Ziet u een fout in deze regeling? Meld het ons op regelgeving@overheid.nl!
Geertruidenberg

Beloningsregeling Gemeente Geertruidenberg 2016

Wetstechnische informatie

Gegevens van de regeling
OrganisatieGeertruidenberg
OrganisatietypeGemeente
Officiële naam regelingBeloningsregeling Gemeente Geertruidenberg 2016
CiteertitelBeloningsregeling Gemeente Geertruidenberg 2016
Vastgesteld doorcollege van burgemeester en wethouders
Onderwerpbestuur en recht
Eigen onderwerp

Opmerkingen met betrekking tot de regeling

Geen

Wettelijke grondslag(en) of bevoegdheid waarop de regeling is gebaseerd

Collectieve Arbeidsvoorwaardenregeling/Uitwerkingsovereenkomst (CAR-UWO), hfdst 3

Regelgeving die op deze regeling is gebaseerd (gedelegeerde regelgeving)

Geen

Overzicht van in de tekst verwerkte wijzigingen

Datum inwerkingtreding

Terugwerkende kracht tot en met

Datum uitwerkingtreding

Betreft

Datum ondertekening

Bron bekendmaking

Kenmerk voorstel

18-01-201701-01-2016Nieuwe regeling

17-01-2017

De Langstraat, 2 februari 2017

Onbekend

Tekst van de regeling

Intitulé

Beloningsregeling Gemeente Geertruidenberg 2016

Burgemeester en Wethouders van de gemeente Geertruidenberg;

 

Gelet op hoofdstuk 3 van de Collectieve Arbeidsvoorwaardenregeling/Uitwerkingsovereenkomst (CAR-UWO);

 

Gelet op de instemming van het Georganiseerd Overleg d.d. 15 december 2016;

 

besluiten:

 

vast te stellen de navolgende regeling:

 

‘Beloningsregeling Gemeente Geertruidenberg 2016’

Artikel 1 Algemene bepalingen

De begripsomschrijvingen zijn opgenomen in artikel 1:1 van de CAR/UWO.

Artikel 2 Salarisstop

Het college kan bepalen dat ten aanzien van een ambtenaar salarisverhogingen, als bedoeld in de CAR achterwege worden gelaten:

  • a.

    Gedurende de tijd, doorgebracht met verlof buiten genot van salaris in het belang van de ambtenaar, dan wel verleend onder voorwaarde, dat bedoelde tijd niet zal meetellen voor de in de CAR bedoelde verhoging;

  • b.

    Gedurende de tijd, waarin de ambtenaar in de uitoefening van zijn functie is geschorst op grond van het bepaalde in de CAR, tenzij het college het tegendeel bepaalt;

  • c.

    Bij onvoldoende bekwaamheid, ongeschiktheid, of onvoldoende ijver vastgesteld aan de hand van een beoordeling.

Artikel 3 Salarisovergang

  • 1.

    Wanneer de ambtenaar wordt bevorderd naar een salarisschaal met een hoger maximumsalaris, wordt voor hem het salaris in de nieuwe schaal in principe vastgesteld op het bedrag in die schaal gelegen onmiddellijk boven het salaris dat de ambtenaar in de oude schaal zou hebben genoten als hij niet bevorderd was.

  • 2.

    Het verschil tussen het nieuwe salaris en het oude salaris van de ambtenaar bedraagt tenminste 75% van het verschil tussen het bedrag dat de ambtenaar laatstelijk genoot en het naasthogere bedrag in die oude schaal, dan wel het naastlagere bedrag in die oude schaal, indien het salaris in de oude schaal reeds overeenkwam met het hoogste bedrag uit die schaal.

Artikel 4 Periodieke verhoging van het salaris

  • 1.

    Iedere ambtenaar, die het maximumsalaris van de voor hem geldende salarisschaal nog niet heeft bereikt, ontvangt bij voldoende functioneren een periodieke verhoging van het salaris op 1 januari van ieder kalenderjaar;

  • 2.

    Een ambtenaar heeft geen recht op een periodieke verhoging wanneer hij in de periode 1 juli tot 1 januari in dienst is getreden. De ambtenaar ontvangt in dit geval een periodieke verhoging op 1 januari van het jaar daaropvolgend en nadien telkens na een jaar.

Artikel 5 Toelageberekening bij ziekte

Een medewerker die recht heeft op een toelage als in de CAR omschreven (met uitzondering van beschikbaarheidstoelage) behoudt die toelage bij ziekte. Als het daarbij gaat om een toelage op basis van een rooster, dan geldt het laatste rooster als basis voor die toelage tijdens ziekte. De hoogte van de toelage bij ziekte volgt de hoogte van het salaris conform de aanspraken bij ongeschiktheid wegens ziekte of gebrek als beschreven in de CAR.

Artikel 6 Inconveniëntentoelage

  • 1.

    Dit artikel is een nadere uitwerking van hetgeen is opgenomen in artikel 3:14 van de CAR.

  • 2.

    Aan de ambtenaar aan wie het verrichten van zware, onaangename of gevaarlijke arbeid wordt opgedragen, wordt een vaste maandelijkse toelage toegekend van 2% van het voor hem geldende salaris.

  • 3.

    Het college kan nader bepalen welke arbeidsomstandigheden als zwaar, onaangenaam of gevaarlijk moeten worden aangemerkt.

Artikel 7 Bijzondere individuele beloning

  • 1.

    Indien een ambtenaar een bijzondere prestatie of een bijzondere bijdrage aan de organisatie heeft geleverd, kan aan hem een eenmalige bijzondere beloning (los van de beoordelingsgesprekken) worden toegekend.

  • 2.

    Deze beloning kan in de vorm van een geldbedrag van € 1.250 of € 750 bruto aan een medewerker worden toegekend, mits de beloning integraal is afgestemd en er overeenstemming is over de hoogte van de gratificatie in het managementteam (MT) en is voorzien van een advies van een HR adviseur.

  • 3.

    Naast het toekennen van een geldbedrag is het ook mogelijk om de medewerker in een van bovenstaande situaties te belonen met een opleiding/training welke in verhouding staat tot de geleverde prestatie en de bedragen genoemd bij lid 2. Ook deze vorm van beloning wordt integraal afgestemd binnen het MT en is voorzien van een advies van een HR adviseur.

  • 4.

    Daarnaast is het ook mogelijk om een kleinere extra inspanning van de medewerker te belonen door het geven van een presentje, niet zijnde VVV of cadeaubonnen, met een maximum waarde van € 25.

  • 5.

    De genoemde beloningen onder lid 2 en 3 kunnen slechts eenmaal per kalenderjaar worden toegekend en zijn niet van toepassing op de ambtenaar die op basis van de personeelsbeoordeling in aanmerking komt voor een functioneringstoelage.

Artikel 8 Groepsbeloning

  • 1.

    Indien een groep ambtenaren naar het oordeel van het MT een bijzondere collectieve prestatie heeft geleverd kan het volgende aan de groep worden toegekend:

    • bloemetje per medewerker van € 20;

    • lunch, high tea, diner verzorgt in een van de gemeentelijke gebouwen.

  • 2.

    Naast bovenstaande componenten is het ook mogelijk om als alternatief de groep een geldbedrag van € 150 per persoon bruto uit te betalen. Deze vorm van beloning wordt integraal afgestemd binnen het MT en is voorzien van een advies van een HR adviseur.

Artikel 9 Functioneringstoelage

  • 1.

    Aan de ambtenaar, die het maximum van de voor hem geldende schaal heeft bereikt, kan door het college een functioneringstoelage worden toegekend, wanneer daartoe op grond van buitengewone bekwaamheid, geschiktheid en ijver aanleiding bestaat.

    Het toekennen van een functioneringstoelage is gekoppeld aan het opmaken van een beoordeling, waarvan de uitslag is dat de ambtenaar op een ‘uitstekende’ wijze functioneert

  • 2.

    De hoogte van de toelage als bedoeld in het eerste lid bedraagt maximaal 10% van het salaris.

  • 3.

    De toelage wordt voor maximaal een jaar toegekend. Bij het voortduren van de gronden waarop de toelage is toegekend, kan deze opnieuw worden toegekend.

Artikel 10 Onvoorziene gevallen

Voor gevallen waarin deze regeling niet of niet billijk voorziet, treft het DT een bijzondere regeling. Het DT heeft de mogelijkheid om gemotiveerd af te wijken van deze regeling.

Artikel 11 Slotbepalingen

  • 1.

    Deze regeling treedt een dag na bekendmaking in werking, werkt terug tot en met 1 januari 2016 en kan worden aangehaald als: Beloningsregeling Gemeente Geertruidenberg 2016.

  • 2.

    De Beloningsregeling Gemeente Geertruidenberg 2015 komt per gelijke datum te vervallen.

  • 3.

    Aldus besloten in de vergadering van het college van de gemeente Geertruidenberg van 17 januari 2017, na instemming Georganiseerd Overleg van 15 december 2016.

Burgemeester en wethouders van Geertruidenberg,

De secretaris, de burgemeester,

R.C.J. Nagtzaam drs. W. van Hees