Organisatie | 's-Hertogenbosch |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Beleidsregels voor het aanwijzen van een belastingplichtige en/of WOZ-belanghebbende in een keuzesituatie 2016 |
Citeertitel | Beleidsregels aanwijzing belastingplichtige ’s-Hertogenbosch 2016 |
Vastgesteld door | college van burgemeester en wethouders |
Onderwerp | financiën en economie |
Eigen onderwerp |
Geen
Onbekend
Geen
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
21-12-2016 | Nieuwe regeling | 07-12-2016 | 6467369 |
Het college van burgemeester en wethouders van ’s-Hertogenbosch in zijn vergadering van 7 december 2016 met registratienummer 6467369; gelet op de gemeentewet, de Wet waardering onroerende zaken en de Wet Milieubeheer; mede gelet op het bepaalde in de navolgende belastingverordeningen van de gemeente ’s-Hertogenbosch:
Beleidsregels voor het aanwijzen van een belastingplichtige en/of WOZ-belanghebbende in een keuzesituatie 2016
In sommige gevallen brengen de wettelijke regels met zich dat meer personen belastingplichtig kunnen zijn voor één belastingobject (onroerende of roerende zaak, perceel of hond).
In de gevallen waarin dat voorkomt mag de gemeente de aanslag ten name van één van de belastingplichtigen stellen.
In deze gevallen hanteert de gemeente ’s-Hertogenbosch een voorkeursvolgorde bij de aanwijzing van de belastingplichtige die de aanslag op zijn of haar naam krijgt.
Deze voorkeursvolgorde is gebaseerd op de doelmatige c.q. doeltreffende heffing en invordering en veronderstelde betaalcapaciteit en wordt toegepast voor zover de gegevens voorhanden of te achterhalen zijn.
De in de voorkeursvolgorde neergelegde criteria bevatten geen limitatieve opsomming. Zij moeten worden beschouwd als richtlijnen voor de meest voorkomende gevallen.
In sommige gevallen brengen de wettelijke regels met zich dat meer personen belastingplichtig kunnen zijn voor één belastingobject (onroerende of roerende zaak, perceel of hond).
In de gevallen waarin dat voorkomt mag de gemeente de aanslag ten name van één van de belastingplichtigen stellen.
In deze gevallen hanteert de gemeente ’s-Hertogenbosch een voorkeursvolgorde bij de aanwijzing van de belastingplichtige die de aanslag op zijn of haar naam krijgt.
Deze voorkeursvolgorde is gebaseerd op de doelmatige c.q. doeltreffende heffing en invordering en veronderstelde betaalcapaciteit en wordt toegepast voor zover de gegevens voorhanden of te achterhalen zijn.
De in de voorkeursvolgorde neergelegde criteria bevatten geen limitatieve opsomming. Zij moeten worden beschouwd als richtlijnen voor de meest voorkomende gevallen.
Met betrekking tot de gemeentelijke belastingen die worden geheven van genothebbenden krachtens eigendom, bezit of beperkt recht wordt, indien er met betrekking tot één roerende of onroerende zaak verschillende categorieën genothebbenden zijn, de aanslag in onderstaande volgorde gesteld ten name van:
Met betrekking tot de gemeentelijke belastingen die worden geheven van genothebbenden krachtens eigendom, bezit of beperkt recht wordt de aanslag in onderstaande volgorde gesteld ten name van:
Met betrekking tot de onroerende-zaakbelastingen, de belastingen op roerende woon- en bedrijfsruimten en het rioolrecht (afvoerrecht) die geheven worden van gebruikers, alsmede de afvalstoffenheffing, de hondenbelasting en reclamebelasting, wordt de aanslag in onderstaande volgorde gesteld ten name van:
Bij gebruik van een pand dat in zijn geheel is bestemd voor kamerverhuur en van waaruit afvalwater wordt afgevoerd en/of huishoudelijke afvalstoffen kunnen ontstaan, wordt als belastingplichtige voor de rioolheffing en/of de afvalstoffenheffing aangewezen de eigenaar of verhuurder van het pand, ook als die niet zelf gebruiker is.
Van kamerverhuur is sprake indien gedeelten van een pand voor meerdere personen - die geen huishouden vormen - ter bewoning zijn bestemd. Onder pand wordt in dit verband verstaan een onroerende zaak als bedoeld in artikel 16 van de Wet waardering onroerende zaken, dan wel een roerende woonruimte als bedoeld in artikel 1 juncto 3 van de Verordening belastingen op roerende woon- en bedrijfsruimten.
Indien een pand volgtijdig in gebruik wordt gegeven en vanuit dit perceel kan direct of indirect water op de gemeentelijke riolering worden afgevoerd, wordt als belastingplichtige voor de rioolheffing aangewezen degene die dat perceel voor volgtijdig gebruik ter beschikking heeft gesteld.
Onder pand in de onderdelen 13 en 15 wordt in dit verband verstaan een onroerende zaak als bedoeld in artikel 16 van de Wet waardering onroerende zaken, dan wel een roerende woonruimte als bedoeld in artikel 1 juncto 3 van de Verordening belastingen op roerende woon- en bedrijfsruimten.
Het besluit van 15 november 2011 tot vaststelling van beleidsregels voor de aanwijzing van belastingplichtigen en belanghebbenden vervalt met ingang van de in onderdeel 16.1 genoemde datum, met dien verstande dat het van toepassing blijft op de belastbare feiten die zich voor die datum hebben voorgedaan;