Organisatie | Nijmegen |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | VERORDENING PARKEERBELASTINGEN 2017 |
Citeertitel | Verordening parkeerbelastingen 2017 |
Vastgesteld door | gemeenteraad |
Onderwerp | financiën en economie |
Eigen onderwerp | belastingen |
Geen
artikel 225, van de Gemeentewet
Geen
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
16-01-2017 | 16-01-2018 | Onbekend | 21-12-2016 Gmb 2016-184668 | Raadsbesluit nr. 124/2016 |
De Raad van de Gemeente Nijmegen, bijeen in zijn openbare vergadering van 21 december 2016;
Gelezen het voorstel vanburgemeester en wethouders van 15 november 2016 2016; FA20, nr. 16.0010259;
Gelet op artikel 225, van de Gemeentewet;
Besluitvast te stellen de volgende verordening:
Verordening op de heffing en de invordering van parkeerbelastingen 2017 (Verordening parkeerbelastingen 2017)
Artikel 1 Begripsomschrijvingen
Voor de toepassing van deze verordening wordt verstaan onder:
zelfstandige woning: woning welke een eigen toegang heeft, voorzien is van een toilet en keuken en welke de bewoner kan bewonen zonder daarbij afhankelijk te zijn van wezenlijke voorzieningen buiten die woning, danwel een woning waarvan met van een notariële acte wordt aangetoond dat sprake is van een zelfstandige woning. Voor deze verordening wordt onder woning mede verstaan: woonwagen op een daartoe aangewezen centrum en woonboot op een reguliere ligplaats:
zorginstelling: instellingen in de curatieve zorg die beschikken over een erkenning van het College van Ziekenhuisvoorzieningen (CvZ), sectoren Verpleging en Verzorging, de geestelijke en gezondheidszorg (ggz) en gehandicaptenzorg volgens de Awbz-zorg, alsmede professionele organisaties voor stervensbegeleiding.
bezoekersregeling: de regeling waarbij een bezoeker van een belanghebbende, die in een betaald parkeren gebied woont, tegen een gereduceerd uurtarief kan parkeren. De regeling geldt voor een maximaal aantal uren per kalenderjaar. Urenregistratie vindt digitaal plaats middels een digitale aan- en afmelding van het parkeertijdstip;
parkeerregeling mantelzorg: de regeling waarbij een bewoner die mantelzorg ontvangt en die in aanmerking komt voor het mantelzorgcompliment, zijn mantelzorgers tegen gereduceerd uurtarief kan laten parkeren. De regeling geldt voor een maximaal aantal uren per kalenderjaar. Urenregistratie vindt digitaal plaats middels een digitale aan- en afmelding van het parkeertijdstip.
De belasting bedoeld in artikel 2, onderdeel b, wordt niet geheven van degene die op de voet van het tweede lid, onderdeel b, als degene die het voertuig heeft geparkeerd wordt aangemerkt, indien deze aannemelijk maakt dat ten tijde van het parkeren een ander tegen zijn wil van het voertuig heeft gebruik gemaakt en dat hij dit gebruik redelijkerwijs niet heeft kunnen voorkomen.
Artikel 4 Maatstaf van heffing, belastingtarief en belastingtijdvak
De maatstaf van heffing, het belastingtarief en het belastingtijdvak zijn vermeld in de bij deze verordening behorende en daarvan deel uitmakende tarieventabel.
Artikel 6 Wijze van heffing en termijnen van betaling
In afwijking van het bepaalde in het vorige lid moet de belasting overeenkomstig de aangifte worden betaald binnen een maand na het einde van het parkeren, indien het bij de aanvang van het parkeren in werking stellen van de parkeerapparatuur geschiedt door het via een telefoon inloggen op de centrale computer.
Artikel 7 Bevoegdheid tot aanwijzing parkeerplaatsen
De aanwijzing van de plaats waar, het tijdstip en de wijze waarop tegen betaling van de belastingen, bedoeld in artikel 2 mag worden geparkeerd, geschiedt door het college bij openbaar te maken besluit. (zie Aanwijzingsbesluit betaald parkeren en Uitwerkingsbesluit parkeren)
Artikel 8 Kosten naheffingsaanslag
De kosten van de naheffingsaanslag ter zake van de belasting bedoeld in artikel 2, onderdeel b, bedragen €61,-.
Artikel 9 Vrijstelling van het betalen van parkeerbelastingen
Het parkeren van de volgende gebruikers wordt niet gereguleerd en is derhalve vrijgesteld van het parkeren van parkeerbelastingen als bedoeld in artikel 2 van deze verordening:
Artikel 11 Nadere regels door het college van burgemeester en wethouders
Het college van burgemeester en wethouders kan nadere regels geven met betrekking tot de heffing en de invordering van de parkeerbelasting.
De "Verordening Parkeerbelastingen 2016" gepubliceerd onder nr. Gmb-2015-124560, wordt ingetrokken met ingang van de in artikel 13 genoemde datum van ingang van de heffing, met dien verstande dat zij van toepassing blijven op de belastbare feiten die zich voor die datum hebben voorgedaan.
1.Deze verordening treedt in werking op de dag na publicatie, welke tevens de datum van ingang vande heffing is, met dien verstande dat de verordening niet eerder dan 16 januari 2017 in werking treedt.
2.De tarieven zoals opgenomen in de tarieventabel treden in werking op de dag na publicatie, metdien verstande dat de verordening niet eerder dan 16 januari 2017 in werking treedt.
Deze verordening kan worden aangehaald als "Verordening Parkeerbelastingen 2017".
Aldus vastgesteld in de openbare raadsvergadering van 21 december 2016.
De plaatsvervangend raadsgriffier,
Tarieventabel, behorende bij de verordening parkeerbelastingen 2017
II Tarieven voor parkeren bij parkeerapparatuur 2017
A.Het tarief voor het parkeren bij parkeerapparatuur als bedoeld in artikel 2, onderdeel b, bedraagt per parkering voor de straten en terreinen:
Het tarief voor het parkeren bij parkeerapparatuur als bedoeld in artikel 2, onderdeel b, voor zover gelegen binnen het gebied dat wordt begrensd door het Keizer Traianusplein, de St. Canisiussingel, de Oranjesingel, het Keizer Karelplein, de Van Schaeck Mathonsingel, de spoorlijn Nijmegen-Arnhem en de Waalkade, met inbegrip van de genoemde wegen of weggedeelten: € 2,60 per uur.
Het tarief voor het parkeren bij parkeerapparatuur als bedoeld in artikel 2, onderdeel b, voor zover gelegen binnen het gebied dat wordt begrensd door de Van Schaeck Mathonsingel, de spoorlijn Nijmegen-Nijmegen Heyendaal, de Stephanusstraat, de St. Annastraat, de Fransestraat, de Groesbeekseweg, de Guyotstraat, de Waldeck Pyrmontsingel, de Jacob Canisstraat, de Berg en Dalseweg, de C. Noorduynstraat, de Graadt van Roggenstraat, de St. Canisiussingel, de Oranjesingel en het Keizer Karelplein, met inbegrip van de genoemde wegen of weggedeelten uitgezonderd de St. Annastraat vanaf de kruising met de Fransestraat en de C. Noorduynstraat: €2,20 per uur
Toelichting Verordening parkeerbelastingen
In de verordening parkeerbelastingen is de toepassing van betaald parkeren geregeld, zoals bedoeld in artikel 225 van de gemeentewet. In artikel 2 van deze verordening zijn de vormen van parkeerbelastingen zoals die in de gemeentewet zijn opgenomen letterlijk weergegeven.
Parkeerbelastingen hebben uitsluitend betrekking op wegen die openbaar zijn in de zin van de Wegenwet. Dit zijn wegen die niet zijn afgesloten voor het verkeer door fysieke maatregelen (slagboom) of het bord “verboden toegang, art 461 wetboek van strafrecht”.
Een parkeervergunning wordt twee keer per jaar betaald voor een periode van 6 maanden: van april tot oktober en van oktober tot april.
De restitutieregeling zoals opgenomen in het vierde lid van dit artikel geldt niet bij tussentijdse beëindiging van de hulpverlenersvergunning.
Artikel 7 regelt de bevoegdheden van het College van B&W. Het aanwijzen van parkeerplaatsen waar een fiscaal regime geldt, geschiedt in het “Aanwijzingsbesluit”, terwijl de tijden dat betaald parkeren van kracht is en de wijze waarop moet worden betaald is geregeld in het “Uitwerkingsbesluit”.
Er bestaat behoefte aan een product waarmee gebruikers voor langere tijd kunnen parkeren in het gebied waar betaald parkeren van kracht is. Denk bijvoorbeeld aan aannemers, incidentele werknemers of bedrijven die op meerdere plaatsen in de stad moeten parkeren op 1 dag. Voor deze groep is onder 2G de mogelijkheid opgenomen om voor langere tijd een parkeerkaart aan te schaffen. De tarieven daarvoor zijn gelijkgesteld aan de tarieven voor de parkeerontheffing uit de Legesverordening.
Artikel 10 gaat in op de mogelijkheid van kwijtschelding. Bij parkeerbelastingen die worden geheven bij wege van voldoening op aangifte is het verlenen van kwijtschelding niet aan de orde. De van hogerhand gegeven regels geven geen ruimte om voor deze belasting de rijksregels zonder meer toepassing te laten vinden. Derhalve is een uitsluiting in deze verordening opgenomen.
Omdat het bezoekersparkeertegoed van maximaal 500 uren per jaar in centrum en 1e Ring en maximaal 400 uren per jaar in 2e Ring te weinig kan zijn voor bewoners die mantelzorg ontvangen, kunnen deze bewoners in plaats van of naast een bezoekersregeling gebruik maken van de mantelzorgregeling. Voor deze regeling geldt een maximaal tegoed van 400 uren per jaar. De criteria om voor de parkeerregeling mantelzorg in aanmerking te komen zijn opgenomen in het vigerende Uitwerkingsbesluit parkeren.