Ziet u een fout in deze regeling? Meld het ons op regelgeving@overheid.nl!
Winsum

Verordening op de heffing en de invordering van lijkbezorgingsrechten 2010

Wetstechnische informatie

Gegevens van de regeling
OrganisatieWinsum
OrganisatietypeGemeente
Officiële naam regelingVerordening op de heffing en de invordering van lijkbezorgingsrechten 2010
CiteertitelVerordening op de heffing en de invordering van lijkbezorgingsrechten 2010
Vastgesteld doorgemeenteraad
Onderwerpfinanciën en economie
Eigen onderwerp

Opmerkingen met betrekking tot de regeling

Deze verordening vervangt de Verordening op de heffing en de invordering van lijkbezorgingsrechten 2009

Wettelijke grondslag(en) of bevoegdheid waarop de regeling is gebaseerd

Gemeentewet, art. 229, lid 1, aanhef en onderdelen a en b

Regelgeving die op deze regeling is gebaseerd (gedelegeerde regelgeving)

Geen

Overzicht van in de tekst verwerkte wijzigingen

Datum inwerkingtreding

Terugwerkende kracht tot en met

Datum uitwerkingtreding

Betreft

Datum ondertekening

Bron bekendmaking

Kenmerk voorstel

01-01-201001-01-2011Intrekking

10-11-2009

De Wiekslag, 17-11-2009

15

Tekst van de regeling

Intitulé

Verordening op de heffing en de invordering van lijkbezorgingsrechten 2010

 

Agendanummer:

Vergadering: 10 november 2009

De raad van de gemeente Winsum;

gezien het voorstel van het college van burgemeester en wethouders;

gelet op artikel 229, eerste lid, aanhef en onderdelen a en b, van de Gemeentewet;

b e s l u i t :

vast te stellen de volgende verordening:

Verordening op de heffing en de invordering van lijkbezorgingsrechten 2010

Artikel 1 Begripsomschrijvingen

Deze verordening verstaat onder:

  • a.

    begraafplaatsen: de gemeentelijke begraafplaatsen in de gemeente Winsum;

  • b.

    eigen graf: een graf, grafkelder daaronder begrepen, waarvoor aan een natuurlijk of rechtspersoon het uitsluitend recht is verleend tot:

    • -

      het doen begraven en begraven houden van lijken;

    • -

      het doen bijzetten en bijgezet houden van asbussen met of zonder urnen;

  • c.

    algemeen graf: een graf bij de gemeente in beheer waarin aan een ieder gelegenheid wordt geboden tot het doen begraven van lijken;

  • d.

    eigen urnengraf: een graf, grafkelder daaronder begrepen, warvoor voor bepaalde of onbepaalde tijd het uitsluitend recht is verleend tot het doen bijzetten en bijgezet houden van asbussen met of zonder urnen;

  • e.

    algemeen urnengraf: een graf bij de gemeente in beheer waarin aan een ieder gelegenheid wordt geboden tot het doen bijzetten van asbussen met of zonder urnen;

  • f.

    urnennis: een nis, waarvoor voor onbepaalde tijd het uitsluitend recht is verkregen tot het doen bijzetten en bijgezet houden van asbussen of urnen;

  • g.

    asbus: een bus ter berging van as van een overledene;

  • h.

    urn: een voorwerp ter berging van één of meer asbussen.

Artikel 2 Belastbaar feit

Op basis van deze verordening worden rechten geheven voor het gebruik van de gemeentelijke begraafplaatsen en voor het door de gemeente verlenen van diensten in verband met deze begraafplaatsen.

Artikel 3 Belastingplicht

De rechten worden geheven van degene op wiens aanvraag dan wel ten behoeve van wie de dienst wordt verricht of van degene die van de bezittingen, werken of inrichtingen gebruik maakt.

Artikel 4 Maatstaf van heffing en belastingtarief

  • 1.

    De rechten worden geheven naar de maatstaven en de tarieven, opgenomen in de bij deze verordening behorende tarieventabel.

  • 2.

    Voor de berekening van de rechten wordt een gedeelte van een in de tarieventabel genoemde eenheid als een volle eenheid aangemerkt.

Artikel 5 Belastingjaar

Voor zover in de bij deze verordening behorende tarieventabel rechten zijn opgenomen, die per jaar worden geheven, is het belastingjaar gelijk aan het kalenderjaar.

Artikel 6 Wijze van heffing

De rechten worden geheven door middel van een gedagtekende schriftelijke kennisgeving waarop het gevorderde bedrag is vermeld, waaronder mede wordt begrepen een nota of andere schriftuur. Het gevorderde bedrag wordt door toezending of uitreiking van de schriftelijke kennisgeving aan de belastingschuldige bekendgemaakt.

Artikel 7 Ontstaan van de belastingschuld

De rechten als bedoeld in de tarieventabel zijn verschuldigd bij de aanvang van de dienstverlening of bij de aanvang van het gebruik van de bezittingen, werken of inrichtingen.

Artikel 8 Termijn van betaling

  • 1.

    In afwijking van artikel 9, eerste lid, van de Invorderingswet 1990 moeten de rechten worden betaald binnen eenentwintig dagen na de dagtekening van de schriftelijke kennisgeving.

  • 2.

    De Algemene termijnenwet is niet van toepassing op de in het eerste lid gestelde termijn.

Artikel 9 Kwijtschelding

Bij de invordering van de lijkbezorgingsrechten wordt geen kwijtschelding verleend.

Artikel 10 Nadere regels door het college van burgemeester en wethouders

Het college van burgemeester en wethouders kan nadere regels geven met betrekking tot de heffing en de invordering van de rechten.

Artikel 11 Inwerkingtreding en citeertitel

  • 1.

    De “Verordening op de heffing en de invordering van lijkbezorgingsrechten 2009”, van 4 november 2008 wordt ingetrokken met ingang van de in het vierde lid genoemde datum van ingang van de heffing, met dien verstande dat zij van toepassing blijft op de belastbare feiten die zich voor die datum hebben voorgedaan.

  • 2.

    Deze verordening treedt in werking met ingang van de eerste dag na die van de bekendmaking.

  • 3.

    In afwijking in zoverre van het in de voorgaande leden bepaalde, blijft, indien de datum van inwerkingtreding van deze verordening ligt na de in het vierde lid genoemde datum van ingang van de heffing, de ingetrokken verordening gelden voor de in de tussenliggende periode plaatsvindende belastbare feiten voor zover ter zake daarvan de heffing van de rechten in die periode plaatsvindt.

  • 4.

    De datum van ingang van de heffing is 1 januari 2010.

  • 5.

    Deze verordening kan worden aangehaald als de “Verordening op de heffing en invordering van lijkbezorgingsrechten 2010”.

Aldus vastgesteld door de raad van de gemeente Winsum in zijn openbare vergadering van 10 november 2009.

De raad voornoemd,

voorzitter,

griffier,

Tarieventabel

Tarieventabel behorende bij de “verordening op de heffing en de invordering van lijkbezorgingsrechten 2010”

Hoofdstuk 1 Verlenen van rechten

1.1

Voor het verlenen van het uitsluitend recht op een graf wordt geheven:

 

 

1.1.1

voor een periode van 20 jaar van een kind beneden 12 jaar

395,92

1.1.1.1

voor verlenging met 10 jaar

197,40

1.1.1.2

voor onbepaalde tijd

1.979,85

 

 

 

 

1.1.2

voor een periode van 20 jaar van een persoon van 12 jaar of ouder

791,89

1.1.2.1

voor verlenging met 10 jaar

395,92

1.1.2.2

voor onbepaalde tijd

3.959,71

 

 

 

 

1.2

Voor het verlenen van het uitsluitend recht op een urnengraf wordt geheven:

 

 

1.2.1

voor een periode van 20 jaar

395,92

1.2.2

voor verlenging met 10 jaar

197,40

1.2.3

voor onbepaalde tijd

1.979,85

 

 

 

 

1.3

Voor het verlenen van het uitsluitend recht op een urnennis wordt geheven:

 

 

1.3.1

voor een periode van 20 jaar

395,92

1.3.2

voor verlenging met 10 jaar

197,40

1.3.3

voor onbepaalde tijd

1.979,85

 

 

 

 

 

 

 

 

Hoofdstuk 2 Begraven

2.1

Voor het begraven van een lijk van een kind beneden 12 jaar in een eigen of algemeen graf wordt geheven

237,50

 

 

 

 

2.2

Voor het begraven van een lijk van een persoon van 12 jaar of ouder in een eigen graf of algemeen graf wordt geheven

475,10

 

 

 

 

Hoofdstuk 3 Bijzetten van asbussen en urnen

3.1

Voor het bijzetten van een asbus of urn wordt geheven:

 

 

3.1.1

in een urnennis

263,91

3.1.2

in een urnengraf

263,91

3.1.3

in een eigen graf

263,91

3.1.4

in een algemeen graf

263,91

 

 

 

 

 

 

 

 

Hoofdstuk 4 Grafbedekking en onderhoud

4.1

Voor het afgeven van een vergunning ter zake van het plaatsen of vernieuwen van voorwerpen wordt geheven:

 

 

4.1.1

voor het plaatsen van een enkele grafkelder:

 

 

4.1.1.1

in een urnengraf

160,14

4.1.1.2

in een graf voor een kind beneden 12 jaar

143,87

4.1.1.3

in een graf voor een persoon van 12 jaar of ouder

287,90

 

 

 

 

4.1.2

voor het plaatsen van een dubbele grafkelder:

 

 

4.1.2.1

in een urnengraf

279,42

4.1.2.2

in een graf voor een kind beneden 12 jaar

251,09

4.1.2.3

in een graf voor een persoon van 12 jaar of ouder

502,12

 

 

 

 

4.1.3

voor het plaatsen van gedenktekenen en kruisen, per gedenkteken of kruis:

 

 

4.1.3.1

op een urnengraf

205,89

4.1.3.2

op een graf voor een kind beneden 12 jaar

102,92

4.1.3.3

op een graf voor een persoon van 12 jaar of ouder

205,89

 

 

 

 

4.1.4

voor het plaatsen van een zerk:

 

 

4.1.4.1

op een urnengraf

205,89

4.1.4.2

op een graf voor een kind beneden 12 jaar

102,92

4.1.4.3

op een graf voor een persoon van 12 jaar of ouder

205,89

 

 

 

 

4.1.5

voor het aanleggen van een graftuin:

 

 

4.1.5.1

op een urnengraf

205,89

4.1.5.2

op een graf voor een kind beneden 12 jaar

102,92

4.1.5.3

op een graf voor een persoon van 12 jaar of ouder

205,89

 

 

 

 

4.1.6

Voor het door of vanwege de gemeente onderhouden van een graf met staande bedekking wordt geheven:

 

 

4.1.6.1

voor onderhoudsafkoop voor een periode van 20 jaar

457,78

4.1.6.2

voor verlenging met 10 jaar

228,87

4.1.6.3

voor onbepaalde tijd

2.289,22

 

 

 

 

4.1.7

Voor het door of vanwege de gemeente onderhouden van een graf met liggende bedekking wordt geheven:

 

 

4.1.7.1

voor onderhoudsafkoop voor een periode van 20 jaar

915,67

4.1.7.2

voor verlenging met 10 jaar

457,78

4.1.7.3

voor onbepaalde tijd

4.578,48

 

 

 

 

4.1.8

Voor het door of vanwege de gemeente onderhouden van een urnengraf of urnennis wordt geheven:

 

 

4.1.8.1

voor onderhoudsafkoop voor een periode van 20 jaar

228,87

4.1.8.2

voor verlenging met 10 jaar

114,43

4.1.8.3

voor onbepaalde tijd

1.144,58

 

 

 

 

Hoofdstuk 5 Optierecht

 

 

5.1

Voor een optie en onderhoud door of vanwege de gemeente op een graf wordt geheven:

 

 

5.1.1

voor een periode van 5 jaar

228,87

5.1.2

voor verlenging met 5 jaar

228,87

 

 

 

 

5.2

Bij overlijden binnen de lopende termijn van het optierecht worden de kosten van het betaalde optierecht verrekend met het grafrecht. Dit is afhankelijk van het moment van overlijden. Overlijdt een persoon in een bepaald jaar na het vastleggen van de optie, dan vindt de volgende verrekening plaats:

 

 

 

1e half jaar: 100%

 

 

 

2e half jaar: 80%

 

 

 

2e jaar: 60%

 

 

 

3e jaar: 40%

 

 

 

4e jaar: 20%

 

 

 

5e jaar: 0%

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

Hoofdstuk 6 Inschrijven en overboeken van eigen graven en urnenruimten

6.1

Voor het inschrijven en overboeken van eigen graven in een daartoe bestemd register wordt geheven

11,51

 

 

 

 

6.2

Voor het inschrijven en overboeken van eigen urnennissen in een daartoe bestemd register wordt geheven

11,51

 

 

 

 

 

 

 

 

Hoofdstuk 7 Opgraven en ruimen

7.1

Voor het opgraven van een lijk wordt geheven

647,56

 

 

 

 

7.2

Voor het na opgraven weer opnieuw begraven in hetzelfde graf wordt geheven

647,56

 

 

 

 

7.3

Voor het na opgraven weer begraven in een ander graf wordt geheven

647,56

 

 

 

 

7.4

Voor het opgraven van een asbus wordt geheven:

 

 

7.4.1

uit een eigen graf

359,96

7.4.2

uit een eigen urnennis

359,96

7.4.3

uit een algemeen graf

359,96

7.4.4

bij het weer terugplaatsen van de asbus wordt geheven

359,96

 

 

 

 

7.5

Voor het ruimen van een graf op aanvraag van de

 

 

 

belanghebbende wordt geheven

934,45

 

 

 

 

7.6

Voor het na ruiming van een graf afzonderen van de overblijfselen van een lijk ten behoeve van crematie of herbegraven wordt geheven

647,56

  • 1.

    Dit besluit treedt in werking met ingang van de eerste dag na die van de bekendmaking.

  • 2.

    De bepalingen die op grond van dit besluit worden gewijzigd, blijven van toepassing op belastbare feiten die zich voor de in het derde lid genoemde datum van ingang van de heffing hebben voorgedaan.

  • 3.

    De datum van ingang van de heffing is 1 januari 2010.

Aldus vastgesteld door de raad van de gemeente Winsum in zijn openbare vergadering van 10 november 2009.

De raad voornoemd,

voorzitter,

griffier,