2.3 | Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning voor een project: de som van de verschuldigde leges voor de verschillende activiteiten of handelingen waaruit het project geheel of gedeeltelijk bestaat en waarop de aanvraag betrekking heeft en de verschuldigde leges voor de extra toetsen die in verband met de aanvraag moeten worden uitgevoerd, berekend naar de tarieven en overeenkomstig het bepaalde in dit hoofdstuk en hoofdstuk 4 van deze titel. In afwijking van de vorige volzin kan ook per activiteit, handeling of andere grondslag een legesbedrag worden gevorderd. | |
| | |
| Bouwactiviteiten | |
2.3.1 | Indien de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning betrekking heeft op een bouwactiviteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder a, van de WABO, bedraagt het tarief: | |
2.3.1.1 | indien de bouwkosten gelijk zijn aan of minder bedragen dan € 2.711,45: | € 162,75 |
2.3.1.2 | Indien de bouwkosten meer bedragen dan € 2.711,45 | € 162,75 |
| vermeerderd met: | 2,0 % |
| van de bouwkosten. | |
| | |
| Beoordeling bodem of archeologisch rapport | |
2.3.1.3 | Onverminderd het bepaalde in onderdeel 2.3.1 bedraagt het tarief, indien krachtens wettelijk voorschrift voor de in dat onderdeel bedoelde aanvraag een bodemrapport wordt beoordeeld: | |
2.3.1.3.1 | voor de beoordeling van een milieukundig bodemrapport NVN 5725 | € 59,65 |
2.3.1.3.2 | voor de beoordeling van een milieukundig bodemrapport NVN 5740 | € 146,45 |
2.3.1.3.3 | voor de beoordeling van een archeologisch rapport | € 395,95 |
| | |
| Verplicht advies Limburgse Kwaliteitscommissie | |
2.3.1.4 | Onverminderd het bepaalde in onderdeel 2.3.1 bedraagt het tarief | € 48,85 |
2.3.1.4.1 | vermeerderd met de werkelijke kosten indien krachtens wettelijk voorschrift voor de in dat onderdeel bedoelde aanvraag een advies van de Limburgse Kwaliteitscommissie nodig is en wordt beoordeeld | |
| | |
| Achteraf ingediende aanvraag | |
2.3.1.5 | Onverminderd het bepaalde in onderdeel 2.3.1 bedraagt het tarief, indien de in dat onderdeel bedoelde aanvraag wordt ingediend na aanvang of gereedkomen van de bouwactiviteit: | € 250,00 |
| van de op grond van dat onderdeel verschuldigde leges. | |
| | |
| Beoordeling aanvullende gegevens | |
2.3.1.6 | Onverminderd het bepaalde in onderdeel 2.3.1 bedraagt het tarief voor het in behandeling nemen van aanvullende gegevens die worden ingediend nadat de in dat onderdeel bedoelde aanvraag al in behandeling is genomen: | € 54,25 |
| | |
| Aanlegactiviteiten | |
2.3.2.1 | Indien de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning betrekking heeft op een aanlegactiviteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder b, van de Wabo, bedraagt het tarief: | |
2.3.2.1.1 | indien de aanlegkosten niet meer dan € 5.424,90 bedragen | € 92,15 |
2.3.2.1.2 | indien de aanlegkosten meer dan € 5.424,90 en minder dan € 10.847,80 bedragen | € 184,45 |
2.3.2.1.3 | indien de aanlegkosten meer dan € 10.847,80 en minder dan € 244.076,65 bedragen | € 325,40 |
2.3.2.1.4 | indien de aanlegkosten meer dan € 244.076,65 bedragen | € 976,30 |
| | |
2.3.2.2 | Onderdeel 2.3.1.3.3 vindt overeenkomstige toepassing met betrekking tot de in onderdeel 2.3.2.1 bedoelde aanvraag, tenzij onderdeel 2.3.1.3.3 zelf toepassing vindt. | |
| | |
2.3.3 | Planologisch strijdig gebruik waarbij tevens sprake is van een bouw- of aanlegactiviteit | |
2.3.3.1 | Indien de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning betrekking heeft op een activiteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder c, van de Wabo, en tevens sprake is van een bouwactiviteit of een aanlegactiviteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder a, onderscheidenlijk b, van de Wabo, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de onderdelen 2.3.1 en 2.3.2.1: | |
2.3.3.1.1 | indien met toepassing van artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder 1º, van de Wabo wordt toegepast (binnenplanse afwijking): | € 216,95 |
2.3.3.1.2 | indien met toepassing van artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder 2º, van de Wabo wordt toegepast (buitenplanse kleine afwijking): | € 216,95 |
2.3.3.1.3 | indien met toepassing van artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder 3º, van de Wabo van het bestemmingsplan of de beheersverordening is afgeweken (buitenplanse afwijking): | € 5.966,25 |
2.3.3.1.4 | indien met toepassing van artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder 3º, van de Wabo van het bestemmingsplan of de beheersverordening is afgeweken (buitenplanse afwijking) en de aanvrager levert zelf een goede ruimtelijke onderbouwing aan: | € 2.935,95 |
2.3.3.1.5 | indien met toepassing van artikel 2.12, eerste lid, onder b, van de Wabo van het exploitatieplan is afgeweken: | € 216,95 |
| | |
2.3.3.2 | indien de aanvraag een project van provinciaal belang betreft en met toepassing van artikel 2.12, eerste lid, onder c, van de Wabo van de krachtens artikel 4.1, derde lid, van de Wet ruimtelijke ordening bij of krachtens provinciale verordening gegeven regels is afgeweken: | € 216,95 |
| | |
2.3.3.3 | indien de aanvraag een project van nationaal belang betreft en met toepassing van artikel 2.12, eerste lid, onder c, van de Wabo van de krachtens artikel 4.3, derde lid, van de Wet ruimtelijke ordening bij of krachtens algemene maatregel van bestuur gegeven regels is afgeweken: | € 216,95 |
| | |
2.3.4 | Planologisch strijdig gebruik waarbij geen sprake is van een bouw- of aanlegactiviteit | |
2.3.4.1 | Indien de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning betrekking heeft op een activiteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder c, van de Wabo, en niet tevens sprake is van een bouwactiviteit of een aanlegactiviteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder a, onderscheidenlijk b, van de Wabo, bedraagt het tarief: | |
2.3.4.1.1 | indien met toepassing van artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder 1º, van de Wabo van het bestemmingsplan of de beheersverordening is afgeweken (binnenplanse afwijking): | € 216,95 |
2.3.4.1.2 | indien met toepassing van artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder 2º, van de Wabo van het bestemmingsplan of de beheersverordening is afgeweken (buitenplanse kleine afwijking): | € 216,95 |
2.3.4.1.3 | indien met toepassing van artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder 3º, van de Wabo van het bestemmingsplan of de beheersverordening is afgeweken (buitenplanse afwijking): | € 5.966,25 |
2.3.4.1.4 | indien met toepassing van artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder 3º, van de Wabo van het bestemmingsplan of de beheersverordening is afgeweken (buitenplanse afwijking) en de aanvrager levert zelf een goede ruimtelijke onderbouwing aan: | € 2.935,95 |
2.3.4.1.5 | indien met toepassing van artikel 2.12, eerste lid, onder b, van de Wabo van het exploitatieplan is afgeweken: | € 216,95 |
2.3.4.2 | indien de aanvraag een project van provinciaal belang betreft en met toepassing van artikel 2.12, eerste lid, onder c, van de Wabo van de krachtens artikel 4.1, derde of vijfde lid, van de Wet ruimtelijke ordening bij of krachtens provinciale verordening, onderscheidenlijk provinciale verklaring gegeven regels is afgeweken: | € 216,95 |
2.3.4.3 | indien de aanvraag een project van nationaal belang betreft en met toepassing van artikel 2.12, eerste lid, onder c, van de Wabo van de krachtens artikel 4.3, derde of vierde lid, van de Wet ruimtelijke ordening bij of krachtens algemene maatregel van bestuur, onderscheidenlijk ministeriële verklaring gegeven regels is afgeweken: | € 216,95 |
2.3.4.4 | indien met toepassing van artikel 2.12, eerste lid, onder d, van de Wabo van een voorbereidingsbesluit is afgeweken: | € 216,95 |
| | |
| In gebruik nemen of gebruiken bouwwerken in relatie tot brandveiligheid | |
2.3.5 | Indien de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning betrekking heeft op een activiteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder d, van de Wabo, bedraagt het tarief: | € 216,95 |
2.3.5.1 | te vermeerderen met: | |
2.3.5.1.1 | voor een bouwwerk met een oppervlakte van minder dan 100 m2 | € 146,45 |
2.3.5.1.2 | 100 m2 tot 500 m2: per m2 | € 1,42 |
2.3.5.1.3 | 500 m2 tot 2000 m2 : basis bedrag verhoogd met, per m2 | € 385,15 € 0,46 |
2.3.5.1.4 | 2000 m2 tot 5000 m2: basis bedrag verhoogd met, per m2 | € 981,70 € 0,10 |
2.3.5.1.5 | 5000 m2 tot 50.000 m2: basis bedrag verhoogd met, per m2 | € 1.372,25 € 0,02 |
2.3.5.1.6 | 50.000 m2 of meer : basis bedrag verhoogd met, per m2 | € 1.925,45 € 0,01 |
| | |
2.3.5.2 | Indien en zover de aanvraag mede betrekking heeft op niet bebouwde voor bedrijfsdoeleinden bestemde terreinen bij een gebouw of bouwwerk, waarin bedrijfsmatig de in artikel 6.2.2 van de bouwverordening bedoelde stoffen worden opgeslagen, voor terreinen met een oppervlakte van: | |
2.3.5.2.1 | minder dan 500 m2 | € 70,50 |
2.3.5.2.2 | 500 m2 tot 2000 m2 | € 135,55 |
2.3.5.2.3 | 2000 m2 tot 5000 m2 | € 211,55 |
2.3.5.2.4 | 2 of meer vermeerderd met, per 500m2 of een gedeelte daarvan | € 211,55 € 32,55 |
| | |
2.3.6 | Activiteiten met betrekking tot monumenten of beschermde stads- of dorpsgezichten | |
2.3.6.1 | Indien de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning betrekking heeft op een activiteit met betrekking tot een beschermd monument als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder f, van de Wabo, bedraagt het tarief: | |
2.3.6.1.1 | voor het slopen, verstoren, verplaatsen of in enig opzicht wijzigen van een beschermd monument: | € 130,15 |
2.3.6.1.2 | voor het herstellen, gebruiken of laten gebruiken van een beschermd monument op een wijze waardoor het wordt ontsierd of in gevaar gebracht: | € 130,15 |
| | |
2.3.6.2 | Indien de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning betrekking heeft op het slopen van een bouwwerk in een beschermd stads- of dorpsgezicht, bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder h, van de Wabo, bedraagt het tarief: | € 130,15 |
| | |
2.3.6.3 | Indien de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning betrekking heeft op een activiteit als bedoeld in artikel 2.2, eerste lid, onder b, van de Wabo met betrekking tot een krachtens provinciale verordening of de Erfgoedverordening 2008 Gemeente Onderbanken aangewezen monument, waarvoor op grond van die provinciale verordening of artikel 2, tweede lid, van die gemeentelijke verordening een vergunning of ontheffing is vereist, bedraagt het tarief: | |
2.3.6.3.1 | voor het slopen, verstoren, verplaatsen of in enig opzicht wijzigen van een provinciaal of gemeentelijk monument | € 130,15 |
2.3.6.3.2 | voor het herstellen, gebruiken of laten gebruiken van een provinciaal of gemeentelijk monument op een wijze waardoor het wordt ontsierd of in gevaar gebracht: | € 130,15 |
| | |
2.3.6.4 | Indien de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning betrekking heeft op het slopen van een bouwwerk in een krachtens provinciale verordening, bedoeld in artikel 2.2, eerste lid, onder c, van de Wabo, waarvoor op grond van die provinciale verordening een vergunning of ontheffing is vereist, bedraagt het tarief: | € 130,15 |
2.3.7 | Sloopactiviteiten anders dan bij monumenten of in bescherm stads- of dorpsgezicht | |
2.3.7.1 | Indien de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning betrekking heeft op het slopen van een bouwwerk in gevallen waarin dat in een bestemmingsplan, beheersverordening of voorbereidingsbesluit is bepaald, bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder g, van de Wabo, bedraagt het tarief: | € 130,15 |
| indien de sloopkosten meer bedragen dan € 37.968,20 vermeerderd met: | 1,0 % |
| van de sloopkosten met een maximum van: | € 542,40 |
| | |
| Beoordeling rapport | |
2.3.7.2 | Onderdeel 2.3.1.3.3 vindt overeenkomstige toepassing met betrekking tot de in het onderdeel 2.3.7.1 bedoelde aanvraag, tenzij de onderdelen 2.3.1.3.3 of 2.3.2.2 zelf toepassing vinden. | |
| | |
2.3.8 | Aanleggen of veranderen weg | |
| Indien de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning betrekking heeft op het aanleggen van een weg of verandering brengen in de wijze van aanleg van een weg waarvoor ingevolge een bepaling in een provinciale verordening of artikel 2.11 van de Algemene plaatselijke verordening een vergunning of ontheffing is vereist, als bedoeld in artikel 2.2, aanhef en eerste lid, onder d, van de Wabo, bedraagt het tarief: | € 32,55 |
| | |
| | |
2.3.9 | Uitweg/inrit | |
| Indien de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning betrekking heeft op het maken, hebben, veranderen of veranderen van het gebruik van een uitweg waarvoor ingevolge een bepaling in een provinciale verordening of artikel 2.12 van de Algemene plaatselijke verordening> een vergunning of ontheffing is vereist, als bedoeld in artikel 2.2, eerste lid, aanhef en onder e, van de Wabo, bedraagt het tarief: | € 130,15 |
| | |
2.3.10 | Kappen | |
| Indien de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning betrekking heeft op het vellen of doen vellen van houtopstand, waarvoor ingevolge een bepaling in een provinciale verordening of artikel 3 van Boomverordening gemeente Onderbanken een vergunning of ontheffing is vereist, als bedoeld in artikel 2.2, eerste lid, aanhef en onder g, van de Wabo, bedraagt het tarief: | € 54,25 |
| | |
2.3.11 | Opslag van roerende zaken | |
| Indien de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning betrekking heeft op de opslag van roerende zaken in een bepaald gedeelte van de provincie of de gemeente, waarvoor ingevolge een bepaling in een provinciale verordening, artikel 2.10 (voorwerpen op of aan de weg), 4.13 (stankoverlast) van de APV of de nadere regels plaatsing containers en andere bouw gerelateerde objecten op of aan de weg gemeente Onderbanken een vergunning of ontheffing is vereist, bedraagt het tarief tot het verkrijgen van: | |
2.3.11.1 | een vergunning tot het in de gemeente innemen van een standplaats: | |
2.3.11.1.1 | geldig voor één of meer dagen in de week, per dag | € 13,95 |
| met een maximum van | € 41,40 |
2.3.11.1.2 | geldig voor één of meer weken in de maand, per week | € 41,40 |
| met een maximum van | € 70,10 |
2.3.11.1.3 | geldig voor één of meer maanden in een kwartaal, per maand | € 70,10 |
| met een maximum van | € 140,15 |
2.3.11.1.4 | geldig voor één of meer kwartalen in een jaar, per kwartaal | € 140,15 |
| met een maximum van | € 203,90 |
2.3.11.1.5 | geldig voor één jaar | € 203,90 |
| | |
2.3.12 | Handelsreclame | |
| Indien de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning betrekking heeft op handelsreclame met behulp van een opschrift, aankondiging of afbeelding in welke vorm dan ook, die vanaf een openbare plaats zichtbaar is, waarvoor ingevolge artikel 4:15 lid 1 van de APV een vergunning is vereist | € 0,00 |
| | |
2.3.13 | Projecten of handelingen in het kader van de Natuurbeschermingswet 1998 | |
2.3.13.1 | Indien de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning betrekking heeft op handelingen in een beschermd natuurgebied die schadelijk kunnen zijn voor het natuurschoon, de natuurwetenschappelijke betekenis of voor de dieren of planten, als bedoeld in artikel 16, eerste lid, van de Natuurbeschermingswet 1998 bedraagt het tarief: | € 168,20 |
2.3.13.2 | Indien de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning betrekking heeft op het realiseren van projecten of andere handelingen met gevolgen voor habitats en soorten in een door de minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit aangewezen gebied als bedoeld in artikel 19d, eerste lid, van de Natuurbeschermingswet 1998 | € 168,20 |
2.3.13.3 | Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op het realiseren van projecten of andere handelingen met gevolgen voor habitats en soorten in of in de nabijheid van een Natura 2000-gebied als bedoeld in artikel 19d, eerste lid, van de Natuurbeschermingswet 1998 dan wel artikel 2.7, lid 2 van de Wet natuurbescherming, waarvoor Gedeputeerde Staten van de Provincie Limburg een verklaring van geen bedenkingen dient te geven of te weigeren ingevolge artikel 2.27, lid 1 van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht: het van toepassing zijnde tarief zoals opgenomen in paragraaf 2.6 van de vigerende Tarieventabel behorende bij de vigerende Legesverordening van de Provincie Limburg inzake het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verkrijgen van een vergunning voor het realiseren van projecten of andere handelingen met gevolgen voor habitats of soorten in of nabij een Natura 2000-gebied als bedoeld in artikel 19d, eerste lid, van de Natuurbeschermingswet 1998 dan wel artikel 2.7, lid 2 van de Wet natuurbescherming. Dit tarief bedraagt: a.Landbouw en overige € 2.491,80 b.Industrie € 12.377,90 c.Infrastructuur € 18.559,25, onverminderd het bepaalde in de andere onderdelen van dit hoofdstuk indien tevens sprake is van de in die onderdelen bedoelde activiteiten. Voor zover bovenstaande tarieven door Provinciale Staten van de Provincie Limburg zijn gewijzigd zijn de vigerende tarieven van kracht. Restitutiebepaling: Restitutie bij weigeren omgevingsvergunning Indien een omgevingsvergunning, die voorziet in projecten of andere handelingen met gevolgen voor habitats en soorten in of in de nabijheid van een Natura 2000-gebied, door de gemeente wordt geweigerd, als gevolg van het weigeren van een verklaring van geen bedenkingen met betrekking tot dit onderdeel door Gedeputeerde Staten van de Provincie Limburg, vindt restitutie door de Gemeente aan de aanvrager plaats van 75% van de geheven leges van de aanvrager. | |
| Restitutie bij intrekking aanvraag Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning, die voorziet in projecten of andere handelingen met gevolgen voor habitats en soorten in of in de nabijheid van een Natura 2000-gebied, door de aanvrager wordt ingetrokken alvorens daarop door de Gemeente is beschikt, vindt restitutie door de Gemeente aan de aanvrager als volgt plaats: a.indien het verzoek tot intrekking is gedaan binnen zes maanden na datum van ontvangst van de aanvraag bij de Gemeente, vindt restitutie door de Gemeente aan de aanvrager plaats van 50% van de geheven leges van de aanvrager. b.indien het verzoek tot intrekking is gedaan zes maanden na datum van ontvangst van de aanvraag bij de Gemeente, vindt restitutie plaats door de Gemeente aan de aanvrager van 25% van de geheven leges van de aanvrager. Leges worden niet geheven voor: Het in behandeling nemen van een aanvraag tot verlening van een omgevingsvergunning in het kader van projecten of andere handelingen met gevolgen voor habitats of soorten in of nabij een Natura 2000-gebied betrekking hebbende op evenementen en het beheer van een Natura-gebied. | |
| | |
2.3.14 | Handelingen in het kader van de Flora- en Faunawet | |
| Indien de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning betrekking heeft op een handeling waarvoor op grond van artikel 75, derde lid, van de Flora- en Faunawet ontheffing nodig is, bedraagt het tarief | € 238,65 |
| | |
2.3.15 | Andere activiteiten | |
| Indien de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning betrekking heeft op het verrichten van een andere activiteit of handeling dan in de voorgaande onderdelen van dit hoofdstuk bedoeld en die activiteit of handeling: | |
2.3.15.1 | behoort tot een bij algemene maatregel van bestuur aangewezen categorie activiteiten die van invloed kunnen zijn op de fysieke leefomgeving, als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder i, van de Wabo, bedraagt het tarief: | € 75,95 |
2.3.15.2 | behoort tot een bij provinciale verordening, gemeentelijke verordening of waterschapsverordening aangewezen categorie activiteiten die van invloed kunnen zijn op de fysieke leefomgeving, als bedoeld in artikel 2.2, tweede lid, van de Wabo, bedraagt het tarief: | |
2.3.15.2.1 | als het een gemeentelijke verordening betreft | € 75,95 |
2.3.15.2.2 | als het een provinciale of waterschapsverordening betreft | € 75,95 |
| | |
2.3.16 | Omgevingsvergunning in twee fasen | |
| Indien de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning op verzoek in twee fasen plaatsvindt, als bedoeld in artikel 2.5, eerste lid, van de Wabo, bedraagt het tarief: | |
2.3.16.1 | | |
2.3.16.2 | voor het in behandeling nemen van de aanvraag voor een beschikking met betrekking tot de tweede fase: het bedrag dat voortvloeit uit toepassing van de tarieven in dit hoofdstuk voor de activiteiten waarop de aanvraag voor de tweede fase betrekking heeft. | |
| | |
| | |
2.3.17 | Advies | |
2.3.17.1 | Onverminderd het bepaalde in de voorgaande onderdelen van dit hoofdstuk bedraagt het tarief, indien een daartoe bij wettelijk voorschrift aangewezen bestuursorgaan of andere instantie advies moet uitbrengen over de aanvraag of het ontwerp van de beschikking op de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning: het bedrag van de voorafgaand aan het in behandeling nemen van de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning aan de aanvrager meegedeelde kosten, blijkend uit een begroting die door het college van burgemeester en wethouders is opgesteld. | |
2.3.17.2 | Indien een begroting als bedoeld in subonderdeel 2.3.17.1 is uitgebracht, wordt een aanvraag in behandeling genomen op de vijfde werkdag na de dag waarop de begroting aan de aanvrager ter kennis gebracht, tenzij de aanvraag voor deze vijfde werkdag schriftelijk is ingetrokken. | |
| | |
2.3.18 | Verklaring van geen bedenkingen | |
2.3.18.1 | Onverminderd het bepaalde in de voorgaande onderdelen van dit hoofdstuk bedraagt het tarief, indien een daartoe bij wet of algemene maatregel van bestuur aangewezen bestuursorgaan een verklaring van geen bedenkingen moet afgeven voordat de omgevingsvergunning kan worden verleend, als bedoeld in artikel 2.27, eerste lid, van de Wabo: | |
2.3.18.1.1 | indien de gemeenteraad een ontwerpverklaring van geen bedenkingen moet afgeven: | € 406,80 |
2.3.18.1.2 | indien de gemeenteraad een definitieve verklaring van geen bedenkingen moet afgeven: | € 135,60 |
2.3.18.1.3 | indien een ander bestuursorgaan een verklaring van geen bedenkingen moet afgeven: het bedrag van de voorafgaand aan het in behandeling nemen van de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning aan de aanvrager meegedeelde kosten, blijkend uit een begroting die door het college van burgemeester en wethouders is opgesteld. | |
2.3.18.2 | Indien een begroting als bedoeld in 2.3.18.1.3 is uitgebracht, wordt een aanvraag in behandeling genomen op de vijfde werkdag na de dag waarop de begroting aan de aanvrager ter kennis is gebracht, tenzij de aanvraag voor deze vijfde werkdag schriftelijk is ingetrokken. | |
| | |