Organisatie | Strijen |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Verordening op de raadscommissies Strijen 2008 |
Citeertitel | Verordening op de raadscommissies Strijen 2008 |
Vastgesteld door | gemeenteraad |
Onderwerp | bestuur en recht |
Eigen onderwerp |
Geen
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
02-07-2010 | 16-01-2019 | art. 5 | 29-06-2010 Onbekend | Onbekend | |
01-06-2006 | 02-07-2010 | nieuwe regeling | 27-05-2008 Het Kompas, 06-06-2008 | 2006/746 |
Hoofdstuk 2 Instelling, taken en samenstelling
Artikel 2 Instelling raadscommissies
De raadscommissie Wonen en Werken adviseert en overlegt over de volgende onderwerpen:
a Ruimtelijke Ordening/Volkshuisvesting
j Het horen van degenen die op grond van artikel 23, lid 1onder d van de Wet op de Ruimtelijke Ordening tijdig hun zienswijze met betrekking tot een ontwerp-bestemmingsplan bij de gemeenteraad kenbaar gemaakt hebben
Een raadscommissie heeft de volgende taken:
a het uitbrengen van advies aan de raad over een voorstel of onderwerp dat betrekking heeft op de in artikel 2, tweede, derde, vierde, vijfde of zesde lid genoemde onderwerpen;
b het uitbrengen van advies aan de raad uit eigener beweging;
c voeren van overleg met het college of de burgemeester over in ieder geval door het college of de burgemeester verstrekte inlichtingen en het gevoerde bestuur ten aanzien van de in artikel 2, tweede lid, derde, vierde, vijfde of zesde lid, genoemde onderwerpen.
Hierbij wordt het principe gehanteerd dat over een onderwerp slechts door één commissie integraal advies wordt uitgebracht. Indien een onderwerp meerdere raadscommissies aangaat, kunnen de voorzitters van de betrokken raadscommissies in overleg beslissen een gezamenlijke vergadering te beleggen of beslissen dat de raadscommissie die het onderwerp het meest aangaat, het onderwerp behandelt.
De raad benoemt op voordracht van een fractie voor iedere raadscommissie tenminste een plaatsvervangend lid per fractie, die zitting in een raadscommissie heeft bij verhindering of ontstentenis van een lid als bedoeld in het eerste lid. Het plaatsvervangend lid voldoet aan de in het vierde lid, genoemde vereisten, met dien verstande dat het plaatsvervangend lid van de commissie Algemene Bestuurlijke Aangelegenheden een raadslid moet zijn.
Hoofdstuk 3 Aanwezigheid college, burgemeester en secretaris
Paragraaf 1 Tijdstip van vergaderen en voorbereidingen
Artikel 13 Ter inzage leggen van stukken
Stukken, die ter toelichting van de onderwerpen of voorstellen op de agenda dienen, worden gelijktijdig met het verzenden van de schriftelijke oproep voor een ieder op het gemeentehuis ter inzage gelegd. De voorzitter maakt van de terinzagelegging melding in de openbare kennisgeving, bedoeld in artikel 14. Indien na het verzenden van de schriftelijke oproep stukken ter inzage worden gelegd, wordt hiervan mededeling gedaan aan de leden en zo mogelijk in een openbare kennisgeving.
Indien voor stukken op grond van artikel 86, eerste en tweede lid, van de Gemeentewet geheimhouding is opgelegd, blijven deze stukken in afwijking van het eerste lid, onder berusting van de griffier en verleent de griffier de leden inzage dan wel worden deze door de griffier in de fractiekamer ter inzage gelegd..
Paragraaf 2 Orde der vergadering
Bij binnenkomst in de vergaderzaal tekent ieder lid onmiddellijk de presentielijst. Aan het einde van elke vergadering wordt die lijst door de voorzitter en de griffier door ondertekening vastgesteld.
Artikel 16 Opening vergadering; quorum
Wanneer een kwartier na het vastgestelde tijdstip niet het vereiste aantal leden aanwezig is, bepaalt de voorzitter onder verwijzing naar dit artikel, na voorlezing van de namen van de afwezige leden, dag en uur van de volgende vergadering, op een tijdstip dat ten minste vierentwintig uur na het bezorgen van de schriftelijke oproep is gelegen.
Artikel 17 Spreekrecht burgers
Het woord kan niet gevoerd worden over:
a een besluit van het gemeentebestuur waartegen bezwaar en beroep openstaat of heeft opengestaan;
b benoemingen, keuzen, voordrachten of aanbevelingen van personen;
c een gedraging waarover een klacht ex artikel 9:1 van de Algemene wet bestuursrecht kan of kon worden ingediend.
De leden, de voorzitter, de burgemeester, de wethouders, de secretaris en de griffier hebben het recht, een voorstel tot wijziging van de notulen aan de raadscommissie te doen, indien de notulen onjuistheden bevatten of niet duidelijk weergeven hetgeen gezegd of besloten is. Een voorstel tot verandering dient voor de vaststelling van de notulen bij de griffier te worden ingediend. De leden, de voorzitter en de griffier kunnen zowel mondeling (tijdens de vergadering) als schriftelijk (vóór de vergadering) een voorstel tot verandering indienen. De burgemeester, de wethouders en de secretaris kunnen in beginsel alleen schriftelijk een voorstel tot verandering indienen. Indien zij echter zijn uitgenodigd voor de vergadering waarin de betreffende notulen worden vastgesteld, dan
kunnen zij ook mondeling een voorstel tot verandering indienen. Een kopie van het schriftelijke voorstel tot verandering wordt uitgereikt aan de overige aanwezigen voordat de notulen worden vastgesteld.
a de namen van de voorzitter, de griffier, de burgemeester en een wethouder, de secretaris en de ter vergadering aanwezige leden, allen voorzover aanwezig, alsmede van de overige personen die het woord gevoerd hebben, afzonderlijk wordt vermeld welke leden afwezig waren.
b een vermelding van de zaken die aan de orde zijn geweest;
c een zakelijke samenvatting van het gesprokene met vermelding van de namen der aanwezigen die het woord voerden;
d een samenvatting van het advies aan de raad onder vermelding van de namen van de leden die mededeling hebben gedaan van hun goed- of afkeuring, en met aantekening van de namen van de leden die zich niet uitgelaten hebben;
e bij het desbetreffende agendapunt de naam en de hoedanigheid van die personen aan wie het op grond van het bepaalde in artikel 26 door de raadscommissie is toegestaan deel te nemen aan de beraadslagingen.
Artikel 24 Handhaving orde; schorsing
Indien een spreker zich beledigende of onbetamelijke uitdrukkingen veroorlooft, afwijkt van het in behandeling zijnde onderwerp, een andere spreker herhaaldelijk interrumpeert, dan wel anderszins de orde verstoort, wordt hij door de voorzitter tot de orde geroepen. Indien de spreker hieraan geen gevolg geeft, kan de voorzitter hem gedurende de vergadering, waarin zulks plaats heeft, over het aanhangige onderwerp het woord ontzeggen.
De voorzitter kan een raadscommissie voorstellen aan een lid dat door zijn gedragingen de geregelde gang van zaken belemmert, het verdere verblijf in de vergadering te ontzeggen. Over het voorstel wordt niet beraadslaagd. Na aanneming daarvan verlaat het lid de vergadering onmiddellijk. Zo nodig doet de voorzitter hem verwijderen. Bij herhaling van zijn gedrag kan het lid bovendien voor ten hoogste drie maanden de toegang tot de vergadering worden ontzegd.
Hoofdstuk 5 Besloten vergadering
Op een besloten vergadering zijn de bepalingen van deze verordening van overeenkomstige toepassing voorzover deze bepalingen niet strijdig zijn met het besloten karakter van de vergadering.
Voor de afloop van de besloten vergadering beslist de raadscommissie overeenkomstig artikel 86, eerste lid, van de Gemeentewet of omtrent de inhoud van de stukken en het verhandelde geheimhouding zal gelden. De raadscommissie kan besluiten de geheimhouding op te heffen.
Artikel 31 Opheffing geheimhouding
Indien de raad op grond van artikel 25, derde en vierde lid, van de Gemeentewet voornemens is de geheimhouding op te heffen wordt daarover, indien de raadscommissie die geheimhouding heeft opgelegd daarom verzoekt, in een besloten vergadering met de raadscommissie overleg gevoerd.
Hoofdstuk 6 Toehoorders en pers
Artikel 33 Geluid- en beeldregistraties
Degenen die in de vergaderzaal tijdens de vergadering geluid- dan wel beeldregistraties willen maken doen hiervan mededeling aan de voorzitter en gedragen zich naar zijn aanwijzingen.
Artikel 34 Verbod gebruik mobiele telefoons
In de vergaderzaal, met inbegrip van de publieke tribune, is tijdens de vergadering het gebruik, alsmede het standby houden van mobiele telefoons of andere communicatiemiddelen, die inbreuk kunnen maken op de orde van de vergadering zonder toestemming van de voorzitter niet toegestaan.