Ziet u een fout in deze regeling? Meld het ons op regelgeving@overheid.nl!
Aa en Hunze

Uitvoeringsregeling met betrekking tot de heffing en de invordering van gemeentelijke belastingen in de gemeente Aa en Hunze 2017

Wetstechnische informatie

Gegevens van de regeling
OrganisatieAa en Hunze
OrganisatietypeGemeente
Officiële naam regelingUitvoeringsregeling met betrekking tot de heffing en de invordering van gemeentelijke belastingen in de gemeente Aa en Hunze 2017
CiteertitelUitvoeringsregeling gemeentelijke belastingen Aa en Hunze 2017
Vastgesteld doorcollege van burgemeester en wethouders
Onderwerpfinanciën en economie
Eigen onderwerp

Opmerkingen met betrekking tot de regeling

Deze regeling vervangt per 1 januari 2017 de Uitvoeringsregeling met betrekking tot de heffing en invordering van de gemeentelijke belastingen 2011, met dien verstande dat zij van toepassing blijft op de belastbare feiten die zich voor die datum hebben voorgedaan.

Wettelijke grondslag(en) of bevoegdheid waarop de regeling is gebaseerd

  1. Algemene wet inzake rijksbelastingen art. 6
  2. Algemene wet inzake rijksbelastingen art. 7
  3. Algemene wet inzake rijksbelastingen art. 8
  4. Algemene wet inzake rijksbelastingen art. 13
  5. Algemene wet inzake rijksbelastingen art. 14
  6. Invorderingswet 1990 art. 29
  7. Invorderingswet 1990 art. 31
  8. Gemeentewet art. 231, tweede lid, onderdeel a en derde lid
  9. Gemeentewet art. 237
  10. Gemeentewet art. 160, eerste lid, onderdeel b.
  11. Algemene wet bestuursrecht 4:81

Regelgeving die op deze regeling is gebaseerd (gedelegeerde regelgeving)

Geen

Overzicht van in de tekst verwerkte wijzigingen

Datum inwerkingtreding

Terugwerkende kracht tot en met

Datum uitwerkingtreding

Betreft

Datum ondertekening

Bron bekendmaking

Kenmerk voorstel

01-01-2017Nieuwe regeling

10-11-2016

gmb-2016-186365

Onbekend

Tekst van de regeling

Intitulé

Uitvoeringsregeling met betrekking tot de heffing en de invordering vangemeentelijke belastingen in de gemeente Aa en Hunze 2017

Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Aa en Hunze

Gelet op de artikelen:

besluit:

vast te stellen de:

‘Uitvoeringsregeling met betrekking tot de heffing en de invordering van gemeentelijke belastingen in de gemeente Aa en Hunze 2017’

(Uitvoeringsregeling gemeentelijke belastingen Aa en Hunze 2017)

Artikel 1 Algemene bepaling

Artikel 2 Aangifte

De belastingplichtige aan wie niet zes maanden na afloop van het belastingjaar of kalenderjaar een aangiftebiljet is uitgereikt of een aanslag is opgelegd, is gehouden binnen een maand na het verstrijken van die zes maanden bij de in artikel 231, tweede lid, onderdeel b, van de Gemeentewet bedoelde gemeente ambtenaar een schriftelijk verzoek in te dienen om uitreiking van een aangiftebiljet.

Artikel 3 Gebruik nachtverblijfregister ten behoeve van de heffing van toeristenbelasting

Bij de vaststelling van feiten ten behoeve van de heffing van toeristenbelasting kan de in artikel 231,tweede lid, onderdeel b, bedoelde gemeenteambtenaar het door belastingplichtige bijgehouden nachtverblijfregister raadplegen.

Artikel 4 Voorlopige aanslag

  • 1.

    De in artikel 231, tweede lid, onderdeel b, van de Gemeentewet bedoelde gemeenteambtenaar legt een voorlopige aanslag op, als het bedrag waarop de aanslag vermoedelijk zal worden vastgesteld, na verrekening van voorheffingen en reeds opgelegde voorlopige aanslagen, zulks naar zijn mening rechtvaardigt.

  • 2.

    De bepaling van het bedrag van een voorlopige aanslag die wordt vastgesteld in het tijdvak waarover de belasting wordt geheven, dan wel na het tijdstip waarop de belastingschuld is ontstaan kan:

    • a.

      voor de toeristenbelasting geschieden op basis van 75% van de gegevens die hebben gediend ter vaststelling van de meest recente belastingaanslag over, met dien verstande dat daarbij op benaderende wijze rekening kan worden gehouden met wijzigingen in de wettelijke bepalingen betreffende de heffing van de gemeentelijke belasting alsmede met andere wijzigingen die voor de heffing van de gemeentelijke belasting van belang kunnen zijn. Ingeva lde belastingplichtige aannemelijk maakt dat het bedrag waarop de aanslag vermoedelijk zal worden vastgesteld lager is dan het op de voet van de vorige volzin berekende bedrag, wordt de voorlopige aanslag gesteld op dit lagere bedrag;

Artikel 5 Rente

  • 1.

    Bij de invordering van de gemeentelijke belastingen vindt de ministeriële regeling bedoeld in artikel 31 van de Invorderingswet 1990 overeenkomstige toepassing.

  • 2.

    In afwijking van de in het eerste lid bedoelde regeling wordt geen invorderingsrente in rekening gebracht als deze in totaal een bedrag van € 113,45 niet te boven gaat.

Artikel 6 Inwerkingtreding

  • 1.

    De ‘Uitvoeringsregeling met betrekking tot de heffing en de invordering van de gemeentelijkebelastingen 2011’, vastgesteld bij besluit van 14 december 2010 wordt ingetrokken op het momentdat deze regeling in werking treedt met dien verstande dat zij van toepassing blijft op de belastbare feiten die zich voor die datum hebben voorgedaan.

  • 2.

    Deze regeling treedt in werking met ingang van de achtste dag na die van de bekendmaking.

Artikel 7 Citeertitel

Deze regeling wordt aangehaald als:

Uitvoeringsregeling gemeentelijke belastingen Aa en Hunze 2017.

 

Aldus vastgesteld in de vergadering van het college van burgemeester en wethouders van 15 november 2016.

Het college van de gemeente Aa en Hunze,

Mevrouw mr. MTent

secretaris

de heer drs. H.F. van Oosterhout

burgemeester