Organisatie | Ferwerderadiel |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Verordening op de ambtelijke bijstand Ferwerderadiel 2016 |
Citeertitel | Verordening op de ambtelijke bijstand Ferwerderadiel 2016 |
Vastgesteld door | gemeenteraad |
Onderwerp | bestuur en recht |
Eigen onderwerp |
Geen.
Gemeentewet, art. 33
Geen.
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
01-01-2017 | 09-03-2019 | Een nieuwe verordening (ter gedeeltelijke vervanging van een bestaande verordening) | 15-12-2016 Geen. | 14/16 |
Artikel 1. Ambtelijke bijstand
De bijstand, bedoeld in het eerste lid, onderdeel c, wordt verleend door de griffie. Indien de gevraagde bijstand niet door de griffie kan worden verleend kan de griffie de directie van DDFK-gemeenten verzoeken één of meer ambtenaren aan te wijzen die de gevraagde bijstand zo spoedig mogelijk verlenen.
Artikel 4. Recht op ambtelijke bijstand
Elk raadslid heeft recht op ambtelijke bijstand als bedoeld in artikel 1.
Deze verordening treedt in werking op 1 januari 2017
vastgesteld in de openbare vergadering van de raad van de gemeente Ferwerderadiel van 15 december 2016. |
Toelichting op de verordening op ambtelijke bijstand 2016
Deze verordening geeft uitvoering aan artikel 33 van de Gemeentewet. Dit artikel is door de Wet dualisering gemeentebestuur ingrijpend gewijzigd. Het legt expliciet vast dat de raad en individuele raadsleden een recht op ambtelijke bijstand hebben. Voor politieke groeperingen bestaat daarnaast een recht op fractieondersteuning. De uitwerking van deze rechten moet bij verordening worden geregeld.
In deze verordening vervult de griffie een centrale rol als eerste aanspreekpunt en beoordelaar betreffende ambtelijke bijstand en als schakel tussen de raadsleden en de reguliere ambtelijke organisatie.
De directie DDFK-gemeenten is verantwoordelijk voor de ambtelijke organisatie en heeft daarom ook een beslissende rol. Als er een conflictsituatie ontstaat of dreigt te ontstaan, zal de burgemeester een bemiddelende en uiteindelijk beslissende rol kunnen spelen. De positie van de burgemeester (als voorzitter van de raad) maakt hem bij uitstek geschikt voor deze taak als bruggenbouwer en als degene die uiteindelijk het laatste woord heeft.
De bijstand wordt zo spoedig mogelijk verleend. Het is niet mogelijk in de verordening hiervoor vaste termijnen op te nemen in verband met de verschillen in aard en omvang van de werkzaamheden voor een verzoek. De griffie ziet er op toe dat er voortgang blijft in het proces. Op grond van het derde lid is er bij twijfel een rol voor de directie DDFK-gemeenten weggelegd. Deze zal in samenspraak met de griffie moeten beslissen of het een verzoek als bedoeld in het eerste lid, onderdeel a en b betreft.
Beoordeling of één van de in artikel 2 genoemde weigeringsgronden zich voordoet vindt, na overleg met de griffie, door de directie DDFK-gemeenten plaats. Uiteraard kan de raad via de gebruikelijke weg hierover de burgemeester verzoeken verantwoording af te leggen (artikel 180 Gemeentewet).
Ook als - naar de mening van het raadslid - op onvoldoende wijze aan zijn of haar verzoek om hulp gehoor wordt gegeven kan de zaak aan een hogere instantie worden voorgelegd: de burgemeester is daar gezien zijn eigenstandige positie in het gemeentelijke bestuur en zijn voorzitterschap van de raad de meest aangewezen instantie voor. Wel zal het betrokken raadslid hierover eerst overleg voeren met de griffie, eventueel in het bijzijn van de secretaris.