minimaal € 2.500,- en maximaal € 15.000,- Het minimumbedrag is gekozen omdat bij een bedrag lager dan het minimum, de administratieve kosten erg hoog worden in relatie tot het geleende bedrag. Het maximum is bedoeld om zoveel mogelijk mensen de kans te geven om van de lening gebruik te maken.
De looptijd van de Duurzaamheidslening bewoners is 10 jaar bij een geleend bedrag tussen de € 2.500 en € 7.500,- of 15 jaar bij een bedrag tussen de € 7.500,- en € 15.000,-
De rente bedraagt op dit moment 1,6% (2016) en blijft gedurende de gehele looptijd gelijk. Omdat de komende jaren de rente zal kunnen veranderen voor nieuwe leningen die worden afgesloten, staat in artikel 11 van de verordening geen rentepercentage genoemd.
Bij verkoop van de woning of het gebouw door de aanvrager of bij beëindiging van de huurovereenkomst of bruikleenovereenkomst gedurende de looptijd van de lening, wordt de restantschuld ineens volledig afgelost.
Artikel 12 Kenmerken Stimuleringslening duurzaamheid
De Stimuleringslening duurzaamheid is maatwerk per gemeente. In artikel 12 staat dit uitgewerkt. De lening bedraagt minimaal € 2.500,- en maximaal € 35.000,- Het hogere maximum ten opzichte van de Duurzaamheidslening bewoners is gekozen omdat de aanvragen van dit type lening (verenigingen e.a., zie artikel 2 lid 3) vaak op veel grotere panden betrekking hebben dan op woningen.
Ook de rente, looptijd en kosten zijn bij de Stimuleringslening anders dan bij de lening voor bewoners. De aanvragen zijn immers in het algemeen complexer en de geleende bedragen hoger.
Voor de Stimuleringslening geldt dat er afsluitkosten zijn. Deze zijn 1% van het geleende bedrag met een minimum van € 1.500,- (situatie 2016). Bij de duurzaamheidslening voor bewoners zijn deze afsluitkosten opgenomen in het rentepercentage.
Het rentepercentage voor de Stimuleringslening duurzaamheid bedraagt 0,5% (2016). De genoemde bedragen en percentages kunnen in de toekomst voor nieuwe leningen veranderen.
De afsluitkosten kunnen meegefinancierd worden in de lening. Dat geldt tenslotte ook voor de kosten van het afsluiten van een notariële akte.
De Duurzaamheidslening bewoners en de Stimuleringslening duurzaamheid worden beschikbaar gesteld door middel van een bouwkrediet. Het bouwkrediet heeft een looptijd van 12 maanden en kan op verzoek één keer met 12 maanden worden verlengd. Het bouwkrediet wordt beëindigd als het leningbedrag is opgenomen en wordt uiterlijk na 24 maanden afgesloten. Is er na de afsluiting nog een tegoed aanwezig in het bouwkrediet, dan wordt dit gebruikt als extra aflossing van de lening.
Het artikel geeft aan dat het college beleidsvrijheid heeft om nadere regels te stellen. Dit kan met name gebeuren indien de uitvoering ongewenste gevolgen met zich meebrengt, die niet overeenstemmen met het doel van de leningen of met ander beleid.
Artikel 15 Intrekken van een toegewezen lening
Een toegewezen lening kan in bepaalde gevallen worden ingetrokken. Dat kan allereerst gebeuren, als een aanvrager niet tijdig (binnen zes maanden) een declaratie indient. Het is namelijk ongewenst dat lange tijd een bedrag gereserveerd moet worden voor een aanvrager, terwijl die er uiteindelijk misschien geen gebruik van maakt. Dit kan het voor anderen onmogelijk maken om een lening te krijgen, wanneer het beschikbare budget uitgeput raakt.
Frauduleus handelen is een andere reden voor het intrekken van een toegewezen lening.
Het college kan tenslotte op grond van artikel 4.1 nadere voorwaarden stellen aan het verlenen van een lening. Een voorbeeld daarvan is dat een notariële akte gevraagd kan worden. Wanneer hier niet aan voldaan is, kan de lening worden ingetrokken.
Dit artikel geeft het college beleidsvrijheid in bijzondere gevallen.