Ziet u een fout in deze regeling? Meld het ons op regelgeving@overheid.nl!
Baarn

Bijzondere bijstand en vergoeding wettelijk eigen risico ziektekostenverzekering

Wetstechnische informatie

Gegevens van de regeling
OrganisatieBaarn
OrganisatietypeGemeente
Officiële naam regelingBijzondere bijstand en vergoeding wettelijk eigen risico ziektekostenverzekering
CiteertitelBijzondere bijstand en vergoeding wettelijk eigen risico ziektekostenverzekering
Vastgesteld doorcollege van burgemeester en wethouders
Onderwerpmaatschappelijke zorg en welzijn
Eigen onderwerp

Opmerkingen met betrekking tot de regeling

Geen

Wettelijke grondslag(en) of bevoegdheid waarop de regeling is gebaseerd

Participatiewet, artikel 35

Regelgeving die op deze regeling is gebaseerd (gedelegeerde regelgeving)

Geen

Overzicht van in de tekst verwerkte wijzigingen

Datum inwerkingtreding

Terugwerkende kracht tot en met

Datum uitwerkingtreding

Betreft

Datum ondertekening

Bron bekendmaking

Kenmerk voorstel

01-01-201701-01-2016nieuwe regeling

11-10-2016

Gemeenteblad, 28 december 2016, nummer 186729

16CV000350

Tekst van de regeling

Intitulé

Bijzondere bijstand en vergoeding wettelijk eigen risico ziektekostenverzekering

 

 

Burgemeester en wethouders van de gemeente Baarn

 

b e s l u i t e n:

 

  • 1.

    Instemmen met de vergoedingsmogelijkheid van het totaal betaalde/verschuldigde bedrag van het jaarlijkse wettelijke eigen risico van de ziektekostenverzekering via de individuele bijzondere bijstand voor diegenen die:

    • -

      een inkomen hebben tot maximaal 130% van het geldende bijstandsinkomen en;

    • -

      de drempel van € 100 per kalenderjaar heeft bereikt en;

    • -

      aan de overige voorwaarden van bijstandsverlening voldoet;

  • 2.

    Instemmen met de vergoedingsmogelijkheid als onder 1 indien en zolang er sprake is van huishoudens met een schuldbemiddelings-, schuldregelings-, of schuldsaneringstraject, waardoor het besteedbare inkomen minder bedraagt dan 130% van het geldende bijstandsinkomen;

  • 3.

    Bepalen dat aanvragen voor het eerst ingediend kunnen worden over het jaar 2016;

  • 4.

    Instemmen met bijgaande raadsinformatiebrief.

     

Baarn, 11 oktober 2016.

burgemeester en wethouders van Baarn,

secretaris burgemeester

Nota-toelichting 16CV000350  

Aanleiding

De regering heeft de overtuiging dat gemeenten beter zicht hebben op de individuele situatie van burgers en daardoor beter in staat zijn gericht maatwerk te bieden aan burgers met een chronische ziekte en/of beperking die dat echt nodig hebben. Om deze reden zijn twee landelijke regelingen ingetrokken met ingang van 2014 ((Wet tegemoetkoming chronisch zieken en gehandicapten (Wtcg) en de Compensatieregeling eigen risico(CER)). De taak voor ondersteuning is vervolgens neergelegd bij gemeenten. Algemeen uitgangspunt in Baarn is dat bij de overdracht van taken naar de gemeente het meegekregen budget voor de uitvoering van die taak leidend is. Dit standpunt is nogmaals bevestigd bij de bespreking van de peilnota over de 3 decentralisaties met de gemeenteraad in 2014. De Wtcg kende meerdere inkomensgrenzen en de CER kende geen inkomensgrens. Beide regelingen kenden geen vermogensgrens. Gemeenten kregen bij de afschaffing van de landelijke regels een budget van ongeveer 20% van het budget dat uitgegeven werd aan de landelijke regelingen. Voor Baarn is dat een jaarlijks bedrag van ongeveer € 300.000.

 

Door het voormalige college van burgemeester en wethouders is eind 2014 invulling gegeven aan de overdracht van de taken aan de gemeente. Een onderdeel van de invulling was een vergoeding via de individuele bijzondere bijstand voor een gedeelte van het wettelijk verplichte eigen risico van de ziektekostenverzekering. Dit onderdeel is besloten in de vergadering van 21 oktober 2014. Besloten is toen om met ingang van 2014 een vergoeding te geven van € 99 in die situaties dat het hele wettelijke eigen risico door dat huishouden was betaald. Daarmee werd het daadwerkelijke eigen risico met € 99 verlaagd. (in 2014 was dat totale wettelijk verplichte eigen risico € 360 in 2015 € 375 en in 2016 € 385). Verder is een regeling vastgesteld voor een gedeeltelijke vergoeding van de aanvullende ziektekostenverzekering die wij als gemeente hebben afgesloten bij Zilveren Kruis.

 

Gebleken is inmiddels dat het bereik en gebruik bij beide regelingen achter blijft bij de verwachtingen en dat het voor dit doel door het Rijk beschikbaar gestelde bedrag niet wordt uitgegeven. Nu er ervaringscijfers zijn kunnen beide regelingen breder en ruimhartiger van opzet zijn. Dit collegevoorstel gaat over de vergoedingsmogelijkheid van het wettelijk verplichte eigen risico voor de ziektekostenverzekering.

 

Samen met de twee andere BBS gemeenten wordt het bijzondere bijstandsbeleid herijkt. Een totaal herijkt bijstandsbeleid zal niet eerder ingaan dan 1 januari 2017. Voor de regelingen die te maken hebben met de invulling van het beleid voor chronisch zieken en gehandicapten is dat te laat. Een besluit voor aanpassing van de vergoedingsmogelijkheden van de aanvullende ziektekostenverzekering moet zo snel mogelijk genomen worden om huishoudens de gelegenheid te geven te kiezen voor de collectieve ziektekostenverzekering die we als gemeente aanbieden. Een voorstel voor aanpassing van de vergoeding voor de aanvullende ziektekostenverzekering volgt via een apart collegevoorstel ook voor uw vergadering van 11 oktober 2016. Beide regelingen zijn al herijkte onderdelen van het bijzondere bijstandsbeleid. Naast het bijzondere bijstandbeleid kennen we ook regelingen als het Declaratiefonds, kwijtschelding gemeentelijke belasting en schuldhulpverlening.

 

Vooruitlopende op de overige onderdelen van de herijking van het minimabeleid ( de beleidsregels individuele bijzondere bijstand) wordt voorgesteld de vergoedingsmogelijkheid voor het wettelijk verplichte eigen risico open te stellen voor huishoudens met een inkomen tot 130% van het geldende bijstandsinkomen (was 115%). De vergoeding kan worden verleend voor het totale (jaarlijks) betaalde/verschuldigde eigen risico (dat dus niet volledig opgebruikt hoeft te zijn) voor zover het betaalde/verschuldigde bedrag minimaal € 100 is in een kalenderjaar. Het ingangsjaar is 2016. Als het bedrag van € 100 per persoon is bereikt (administratieve drempelbedrag) wordt het volledig betaalde/verschuldigde bedrag vergoed. De reden van het opleggen van een administratieve drempel is de onevenredigheid van de afhandelingskosten t.o.v. het te vergoeden bedrag als dat onder de € 100 blijft. Om dezelfde reden (onevenredigheid afhandelingskosten) kan in beginsel slechts 1 keer een aanvraag over een kalenderjaar ingediend worden. Als het maximumbedrag van € 385 is betaald/verschuldigd kan meteen een aanvraag ingediend worden. In de gevallen dat dit bedrag niet gehaald wordt kan de aanvraag ingediend worden als bekend is hoeveel de eindstand is. Soms is dat pas bekend in het begin van het opvolgende kalenderjaar. Omdat de regeling ingaat voor de betaalde/verschuldigde eigen bijdrage vanaf 2016 is het mogelijk om de aanvraag voor het eigen risico 2016 nog te doen voor 1 mei 2017. Dit geldt ook voor volgende jaren dat aanvragen tot 1 mei van het daaropvolgende jaar ingediend kunnen worden.

 

Door de brede(re) openstelling kan ieder huishouden met een inkomen tot 130% gebruik maken van de vergoedingsmogelijkheid en wordt niet slechts een gedeelte van het wettelijk eigen risico vergoed maar het totale daadwerkelijk over een kalenderjaar door het huishouden betaalde/verschuldigde bedrag, als maar wel de drempel van € 100 is overschreden. De vergoedingsmogelijkheid bestaat alleen voor het wettelijke eigen risico en niet voor een vrijwillig gekozen eigen risico boven het wettelijke bedrag. Het maakt overigens voor de vergoedingsmogelijkheid niet uit bij welke ziektekostenverzekeraar de basisziektekostenverzekering is afgesloten.

 

Naast de twee regelingen voor chronisch zieken en gehandicapten die als gevolg van het verdwijnen van de landelijke regelingen door uw college zijn vastgesteld kent de gemeente Baarn al jaren een eigen regeling voor chronisch zieken, gehandicapten en ouderen. Deze regeling was tot en met 2014 een wettelijk toegestane categoriale regeling welke met ingang van 1 januari 2015 is omgevormd tot een individuele regeling. De juristen van de gemeenschappelijke regeling BBS zijn op basis van de inhoud van de regeling en de voorwaarden die daaraan verbonden niet overtuigd van de juridische haalbaarheid dat de regeling valt onder een individuele regeling. Deze regeling die een normbedrag kent zal niet meer worden voorgesteld in het herijkte bijstandsbeleid. Vanzelfsprekend blijft het reguliere individuele bijzondere bijstandsbeleid onverkort van toepassing. Dat betekent dat noodzakelijk te maken extra bijzondere kosten binnen een gezinssituatie op individuele basis beoordeeld zullen worden, zoals dat nu ook al gebruikelijk is. Ook daar waar het gaat over noodzakelijk te maken meerkosten wegens chronische ziekte en handicap als die kosten niet op een andere wijze vergoed worden. Bij dit voorstel en het voorstel over de vergoedingsmogelijkheid van de aanvullende ziektekostenverzekering wordt rekening gehouden met het beëindigen van de eigen Baarnse regeling. Dit betekent dat het wegvallen indirect gecompenseerd wordt. De vergoeding bedraagt namelijk in de nieuwe situatie het totaal betaalde eigen risico (als het drempelbedrag van € 100 in een kalenderjaar gehaald is) en de vergoeding voor de aanvullende verzekering zal aanmerkelijk hoger worden.

 

Door te bepalen dat de verbrede regeling voor vergoeding van het eigen risico werkt vanaf het jaar 2016 en de eigen Baarnse regeling voor chronisch zieken vanaf 2017 zal verdwijnen is een groep van mensen die over 2016 het voordeel heeft van zowel de verhoging van de vergoeding voor het eigen risico terwijl ze ook gebruik kunnen maken van de Baarnse regeling voor chronisch zieken en gehandicapten over 2016, als ze aan de voorwaarden van die regeling voldoen.

 

Argumenten

Het gebruik van de in 2014 vastgestelde regelingen blijven achter bij de verwachtingen en besteding

Zoals bij de aanleiding al aangegeven is inmiddels gebleken dat het bereik en gebruik bij beide regelingen achter blijft bij de verwachtingen en dat het voor dit doel door het Rijk beschikbaar gestelde bedrag niet volledig wordt uitgegeven. Openstelling voor een bredere doelgroep en een ruimere vergoedingsmogelijkheid ligt voor de hand. Daarnaast wordt door de ruimere vergoedingsmogelijkheid de aanpassing op het eigen gemeentelijk beleid voor chronisch zieken, gehandicapten en ouderen gecompenseerd.

 

Uitbreiding van de doelgroep huishoudens die in een schuldbemiddelings-, schuldregelings- of schuldsaneringstraject zitten is wenselijk

Uit het herijkingsonderzoek is sterk naar voren gekomen de onwenselijkheid dat huishoudens met een hoger inkomen dan de draagkrachtnorm die in een schuldbemiddelings-, schuldregelings- of schuldsaneringstraject zitten geen gebruik kunnen maken van bijstand ondanks dat zij in een vergelijkbare financiële situatie zitten als huishoudens met een lager inkomen dan de draagkrachtnorm. Het hogere inkomen dan 90% van de geldende bijstandsnorm moet in die situaties namelijk ingezet worden voor het aflossen van de schulden. Het besteedbare inkomen is dus ruim lager dan de draagkrachtnorm. Om deze huishoudens de mogelijkheid voor een vergoeding te geven wordt voorgesteld te bepalen dat deze huishoudens indien en zolang ze in een schuldbemiddelings-, schuldregelings- of schuldsaneringstraject zitten voor bijstandsverlening in aanmerking komen. In/gedurende het tijdvak dat het besteedbare inkomen daadwerkelijk lager is dan de 130% norm.

 

Een draagkrachtloos inkomen tot 130% van het geldende bijstandsinkomen voorkomt dat werkaanvaarding onaantrekkelijk wordt en dat er al bij een niet al te hoog inkomen een armoedeval ontstaat.

Bij werkaanvaarding tegen een salaris van iets hoger dan de bijstandsnorm vervallen veel mogelijkheden om voor vergoedingen in aanmerking te komen zo ook voor bijzondere bijstand. Door deze grens op te trekken van 115% naar 130% van het geldende bijstandsinkomen blijft werkaanvaarding aantrekkelijk. Overigens is bij elke grens die gesteld wordt een armoedeval maar een norm van 130% is een dusdanig inkomen dat de armoedeval naar verwachting minder wordt “gevoeld”. 130% is een steeds meer voorkomende grens bij gemeenten voor het bijzondere bijstandsbeleid.

 

 

De voorgestelde regeling heeft de instemming van het cliëntenpanel sociale zekerheid.

De voorgestelde regeling is in het kader van het geven van inspraak voorgelegd aan het cliëntenpanel sociale zekerheid en het panel stemt in met de regeling.