Organisatie | Amersfoort |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Woonconsumentenverordening Amersfoort 2007 |
Citeertitel | Woonconsumentenverordening Amersfoort 2007 |
Vastgesteld door | gemeenteraad |
Onderwerp | volkshuisvesting en woningbouw |
Eigen onderwerp |
Geen
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
01-01-2000 | Onbekend | 27-04-2007 www.amersfoort.nl | 2228083 |
De raad van de gemeente Amersfoort;
gelezen het voorstel van het college d.d. 10 april 2007, sector SOB/VH (reg.nr. 2259321);
overwegende dat het gewenst is regels te stellen voor subsidiebesluiten inzake het Woonconsumentenbudget voor het versterken van de positie van de woonconsument in de lokale Amersfoortse volkshuisvesting,
gelet op artikel 149 van de Gemeentewet en op de Algemene Wet Bestuursrecht;
HOOFDSTUK 1: ALGEMENE BEPALINGEN
Artikel 1.1 Definiëring van begrippen
In deze verordening wordt verstaan onder:
Woonconsumentenorganisaties: -rechtspersonen die volgens hun statuten, structuur en werkwijze zonder winstoogmerk werkzaam zijn op het terrein van de volkshuisvesting als representant en ten behoeve van woonconsumenten in Amersfoort, woningcorporaties daaronder niet begrepen; -organisaties zonder rechtspersoonlijkheid die naar het oordeel van het college met voornoemde rechtspersonen in het kader van deze verordening kunnen worden gelijkgesteld;
Artikel 2.1 Wijze van aanvragen
Aanvragen voor subsidie moeten op 1 december voorafgaand aan het jaar waarvoor de bijdrage wordt verzocht, ontvangen zijn door het college. Aanvragen die na deze datum binnenkomen, worden alleen in behandeling genomen wanneer het subsidieplafond ruimte biedt. 2. Als tijdstip van ontvangst van een aanvraag geldt het moment waarop de aanvraag aan de in deze verordening gegeven voorschriften voldoet. 3. Onverminderd het bepaalde in artikel 4:2 van de Algemene wet bestuursrecht verstrekt de aanvrager bij zijn aanvraag schriftelijk de volgende gegevens en/of bescheiden: a - de statuten of het reglement van de woonconsumentenorganisatie; - een opgave van de bestuurssamenstelling; - de laatste jaarrekening en het laatste verslag van de activiteiten. In het geval dat een subsidieaanvraag wordt ingediend door een niet-rechtspersoonlijkheid bezittende organisatie of groep van woonconsumenten dient te worden vermeld welke personen de organisatie of groep vertegenwoordigen en zich financieel verantwoordelijk stellen voor een juiste besteding van de te verlenen subsidie. b. een gespecificeerde begroting van inkomsten en uitgaven, die betrekking heeft op de in het betreffende kalenderjaar te ontplooien activiteiten zoals bedoeld in deze verordening, zo nodig vergezeld van inkomsten en uitgaven in verband met scholing en apparaatskosten; c. een beschrijving van - de aard, omvang en uitvoering van de activiteiten, dan wel scholing; - ten behoeve van welke (groepen van) woonconsumenten de activiteiten, dan wel scholing worden verricht; - wie de activiteit, dan wel scholing zal verrichten; - de wijze en het tijdstip waarop over het resultaat van de activiteiten, dan wel scholing en de besteding van de subsidie zal worden gerapporteerd; - aan welk thema de activiteit bijdraagt (zie toelichting).
Artikel 2.2 Subsidievoorwaarden
Het college benoemt jaarlijks thema’s waarvoor woonconsumentensubsidie kan worden aangevraagd. De thema’s worden bekendgemaakt in een huis-aan-huisblad en op de gemeentelijke internetsite. 3. Een woonconsumentenorganisatie of een groep woonconsumenten kan bij het college een aanvraag indienen voor het verlenen van subsidie als tegemoetkoming in de apparaatskosten tot een maximum van 25% van het totale subsidiebedrag.
Wanneer in bijzondere gevallen, zoals bij een verplichte voorfinanciering door de subsidieontvanger, betaling in twee termijnen tot ongewenste consequenties zou leiden, kan het college op een daartoe strekkend verzoek van belanghebbende besluiten tot uitbetaling van het gehele subsidiebedrag als voorschot ineens, zij het onder door hen nader te stellen verplichtingen.
Artikel 2.5 Verantwoording, goedkeuring en vaststelling
Het subsidiebedrag wordt zo spoedig mogelijk als voorschot uitbetaald voor maximaal 50%. 2. Het restant van het verleende subsidiebedrag wordt uitbetaald nadat het college de subsidie heeft vastgesteld. Dit restant wordt vastgesteld als de aanvrager, aan de hand van een declaratie en vergezeld van schriftelijke bewijsstukken, heeft aangetoond welke kosten daadwerkelijk in het subsidiejaar zijn gemaakt. 3. Een woonconsumentenorganisatie die subsidie krijgt op grond van deze verordening is verplicht: - inzage te geven in boekhouding en administratie; - alle inlichtingen te verstrekken, desgewenst schriftelijk, die in het belang van een goede controle op het financiële beheer en administratie worden gevraagd;
- alle inlichtingen te verstrekken, die worden gevraagd in het belang van de beoordeling van de doelmatigheid en rechtmatigheid terzake van de besteding van de subsidie.
TOELICHTING WOONCONSUMENTENVERORDENING AMERSFOORT 2007
Hieronder volgt een toelichting op enkele artikelen.
In lid 1 wordt gesteld dat subsidie kan worden aangevraagd ten behoeve van een activiteit: voor een concreet volkshuisvestingsproject. Hiermee wordt aangegeven dat duidelijk moet zijn om welk project het gaat en waar en wanneer de activiteit ten behoeve van het projectis gepland. Een aanvraag om subsidie voor een haalbaarheidsonderzoek ten behoeve van een project waarvan bijvoorbeeld nog niet duidelijk is of daarvoor een locatie beschikbaar is, betreft (als voorbeeld) een niet concreet volkshuisvestingsproject. Pas als aannemelijk is, dat een locatie beschikbaar kan worden gesteld, is een dergelijk verzoek ontvankelijk.
Voorbeelden van activiteiten zijn:
onderzoek naar de financiële en/of bouwkundige haalbaarheid van plannen voor nieuwbouw of verbouw van woningen die naar het oordeel van het college van belang zijn voor de volkshuisvesting in Amersfoort. Het onderzoek mag niet slechts ten doel hebben de haalbaarheid van alternatieven voor reeds bestaande plannen te onderzoeken;
Het gestelde in artikel 2.4 artikel 1 onder c dient ter voorkoming van voortijdige uitputting van het (beperkte) woonconsumentenbudget. Tevens kan hierdoor stapeling van subsidies worden tegengegaan. Een subsidie heeft de bedoeling een activiteit die moeilijk van de grond komt, te stimuleren. Een bijdrage, die de kosten te boven gaat, schiet haar doel voorbij. Het te veel ontvangene behoort voor een andere activiteit te worden aangewend.
Als het door de gemeenteraad beschikbaar gestelde bedrag niet toereikend is om alle aanvragers van subsidie te voorzien (zie artikel 1 onder d), laat het college bij het beslissen over aan wie en hoeveel uit te keren het belang van vrijwilligersorganisaties prevaleren boven dat van organisaties/individuen die slechts een individueel belang nastreven.
Voorbeelden van subsidieontvangers: