Tarieventabel, behorende bij de Legesverordening
2017
Indeling tarieventabel
Titel 1Algemene dienstverlening
Hoofdstuk 1 Burgerlijke stand
Hoofdstuk 2 Reisdocumenten
Hoofdstuk 3 Rijbewijzen
Hoofdstuk 4 Verstrekkingen uit de basisregistratie personen
Hoofdstuk 5 Vervallen
Hoofdstuk 6 Verstrekkingen op grond van Wet bescherming
persoonsgegevens
Hoofdstuk 7 Vervallen
Hoofdstuk 8 Vervallen
Hoofdstuk 9 Overige publiekszaken
Hoofdstuk 10 Gemeentearchief
Hoofdstuk 11 Vervallen
Hoofdstuk 12 Winkeltijdenwet
Hoofdstuk 13 Vervallen
Hoofdstuk 14 Verkeer en vervoer
Hoofdstuk 15 Diversen
Hoofdstuk 16 Telecommunicatie
Titel 2Dienstverlening vallend onder fysieke
leefomgeving/omgevingsvergunning
Hoofdstuk 1 Begripsomschrijvingen
Hoofdstuk 2 Omgevingsvergunning
Hoofdstuk 3 Teruggaaf
Hoofdstuk 4 Intrekking omgevingsvergunning
Hoofdstuk 5 Wijziging omgevingsvergunning als gevolg van wijziging
project
Hoofdstuk 6 Bestemmingswijzigingen
Hoofdstuk 7 In deze titel niet benoemde beschikking
Hoofdstuk 8 Makelaarsinformatie
Titel 3Dienstverlening vallend onder Europese
dienstenrichtlijn
Hoofdstuk 1 Horeca
Hoofdstuk 2 Organiseren evenementen of markten
Hoofdstuk 3 Prostitutiebedrijven
Hoofdstuk 4 Kinderopvang en Peuterspeelzalen
Hoofdstuk 5 Kansspelen
Hoofdstuk 6 In deze titel niet benoemde vergunning, ontheffing of andere
beschikking
Titel 1 Algemene dienstverlening
Hoofdstuk 1 Burgerlijke stand
1.1.1 | Het tarief bedraagt voor de voltrekking van een
huwelijk of registratie van een partnerschap
op: | |
1.1.1.1 | maandag tot en met vrijdag in het gemeentehuis | € 236,75 |
1.1.1.2 | zaterdag in het gemeentehuis | € 294,25 |
1.1.2 | voor het omzetten van een geregistreerd partnerschap
in een huwelijk gelden, indien daarbij gebruik
gemaakt wordt van de trouwzaal of een andere door de
gemeente hiertoe aangewezen ruimte, de tarieven
zoals zijn aangegeven onder 1.1.1.1 tot en met
1.1.7. | |
1.1.3 | Het tarief bedraagt voor de voltrekking van een
huwelijk, registratie van een partnerschap of een
omzetting van één van beiden, in een bijzonder huis
op grond van artikel 64, Boek 1, van het Burgerlijk
Wetboek | € 369,85 |
1.1.4 | De onder 1.1.1 tot en met 1.1.3 genoemde tarieven
worden vermeerderd met een bedrag voor: | |
1.1.4.1 | de voltrekking van een huwelijk door een
buitengewoon ambtenaar van burgerlijke stand van de
gemeente Tynaarlo, op maandag tot en met
vrijdag | € 153,35 |
1.1.4.2 | de voltrekking van een huwelijk door een
buitengewoon ambtenaar van burgerlijke stand van de
gemeente Tynaarlo, op zaterdag, zon- en
feestdagen | € 271,50 |
1.1.4.3 | een buitengewoon ambtenaar van de burgerlijke stand
van een andere gemeente dan de gemeente
Tynaarlo | € 70,30 |
1.1.5 | Het tarief bedraagt voor het aanwijzen van een
locatie voor één huwelijk of geregistreerd
partnerschap, anders dan bedoeld in 1.1.1.1 tot en
met 1.1.4.3 | € 205,10 |
1.1.6 | Het tarief bedraagt voor het gebruik maken van een
locatie voor meerdere huwelijken of geregistreerde
partnerschappen, anders dan bedoeld in 1.1.1.1 tot
en met 1.1.4.3 | € 146,40 |
1.1.7 | Het tarief bedraagt voor het gebruik maken van het
gemeentehuis of een buitengewoon ambtenaar van de
burgerlijke stand op maandag tot en met vrijdag
tussen 16.00 en 20.00 uur | € 73,50 |
1.1.8 | Het tarief bedraagt voor het verstrekken van: | |
1.1.8.1 | een trouwboekje of partnerschapboekje in een normale
uitvoering | € 24,55 |
1.1.8.2 | een trouwboekje of partnerschapboekje in een
gekalligrafeerde uitvoering | € 37,50 |
1.1.8.3 | een gekalligrafeerde wijziging in een trouwboekje of
partnerschapboekje | € 8,00 |
1.1.9 | Voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot
het verstrekken van een stuk als bedoeld in artikel
2 van de Wet rechten burgerlijke stand geldt het
tarief zoals dat is opgenomen in het Legesbesluit
akten burgerlijke stand. | |
1.1.10 | Het tarief bedraagt voor het beschikbaar stellen van
getuigen door de gemeente voor een
huwelijksvoltrekking, per getuige | € 37,30 |
Hoofdstuk 2 Reisdocumenten en Nederlandse
identiteitskaart
1.2 | Het tarief bedraagt voor het verrichten van
handelingen ten behoeve van een aanvraag: | |
1.2.1 | van een nationaal paspoort: | |
1.2.1.1 | voor een persoon die op het moment van de aanvraag
18 jaar of ouder is | € 64,75 |
1.2.1.2 | voor een persoon die op het moment van de aanvraag
de leeftijd van 18 jaar nog niet heeft bereikt: | € 51,45 |
1.2.2 | van een nationaal paspoort, een groter aantal
bladzijden bevattende dan een nationaal paspoort als
bedoeld in subonderdeel 1.2.1 (zakenpaspoort): | |
1.2.2.1 | voor een persoon die op het moment van de aanvraag
18 jaar of ouder is | € 64,40 |
1.2.2.2 | voor een persoon die op het moment van de aanvraag
de leeftijd van 18 jaar nog niet heeft bereikt | € 51,45 |
1.2.3 | van een reisdocument ten behoeve van een persoon die
op grond van de Wet betreffende de positie van
Molukkers als Nederlander wordt behandeld
(faciliteitenpaspoort): | |
1.2.3.1 | voor een persoon die op het moment van de aanvraag
18 jaar of ouder is | € 64,75 |
1.2.3.2 | voor een persoon die op het moment van de aanvraag
de leeftijd van 18 jaar nog niet heeft bereikt | € 51,45 |
1.2.4 | van een reisdocument voor vluchtelingen of een
reisdocument voor vreemdelingen | € 51,45 |
1.2.5 | van een Nederlandse identiteitskaart: | |
1.2.5.1 | voor een persoon die op het moment van de aanvraag
18 jaar of ouder is | € 50,65 |
1.2.5.2 | voor een persoon die op het moment van de aanvraag
de leeftijd van 18 jaar nog niet heeft bereikt | € 28,60 |
1.2.6 | voor een spoedlevering van de in de onderdelen 1.2.1
tot en met 1.2.5 genoemde documenten, de in die
onderdelen genoemde leges vermeerderd met een bedrag
van | € 47,55 |
Hoofdstuk 3 Rijbewijzen
1.3.1 | Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen
van een aanvraag tot het afgeven, vernieuwen of
omwisselen van een rijbewijs | € 38,80 |
1.3.2 | Het tarief genoemd in onderdeel 1.3.1 wordt: | |
1.3.2.1 | bij een spoedlevering vermeerderd met | € 34,10 |
1.3.2.2 | bij een aanvraag buiten de reguliere openingstijden
van de publieksbalie vermeerderd met | € 18,20 |
1.3.2.3 | bij een afgifte buiten de reguliere openingstijden
van de publieksbalie vermeerderd met | € 18,20 |
1.3.2.4 | bij een aanvraag in verband met vermissing van een
eerder afgegeven rijbewijs vermeerderd met | € 18,20 |
1.3.3 | Voor de toepassing van de subonderdelen 1.3.2.2 en
1.3.2.3 wordt onder reguliere openingstijden
verstaan: maandag en vrijdag van 8.30 - 12.00 uur; dinsdag en
woensdag van 7.30 - 12.00 en 13.00 - 16.00 uur;
donderdag van 8.30 – 12.00 uur en 13.00 tot 19.00
uur en vrijdag van 8.30 - 12.00 uur | |
1.3.4 | De verhogingen genoemd in de onderdelen onder 1.3.2
zijn in voorkomend geval cumulatief
verschuldigd. | |
Hoofdstuk 4 Verstrekkingen uit de basisregistratie
personen
1.4.1 | Voor de toepassing van dit hoofdstuk, wordt onder
één verstrekking verstaan één of meer gegevens over
één persoon waarvoor de basisregistratie personen
moet worden geraadpleegd | |
1.4.2 | Het tarief voor het in behandeling nemen van een
aanvraag: | |
| tot het verstrekken van gegevens, per
verstrekking | € 9,75 |
1.4.3 | In afwijking van het voorgaande bedraagt het tarief
voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot
het schriftelijk verstrekken van gegevens bedoeld in
artikel 17, tweede lid, van het Besluit
basisregistratie personen | € 7,50 |
1.4.4 | Het tarief bedraagt voor het op verzoek doornemen
van de basisregistratie personen, voor ieder daaraan
besteed kwartier | € 19,80 |
Hoofdstuk 5 Vervallen
Hoofdstuk 6 Verstrekkingen op grond van Wet bescherming
persoonsgegevens
1.6.1 | Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen
van een aanvraag voor tot het verstrekken van een
bericht als bedoeld in artikel 35 van de Wet
bescherming persoonsgegevens: | |
1.6.1.1 | bij verstrekking op papier, indien het afschrift
bestaat uit: | |
1.6.1.1.1 | ten hoogste 100 pagina’s, per pagina | € 0,20 |
| met een maximum per bericht van | € 5,00 |
1.6.1.1.2 | meer dan 100 pagina’s | € 22,50 |
1.6.1.2 | bij verstrekking anders dan op papier | € 5,00 |
1.6.1.3 | dat bestaat uit een afschrift van een, vanwege de
aard van de verwerking, moeilijk toegankelijke
gegevensverwerking | € 22,50 |
1.6.2 | Indien voor hetzelfde bericht op grond van de
subonderdelen 1.6.1.1, 1.6.1.2 en 1.6.1.3 meerdere
vergoedingen kunnen worden gevraagd, wordt slechts
de hoogste gevraagd. | |
1.6.3 | Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen
van een verzet als bedoeld in artikel 40 van de Wet bescherming
persoonsgegevens | € 4,50 |
Hoofdstuk 7 Vervallen
Hoofdstuk 8 Vervallen
Hoofdstuk 9 Overige publiekszaken
1.9 | Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen
van een aanvraag: | |
1.9.1 | tot het verstrekken van een verklaring omtrent het
gedrag | € 41,35 |
1.9.2. | tot het verstrekken van een bewijs van in leven
zijn | € 9,95 |
1.9.3 | tot het legaliseren van een handtekening | € 7,15 |
Hoofdstuk 10 Gemeentearchief
1.10.1 | Het tarief bedraagt voor het op verzoek doen van
onderzoek in de in het gemeentearchief berustende
stukken, voor ieder daaraan besteed kwartier: | € 13,50 |
1.10.2 | Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen
van een aanvraag tot het verstrekken van: | |
| een uittreksel uit een in het gemeentearchief
berustend stuk, per pagina | € 10,00 |
1.10.3 | Het tarief bedraagt voor het leveren van informatie
zonder dat daar naspeuring voor is verricht | € 7,20 |
|
Hoofdstuk 11 Vervallen |
|
Hoofdstuk 12 Winkeltijdenwet
1.12 | Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen
van een aanvraag: | |
1.12.1 | tot het verlenen van een ontheffing in het kader van
de Winkeltijdenwet | € 18,20 |
| | |
Hoofdstuk 13 Vervallen
Hoofdstuk 14 Verkeer en vervoer
1.14 | Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen
van een aanvraag: | |
1.14.1 | tot het verlenen van een ontheffing als bedoeld in
artikel 87 van het Reglement verkeersregels en
verkeerstekens 1990 | € 38,55 |
1.14.2 | tot het verlenen van een ontheffing als bedoeld in
artikel 9.1 van de Regeling voertuigen | € 38,80 |
1.14.3 | tot het verstrekken van een
gehandicaptenparkeerkaart als bedoeld in artikel 49
van het Besluit administratieve bepalingen inzake
het wegverkeer (BABW) | € 71,70 |
1.14.3.1 | Indien geen keuring heeft plaatsgevonden vindt op
het onder 1.14.3 in rekening gebrachte tarief
restitutie plaats ter hoogte van | € 35,60 |
1.14.3.2 | Het verstrekken van een duplicaat van een geldige
gehandicaptenparkeerkaart | € 36,10 |
Hoofdstuk 15 Diversen
1.15.1 | Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen
van een aanvraag tot het verstrekken van: | |
1.15.1.1 | afschriften of fotokopieën van stukken, voor zover
daarvoor niet elders in deze tabel of in een andere
wettelijke regeling een tarief is opgenomen: en wordt verhoogd met: | € 13,00 |
1.15.1.1.1 | per pagina op papier van A4-formaat | € 0,55 |
1.15.1.1.2 | per pagina op papier van A3-formaat | € 0,95 |
1.15.1.1.3 | per pagina op papier van A1-formaat | € 5,50 |
1.15.1.1.4 | per pagina op papier van A0-formaat | € 11,00 |
1.15.1.1.5 | per pagina op papier van A4-formaat, in kleur | € 1,05 |
1.15.1.1.6 | per pagina op papier van A3 formaat, in kleur | € 1,95 |
1.15.1.1.7 | per pagina op papier van A4 formaat, vervaardigd met
een readerprinter als afdruk van een microfiche | € 0,80 |
1.15.1.2 | kaarten, tekeningen en lichtdrukken, al dan niet
behorend bij de in de onderdelen 1.15.1.1 en
1.15.1.2 genoemde stukken, voor zover daarvoor niet
elders in deze tabel of in een andere wettelijke
regeling een tarief is opgenomen, per kaart,
tekening of lichtdruk | |
per blad op papier van A1-formaat | € 6,50 |
per blad op papier van A0-formaat | € 13,15 |
1.15.1.3 | stukken of uittreksels, welke op aanvraag van de
aanvrager moeten worden opgemaakt, voor zover
daarvoor niet elders in deze tabel of in een andere
wettelijke regeling een tarief is opgenomen, per
pagina | € 10,00 |
1.15.2 | Voor het in behandeling nemen van een aanvraag
voor de verstrekking van documenten, beschikbaar in
digitale vorm, voor zover niet elders in deze tabel of in een andere
wettelijke regeling een tarief is opgenomen: Vermeerderd met een bedrag voor | € 13,00 |
1.15.2.1 | een document bestaande uit één of meerdere pagina’s,
één geheel vormend t/m het formaat A-3; | |
1.15.2.1.1 | met een maximum van 10 pagina’s | € 0,50 |
1.15.2.1.2 | met een maximum van 50 pagina’s | € 1,50 |
1.15.2.1.3 | met een maximum van 100 pagina’s | € 2,50 |
1.15.2.1.4 | met een maximum van 500 pagina’s | € 6,00 |
1.15.2.2 | Een document of tekening, bestaande uit één of
meerdere bladen, één geheel vormend, alle formaten
per tekening/bestand | € 2,50 |
Hoofdstuk 16 Telecommunicatie
1.16.1 | Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen
van een melding in verband met het verkrijgen van
instemming omtrent plaats, tijdstip en wijze van
uitvoering van werkzaamheden als bedoeld in artikel
5.4, eerste lid, van de Telecommunicatiewet | € 265,20 |
1.16.1.1 | Indien het betreft werkzaamheden in tegel-, klinker-
en sierbestratingen, alsmede gesloten verhardingen,
voor zover de werkzaamheden plaatsvinden in of op
openbare gemeentegrond, per strekkende meter sleuf
verhoogd met | € 1,10 |
1.16.1.2 | Indien het betreft werkzaamheden in bermen,
groenstroken en dergelijke, voor zover de
werkzaamheden plaatsvinden in of op openbare
gemeentegrond, per strekkende meter sleuf verhoogd
met | € 1,10 |
Titel 2 Dienstverlening vallend onder fysieke
leefomgeving/omgevingsvergunning
Hoofdstuk 1 Begripsomschrijvingen
2.1.1 | Voor de toepassing van deze titel wordt verstaan
onder: | |
2.1.1.1 | aanlegkosten: | |
| de aannemingssom exclusief omzetbelasting, bedoeld
in paragraaf 1, eerste lid, van de Uniforme
administratieve voorwaarden voor de uitvoering van
werken en van technische installatiewerken 2012 (UAV
2012), voor het uit te voeren werk, of voor zover
deze ontbreekt, een raming van de aanlegkosten, de
omzetbelasting niet inbegrepen. Indien de werken of
werkzaamheden geheel of gedeeltelijk door
zelfwerkzaamheid geschieden wordt in deze titel
onder aanlegkosten verstaan: de prijs die aan een
derde in het economisch verkeer zou moeten worden
betaald voor de werken of werkzaamheden waarop de
aanvraag betrekking heeft; | |
2.1.1.2 | bouwkosten: | |
| de aannemingssom exclusief omzetbelasting, bedoeld
in paragraaf 1, eerste lid, van de Uniforme
administratieve voorwaarden voor de uitvoering van
werken en van technische installatiewerken 2012 (UAV
2012), voor het uit te voeren werk, of voor zover
deze ontbreekt een raming van de kosten die
voortvloeien uit aangegane verplichtingen ten
behoeve van de fysieke realisatie (het bouwen) van
de bouwwerken, exclusief omzetbelasting. Indien het
bouwen geheel of gedeeltelijk door zelfwerkzaamheid
geschiedt wordt in deze titel onder bouwkosten
verstaan: de prijs die aan een derde in het
economisch verkeer zou moeten worden betaald voor
het tot stand brengen van het bouwwerk waarop de
aanvraag betrekking heeft; | |
2.1.1.3 | Wabo: Wet algemene bepalingen omgevingsrecht. | |
2.1.2 | In deze titel voorkomende begrippen die in de Wabo
zijn omschreven, hebben dezelfde betekenis als bij
of krachtens de Wabo bedoeld. | |
2.1.3 | In deze titel voorkomende begrippen die niet nader
in de Wabo zijn omschreven en die betrekking hebben
op activiteiten waarvoor het toetsingskader in een
ander wettelijk voorschrift is uitgewerkt, hebben
dezelfde betekenis als in dat wettelijk voorschrift
bedoeld. | |
Hoofdstuk 2 Omgevingsvergunning
2.2 | Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen
van een aanvraag tot het verlenen van een
omgevingsvergunning voor een project: de som van
verschuldigde leges voor de verschillende
activiteiten of handelingen waaruit het project
geheel of gedeeltelijk bestaat en waarop de aanvraag
betrekking heeft en de verschuldigde leges voor de
extra toetsen die in verband met de aanvraag moeten
worden uitgevoerd, berekend naar de tarieven en
overeenkomstig het bepaalde in dit hoofdstuk en
hoofdstuk 3 van deze titel. In afwijking van de
vorige volzin kan ook per activiteit, handeling of
andere grondslag een legesbedrag worden
gevorderd. | |
| | |
2.2.1 | Bouwactiviteiten | |
2.2.1.1 | Indien de aanvraag tot het verlenen van een
omgevingsvergunning betrekking heeft op een
bouwactiviteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste
lid, onder a, van de Wabo, bedraagt het tarief 2,85%
van de vastgestelde bouwkosten | |
2.2.1.2 | met een minimum van: | € 133,65. |
2.2.1.2.1. | het tarief dat voortvloeit uit de berekening in
onderdeel 2.2.1.1 wordt verminderd met 30% wanneer
de aanvraag (mede) dient te worden getoetst aan een
bestemmingsplan waarvoor niet is voldaan aan de
verplichting uit artikel 3.1 lid 2 Wet ruimtelijke
ordening en voor zover de aanvraag voldoet aan de
regels van het bestemmingsplan (inclusief
binnenplanse afwijkingsmogelijkheden). | |
| Welstandstoets | |
2.2.1.3 | Onverminderd het bepaalde in onderdeel 2.2.1.1 wordt
het verschuldigde bedrag in verband met een toets
aan welstandcriteria verhoogd met het bedrag van de
aan de aanvrager medegedeelde kosten, in verband met
de toetsing door de welstandscommissie. De kosten
blijken uit het overzicht dat bij het bericht van
ontvangst wordt meegestuurd. | |
| | |
| Constructietoets | |
2.2.1.4 | Bij aanvragen voor nieuwbouw en verbouw van
woningen, appartementengebouwen, utiliteitsbouw en
voor andere gebouwen en bouwwerken waarvoor controle
van aangeleverde constructiegegevens door een
ingenieursbureau noodzakelijk wordt geacht en
uitgevoerd, wordt onverminderd het bepaalde in
onderdeel 2.2.1.1 het verschuldigde bedrag in
verband met een toets van de constructiegegevens
verhoogd met een bedrag van: | € 173,85 |
| Beoordeling bodemrapport | |
2.2.1.5 | Onverminderd het bepaalde in onderdeel 2.2.1.1
bedraagt het tarief, indien krachtens wettelijk
voorschrift voor de in dat onderdeel bedoelde
aanvraag een bodemrapport wordt beoordeeld, tenzij
onderdeel 2.2.1.5.2 zelf toepassing vindt: | |
2.2.1.5.1 | voor de beoordeling van een milieukundig
bodemrapport | € 75,05 |
2.2.1.5.2 | voor de beoordeling van een archeologisch
bodemrapport | € 75,05 |
2.2.1.5.3 | voor de beoordeling van een digitaal aangeleverde
milieukundig bodemrapport PDF-formaat | € 75,05 |
2.2.1.5.4 | voor de beoordeling van een digitaal aangeleverde
archeologisch bodemrapport in PDF-formaat | € 75,05 |
2.2.2 | Aanlegactiviteiten | |
2.2.2.1 | Indien de aanvraag tot het verlenen van een
omgevingsvergunning betrekking heeft op een
aanlegactiviteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste
lid, onder b, van de Wabo, bedraagt het tarief 2,85%
van de aanlegsom met een minimum van: | € 133,65 |
| | |
2.2.3 | Planologisch strijdig gebruik, waarbij tevens
sprake is van een bouwactiviteit | |
| Indien de aanvraag tot het verlenen van een
omgevingsvergunning betrekking heeft op een
activiteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid,
onder c, van de Wabo, en tevens sprake is van een
bouwactiviteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste
lid, onder a, van de Wabo, bedraagt het tarief,
onverminderd het bepaalde in onderdeel 2.2.1: | |
2.2.3.1 | indien artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder 1º,
van de Wabo wordt toegepast (binnenplanse
afwijking): | € 146,80 |
2.2.3.2 | indien artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder 2º,
van de Wabo wordt toegepast (buitenplanse kleine
afwijking): | € 212,20 |
2.2.3.3 | indien artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder 3º,
van de Wabo wordt toegepast (buitenplanse
afwijking): | € 3310,15 |
2.2.3.4 | indien artikel 2.12, tweede lid, van de Wabo wordt
toegepast (tijdelijke afwijking): | € 272,00 |
2.2.3.5 | Indien artikel 2.12, eerste lid, onder b, van de
Wabo wordt toegepast (afwijking van
exploitatieplan): | € 112,45 |
2.2.3.6 | indien de aanvraag een project van provinciaal
belang betreft, de activiteit in strijd is met de
regels die zijn gesteld krachtens artikel 4.1, derde
lid, van de Wet ruimtelijke ordening en artikel
2.12, eerste lid, onder c, van de Wabo wordt
toegepast (afwijking van provinciale regelgeving)
het bedrag van de voorafgaand aan het in behandeling
nemen van de aanvraag om een omgevingsvergunning aan
de aanvrager meegedeelde kosten, blijkend uit een
begroting die door het college van burgemeester en
wethouders is opgesteld: | |
|
2.2.3.7 | indien de aanvraag een project van nationaal belang
betreft, de activiteit in strijd is met de regels
die zijn gesteld krachtens artikel 4.3, derde lid,
van de Wet ruimtelijke ordening en artikel 2.12,
eerste lid, onder c, van de Wabo wordt toegepast
(afwijking van nationale regelgeving) het bedrag van
de voorafgaand aan het in behandeling nemen van de
aanvraag om een omgevingsvergunning aan de aanvrager
meegedeelde kosten, blijkend uit een begroting die
door het college van burgemeester en wethouders is
opgesteld: | |
|
2.2.3.8 | indien artikel 2.12, eerste lid, onder d, van de
Wabo wordt toegepast (afwijking van
voorbereidingsbesluit): | € 374,40 |
| | |
2.2.4 | Planologisch strijdig gebruik waarbij geen
sprake is van een bouwactiviteit | |
| Indien de aanvraag tot het verlenen van een
omgevingsvergunning betrekking heeft op een
activiteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid,
onder c, van de Wabo, en niet tevens sprake is van
een bouwactiviteit als bedoeld in artikel 2.1,
eerste lid, onder a, van de Wabo, bedraagt het
tarief: | |
2.2.4.1 | indien artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder 1º,
van de Wabo wordt toegepast (binnenplanse
afwijking): | € 146,80 |
2.2.4.2 | indien artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder 2º,
van de Wabo wordt toegepast (buitenplanse kleine
afwijking): | € 212,20 |
2.2.4.3 | indien artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder 3º,
van de Wabo wordt toegepast (buitenplanse
afwijking): | € 3310,15 |
2.2.4.4 | indien artikel 2.12, tweede lid, van de Wabo wordt
toegepast (tijdelijke afwijking) | € 272,00 |
2.2.4.5 | indien artikel 2.12, eerste lid, onder b, van de
Wabo wordt toegepast (afwijking van
exploitatieplan): | € 112,45 |
2.2.4.6 | indien de aanvraag een project van provinciaal
belang betreft, de activiteit in strijd is met de
regels die zijn gesteld krachtens artikel 4.1, derde
lid, van de Wet ruimtelijke ordening en artikel
2.12, eerste lid, onder c, van de Wabo wordt
toegepast (afwijking van provinciale regelgeving)
het bedrag van de voorafgaand aan het in behandeling
nemen van de aanvraag om een omgevingsvergunning aan
de aanvrager meegedeelde kosten, blijkend uit een
begroting die door het college van burgemeester en
wethouders is opgesteld: | |
2.2.4.7 | indien de aanvraag een project van nationaal belang
betreft, de activiteit in strijd is met de regels
die zijn gesteld krachtens artikel 4.3, derde lid,
van de Wet ruimtelijke ordening en artikel 2.12,
eerste lid, onder c, van de Wabo wordt toegepast
(afwijking van nationale regelgeving) het bedrag van
de voorafgaand aan het in behandeling nemen van de
aanvraag om een omgevingsvergunning aan de aanvrager
meegedeelde kosten, blijkend uit een begroting die
door het college van burgemeester en wethouders is
opgesteld: | |
2.2.4.8 | indien artikel 2.12, eerste lid, onder d, van de
Wabo wordt toegepast (afwijking van
voorbereidingsbesluit): | € 374,40 |
| | |
2.2.5 | In gebruik nemen of gebruiken bouwwerken in
relatie tot brandveiligheid | |
| Indien de aanvraag tot het verlenen van een
omgevingsvergunning betrekking heeft op een
activiteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid,
onder d, van de Wabo, bedraagt het tarief,
onverminderd het bepaalde in andere onderdelen
bedoelde activiteiten: | |
2.2.5.1 | voor het in behandeling nemen van een aanvraag voor
het verlenen van een vergunning brandveilig gebruik
bouwwerken als bedoeld in artikel 2.1, onder d
eerste lid van de Wabo | € 596,70 |
2.2.5.2 | Voor het verlenen van een vergunning tot het in
gebruik hebben of houden van een tijdelijke
inrichting, als bedoeld in artikel 2.1.1 van de
Brandbeveiligingsverordening, voor een periode
van: maximaal 3 dagen 4 tot en met 7 dagen meer dan 7 dagen vermeerderd met per week of per gedeelte
daarvan | € 36,40 € 198,20 € 218,05 € 87,75 |
| | |
2.2.6 | Activiteiten met betrekking tot monumenten of
beschermde stads- of dorpsgezichten | |
2.2.6.1 | Indien de aanvraag tot het verlenen van een
omgevingsvergunning betrekking heeft op een
activiteit met betrekking tot een beschermd monument
als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder f, van
de Wabo, of op een activiteit als bedoeld in artikel
2.2, eerste lid, onder b, van de Wabo met betrekking
tot een krachtens provinciale verordening aangewezen
monument, waarvoor op grond van die provinciale
verordening een vergunning of ontheffing is vereist,
bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in
andere onderdelen bedoelde activiteiten: | |
2.2.6.1.1 | voor het slopen, verstoren, verplaatsen of in enig
opzicht wijzigen van een monument: | € 137,45 |
2.2.6.2 | Indien de aanvraag tot het verlenen van een
omgevingsvergunning betrekking heeft op het slopen
van een bouwwerk in een beschermd stads- of
dorpsgezicht, bedoeld in artikel 2.1, eerste lid,
onder h, van de Wabo, op het slopen van een bouwwerk
in een krachtens provinciale verordening aangewezen
stads- of dorpsgezicht, bedoeld in artikel 2.2,
eerste lid, onder c, van de Wabo, waarvoor op grond
van die provinciale verordening een vergunning of
ontheffing is vereist, bedraagt het tarief: | € 137,45 |
| | |
2.2.7 | Sloopactiviteiten anders dan bij monumenten of
in beschermd stads- of dorpsgezicht | |
2.2.7.1 | Indien de aanvraag tot het verlenen van een
omgevingsvergunning betrekking heeft op het slopen
van een bouwwerk in gevallen waarin dat in een
bestemmingsplan, beheersverordening of
voorbereidingsbesluit is bepaald, bedoeld in artikel
2.1, eerste lid, onder g, van de Wabo, bedraagt het
tarief: | € 137,45 |
| | |
| Beoordeling bodemrapport | |
2.2.7.2 | Onderdeel 2.2.1.5.2 vindt overeenkomstige toepassing
met betrekking tot de in onderdeel 2.2.7.1 bedoelde
aanvraag, tenzij de onderdelen 2.2.1.5.2 of 2.2.2.2
zelf toepassing vinden. | |
| | |
2.2.8 | Aanleggen of veranderen weg | |
| Indien de aanvraag tot het verlenen van een
omgevingsvergunning betrekking heeft op het maken,
hebben, veranderen of veranderen van het gebruik van
een uitweg waarvoor op grond van een bepaling in een
provinciale verordening of Algemene plaatselijke
verordening gemeente Tynaarlo een vergunning of
ontheffing is vereist, als bedoeld in artikel 2.2,
eerste lid, aanhef en onder e, van de Wabo, is het
bedrag verschuldigd dat voorafgaande aan het in
behandeling nemen van de aanvraag geschat is op
basis van een begroting van het college van
burgemeester en wethouders en aan de aanvrager is
medegedeeld. | |
2.2.9 | Uitweg/inrit | |
| Indien de aanvraag tot het verlenen van een
omgevingsvergunning betrekking heeft op het maken,
hebben, veranderen of veranderen van het gebruik van
een uitweg waarvoor op grond van een bepaling in een
provinciale verordening of Algemene plaatselijke
verordening gemeente Tynaarlo een vergunning of
ontheffing is vereist, als bedoeld in artikel 2.2,
eerste lid, aanhef en onder e, van de Wabo, is het
bedrag verschuldigd dat voorafgaande aan het in
behandeling nemen van de aanvraag geschat is op
basis van een begroting van het college van
burgemeester en wethouders en aan de aanvrager is
medegedeeld. | |
| | |
2.2.10 | Kappen | |
| Indien de aanvraag tot het verlenen van een
omgevingsvergunning betrekking heeft op het vellen
of doen vellen van houtopstand, waarvoor op grond
van een bepaling in een provinciale verordening of
Algemene plaatselijke verordening gemeente Tynaarlo
een vergunning of ontheffing is vereist, als bedoeld
in artikel 2.2, eerste lid, aanhef en onder g, van
de Wabo, bedraagt het tarief: | € 63,65 |
| | |
2.2.11 | Opslag van roerende zaken | |
| Indien de aanvraag tot het verlenen van een
omgevingsvergunning betrekking heeft op de opslag
van roerende zaken in een bepaald gedeelte van de
gemeente waarvoor op grond van een bepaling in een
provinciale verordening een vergunning of ontheffing
is vereist, bedraagt het tarief: | |
2.2.11.1 | indien de activiteit bestaat uit het daar opslaan
van roerende zaken, bedoeld in artikel 2.2, eerste
lid, onder j, van de Wabo: | € 38,90 |
2.2.11.2 | indien de activiteit bestaat uit het als eigenaar,
beperkt gerechtigde of gebruiker van een onroerende
zaak toestaan of gedogen dat daar roerende zaken
worden opgeslagen, bedoeld in artikel 2.2, eerste
lid, onder k, van de Wabo: | € 38,90 |
| | |
2.2.12 | Projecten of handelingen in het kader van de
Wet
natuurbescherming(bescherming
van een Natura 2000-gebied) | |
| Indien de aanvraag tot het verlenen van een
omgevingsvergunning betrekking heeft op een project
of het verrichten van een andere handeling als
bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder j, van de
Wabo bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde
in de andere onderdelen van dit hoofdstuk indien
tevens sprake is van de in die onderdelen bedoelde
activiteiten: | € 96,00 |
2.2.13 | Handelingen in het kader van de Wet
natuurbescherming (bescherming van
soorten) Indien de aanvraag tot het verlenen van een
omgevingsvergunning betrekking heeft op het
verrichten van een handeling als bedoeld in artikel
2.1, eerste lid, onder k, van de Wabo, bedraagt het
tarief, onverminderd het bepaalde in de andere
onderdelen van dit hoofdstuk indien tevens sprake is
van de in die onderdelen bedoelde activiteiten: | € 192,00 |
2.2.14 | Andere activiteiten | |
| Indien de aanvraag tot het verlenen van een
omgevingsvergunning betrekking heeft op het
verrichten van een andere activiteit of handeling
dan in de voorgaande onderdelen van dit hoofdstuk
bedoeld en die activiteit of handeling: | |
2.2.14.1 | behoort tot een bij algemene maatregel van bestuur
aangewezen categorie activiteiten die van invloed
kunnen zijn op de fysieke leefomgeving, als bedoeld
in artikel 2.1, eerste lid, onder i, van de Wabo,
bedraagt het tarief: | € 95,15 |
2.2.14.2 | behoort tot een bij provinciale verordening,
gemeentelijke verordening of waterschapsverordening
aangewezen categorie activiteiten die van invloed
kunnen zijn op de fysieke leefomgeving, als bedoeld
in artikel 2.2, tweede lid, van de Wabo, bedraagt
het tarief: | |
2.2.14.2.1 | als het een gemeentelijke verordening betreft: | € 63,45 |
2.2.14.2.2 | als het een provinciale of waterschapsverordening
betreft: | € 63,45 |
| | |
2.2.15 | Omgevingsvergunning in twee fasen | |
| Indien de aanvraag tot het verlenen van een
omgevingsvergunning op verzoek in twee fasen
plaatsvindt, als bedoeld in artikel 2.5, eerste lid,
van de Wabo, bedraagt het tarief 2,85% van de
bouwkosten met een minimum van | € 133,65 |
2.2.15.1 | voor het in behandeling nemen van de aanvraag voor
een beschikking met betrekking tot de eerste fase:
het bedrag dat voortvloeit uit toepassing van de
tarieven in dit hoofdstuk voor de activiteiten
waarop de aanvraag voor de eerste fase betrekking
heeft; | |
2.2.15.2 | voor het in behandeling nemen van de aanvraag voor
een beschikking met betrekking tot de tweede fase:
het bedrag dat voortvloeit uit toepassing van de
tarieven in dit hoofdstuk voor de activiteiten
waarop de aanvraag voor de tweede fase betrekking
heeft. | |
2.2.16 | Advies | |
2.2.16.1 | Onverminderd het bepaalde in de voorgaande
onderdelen van dit hoofdstuk bedraagt het tarief,
indien een daartoe bij algemene maatregel van
bestuur, provinciale of gemeentelijke verordening
aangewezen bestuursorgaan of andere instantie advies
moet uitbrengen over de aanvraag of het ontwerp van
de beschikking op de aanvraag om een
omgevingsvergunning, als bedoeld in artikel 2.26,
derde lid, van de Wabo: het bedrag van de
voorafgaand aan het in behandeling nemen van de
aanvraag om een omgevingsvergunning aan de aanvrager
medegedeelde kosten op basis van een begroting van
burgemeester en wethouders. | |
2.2.16.2 | Indien een begroting als bedoeld in 2.2.16.1 is
uitgebracht, wordt een aanvraag in behandeling
genomen op de vijfde werkdag na de dag waarop de
begroting aan de aanvrager ter kennis is gebracht,
tenzij de aanvraag voor deze vijfde werkdag
schriftelijk is ingetrokken. | |
| | |
2.2.17 | Verklaring van geen bedenkingen | |
2.2.17.1 | Onverminderd het bepaalde in de voorgaande
onderdelen van dit hoofdstuk bedraagt het tarief,
indien een daartoe bij wet of algemene maatregel van
bestuur aangewezen bestuursorgaan een verklaring van
geen bedenkingen moet afgeven voordat de
omgevingsvergunning kan worden verleend, als bedoeld
in artikel 2.27, eerste lid, van de Wabo: | |
2.2.17.2 | Indien de gemeenteraad een verklaring van geen
bedenkingen moet afgeven | € 212,20 |
2.2.17.3 Indien de provincie een verklaring van geen bedenkingen moet
afgeven
op grond van artikel 2.1, eerste lid, onder j, van de Wabo
bedraagt het tarief: € 840,00
2.2.17.4 Indien de provincie een verklaring van geen bedenkingen moet
afgeven
op grond van artikel 2.1, eerste lid, onder k, van de Wabo
bedraagt het tarief: € 1728,00
2.2.17.5 Indien een ander bestuursorgaan dan het college of de raad een
andere
verklaring van geen bedenkingen moet afgeven:
het bedrag van de voorafgaand aan het in behandeling nemen van de
aanvraag om een omgevingsvergunning aan de aanvrager meegedeelde
kosten, blijkend uit een begroting die door het college van
burgemeester en
wethouders is opgesteld.
2.2.17.6 Indien een begroting als hiervoor bedoeld is uitgebracht, wordt
een aanvraag
in behandeling genomen na goedkeuring van de begroting dan wel
uiterlijk
op de vijfde werkdag na de dag waarop de begroting aan de aanvrager ter
kennis is gebracht, tenzij de aanvraag voor deze vijfde werkdag
schriftelijk is
ingetrokken.
Hoofdstuk 3 Teruggaaf
2.3.1 | Teruggaaf als gevolg van intrekking
of niet ontvankelijk verklaren
van aanvraag
omgevingsvergunning voor bouw-, aanleg- of
sloopactiviteiten | |
| Als een aanvrager zijn aanvraag tot het verlenen van
een omgevingsvergunning voor een project dat geheel
of gedeeltelijk bestaat uit bouw-, aanleg- of
sloopactiviteiten, als bedoeld in de onderdelen
2.2.1 en 2.2.2 intrekt terwijl deze reeds in
behandeling is genomen door de gemeente, bestaat
aanspraak op teruggaaf van een deel van de leges. De
teruggaaf bedraagt: | |
2.3.1.1 | indien de aanvraag wordt ingetrokken op verzoek van
team Publiekszaken en Veiligheid, in het belang van
de procedure, bedraagt de teruggaaf 100% met dien
verstande dat het in artikel 2.2.1.2 genoemde
minimumbedrag niet van toepassing is. | |
2.3.1.2 2.3.1.3 | indien de aanvraag niet ontvankelijk wordt
verklaard, bedraagt de teruggaaf 100% met dien
verstande dat het in 2.2.1.2. genoemde minimumbedrag
altijd wordt geheven. indien de aanvraag wordt ingetrokken bedraagt de
teruggaaf 50% met dien verstande dat het in artikel
2.2.1.2 genoemde minimumbedrag altijd wordt
geheven. | |
2.3.1.4 2.3.2 | indien de intrekking leidt tot een nieuwe
(gewijzigde) aanvraag, worden de verschuldigde
gemeentelijk leges verrekend met deze aanvraag, mits
deze aanvraag wordt ingediend binnen 12 maanden na
intrekking. Teruggaaf als gevolg van het intrekking
verleende omgevingsvergunning voor bouw-, aanleg-
of sloopactiviteiten Als de gemeente een omgevingsvergunning voor een
project dat geheel of gedeeltelijk bestaat uit
bouw-, aanleg- of sloopactiviteiten als bedoeld in
de onderdelen 2.2.1, 2.2.2, 2.2.6 of 2.2.7 intrekt
op aanvraag van de vergunninghouder, bestaat
aanspraak op teruggaaf van een deel van de leges,
mits deze aanvraag is ingediend binnen 12 maanden na
verlening van de vergunning en van de vergunning
geen gebruik is gemaakt. De teruggaaf bedraagt 25% van de op grond van die
onderdelen voor de betreffende activiteit
verschuldigde leges. | |
2.3.3 | Teruggaaf als gevolg van
het weigeren van een
omgevingsvergunning voor bouw-,
aanleg- of sloopactiviteiten | |
2.3.3.1 | Als de gemeente een omgevingsvergunning voor een
project dat geheel of gedeeltelijk bestaat uit
bouw-, aanleg- of sloopactiviteiten als bedoeld in
de onderdelen 2.2.1, 2.2.2, 2.2.6 of 2.2.7 weigert,
bestaat aanspraak op teruggaaf van een deel van de
leges. De teruggaaf bedraagt 25% van de | |
op grond van die onderdelen voor de betreffende
activiteit verschuldigde leges. | |
2.3.3.2 | Onder een weigering bedoeld in onderdeel 2.3.3.1
wordt mede verstaan een vernietiging van de
beschikking waarbij de vergunning is verleend bij
rechterlijke uitspraak. | |
2.3.4 | Minimumbedrag voor teruggaaf | |
| Een bedrag minder dan € 125,00 wordt niet
teruggegeven. | |
2.3.5 | Geen teruggaaf legesdeel advies of
verklaring van geen bedenkingen | |
| Van de leges verschuldigd op grond van de onderdelen
2.2.16 en 2.2.17 wordt geen teruggaaf verleend. | |
Hoofdstuk 4 Intrekking
omgevingsvergunning
2.4 | Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen
van een aanvraag tot gehele of gedeeltelijke
intrekking van een omgevingsvergunning als bedoeld
in artikel 2.33, tweede lid, onder b, van de Wabo,
tenzij hoofdstuk 3 van toepassing is: | € 135,75 |
Hoofdstuk 5 Wijziging omgevingsvergunning als
gevolg van wijziging project
2.5 | Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen
van een aanvraag tot wijziging van een
omgevingsvergunning als gevolg van een, naar de
omstandigheden beoordeeld, geringe wijziging in het
project: | € 265,30 |
Hoofdstuk 6 Bestemmingswijzigingen
2.6.1 | Het tarief voor het in behandeling nemen van een
aanvraag tot het vaststellen van een bestemmingsplan
als bedoeld in artikel 3.1, eerste lid, van de Wet
ruimtelijke ordening wordt bepaald aan de hand van
een voorafgaand aan het in behandeling nemen van de
aanvraag geschat legesbedrag op basis van een
begroting van het college van burgemeester en
wethouders, dat is medegedeeld aan de
aanvrager. | |
2.6.2 Het tarief voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot
het
vaststellen van een bestemmingsplan als bedoeld in artikel 3.6, eerste
lid,
onder a van de Wet ruimtelijke ordening wordt bepaald aan de hand van
een
voorafgaand aan het in behandeling nemen van de aanvraag geschat
legesbedrag op basis van een begroting van het college van burgemeester
en
wethouders, dat is medegedeeld aan de aanvrager. 2.6.3 Het tarief voor
het in behandeling nemen van een aanvraag tot het
vaststellen van een bestemmingsplan als bedoeld in artikel 3.30 van de
Wet
ruimtelijke ordening wordt bepaald aan de hand van een voorafgaand aan
het in behandeling nemen van de aanvraag geschat legesbedrag op basis
van een begroting van het college van burgemeester en wethouders,
dat is medegedeeld aan de aanvrager.
Hoofdstuk 7 In deze titel niet benoemde
beschikking
2.7 | Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen
van een aanvraag om een andere, in deze titel niet
benoemde beschikking: | € 135,75 |
Hoofdstuk 8 Makelaarsinformatie
2.8.1 | Het starttarief voor makelaarsinformatie zoals
inlichtingen uit het bestemmingsplan,
bouwmogelijkheden, het bouwvergunningenarchief,
bodeminformatie enz. bedraagt: | € 34,10 |
2.8.2 | Het tarief voor de naspeuring van de onder 2.8.1
bedoelde inlichtingen wordt daarnaast per kwartier
verhoogd met | € 19,80 |
Titel 3 Dienstverlening vallend onder Europese
dienstenrichtlijn
Hoofdstuk 1 Horeca
3.1. | Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen
van: | |
3.1.1 | een aanvraag tot het verlenen van een vergunning op
grond van artikel 3 van de Drank- en Horecawet | € 574,55 |
3.1.2 | het tarief bedraagt voor de wijziging in de onder
3.1.1. genoemde vergunning | € 143,85 |
3.1.3 | Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen
van een melding als bedoeld in artikel 30 van de
Drank- en Horecawet | € 64,50 |
3.1.4 | Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen
van een aanvraag tot het verkrijgen van een
ontheffing als bedoeld in artikel 35 van de Drank-
en Horecawet | € 71,65 |
| | |
Hoofdstuk 2 Organiseren
evenementen,muziek, straatfotografie en
collectes
3.2 | Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen
van een aanvraag om | |
3.2.1 | een vergunning voor het organiseren van een
evenement als bedoeld in de Algemene plaatselijke
verordening gemeente Tynaarlo
(evenementenvergunning), indien het betreft: | |
3.2.1.1 | een grootschalig evenement of een evenement met
verhoogd risicoprofiel | € 1255,25 |
3.2.1.2 | een belastend evenement: | € 119,40 |
3.2.1.3 voor niet-belastende evenementen worden geen leges geheven
3.2.2 Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een
aanvraag:
3.2.2.1 tot het verkrijgen van een vergunning om in de gemeente een
standplaats in nemen met een kraam, stalletje, ijscokar of andere
dergelijke voorzieningen voor de verkoop van waren, geldig voor
3.2.2.2 a. maximaal één week € 7,45
3.2.2.3 b. één maand, doch niet korter dan een week € 20,70
3.2.2.4 c. één jaar, doch niet korter dan een maand € 108,25
3.2.2.5 als de standplaats op meer dan één dag per week wordt ingenomen,
worden de onder a t/m c genoemde bedragen vermeerderd met € 18,45
3.2.3 | Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen
van een aanvraag: | |
3.2.3.1 | tot het verkrijgen van een vergunning voor muziek en
vertoningen als bedoeld in de Algemene plaatselijke
verordening Gemeente Tynaarlo geldig voor: één dag één week of korter, doch langer dan een dag één maand of korter, doch langer dan een week één kwartaal of korter, doch langer dan een
maand één jaar of korter, doch langer dan een
kwartaal | € 3,75 € 5,80 € 11,50 € 32,25 € 80,00 |
3.2.3.2 | tot het verkrijgen van een vergunning voor
straatfotografie, per dag | € 10,60 |
3.2.4 | Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen
van een aanvraag tot het verkrijgen van een
collectevergunning als bedoeld in de Algemene
plaatselijke verordening gemeente Tynaarlo | € 10,00 |
Hoofdstuk 3 Prostitutiebedrijven
3.3 | Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen
van een aanvraag om: | |
3.3.1 | een exploitatievergunning of wijziging van een
exploitatievergunning als bedoeld in de Algemene
plaatselijke verordening Tynaarlo | |
3.3.1.1 | voor een seksinrichting voor zowel een aanvraag als
een wijziging | € 1358,15 |
3.3.1.2 | voor een escortbedrijf | € 1358,15 |
Hoofdstuk 4 Kinderopvang en Peuterspeelzalen
3.4.1 | Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen
van een aanvraag: | |
3.4.1.1 | Voor registratie van een kindercentrum als bedoeld
in de Wet kinderopvang en kwaliteitseisen
peuterspeelzalen | € 766,00 |
3.4.1.2 | Voor registratie van een gastouder en/of
gastouderbureau in de zin van de Wet kinderopvang en
kwaliteitseisen peuterspeelzalen | € 341,70 |
3.4.2 | Teruggaaf als gevolg van intrekking van de
aanvraag | |
3.4.2.1 | Als de aanvraag voor registratie van een
kindercentrum, gastouderbureau en/of gastouder wordt
ingetrokken nadat deze in behandeling wordt genomen,
doch voor het besluit omtrent registratie wordt
genomen bedraagt de teruggaaf | 75% |
3.4.3 | Als de aanvraag voor registratie van een
kindercentrum, gastouderbureau en/of gastouder wordt
geweigerd, bedraagt de teruggaaf | 50% |
3.4.4 | Voor een aanvraag voor registratie van een
peuterspeelzaal in de zin van de Wet kinderopvang en
kwaliteitseisen peuterspeelzalen worden geen leges
in rekening gebracht | |
3.4.5 | Voor een weigering registratie van peuterspeelzalen
worden geen leges in rekening gebracht | |
Hoofdstuk 5 Kansspelen
3.5.1 | Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen
van een aanvraag tot het verlenen van een
aanwezigheidsvergunning als bedoeld in artikel 30b
van de Wet op de kansspelen: | |
3.5.1.1 | voor een periode van twaalf maanden voor één
kansspelautomaat | € 56,50 |
3.5.1.2 | voor een periode van twaalf maanden voor twee of
meer kansspelautomaten, voor de eerste
kansspelautomaat | € 56,50 |
en voor iedere volgende kansspelautomaat | € 34,00 |
3.5.1.3 | voor één kansspelautomaat, welke vergunning geldt
voor een periode van langer dan vier jaar of voor
onbepaalde tijd | € 226,50 |
3.5.1.4 | voor twee of meer kansspelautomaten, welke
vergunning geldt voor een periode van langer dan
vier jaar of voor onbepaalde tijd, voor de eerste
kansspelautomaat | € 226,50 |
| en voor iedere volgende kansspelautomaat | € 136,00 |
3.5.2 | De subonderdelen 3.5.1.1 en 3.5.1.2 zijn van
overeenkomstige toepassing, indien de vergunning
geldt voor een tijdvak, korter dan twaalf maanden of
langer dan twaalf maanden maar ten hoogste vier
jaar, met dien verstande dat de daar genoemde
bedragen naar evenredigheid van het verschil in
looptijd van de vergunning verlaagd
onderscheidenlijk verhoogd worden. | |
3.5.3 | Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen
van een aanvraag tot het verlenen van een vergunning
als bedoeld in artikel 3 van de Wet op de kansspelen
(loterijvergunning) | € 9,90 |
3.5.4 | Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen
van een aanvraag tot het verlenen van een
exploitatievergunning als bedoeld in artikel 30c
eerste lid, onderdeel c. van de Wet op de
Kansspelen, juncto art. 2 van de Speelautomaten
verordening gemeente Tynaarlo juncto art. 2.39 van
de Algemene plaatselijke verordening Tynaarlo | € 955,40 |
Hoofdstuk 6 In deze titel niet benoemde
vergunning, ontheffing of andere beschikking
3.6.1 | Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen
van een aanvraag om een andere, in deze titel niet
benoemde vergunning, ontheffing of andere
beschikking | € 36,00 |
Hoort bij besluit van de raad van de gemeente Tynaarlo d.d. 6 december
2016
J.L. de Jong, griffier