Organisatie | Rijswijk |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | 25 Financieringsregeling huisvesting gemeenteambtenaren |
Citeertitel | Financieringsregeling |
Vastgesteld door | college van burgemeester en wethouders |
Onderwerp | bestuur en recht |
Eigen onderwerp | financieringsregeling |
Geen
ambtenarenwet art. 125
Geen
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
01-01-2016 | 10-01-2017 | 12-12-2017 | art. 18:1:5 en 18:1:7 | 18-02-2016 gemeenteblad | 16.020632 |
25 Financieringsregeling huisvesting gemeenteambtenaren
Artikel 25:1:1:1 Financieringsregeling huisvesting gemeenteambtenaren
Het college kan onder door hen te stellen voorwaarden aan de ambtenaar in vaste dienst, die een woning voor eigen gebruik wenst te doen bouwen, te kopen of te doen verbouwen binnen een door hen aan te wijzen grondgebied een geldlening verstrekken onder verband van eerste hypotheek dan wel de betaling te garanderen van rente en aflossing van een door derden te verstrekken geldlening.
Het college kan onder door hen te stellen voorwaarden een onder verband van eerste hypotheek aangegane geldlening, die de ambtenaar in vaste dienst ten behoeve van een in eigendom door hemzelf bewoonde woning heeft gesloten, overnemen dan wel de betaling van rente en aflossing van die geldlening garanderen.
Artikel 25:1:1:2 Financieringsregeling huisvesting gemeenteambtenaren
Het bedrag van de geldlening of het bedrag, waarvoor de gemeente zich garant stelt, bedraagt ten hoogste 100 procent van:
In het geval, bedoeld in artikel 25:1:1:1, tweede lid, bedraagt het bedrag van de geldlening of het bedrag, waarvoor de gemeente zich garant stelt, de hoofdsom of het nog niet afgeloste gedeelte van de aangegane geldlening, met dien verstande, dat dit bedrag ten hoogste 100 procent bedraagt van de door het college vastgestelde waarde van de woning.
Artikel 25:1:1:3 Financieringsregeling huisvesting gemeenteambtenaren
De geldlening wordt verstrekt of de garantie wordt verleend:
tegen de algemeen geldende hypotheekrente, met dien verstande, dat geen hogere rente wordt bedongen of gegarandeerd dan de rente, welke de gemeente zelf op het tijdstip van de kredietverlening of garantieverklaring voor door haar te sluiten geldleningen met eenzelfde looptijd als die van de hypothecaire geldlening verschuldigd is of zou zijn.
Op verzoek van een van de partijen kan de rente van een verstrekte geldlening telkens na verloop van een door het college te bepalen tijdvak worden herzien. De wens daartoe dient uiterlijk voor het begin van een nieuw tijdvak kenbaar te worden gemaakt.
In het geval, indien van toepassing, bedoeld in het tweede lid, wordt als hypotheekrente aangehouden de rente, welke niet lager is dan de rente, welke de gemeente zelf, op het tijdstip van rente aanpassing verschuldigd is of zou zijn geweest voor een door haar te sluiten geldlening met dezelfde voorwaarden als de hypothecaire lening.
Artikel 25:1:1:4 Financieringsregeling huisvesting gemeenteambtenaren
De hoofdsom of het nog niet afgeloste gedeelte van het leningsbedrag met de lopende rente wordt zonder voorafgaande opzegging of ingebrekestelling onmiddellijk opeisbaar of de garantie vervalt:
Het college kan in de gevallen, bedoeld in het vorige lid, indien de omstandigheden daartoe aanleiding geven, afzien van onmiddellijke invordering van het nog verschuldigde bedrag of intrekking van de garantie.
Artikel 25:1:1:5 Financieringsregeling huisvesting gemeenteambtenaren
Het college regelt voor ieder geval van geldlening of garantie de verplichting tot aflossing en de overige aan de geldlening of garantie te verbinden voorwaarden.
Artikel 25:1:1:6 Financieringsregeling huisvesting gemeenteambtenaren
Deze regeling kan worden aangehaald als "Financieringsregeling huisvesting gemeenteambtenaren" en treedt in werking met ingang van de dag van haar vaststelling.
Met ingang van 1 februari 2006 is de hypotheekregeling personeel (financieringsregeling huisvesting ambtenaren, onderdeel van de Collectieve Arbeidsvoorwaarden) als volgt bevroren: