Het dagelijks bestuur van de Regio Gooi en Vechtstreek
Overwegende:
dat het noodzakelijk is dat in lijn met de invoering van Individueel
Keuzebudget (IKB) een hierop afgestemde nieuwe Regeling Onbelaste
resikostenvergoeding (woon- werkverkeer) dient te worden vastgesteld;
Gelet op:
de bereikte overeenstemming in het Georganiseerd Overleg van 8 december
2016;
Besluit:
Vast te stellen de navolgende:
Regeling Onbelaste reiskostenvergoeding (woon-werkverkeer)
Artikel 1 Definities
- ●
Ambtenaar: hij die door of vanwege de Regio Gooi en Vechtstreek is
aangesteld om in openbare dienst werkzaam te zijn alsmede hij met
wie een arbeidsovereenkomst naar burgerlijk recht is aangegaan.
- ●
ARH: Arbeidsvoorwaardenregeling Hilversum.
- ●
Onbelaste reiskostenvergoeding: het geldbedrag dat jaarlijks
onbelast mag worden verstrekt voor het afleggen van reiskilometers
tussen woning en werk.
- ●
Bronnen: Individueel Keuzebudget.
Voor de ambtenaren die vallen onder de werking van de CAO sector
Ambulancezorg bestaan de bronnen uit: bovenwettelijke vakantie-uren,
salaris en eindejaarsuitkering.
Artikel 2 Doel en reikwijdte
- 1.
Deze regeling is van toepassing op ambtenaren in dienst van de Regio
Gooi en Vechtstreek, inclusief de ambtenaren die per 1 januari 2011
onder de werking van de CAO sector Ambulancezorg vallen.
- 2.
Deze regeling is een aanvulling op het Individueel Keuzebudget Regio
Gooi en Vechtstreek.
- 3.
Voor de ambtenaren die vallen onder de werking van de CAO sector
Ambulancezorg wordt voor deze regeling verwezen naar artikel 4.21.
- 4.
Deze regeling heeft tot doel eenduidige en toepasbare regels te stellen
over het verstrekken van een onbelaste reiskostenvergoeding.
- 5.
Het doel onbelaste reiskostenvergoeding kan worden verkregen door
afstand te doen van één of meerdere bronnen. Het doel onbelaste
reiskostenvergoeding heeft een maximum van € 0,19 per afgelegde
reiskilometer.
Artikel 3 Voorwaarden voor deelname
- 1.
Om het doel onbelaste reiskostenvergoeding te verkrijgen dient de
ambtenaar ten minste 1,0 reiskilometer (enkele reisafstand) per werkdag
af te leggen tussen zijn woning en zijn werk.
- 2.
De maximale afstand woon-werkverkeer is vastgesteld op 75 reiskilometer
(enkele reisafstand).
- 3.
Op de hoogte van de onbelaste reiskostenvergoeding wordt de
tegemoetkoming, verstrekt conform de verplaatsingskostenregeling Regio
Gooi en Vechtstreek/artikel 4.14 CAO sector Ambulancezorg, in mindering
gebracht.
- 4.
Gedurende periodes van afwezigheid zoals verlof – wegens vakantie,
ziekte wegens arbeidsongeschiktheid of anderszins – of andere vormen van
buitengewoon verlof als genoemd in hoofdstuk 6 van de ARH/CAO sector
Ambulancezorg wordt geen onbelaste reiskostenvergoeding verstrekt voor
zover deze volle werkwe(e)k(en) bestrijkt.
- 5.
Bij een fulltime dienstverband wordt uitgegaan van gemiddeld 214
reisdagen per kalenderjaar, het aantal reisdagen wordt voor ambtenaren
met een deeltijd dienstverband naar rato berekend. Bij deze 214
werkdagen is al rekening gehouden met kortstondige afwezigheid wegens
vakantie, ziekte en verlof.
Artikel 4 Procedure
- 1.
De ambtenaar die geïnteresseerd is in de regeling onbelaste
reiskostenvergoeding kan bij de personeelsadministratie informatie
inwinnen over de hoogte van de onbelaste reiskostenvergoeding voor het
betreffende jaar.
- 2.
De werkgever is bereid om de ambtenaar het doel onbelaste
reiskostenvergoeding te laten verkrijgen via het Individueel Keuzebudget
Regio Gooi en Vechtstreek/artikel 4.21 CAO sector Ambulancezorg. Het
bedrag dat door inzet van één of meerdere bronnen kan worden verkregen
is gelijk aan reiskostenvergoeding als bedoeld in artikel 3:3 van deze
regeling met in achtneming van bovenstaande voorwaarden.
Onderstaande leden gelden voor de ambtenaren die vallen onder
de werking van de CAO sector Ambulancezorg:
- 3.
Om aanspraak te kunnen maken op het doel onbelaste reiskostenvergoeding
dient de ambtenaar een ondertekende “Overeenkomst onbelaste
reiskostenvergoeding” te overleggen aan de werkgever.
- 4.
De onbelaste reiskostenvergoeding wordt jaarlijks vastgesteld op basis
van de door de ambtenaar in de “Overeenkomst onbelaste
reiskostenvergoeding“ vermelde feiten en omstandigheden en op basis van
de toepasselijke fiscale en premierechtelijke wet- en regelgeving.
- 5.
Ieder kalenderjaar dient een nieuwe “Overeenkomst onbelaste
reiskostenvergoeding” door de ambtenaar aan de werkgever te worden
overlegd om in aanmerking te blijven komen voor het doel via artikel
4.21 CAO sector Ambulancezorg.
- 6.
De ambtenaar dient schriftelijk te verklaren dat hij via uitruil van
arbeidsvoorwaarden in het betreffende kalenderjaar afstand doet van
bronnen met een geldwaarde gelijk aan de in lid 1 van dit artikel
bedoelde doel. Daartoe dient hij het formulier “Overeenkomst onbelaste
reiskostenvergoeding” volledig in te vullen en te ondertekenen.
- 7.
De onbelaste reiskostenvergoeding zoals bedoeld in lid 1 wordt door de
werkgever aan de ambtenaar betaald na overlegging van de “Overeenkomst
onbelaste reiskostenvergoeding” waarop de hoogte van de onbelaste
reiskostenvergoeding is vermeld. De betaling geschiedt in december.
Artikel 5 Verplichtingen en gevolgen deelname
- 1.
Afhankelijk van de gemaakte keuzes en de individuele situatie van de
ambtenaar kan deelname aan de regeling onbelaste reiskostenvergoeding
bijkomende gevolgen hebben voor de opbouw van het Individueel
Keuzebudget, eindejaarsuitkering, de pensioenopbouw, de sociale
zekerheid en salaris-afhankelijke toelagen en uitkeringen. Deze gevolgen
zijn voor rekening van de ambtenaar en worden niet gecompenseerd.
- 2.
De ambtenaar is verplicht elke wijziging in de persoonlijke
omstandigheden, die van invloed kan zijn op de toepassing van deze
regeling, terstond en schriftelijk aan de werkgever
(personeelsadministratie) te melden.
- 3.
De ambtenaar is zelf verantwoordelijk voor de gevolgen van zijn keuze.
De werkgever erkent in dit verband geen aansprakelijkheid.
- 4.
Het inzetten van de bronnen als ruilmiddel tegen fiscale
vrijstellingsmogelijkheden zal tot gevolg hebben dat de bronnen niet als
loon voor de heffing van loonbelasting/premie volksverzekeringen of
premies werknemersverzekeringen worden beschouwd
Artikel 6 Einde dienstverband
Wanneer het dienstverband van de ambtenaar eindigt in de loop van een
kalenderjaar kunnen bronnen en doelen naar evenredigheid met de duur van het
dienstverband worden ingezet. Zo nodig zal een (netto) verrekening
plaatsvinden bij de beëindiging van het dienstverband.
Artikel 7 Overige bepalingen
- 1.
Het doel onbelaste reiskostenvergoeding kan belasting- en premievrij
worden vergoed op grond van regelgeving van de belastingdienst en de
uitvoeringsinstelling sociale verzekeringen.
- 2.
Indien bij controle door de inspecteur der belastingen of de inspecteur
der uitvoeringsinstelling sociale verzekeringen blijkt dat de belasting-
en premievrije vergoeding ten onrechte of tot een te hoog bedrag is
uitbetaald en dientengevolge naheffing bij de werkgever plaatsvindt, dan
komt deze naheffing voor rekening van de ambtenaar.
- 3.
De ambtenaar verklaart bekend te zijn met de inhoud van dit reglement en
verplicht zich tot nakoming van de hierin opgenomen verplichtingen.
- 4.
Op dit reglement is de Algemene wet bestuursrecht van toepassing.
Artikel 8 Naleving van de regeling
Het dagelijks bestuur is belast met het toezicht op de naleving van deze
regeling.
Artikel 9 Hardheidsclausule
In geval deze regeling in individuele gevallen leidt tot onredelijke
uitkomsten zal het dagelijks bestuur afwijkend van deze regeling
beslissen.
Artikel 10 Onvoorziene gevallen
In gevallen waarin deze regeling niet voorziet of bij twijfel omtrent de
toepassing van deze regeling beslist het dagelijks bestuur.
Artikel 11 Inwerkingtreding
Deze regeling treedt in werking op 1 januari 2017.