Ziet u een fout in deze regeling? Meld het ons op regelgeving@overheid.nl!
Barneveld

Premieregeling werkervaringsplaatsen gemeente Barneveld

Wetstechnische informatie

Gegevens van de regeling
OrganisatieBarneveld
OrganisatietypeGemeente
Officiële naam regelingPremieregeling werkervaringsplaatsen gemeente Barneveld
CiteertitelPremieregeling werkervaringsplaatsen gemeente Barneveld
Vastgesteld doorcollege van burgemeester en wethouders
Onderwerpmaatschappelijke zorg en welzijn
Eigen onderwerp

Opmerkingen met betrekking tot de regeling

Geen

Wettelijke grondslag(en) of bevoegdheid waarop de regeling is gebaseerd

Participatieverordening, artt. 4 lid 1 en 5

Regelgeving die op deze regeling is gebaseerd (gedelegeerde regelgeving)

Geen

Overzicht van in de tekst verwerkte wijzigingen

Datum inwerkingtreding

Terugwerkende kracht tot en met

Datum uitwerkingtreding

Betreft

Datum ondertekening

Bron bekendmaking

Kenmerk voorstel

31-12-2016Nieuwe regeling

13-12-2016

gmb-2016-189039

1028616

Tekst van de regeling

Intitulé

Premieregeling Werkervaringsplaatsen gemeente Barneveld

Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Barneveld;

gelet op de artikelen 4 lid 1 en 5 van de Participatieverordening;

besluit:

vast te stellen dePremieregeling werkervaringsplaatsen gemeente Barneveld

Hoofdstuk 1: Inleidende bepalingen

Artikel 1: Begripsbepalingen

In deze nadere regeling wordt verstaan onder:

Artikel 2: Doel regeling

Het college kan, met in achtneming van hetgeen is bepaald in deze regeling, een premie verstrekken aan een organisatie die een werkervaringsplek beschikbaar stelt aan iemand die behoort tot de doelgroep, met als doel de kans op arbeidsinschakeling te vergroten.

Hoofdstuk 2: Aanmelding, verantwoording en aanpassing

Artikel 3: aanmelding werkervaringsplek

  • 1.

    Aanmelding van een werkervaringsplek door de organisatie geschiedt middels een daarvoor door het college vastgesteld formulier (zie bijlage 1).

  • 2.

    Het college kan een kandidaat voordragen.

  • 3.

    Op het moment dat door de organisatie schriftelijk of per mail wordt bevestigd dat de aangeboden werkervaringsplek open wordt gesteld voor de voorgedragen kandidaat, ontvangt de organisatie een beschikking met daarin minimaal:

    • a.

      de naam van de aangeboden kandidaat;

    • b.

      de start- en einddatum waarop de kandidaat op de werkervaringsplek deelneemt;

    • c.

      het aantal uren waarop de kandidaat deel gaat nemen aan de werkervaringsplek;

    • d.

      de toekenning van de premie als bedoeld in artikel 2;

    • e.

      de leerdoelen van de kandidaat.

Artikel 4: Verantwoording

  • 1.

    In de eerste kalendermaand na de overeengekomen startdatum ontvangt het college een door de medewerker en de organisatie ingevuld en ondertekend leerplan (zie bijlage 2).

  • 2.

    In de vierde kalendermaand na de overeengekomen startdatum ontvangt het college een door de medewerker en de organisatie ingevuld en ondertekende voortgangsrapportage (zie bijlage 3)

  • 3.

    In de zesde kalendermaand na de overeengekomen startdatum ontvangt het college een door de medewerker en de organisatie ingevuld en ondertekende eindrapportage (zie bijlage 4)

  • 4.

    De in dit artikel genoemde rapportages dienen per e-mail te worden verzonden aan de betreffende gespreksvoerder.

Hoofdstuk 3: Het beslissen op de aanvraag en de wijze van betalen

Artikel 5: Besluittermijn

Het college besluit uiterlijk binnen vier weken na acceptatie van de kandidaat door de organisatie die de werkervaringsplek heeft opengesteld als bedoeld in artikel 3 lid 3 over de toekenning van de premie.

Artikel 6: Hoogte premie

  • 1.

    De hoogte van de premie bedraagt maximaal € 2.100,-

  • 2.

    De hoogte van de premie bedraagt 50% van het bedrag in lid 1 indien de medewerker minder dan 16 uur per week deelneemt.

  • 3.

    Indien er sprake is van een opbouw van uren naar 16 uur of meer gedurende een periode van maximaal 2 maanden is lid 1 van toepassing.

Artikel 7: Betalingsvoorwaarden

De betaling van de premie is gekoppeld aan de rapportagemomenten zoals bedoeld in artikel 4:

  • a.

    25% wordt verstrekt op het moment dat voldaan is aan hetgeen gesteld in artikel 4 lid 1.

  • b.

    50% wordt verstrekt op het moment dat voldaan is aan hetgeen gesteld in artikel 4 lid 2.

  • c.

    25% wordt verstrekt op het moment dat voldaan is aan hetgeen gesteld in artikel 4 lid 3.

Artikel 8: Tussentijd beëindigen werkervaringsplek

  • 1.

    Op het moment dat de organisatie de werkervaringsplek voor de medewerker voortijdig wil beëindigen of de medewerker uit uitingen of gedrag laat blijken niet meer deel te willen nemen, volgt een gesprek tussen de organisatie, het college en de medewerker.

  • 2.

    Indien de deelname van de medewerker vervolgens wordt beëindigd, ontvangt de organisatie de premie tot en met het eerstvolgende rapportagemoment als bedoeld in artikel 4.

Artikel 9: Verlengen werkervaringsplek

Indien de aanbieder en het college na afloop van de periode als bedoeld in artikel 3 lid 3 sub b, overeenkomen dat de duur van de werkervaringsplaats – met een periode van maximaal 6 maanden - verlengd wordt, geldt dat:

  • a.

    In afwijking van artikel 6 lid 1, maar met toepassing van artikel 6 lid 2, de hoogte van de premie € 300,- per maand bedraagt;

  • b.

    het college iedere drie maanden een rapportage ontvangt als bedoeld in artikel 4 lid 2, respectievelijk artikel 4 lid 3;

  • c.

    de betaling van de premie als bedoeld in sub a, wordt verstrekt op het moment dat voldaan is aan hetgeen gesteld is onder sub b;

  • d.

    artikel 8 van toepassing is, zij het dat in lid 2, artikel 4 moet worden gelezen als sub b van dit artikel,

  • e.

    de organisatie binnen 4 weken een beschikking ontvangt als bedoeld in artikel 3 lid 3.

Artikel 10: Samenloop met andere regelingen

  • 1.

    Er bestaat geen recht op een premie als bedoeld in artikel 2 indien belanghebbende voor de medewerker reeds een andere financiële bijdrage ontvangt.

  • 2.

    Lid 1 is niet van toepassing bij een vergoeding voor scholingskosten

Hoofdstuk 4: Verplichtingen en weigeringsgronden

Artikel 11: Algemene verplichtingen

  • 1.

    De activiteiten, de werkzaamheden en het werkritme binnen de werkervaringsplek sluiten zoveel mogelijk aan op de reguliere arbeidsmarkt en zijn afgestemd op de mogelijkheden en leerdoelen van de medewerker.

  • 2.

    De organisatie garandeert de continuïteit van activiteiten en begeleiding gedurende de looptijd van de werkervaringsplek.

  • 3.

    De organisatie zorgt voor de uitvoering van de activiteiten benodigde faciliteiten en veiligheidsbenodigdheden inclusief de benodigde verzekeringen.

  • 4.

    De organisatie informeert het college dezelfde dag:

    • a.

      bij acute problemen die grote invloed hebben op de invulling van de werkplek;

    • b.

      op het moment dat de medewerker ongeoorloofd afwezig is.

  • 5.

    De organiseert begeleidt de medewerker zodat hij bij afwezigheid als bedoeld onder het vorige lid, zo spoedig mogelijk weer deel gaat nemen.

  • 6.

    Ter voorkoming van verdringing is de organisatie verplicht te zorgen dat:

    • a.

      er minstens een ongesubsidieerde werknemer met minimaal een relevante MBO-diploma aanwezig is die voor de dagelijkse werkbegeleiding zorg kan dragen; dat wil zeggen dagelijks aanwezig zijn om praktische vragen te kunnen beantwoorden, dan wel opdrachten te kunnen geven;

    • b.

      het een functie betreft naast het reguliere functiegebouw of dat het een (deels) bestaande functie betreft die nu al wordt ingevuld. Met het eerste wordt bedoeld dat het een niet bestaande en niet-ingevulde functie is binnen de organisatie en/of cao;

    • c.

      voor de functie geen vacature regulier is uitgezet;

    • d.

      er gedurende het laatste half jaar niemand (regulier of gesubsidieerd) ontslagen is op een soortgelijke functie.

  • 7.

    De organisatie is verplicht om, in het kader van de controle op de naleving van de voorwaarden en verplichtingen in deze regeling, medewerking te verlenen aan controle (op de werkplek) door het college.

  • 8.

    De organisatie is verplicht om op verzoek of onverwijld uit eigen beweging mededeling te doen van alle feiten en omstandigheden waarvan hem redelijkerwijs duidelijk moet zijn dat zij van belang zijn voor de uitvoering van de premieregeling werkervaringsplaats, de begeleiding van de medewerker of de controle op de naleving van de voorwaarden en verplichtingen in deze regeling.

Artikel 12: Weigering premieverstrekking

  • 1.

    Het college kan besluiten om de premie geheel dan wel gedeeltelijk te weigeren indien de organisatie de verplichtingen uit deze regeling geheel dan wel gedeeltelijk niet nakomt.

  • 2.

    Het college kan besluiten om de premie geheel dan wel gedeeltelijk te weigeren indien gegronde redenen bestaan om aan te nemen dat de organisatie niet voldoet aan de voorwaarden als gesteld in deze regeling en/of:

    • a.

      niet het doel nastreeft van deze regeling;

    • b.

      doelstellingen beoogt of activiteiten zal ontplooien of ontplooit die in strijd zijn met de wet of het algemeen belang;

    • c.

      de premieverstrekking niet past binnen het gemeentelijk (beleids)kader.

  • 3.

    Op het moment dat het totaal van de door de gemeente op basis van deze regeling verstrekte premies, het door het college vastgestelde subsidieplafond van het betreffende jaar overschrijdt, worden geen kandidaten meer voorgedragen.

Hoofdstuk 5: Slotbepalingen

Artikel 13: Hardheidsclausule

Het college kan in bijzondere gevallen ten gunste afwijken van de bepalingen in deze regeling, indien toepassing van deze regeling tot onbillijkheden van overwegende aard leidt.

Artikel 14: Zaken waarin deze regeling niet voorziet

In alle gevallen waarin deze regeling niet voorziet, beslist het college.

Artikel 15: Citeertitel

Deze nadere regeling wordt aangehaald als “premieregeling werkervaringsplaatsen gemeente Barneveld”.

Artikel 16: Inwerkingtreding

Deze nadere regels treden in werking de dag na bekendmaking in het elektronisch gemeenteblad.

 

Aldus vastgesteld op 13 december 2016.

Burgemeester en wethouders voornoemd,

drs. D. Bakhuizen

Secretaris

dr. J.W.A. van Dijk,

Burgemeester