Organisatie | Zoetermeer |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Verordening begeleidingscommissie Werk, Zorg en Inkomen Zoetermeer |
Citeertitel | Verordening begeleidingscommissie Werk, Zorg en Inkomen 2010 |
Vastgesteld door | gemeenteraad |
Onderwerp | maatschappelijke zorg en welzijn |
Eigen onderwerp | sociale zaken, welzijn en onderwijs |
Deze verordening vervangt de Verordening begeleidingscommissie Werk, Zorg en Inkomen, vastgesteld door de raad op 1 juni 2004.
1.Geen.
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
29-07-2010 | 12-01-2015 | nieuwe regeling | 28-06-2010 Postiljon15-07-2010 | 100309 |
1: Deze verordening verstaat onder:
c.Ioaz: de Wet inkomensvoorziening oudere en gedeeltelijk arbeidsongeschikte
uitstroom naar (gesubsidieerde) arbeid van uitkeringsgerechtigden;
j.zorg: die onderwerpen die op enigerlei wijze betrekking hebben op de
maatschappelijke participatie of hulpverleningstrajecten van uitkeringsgerechtigden;
k.inkomen: die onderwerpen die op enigerlei wijze betrekking hebben op de hoogte en
de verstrekking van uitkeringen op grond van de WWB, Ioaw of Ioaz, dan wel
onderwerpen die op enigerlei wijze betrekking hebben op de inkomenspositie van de
doelgroep van het gemeentelijk minimabeleid;
l.wsw: die onderwerpen die op enigerlei wijze betrekking hebben op de uitvoering van de
2: In deze verordening wordt onder de WWB mede verstaan: de Wet investeren in
3: In deze verordening wordt onder uitkeringsgerechtigde(n) mede verstaan: de jongere
Artikel 2 Bevoegdheden en taken
1.De commissie heeft tot taak het college gevraagd en ongevraagd te adviseren over alle
onderwerpen die de ontwikkeling, de vorming, de uitvoering, de controle en de
evaluatie van het gemeentelijk beleid betreffen ten aanzien van de aspecten werk, zorg
en inkomen en de wsw, en die de positie van uitkeringsgerechtigden en geïndiceerden
2.De behandeling van klachten, bezwaarschriften en andere zaken, die op individuele
uitkeringsgerechtigden of geïndiceerden betrekking hebben, alsmede de uitvoering van
wettelijke voorschriften, voor zover bij deze uitvoering geen ruimte voor gemeentelijk
beleid is gelaten, behoren niet tot de bevoegdheden en taken van de commissie.
Doelgroep Vertegenwoordigd door Aantal Uitkeringsgerechtigden de Stichting Mensen in de Minima 2
Uitkeringsgerechtigden/werkenden vakcentrale FNV 1
Uitkeringsgerechtigden/werkenden vakcentrale CNV 1
Ouderen samenwerkende ouderenbonden 1
Levensbeschouwelijken gezamenlijke kerken 1
Vluchtelingen Stichting Vluchtelingenwerk Zoetermeer 1
Jongeren Vertegenwoordiger namens de doelgroep 2
WSW-geïndiceerden (vertegenwoordiger namens de WSWgeïndiceerden)
Allochtonen Vertegenwoordiger namens de doelgroep
2. De voorzitter en de leden zijn stemgerechtigd.
3. De voorzitter wordt rechtstreeks door het college benoemd. De commissie benoemt uit haar midden een plaatsvervangend voorzitter.
4.De leden van de commissie worden door het college benoemd op voordracht van de instelling of organisatie die zij vertegenwoordigen, of, indien het beoogde lid niet verbonden is aan een instelling of organisatie, op voordracht van de Begeleidingscommissie. Tevens wordt, op voordracht, voor elk lid een plaatsvervanger benoemd.
5.Door het college wordt, op voordracht van de directeur van de hoofdafdeling Welzijn, een ambtelijk secretaris (en plaatsvervanger) aan de commissie toegevoegd. De ambtelijk secretaris heeft geen stemrecht.
6.Het college kan aan de commissie, op voordracht van de directeur van de
hoofdafdeling Welzijn, ambtenaren in dienst van de gemeente Zoetermeer als deskundigen toevoegen.
7.Het college kan, al dan niet op verzoek van de commissie, ad hoc niet-stemgerechtigde leden aan de commissie toevoegen.
8.Een organisatie of instelling die, gezien haar doelstelling, meent een bijdrage te kunnen leveren aan de totstandkoming van adviezen als bedoeld in artikel 2, kan het college verzoeken zitting te nemen in de commissie. Hetzelfde geldt voor een persoon die niet verbonden is aan een organisatie of instelling maar wel een bepaalde doelgroep vertegenwoordigd. Een dergelijk verzoek wordt beoordeeld aan de hand van de volgende criteria:
a: De belangrijkste doelgroepen die betrokken zijn bij de beleidsvelden van WZI moeten vertegenwoordigd zijn in de Begeleidingscommissie. Het gaat om:
b Een nieuwe doelgroep, en daarmee ook een nieuw lid, kan toegevoegd worden als
in de praktijk blijkt dat de inbreng namens deze doelgroep structureel gemist wordt door de gemeente of de leden van de Begeleidingscommissie
het werkterrein van WZI uitgebreid wordt met nieuwe ( wettelijke) taken
c.De leden die in de Begeleidingscommissie een bepaalde doelgroep vertegenwoordigen, maar niet verbonden zijn aan een organisatie:
hebben aantoonbaar kennis van- en betrokkenheid bij de doelgroep die zij vertegenwoordigen
hebben aantoonbaar een netwerk waarmee zij hun inbreng in de commissie afstemmen
zijn woonachtig in Zoetermeer
9.Het college van burgemeester en wethouders kan gemotiveerd afwijken van deze criteria.
als het belang van de begeleidingscommissie daarmee gediend is.
Artikel 4 Onverenigbare functies
De volgende (neven)functies zijn niet verenigbaar met het lidmaatschap van de
a: Het lidmaatschap van de gemeenteraad van Zoetermeer
b: het lidmaatschap van een raadscommissie van de gemeente Zoetermeer
b: een dienstverband als ambtenaar bij de gemeente Zoetermeer
1.De leden van de commissie besluiten over de uit te brengen adviezen met een meerderheid van stemmen. Bij het staken van de stemmen geeft de stem van de voorzitter de doorslag. Op verzoek van de leden kan in een advies van een minderheidsstandpunt melding worden gemaakt.
1.De zittingsduur van de leden, genoemd in artikel 3, eerste lid is, behoudens tussentijds aftreden, gelijk aan de zittingsperiode van de gemeenteraad.
2.De leden treden gelijktijdig af, doch zijn terstond herbenoembaar. Zij blijven hun functie waarnemen totdat een nieuwe benoeming heeft plaatsgevonden.
Indien de hoedanigheid waaraan een lid zijn benoeming ontleent ophoudt te bestaan, dan kan hij op voordracht van de Begeleidingscommissie zijn lidmaatschap voortzetten als vertegenwoordiger van een bepaalde doelgroep, mits hij voldoet aan de daarvoor gestelde criteria in lid 8c.
4.De benoeming, ter voorziening in tussentijds opengevallen vacatures, geschiedt bij voorkeur binnen twee maanden na het ontstaan van de vacature.
1.De commissie vergadert minimaal vijf keer per jaar aan de hand van een door de
commissie opgesteld vergaderschema.
2.Ieder lid kan tussentijds de voorzitter met redenen omkleed verzoeken een extra
vergadering uit te schrijven. De voorzitter bepaalt, in overleg met de ambtelijk
1.De agenda wordt opgesteld door de voorzitter in overleg met de ambtelijk secretaris die de verzending van de stukken verzorgt.
2.Er wordt zoveel mogelijk vergaderd aan de hand van schriftelijk ingebrachte stukken, die uiterlijk 7 werkdagen voor de vergadering aan de leden worden toegezonden. Het staat ieder lid vrij stukken in te brengen.
3.De vergaderingen van de commissie zijn als regel openbaar. De commissie kan besluiten een besloten vergadering te houden.
4.De ambtelijk secretaris zorgt voor juiste verslaglegging, de opstelling van de adviezen en een goede archivering van de vergaderstukken.
5.De ambtelijk secretaris zorgt tevens voor tijdige verzending van de adviezen aan het college.
6.Vergaderingen vinden geen doorgang als niet tenminste de helft van het aantal leden aanwezig is.
7.Indien een vergadering, krachtens het bepaalde in het zesde lid, geen doorgang kan vinden, wordt een nieuwe vergadering belegd. De dan aanwezige leden kunnen besluiten over de geagendeerde onderwerpen voor de vergadering die niet is doorgegaan, ongeacht het aantal aanwezige leden.
8.Uitsluitend bij verhindering of ontstentenis van een lid van de commissie, woont het plaatsvervangend lid de vergadering bij. Hiervan wordt, zoveel mogelijk, tijdig mededeling gedaan aan de ambtelijk secretaris.
1.Na opening van de vergadering kunnen aanwezige burgers die tot de doelgroepen behoren gezamenlijk gedurende maximaal dertig minuten het woord voeren over geagendeerde en andere onderwerpen, die de commissie aangaan.
2.Het woord kan niet gevoerd worden over:
3.Degene die van het spreekrecht gebruik wil maken, moet dit uiterlijk op de dag waarop de vergadering plaatsvindt, voor 12.00 uur melden aan de secretaris. Hij vermeldt daarbij zijn naam, adres en telefoonnummer en het onderwerp, waarover hij het woord wil voeren.
4.De voorzitter geeft het woord op volgorde van aanmelding. De voorzitter kan van de volgorde afwijken, indien dit in het belang is van de orde van de vergadering.
5.Elke spreker krijgt maximaal vijf minuten het woord. De voorzitter verdeelt de spreektijd evenredig over de sprekers als er meer dan zes sprekers zijn. De voorzitter kan tevens in bijzondere gevallen afwijken van de maximale lengte van de spreektijd.
6.De spreker voert het woord, nadat de voorzitter hem dit heeft verleend. De voorzitter of een lid doet een voorstel voor de behandeling van de inbreng van de burger.
De voorzitter en de leden, of hun plaatsvervangers, ontvangen voor het bijwonen van commissievergaderingen een door het college te bepalen vacatiegeld.
In gevallen, de uitvoering van deze verordening betreffende, waarin de verordening niet voorziet, beslist het college.
1.Deze verordening treedt in werking twee weken na datum van publicatie, tenzij een inleidend verzoek tot het houden van een referendum wordt ingediend.
2.De Verordening Begeleidingscommissie WZI wordt ingetrokken met ingang van de datum waarop de Verordening Begeleidingscommissie Werk Zorg en Inkomen 2010 in werking treedt.