Organisatie | Zundert |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Wegsleepverordening gemeente Zundert 2006 |
Citeertitel | Wegsleepverordening gemeente Zundert 2006 |
Vastgesteld door | gemeenteraad |
Onderwerp | ruimtelijke ordening, verkeer en vervoer |
Eigen onderwerp | ruimtelijke ordening, verkeer en vervoer |
Datum inwerkingtreding 8 dagen na publicatie
Wegenverkeerswet 1994, art 143, lid 2
Geen
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
30-08-2007 | 26-07-2016 | Nieuwe regeling | 31-08-2006 De Zundertse Bode, 22-08-2007 | 2006/6571 |
De raad van de gemeente Zundert,
gelezen het voorstel van het college van burgemeester en wethouders van 30 mei 2006,
gelet op het bepaalde in artikel 149 van de Gemeentewet, artikel 173, tweede lid van de Wegenverkeerswet 1994 en het Besluit wegslepen van voertuigen;
overwegende dat het wenselijk is om in voorkomende gevallen op de weg staande voertuigen te kunnen verwijderen, over te brengen en in bewaring te stellen;
Artikel 2 Aanwijzing van wegen en weggedeelten waar voertuigen kunnen worden verwijderd,overgebracht en in bewaring gesteld in het belang van het vrijhouden van wegen en weggedeelten
Als wegen en weggedeelten,bedoeld in artikel 170, eerste lid, onder c van de wet worden alle wegen en weggedeelten binnen de gemeente aangewezen voorzover ze behoren tot een van de in artikel 2 van het besluit bedoelde soorten van wegen en weggedeelten.
Artikel 5 Overbrengen en in bewaring stellen van motorrijtuigen in het geval van gebleken onvoldoende rijgeschiktheid of rijvaardigheid dan wel het ontbreken van een behoorlijk zichtbare kentekenplaat
Wanneer gebruik wordt gemaakt van de bevoegdheid, bedoeld in artikel 130, vierde lid, 164, zevende lid, en 174, eerste lid van de wet, zijn artikel 1, 3 en 4 van deze verordening van overeenkomstige toepassing.
Aldus vastgesteld in de openbare vergadering van de raad van de gemeente Zundert d.d. 31 augustus 2006.
De plaatsvervangend voorzitter,
De griffier,
Toelichting Wegsleepverordening Gemeente Zundert 2006, Algemene Toelichting
Op 1 januari 2002 is de Wet van 21 februari 1997, houdende de wijziging van de Wegenverkeerswet 1994 (WVW 1994), ook wel de wijziging van de wegsleepregeling genoemd, en het bijbehorende Besluit wegslepen van voertuigen, in werking getreden. De artikelen 170 tot en met 173 van de WVW 1994 zijn geheel vervangen door nieuwe bepalingen. De wijzigingswet is bij de Invoeringswet van de derde tranche van de Algemene wet bestuursrecht, deel II, nog aangepast in verband met de overgang van de bepalingen over de uitvoering van bestuursdwang uit de Gemeentewet naar de Algemene wet bestuursrecht.
Bevoegdheid tot het wegslepen van voertuigen
Het uitvoeren van de wegsleepregeling is geen bevoegdheid meer van de burgemeester, maar van het gehele college van burgemeester en wethouders. Het wegslepen van een voertuig moet worden gezien als een bijzondere vorm van bestuursdwang. In de Algemene wet bestuursrecht (Awb) zijn algemene regels gesteld over de toepassing van bestuursdwang. Deze regels zijn voor een groot deel ook van toepassing op het wegslepen van voertuigen. Tegen het wegslepen van voertuigen staat op grond van de Awb bezwaar en vervolgens beroep open.
In artikel 170 e.v. van de WVW 1994 is het kader aangegeven waarbinnen het college van burgemeester en wethouders gebruik kan maken van zijn bevoegdheid tot het wegslepen van voertuigen. Hoewel de bevoegdheid tot het wegslepen van voertuigen in de wet is neergelegd, kan het college eerst pas van deze bevoegdheid gebruikmaken, wanneer de gemeenteraad in een verordening nadere regels heeft gesteld over de toepassing van deze bevoegdheid, zoals in artikel
173, tweede lid, van de WVW 1994 wordt voorgeschreven. Deze nadere regels dienen in ieder geval te betreffen:
Op grond van de herziende regeling in de WVW 1994 zijn de mogelijkheden tot het wegslepen van foutief geparkeerde voertuigen ten opzichte van de oude regeling fors uitgebreid. Het is nu mogelijk om in situaties waarin het parkeren als zeer hinderlijk wordt ervaren eveneens op te treden. Hierbij kan gedacht worden aan het onbevoegd parkeren op laad- en loshavens, taxistandplaatsen, voetgangersgebieden, markt- en evenemententerreinen, enz. Het direct optreden tegen dergelijke foutief geparkeerde voertuigen kan in bepaalde gevallen zeer wenselijk zijn. Als wegen en weggedeelten waar op grond van de nieuwe landelijke wegsleepregeling kan worden weggesleept zijn thans aangewezen alle wegen en weggedeelten binnen de gemeente Zundert voorzover die behoren tot één van de in artikel 2 van het Besluit bedoelde soorten wegen en weggedeelten. Het is overigens niet zo dat zonder meer tot wegslepen overgegaan kan worden. Per geval dient te worden nagegaan of in dit specifieke geval het wegslepen absoluut noodzakelijk is. Het wegslepen van een voertuig dat om 04.00 uur ’s nachts onbevoegd is geparkeerd zal doorgaans als niet of minder urgent moeten worden beschouwd. In een dergelijk geval dient met het opmaken van een proces-verbaal te worden volstaan.
In de verordening zijn geen delictomschrijvingen opgenomen. De reden daartoe ligt in het volgende. Het risico is reëel dat de delictomschrijvingen uit de Wegenverkeerswetgeving niet (altijd) naadloos aansluiten op de wegsleepregeling. Is dat het geval dan kan een zaak om formele gronden afgedaan worden ten nadele van de gemeente. Het is dan ook praktisch om gewoon te verwijzen naar de toepasselijke artikelen van de Wegenverkeerswet. Daarnaast wordt op deze wijze voorkomen dat zaken dubbel geregeld worden.
In artikel 170, zesde lid WVW 1994 is bepaald dat een voertuig niet mag worden weggesleept, indien de rechthebbende het voertuig verwijdert voordat men met de feitelijke overbrenging is begonnen. In de wet is niet expliciet uitgelegd wanneer het moment van overbrenging een aanvang heeft genomen. Aangenomen wordt dat met het feitelijke slepen een aanvang is genomen, als het voertuig in de takels van het wegsleepvoertuig hangt en de chauffeur de auto heeft gestart. Meldt de rechthebbende zich daarvoor, dan kan niet tot wegslepen overgegaan worden. Wel dient rechthebbende de met uitrijden zonder wegsleep gemoeide kosten te vergoeden.
Toelichting Wegsleepverordening Gemeente Zundert 2006, Artikelgewijze toelichting
In deze bepaling is een aantal begrippen omschreven dat diverse malen in deze verordening terugkomt. De omschrijving van deze begrippen spreekt voor zich. Veelal wordt verwezen naar definities uit bestaande wetgeving.
Het begrip voertuig, conform artikel 1, onder al, van het RVV 1990 betreft:
Fietsen, bromfietsen, gehandicaptenvoertuigen, motorvoertuigen, trams en wagens. Ook in de APV is een bepaling opgenomen over het verwijderen van fietsen, e.d. van de openbare weg. Die bepaling ziet meer op de openbare orde, veiligheid en uiterlijk aanzien. De bepaling in de wegsleepregeling ziet strikt op de wegenverkeerswetgeving, terwijl de bepalingen in de APV (=excessenregeling) deze regeling als het ware aanvullen.
Het begrip motorrijtuig is apart omschreven, omdat artikel 5 van de Zundertse wegsleepverordening alleen betrekking heeft op dit soort voertuigen.
Aanwijzing van wegen en weggedeelten waar voertuigen kunnen worden verwijderd, overgebracht en in bewaring gesteld in het belang van het vrijhouden van wegen en weggedeelten
In dit artikel worden alle wegen en weggedeelten binnen de gemeente Zundert aangewezen
als toepassingsgebied van de wegsleepverordening.
In artikel 170 eerste lid onder c. juncto artikel 2 van het Besluit is ook aangegeven dat een
voertuig in het belang van het vrijhouden van bepaalde wegen en weggedeelten kan worden
weggesleept, wanneer deze zijn aangewezen in de gemeentelijke wegsleepverordening en behoren
tot de wegen en weggedeelten, zoals bedoeld in artikel 2 van het besluit wegslepen van
Ingevolge artikel 170 eerste lid sub c. van de wet, juncto artikel 2 van het Besluit, juncto
artikel 2 van de wegsleepverordening gemeente Zundert 2006, kan in de gemeente Zundert van de
volgende soorten wegen en weggedeelten worden weggesleept:
Plaats bewaring voertuigen en openingstijden
De inhoud van de bepaling spreekt voor zich. Vanwege de redactie van artikel 173, tweede lid van
de WVW 1994, moet(en) de plaatsen van bewaring van voertuigen door de gemeenteraad worden
aangewezen. Deze bewaarplaats dient goed bereikbaar te zijn. In dit verband kan gedacht worden
aan de bereikbaarheid van de bewaarplaats middels het openbaar vervoer. De gemeente wenst het
overbrengen en in bewaring stellen van voertuigen niet zelf uit te voeren maar aan een bedrijf uit
te besteden. De openingstijden worden door het college van burgemeester en wethouders
Kosten overbrengen en bewaren voertuigen
In de artikelen 13 tot en met 15 van het besluit wegslepen van voertuigen is geregeld welke soorten van kosten verbonden aan het wegslepen en in bewaring stellen van voertuigen in rekening kunnen worden gebracht. Het gaat hierbij niet alleen om personele en materiële kosten direct verband houdend met het wegslepen en in bewaring stellen van voertuigen, maar ook om kosten verbonden aan bekendmaking van beschikkingen, verkoop, eigendomsoverdracht om niet of vernietiging van voertuigen, inclusief de taxatie van deze voertuigen, renteverlies, WA-verzekering e.d.
Om redenen van uitvoering is ervoor gekozen om met vaste bedragen te werken, waar de verschillende kosten deel van uitmaken. Om de regeling, zoveel als mogelijk is, kostenneutraal te kunnen doen uitvoeren is een opgeld gehanteerd daar waar het gaat om de voorrijkosten en de sleepkosten. Het komt namelijk voor dat de wegsleper opgeroepen wordt, terwijl de eigenaar/ houder zich inmiddels heeft gemeld. In een dergelijke situatie kunnen geen voorrijkosten in rekening gebracht worden. In dat geval dient te worden volstaan met een proces-verbaal (bijv. wet Mulder). Indien niet met een dergelijk opgeld gewerkt wordt, blijven de kosten voor rekening van de gemeente.
Overbrengen en in bewaring stellen van motorrijtuigen in het geval van gebleken onvoldoende rijgeschiktheid of rijvaardigheid dan wel het ontbreken van een behoorlijk zichtbare kentekenplaat
Naast de in artikel 170, eerste lid WVW 1990 bedoelde gevallen zijn in deze wet nog twee gevallen genoemd, waarin het noodzakelijk kan zijn om een voertuig te laten wegslepen en in bewaring te stellen. Achtereenvolgens wordt hier gedoeld op:
de situatie dat een motorrijtuig niet beschikt over een behoorlijk zichtbare kentekenplaat terwijl de eigenaar of houder van dat motorrijtuig niet direct te achterhalen is. Hierbij kan bijvoorbeeld worden gedacht aan voertuigwrakken die geen kenteken meer hebben of aan situaties dat er sprake kan zijn van het ‘knoeien’ met kentekens in geval van autodiefstal.
Wanneer in dit soort gevallen een voertuig moet worden weggesleept en in bewaring genomen, is er geen sprake van uitoefening van bestuursdwang. Artikel 170, eerste lid WVW 1994, waarin de bestuursdwang is geregeld, is dan ook niet van toepassing verklaard in de genoemde gevallen. In feite gaat het om een vorm van inbeslagname van de goederen die ook in het strafrecht voorkomt.
Wel heeft de wetgever voor deze gevallen diverse bepalingen uit hoofdstuk X. Bestuursdwang van de WVW 1994 (artikel 170 e.v.) van overeenkomstige toepassing verklaard. In de wegsleepverordening zijn de artikelen over de bewaarplaats(en) van voertuigen en openingstijden (artikel 3) en de kosten van overbrengen en bewaren van voertuigen (artikel 4) voor deze gevallen van overeenkomstige toepassing verklaard.