Ziet u een fout in deze regeling? Meld het ons op regelgeving@overheid.nl!
Lisse

Nota standplaatsenbeleid gemeente Lisse 2016

Wetstechnische informatie

Gegevens van de regeling
OrganisatieLisse
OrganisatietypeGemeente
Officiële naam regelingNota standplaatsenbeleid gemeente Lisse 2016
CiteertitelNota standplaatsenbeleid gemeente Lisse 2016
Vastgesteld doorcollege van burgemeester en wethouders
Onderwerpopenbare orde en veiligheid
Eigen onderwerp

Opmerkingen met betrekking tot de regeling

Geen

Wettelijke grondslag(en) of bevoegdheid waarop de regeling is gebaseerd

Onbekend

Regelgeving die op deze regeling is gebaseerd (gedelegeerde regelgeving)

Geen

Overzicht van in de tekst verwerkte wijzigingen

Datum inwerkingtreding

Terugwerkende kracht tot en met

Datum uitwerkingtreding

Betreft

Datum ondertekening

Bron bekendmaking

Kenmerk voorstel

01-01-2017Nieuwe regeling

20-12-2016

gmb-2016-188927

Onbekend

Tekst van de regeling

Intitulé

Nota standplaatsenbeleid gemeente Lisse 2016

 

 

1. Inleiding

De gemeente ontvangt regelmatig aanvragen om vergunning voor het innemen van een standplaats. Onder een standplaats wordt verstaan: het vanaf een vaste plaats op een openbare en in de openlucht gelegen plaats te koop aanbieden, verkopen of afleveren van goederen dan wel diensten, gebruikmakend van fysieke middelen, zoals een kraam, een wagen of een tafel (artikel 5:16, lid 1 Algemene plaatselijke verordening Lisse 2011).

Tot op heden beschikt de gemeente niet over beleid waarin zij aangeeft hoe zij omgaat met aanvragen om standplaatsvergunning. Hier is om diverse redenen wel behoefte aan. Zo komen er steeds meer aanvragen om vergunning binnen. Daarnaast is ook voor standplaatshouders belangrijk om over voldoende informatie te beschikken hoe de gemeente omgaat met de uitgifte en verdeling van standplaatsen. In deze nota een uitwerking.

2. Toepassingsbereik en soorten standplaatsen.

Deze nota is van toepassing op het gehele grondgebied van de gemeente, met uitzondering van de wegen die in beheer en onderhoud zijn bij de provincie Zuid-Holland.

In deze nota is onderscheid gemaakt tussen vaste en tijdelijke standplaatsen. Deze keuze hangt samen met de duur van de standplaats. Op vaste standplaatsen wordt met een vaste regelmaat goederen of diensten te koop aangeboden met behulp van een kraam, wagen of tafel. Van een vaste regelmaat is sprake als er tenminste éénmaal per twee weken over een periode van ten minste 6 maanden van dezelfde locatie gebruikt wordt gemaakt om voor een periode van langer dan één uur per dag goederen dan wel diensten te koop aan te bieden.

Tot de tijdelijke standplaatsen behoren alle overige standplaatsen, zoals standplaatsen voor de verkoop van oliebollen en andere tijdelijke producten. Ook het plaatsen van een bus voor borstkankeronderzoek valt onder de tijdelijke standplaatsen.

Voor het innemen van standplaats tijdens bijzondere activiteiten, zoals jaarmarkten én standplaatsen op de kermis dan wel tijdens evenementen of bijvoorbeeld verkiezingen geldt deze nota niet.

Hoofdstuk 3. Juridisch kader

In de Algemene plaatselijke verordening Lisse 2011 (APV) staan bepalingen over het innemen van standplaatsen. Ook in enkele andere wettelijke regelingen (bijvoorbeeld de Wet milieubeheer) zijn artikelen opgenomen waar de gemeente bij de uitgifte van standplaatsen rekening mee dient te houden. Dit vormt het juridisch kader.

Algemene plaatselijke verordening Lisse 2011

Een standplaatsvergunning kan op basis van de APV worden geweigerd in de volgende gevallen:

  • Strijd met een geldend bestemmingsplan, beheersverordening, exploitatieplan of voorbereidingsbesluit;

  • Als gevolg van bijzondere omstandigheden in de gemeente of in een deel van de gemeente is redelijkerwijs te verwachten dat door het verlenen van de vergunning voor een standplaats voor het verkopen van goederen een redelijk verzorgingsniveau voor de consument ter plaatse in gevaar komt;

  • Indien het innemen van standplaats in strijd komt met de openbare orde, openbare veiligheid, volksgezondheid en/of bescherming van het milieu.

Dienstenrichtlijn

De Dienstenrichtlijn moet het voor bedrijven gemakkelijker maken om zich binnen de Europese Unie (EU) te vestigen of tijdelijk hun diensten aan te bieden. De richtlijn zorgt er ook voor dat de gemeente moet beoordelen of haar regelgeving voldoet aan de Dienstenrichtlijn.

Huurovereenkomst

Standplaatshouders maken op dit moment vooral gebruik van de openbare weg dat eigendom van de gemeente Lisse is. Voor dit gebruik wordt tot op heden een huurovereenkomst gesloten. Vanaf 1 januari 2017 gaan we over op het heffen van precario.

4. Algemene uitgangspunten

Het beoordelen van aanvragen om een vergunning gebeurt aan de hand van de hiervoor opgesomde weigeringsgronden uit de APV. Enkele weigeringsgronden worden uitgewerkt. Ook komen een paar onderwerpen aan de orde.

Openbare orde

Een vergunning kan worden geweigerd indien het soort goederen of de wijze waarop deze worden aangeboden, leidt tot een verstoring van de openbare orde (artikel 5.17 APV). Daarbij valt te denken aan vervuiling van de omgeving, aanwezigheid publiek en geluid- en geuroverlast.

Openbare veiligheid

Een standplaats mag geen blokkade opleveren voor de hulpverleningsdiensten. Daarnaast mag de verkeersveiligheid niet in gevaar worden gebracht. Ook dit is bepaald in artikel 5.17 APV. Met de keuze van de locaties is daarbij rekening gehouden.

Economische onderbouwing

Standplaatsen bepalen samen met het winkelaanbod en de weekmarkt het voorzieningenniveau. Op dit moment is er voldoende diversiteit aan producten die vanuit een standplaats worden verkocht. Het aantal aanvragen om vergunning en de beschikbare ruimte voor het innemen van standplaats geeft geen aanleiding om het huidige aantal standplaatslocaties uit te breiden.

Branchering

Voor een ieder is het van belang dat het aanbod aan standplaatsen voldoende variatie kent. Dit maakt het voor standplaatshouders aantrekkelijk om standplaats in te nemen en voor klanten om de standplaats te bezoeken. Gelet op het geringe aantal standplaatsen dat de gemeente Lisse kent, is het niet noodzakelijk om een onderverdeling te maken naar branche en/of per branche aan te geven hoeveel vergunningen kunnen worden afgegeven. Dit stemt overeen met de Detailhandelsvisie Lisse.

Concurrentie

Het streven van de gemeente is om te komen tot een evenwichtige verdeling van standplaatsen. Regelmatig krijgt de gemeente vragen over de mogelijkheid tot het weigeren van een vergunning om concurrentie te voorkomen. Het reguleren van concurrentieverhouding is geen gemeentelijk belang. Vandaar dat dit onderwerp in deze notitie niet aan de orde komt.

Maximale afmeting standplaats

De maximale afmeting van een standplaats is afhankelijk van de locatie van de standplaats. De afmeting van de standplaats staat op de tekening die deel uitmaakt van de standplaatsvergunning.

Borden en uitstallingen rondom standplaatsen

Standplaatshouders willen graag aandacht vestigen op hun verkoopkraam en plaatsen daarom uitstallingen, reclame-uitingen of een terrasje bij hun kraam. Tegen het plaatsen van deze voorzieningen bestaat geen bezwaar, zo lang deze voorzieningen geen hinder opleveren voor het voetgangersverkeer. Om dit te borgen, zal in de uitvoeringsregeling op grond van de APV een bepaling worden opgenomen die dit regelt.

Vrij houden/markeren standplaats

De standplaatshouders moeten op een locatie standplaats innemen waarvoor zij vergunning hebben gekregen. Voor het borgen van de veiligheid en het beperken van de overlast staan zo min mogelijk standplaatsen op een parkeerplaats of parkeerplaatsen. Dit komt de openbare veiligheid ten goede. Een standplaatshouder die in de loop van de dag zijn kraam wil neer zetten, mag de standplaats niet reserveren door het plaatsen van borden en/of andere afzettingen op de locatie van de standplaats. Advies aan standplaatshouders is om tijdig standplaats in te nemen.

Niet innemen standplaats

Het gebeurt regelmatig dat standplaatshouders enkele weken/maanden niet komen opdagen en ook geen gebruik maken van de standplaats. Zij beschikken wel over een standplaatsvergunning en onthouden daarmee andere bedrijven de mogelijkheid om standplaats in te nemen. Dit is vervelend voor mensen/bedrijven die eveneens voor een vergunning in aanmerking willen komen. Als iemand vier weken geen standplaats inneemt, heeft het college van B&W de mogelijkheid om de vergunning in te trekken.

5 Locaties,vergunningverlening, procedure etc.

Deze paragraaf ziet op de locaties voor de standplaatsen, het verlenen van vergunning en de daarvoor te volgen procedure. Dit is gebaseerd op de weigeringsgronden uit de APV. Ook is aandacht voor het beschikbaar stellen voorzieningen, zoals electriciteit.

5.1 Locatie en aantal dagen dat standplaats kan worden ingenomen

Vanuit een oogpunt van openbare orde en -veiligheid is het niet gewenst, dat verspreid door de gemeente op allerlei locaties standplaatsen staan. Dit hangt samen met de parkeerdruk die er is. Daarbij trekken standplaatsen ook verkeer aan en is het gewenst dat standplaatsen op locaties komen te staan die voor de overige weggebruikers niet tot hinder leiden. Vandaar dat enkele locaties worden aangewezen voor het innemen van standplaats. Het is niet toegestaan om het aantal aangewezen locaties uit te breiden dan wel een locatie voor een vaste standplaats te gebruiken voor een tijdelijke standplaats.

5.1.1 Locaties innemen vaste standplaatsen

De volgende locaties zijn voor het innemen van vaste standplaatsen:

  • a.

    twee standplaatslocaties aan de Grachtweg;

  • b.

    één standplaatslocatie bij winkelcentrum Poelmarkt,

De locaties staan aangegeven op de bij deze nota behorende tekeningen.

In de loop van 2016/2017 wordt de Grachtweg opnieuw ingericht. Dit betekent (naar verwachting) dat de standplaatslocaties in de nabije toekomst wijzigen.

5.1.2 Locaties innemen tijdelijke standplaatsen

Aan de Grachtweg staat sinds een groot aantal jaren een oliebollenkraam. In het voorlopig ontwerp voor de herinrichting was er geen ruimte meer voor deze kraam. Tijdens de inspraakprocedure is er een locatie gevonden in de directe nabijheid van de huidige verkooplocatie. Deze locatie mag uitsluitend de laatste twee maanden van het jaar worden gebruikt voor de verkoop van oliebollen.

De volgende locaties zijn voor een tijdelijke standplaats:

  • één standplaatslocatie aan de Grachtweg tegenover de Hoogvliet voor de verkoop van oliebollen in de maanden november en december;

  • Eén standplaatslocatie bij winkelcentrum ‘Poelmarkt’ voor de verkoop van oliebollen in de maand december;

  • Eén standplaatslocatie op het parkeerterrein bij winkelcentrum ‘Blokhuis’ voor het éénmaal per twee jaar plaatsen van een bus voor borstkankeronderzoek, welke locatie indicatief is aangegeven op de bij deze beleidsregel behorende tekening en wordt vastgelegd na overleg met winkeliersvereniging ‘Alverha’.

Naast de hiervoor genoemde locaties komt het voor dat er (tijdelijk) producten worden verkocht vanaf eigen terrein. Het gaat dan veelal om bollenbedrijven die een klein kraampje plaatsen en vanaf daar tijdelijk seizoensgebonden producten verkopen. Zo lang het gaat om ondergeschikte verkoop vanaf eigen terrein en deze verkoop samenhangt met de aard van het bedrijf dat op bewuste locatie is gevestigd, is hier geen vergunning voor nodig.

5.1.3. Verdelenvaste standplaats

Binnen de gemeente Lisse is een beperkt aantal standplaatsen beschikbaar en is er geen onderscheid naar branche. Vanwege deze beperkte beschikbaarheid krijgen bedrijven op vaste standplaatsen een vergunning voor maximaal twee dagen per week. Hierdoor ontstaat de mogelijkheid verschillende standplaatshouders de gelegenheid te bieden op die locatie een plek in te nemen. Verder verstrekken we aan maximaal één (rechts)persoon een vergunning voor het innemen van een vaste standplaats. Het innemen van standplaats op zondag is niet toegestaan.

5.2 Schaarse vergunningen

Het beleid van de gemeente Lisse is om vergunningen op basis van de APV, waaronder standplaatsvergunningen, voor onbepaalde tijd te verstrekken. Beoordeeld is in hoeverre dit past binnen de uitgangspunten van de Dienstenrichtlijn.

Tot op heden wordt de afgifte van standplaatsvergunningen niet getoetst aan de Dienstenrichtlijn. Genoemde richtlijn gaat er van uit dat de gemeente aan ondernemers zo veel mogelijk gelijke kansen biedt om economische activiteiten uit te kunnen oefenen. Op basis van jurisprudentie valt op te maken dat potentiële gegadigden gelijke kansen moeten krijgen om in een transparante procedure mee te dingen naar een vergunning. In een gemeentelijke verordening mogen beperkingen worden gesteld aan de mededinging, maar die mag daarmee niet volledig worden uitgesloten. De verwachting is dat in de toekomst meer ruimte moet komen voor mededinging. In relatie hiertoe worden vergunningen voor standplaatsen in het vervolg voor maximaal drie jaar verstrekt.

5.3 Procedure vergunningverlening

Het aanvragen om vergunning gebeurt schriftelijk via een aanvraagformulier op de website, www.lisse.nl en minimaal 8 weken voordat van de vergunning gebruikt wordt gemaakt. Bij een aanvraag om vergunning die minder dan drie weken vóór het tijdstip waarop de aanvrager de vergunning of ontheffing nodig heeft, kan het bestuursorgaan besluiten de aanvraag niet in behandeling te nemen.

5.4 Persoonlijk karakter vergunning

Standplaatsvergunningen kennen een persoonlijk karakter. Het is vergunninghouder toegestaan om personeelsleden die bij hem in dienst zijn vanaf de standplaats verkoopwerkzaamheden uit te laten voeren. Een vergunninghouder die wegens ziekte of vakantie langer dan vier weken verhinderd is om zijn standplaats in te nemen, doet hiervan schriftelijk mededeling aan het college. Indien hiervoor toestemming is verleend door het college van B&W mag een vergunninghouder zich (tijdelijk) laten vervangen. Een standplaats mag niet worden (onder-)verhuurd c.q. worden overgedragen aan een derde.

5.5 Verdelingssystematiek

Zijn er meerdere aanvragen voor het innemen van standplaats op een bepaalde locatie dan krijgt de vergunninghouder die beschikt over een vergunning voor bewuste locatie voorrang bij het verkrijgen van een nieuwe vergunning voor eenzelfde locatie. Neemt een standplaatshouder een jaar lang standplaats in, dan dient deze voor 1 oktober van het daarop volgende jaar een aanvraag om vergunning in. Voor het aanvragen van een nieuwe vergunning moet vier maanden voordat de vergunning verloopt een verzoek tot verlenging worden ingediend. Vraagt de vergunninghouder niet tijdig verlenging van de vergunning aan, dan eindigt de vergunning en kan de standplaats aan een andere aanvrager worden toegewezen.

Indien het maximum aantal vergunningen voor een bepaalde locatie is vergeven, bestaat de mogelijkheid om op een wachtlijst te worden geplaatst met daarbij vermeld de benodigde oppervlakte voor het innemen van standplaats, de locatie en dag waarop de aanvrager standplaats wil innemen. De Gemeentewinkel (na 1 januari 2017: Publieksservice) houdt de wachtlijst bij op volgorde van binnenkomst. Als er een locatie vrijkomt, wordt deze als eerste aangeboden aan de eerste op de wachtlijst.

Inschrijvingen op de wachtlijst blijven gehandhaafd, indien degene die staat ingeschreven jaarlijks zijn inschrijving voor 1 januari verlengd. Een inschrijving op de wachtlijst kan worden doorgehaald indien de inschrijving niet tijdig is verlengd, op verzoek of bij overlijden van de ingeschrevene. Ook komt de inschrijving te vervallen wanneer aan de ingeschrevene een vergunning voor een standplaats is verleend of deze niet meer voldoet aan de gestelde eisen.

5.6 Afspraken vastleggen in uitvoeringsregeling APV

Standplaatsvergunningen worden verstrekt op basis van de APV. De hierboven aangehaalde afspraken worden vastgelegd in de uitvoeringsregeling die hoort bij de APV, zodat het voor een ieder duidelijk is welk beleid de gemeente voert op het gebied van standplaatsen.

5.7 Financiële vergoeding

Tot op heden sluiten standplaatshouders die van gemeentegrond gebruik maken een huurovereenkomst met de gemeente. In Hillegom en Teylingen betalen standplaatshouders precario. Vanwege de harmonisatie gaat Lisse vanaf 1 januari 2017 ook precario heffen voor het gebruik van grond. Precario is een belasting waarbij aan de hand van de oppervlakte van de (verkoop)kraam een vergoeding wordt betaald.

De gemeenteraad zal in haar vergadering van 15 december a.s. worden voorgesteld om hiertoe over te gaan. Standplaatshouders betalen dan op jaarbasis voor elke dag dat zij standplaats innemen een vergoeding van € 66,- per m². Dit is een reëel tarief in vergelijking met de omliggende gemeenten. Deze vergoeding wordt éénmaal per vijf jaar herzien. Organisaties met een ideële instelling/niet-commerciële organisaties worde vrijgesteld van het betalen van precario.

5.8 Beschikbaar stellen voorzieningen

De locaties die beschikbaar zijn voor het innemen van standplaats zijn (zoveel mogelijk) in de directe nabijheid gelegen van een stroomkast. Van deze stroomkast mogen standplaatshouders (tegen betaling) gebruik maken. Zij ontvangen (na betaling van borg) een sleutel van de kast. Voor het gebruik van stroom betalen de standplaats-houders een vaste vergoeding van € 3,20 per dag. Ook de hoogte van de vergoeding wordt vast gelegd in de precarioverordening.

6. Handhaving en toezicht

Voor het houden van toezicht op het naleven van deze beleidsregels wijst het college van burgemeester en wethouders en/of de burgemeester op basis van artikel 6:2 van de APV toezichthouders aan.

De toezichthouder controleert op de voorwaarden waaronder de vergunning is verstrekt. Controle ziet op: de locatie, de ingenomen oppervlakte, de aanwezigheid van de vergunninghouder of diens gemachtigde, de gehanteerde openingstijden en voorwerpen die rondom de standplaats staan.

Bij het innemen van een standplaats zonder vergunning of het handelen in strijd met de voorschriften van de verstrekte vergunning dienen passende maatregelen te worden getroffen. Bij een eerste overtreding gaat een schriftelijke waarschuwing uit. Bij een tweede of volgende overtreding wordt afhankelijk van de overtreding, verder handhavend opgetreden. In een dergelijk geval wordt een last onder dwangsom of een last onder bestuursdwang opgelegd mits de situatie voor herstel vatbaar is. Zijn er zwaarwegende redenen die niet gerepareerd kunnen worden, behoudt het college de mogelijkheid om een vergunning in te trekken. Een toezichthouder controleert de standplaatsen in ieder geval één-maal per jaar en maakt van de controle een kort verslag/proces-verbaal van bevindingen.

7. Communicatie en participatie

De concept-nota is besproken met winkeliersvereniging ‘Alverha’. De ondernemers in de nabijheid van de standplaatslocatie en de houders van een standplaatsvergunning zijn in de gelegenheid gesteld om een zienswijze in te dienen. Er zijn twee zienswijzen ontvangen. De ingekomen opmerkingen zijn mee genomen in de uiteindelijke nota. Zodra deze nota is vastgesteld, wordt deze gepubliceerd op www.overheid.nl en de gemeentelijke website.

8. Overgangsbepaling en bijzondere omstandigheden

In de uitvoeringsregeling van de APV wordt opgenomen, dat standplaatsvergunningen die inmiddels zijn verstrekt en hun geldigheidsduur nog niet hebben verloren op het moment dat deze nota in werking treedt en in strijd zijn met deze nota hun rechtsgeldigheid behouden tot het moment waarop in de vergunning is bepaald dat de vergunning eindigt. Ook blijft de mogelijkheid bestaan onder bepaalde omstandigheden de vergunning in te trekken. Daarnaast is het mogelijk om als bijzonder omstandigheden hiertoe aanleiding geven, gemotiveerd af te wijken van deze nota.

9. Citeertitel en inwerkingtreding

Deze nota wordt aangehaald als: Nota standplaatsenbeleid gemeente Lisse 2016 en treedt in werking op 1 januari 2017

Bijlage 1 Locaties vaste standplaatsen Grachtweg

Bijlage 2 Locatie standplaats Poelmarkt

Bijlage 3 Indicatieve locatie standplaats bus voor borstkankeronderzoek