Organisatie | Baarn |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Nota Parkeernormen 2014-2019 |
Citeertitel | Nota Parkeernormen 2014-2019 |
Vastgesteld door | gemeenteraad |
Onderwerp | ruimtelijke ordening, verkeer en vervoer |
Eigen onderwerp |
Geen
Bouwverordening, artikel 2.5.30
Geen
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
15-01-2015 | nieuwe regeling | 17-12-2014 | 14RV000060 |
1 Parkeernormen en parkeereis 9
2 Parkeernormen kwantitatief 13
1. Parkeernormen en parkeereis
De gemeente Baarn stelt eisen aan de aanleg van parkeervoorzieningen bij het aanvragen van een omgevingsvergunning (voorheen bouwvergunning). Op grond van de bouwverordening (artikel 2.5.30) worden parkeereisen (begrippenlijst bijlage 1) gesteld bij het verlenen van een omgevingsvergunning.
In deze nota Parkeernormen zijn parkeernormen opgenomen voor het parkeren van (personen)auto’s en van fietsen. Tevens is opgenomen op welke wijze de parkeereis wordt bepaald.
De nota parkeernormen bestaat uit twee delen die onlosmakelijk met elkaar zijn verbonden:
De kwantitatieve parkeernormen(hoofdstuk:2): de eenheden die worden gebruikt voor het rekenen aan de parkeereis. De kwantitatieve basis bestaat uit een tabel met ‘parkeernormen’. Nieuwe ontwikkelingen en inzichten voor het stellen van parkeereisen zijn aanleiding voor het vastleggen van geactualiseerde parkeernormen en de wijze waarop deze worden toegepast. Zo zijn onlangs de geactualiseerde kencijfers van het CROW gepubliceerd (publicatie 317, ‘Kencijfers parkeren en verkeersgeneratie’).
Het vaststellen van de parkeereis(hoofdstuk 3): parkeernormen worden gebruikt om de parkeereis voor een bouwplan vast te stellen. De factoren die daarbij een rol spelen zijn: mogelijkheden tot dubbelgebruik, de maatgevende vraag (piek gedurende verschillende momenten van de week), benutten van restcapaciteit en vrijstellingen.
Naast het vaststellen van de parkeereis voor (solitaire) bouwplannen kunnen parkeernormen worden gebruikt voor het opstellen van gebiedsvisies voor het parkeren, parkeerbalansen en bestemmingsplannen voor zowel bestaande als nieuwe situaties.
Voor het opstellen van de werkwijze hebben de volgende uitgangspunten een rol gespeeld:
Financiële redelijkheid en uniformiteit: het voorkomen van willekeur in de parkeereis en onredelijke niet-uitvoerbare parkeereisen. De werkwijze moet in alle gevallen hanteerbaar zijn. Afwijking kan bij uitzondering plaatsvinden op basis van een door het college van B en W gemotiveerd besluit. Daarbij kunnen diverse overwegingen een rol spelen zoals: de ruimtelijke en financiële haalbaarheid van een bouwplan of een andere (verkeer aantrekkende) ontwikkeling, de kwaliteit van de openbare ruimte, aantoonbaar afwijkende parkeerbehoefte.
In de tabellen op de volgende pagina’s zijn de parkeernormen voor auto’s opgenomen. De tabellen zijn als volgt opgebouwd:
1.De meest gangbare functies voor de gemeente Baarn zijn opgenomen. Voor incidentele toepassingen voor andere functies wordt gebruik gemaakt van de parkeerkencijfers van het CROW (publicatie 317).
2. Omdat de parkeervraag mede afhangt van de gebiedstypologie (dichtheid, aanwezigheid openbaar vervoer) is de gemeente Baarn, mede op basis van het aantal adressen per km2 ingedeeld in de categorie matig stedelijk (24.350 inwoners) met onderscheid naar centrum Baarn, overig gebied bebouwde kom en het buitengebied (inclusief Lage Vuursche en Eembrugge).
3. De parkeernormen zijn gebaseerd op de maximumwaarde (bovengrens) van de kengetallen van het CROW minus 15%.
4. Er wordt bij de verschillende functies onderscheid gemaakt naar de parkeervraag voor bewoners en werknemers enerzijds en bezoekers anderzijds.
Daar waar het autogebruik hoog is zal in het algemeen het fietsgebruik lager zijn en omgekeerd. In het centrumgebied is de parkeernorm voor de fiets 65% hoger dan voor de auto, in de rest van de bebouwde kom zijn de parkeernormen gelijk en in het buitengebied is de parkeernorm voor de fiets 35% lager dan de parkeernorm voor de auto (met uitzondering van scholen).
De fietsenberging is opgenomen in het Bouwbesluit 2012. Daarom zijn er geen parkeernormen voor de fiets voor de functie wonen opgenomen met uitzondering voor de niet-grondgebonden woningen.
Fulsservice supermarkt (> 1.000 m2 wvo), laag en middellaag prijsniveau | |||||
Fulsservice supermarkt (> 1.000 m2 wvo), hoog en middelhoog prijsniveau | |||||
In de volgende tabellen heeft voor enkele waarden een correctie plaatsgevonden zodat dat de parkeernorm in het centrum gebied altijd het hoogste is en vervolgens in de rest van de bebouwde kom en het buitengebied. Voor het parkeren van fietsen is het altijd toegestaan om meer voorzieningen te realiseren dan volgens de norm nodig is.
Fulsservice supermarkt (> 1.000 m2 wvo), laag en middellaag prijsniveau | |||||
Fulsservice supermarkt (> 1.000 m2 wvo), hoog en middelhoog prijsniveau | |||||
De parkeervraag fluctueert over de verschillende tijdstippen van de dag en/of de week. In de volgende tabel zijn indicaties voor de aanwezigheid opgenomen. Met de parkeernorm kan de piekvraag worden berekend. Het aanwezigheidspercentage is dan 100%. Op andere momenten is het aanwezigheidspercentage lager dan 100% en is ook de parkeervraag lager. De aanwezigheidspercentages worden toegepast in de volgende gevallen:
Bij het opstellen van een gebiedsvisie en een parkeerbalans, waarbij uitwisselbaarheid van parkeercapaciteit tot de mogelijkheden behoort omdat de piekvragen van de verschillende functies in tijd niet samenvallen. Indien in een gebied parkeerplaatsen aanwezig zijn die uitsluitend exclusief voor één functie kunnen worden gebruikt worden deze apart in de parkeerbalans opgenomen en niet meegerekend voor de uitwisselbaarheid.
De aanwezigheidspercentages zijn opgenomen in de volgende tabel en gebaseerd op de richtlijnen van het CROW (publicatie 317). Bij deze richtlijnen dient rekening te worden gehouden met specifiek maatwerk:
Voor het vaststellen van de parkeereis voor een bouwplan worden de volgende stappen doorlopen:
De startwaarde voor een parkeereis voor een bouwplan wordt bepaald door:
De startwaarde wordt voor verschillende delen van de week berekend.
Voor het functietype wordt verwezen naar de tabellen in paragraaf 2.2. Voor afwijkende functies wordt gebruik gemaakt van publicatie 317 van CROW (‘Kencijfers parkeren en verkeersgeneratie’).
Voor nieuwbouwplannen (dus ook sloop/nieuwbouw) wordt het benodigde aantal parkeerplaatsen berekend over het gehele nieuwbouwplan. De omvang van het bouwplan wordt uitgedrukt in de eenheden die horen bij de parkeernorm van de betreffende functie.
Voor verbouwplannen geldt het principe ‘oud voor nieuw’. Indien verbouwen gepaard gaat met functiewijziging van een bestaand pand dan wordt het benodigde extra parkeerplaatsen uitsluitend bepaald op basis van de toename van de parkeervraag.
3.3 Eigen erf en openbaar toegankelijk
De gemeente Baarn hanteert de volgende principes:
Voor de overige functies mag maximaal 25% op eigen erf worden gerealiseerd en minimaal 75% openbaar toegankelijk. De parkeereis voor deze laatste categorie wordt eventueel nog naar beneden bijgesteld indien benutting van restcapaciteit mogelijk is (paragraaf 3.4). De startwaarde wordt verdeeld, per periode van de week, over parkeerplaatsen op eigen erf en parkeerplaatsen die openbaar toegankelijk zijn.
Voor het parkeren op eigen erf bij woningen worden de volgende rekenwaarden gehanteerd:
Overige parkeerplaatsen worden in de parkeerbalans pas meegerekend als deze qua maatvoering minimaal voldoen aan de voorkeursmaatvoering van het CROW volgens de volgende tabel:
3.4 Parkeereis openbaar toegankelijke parkeerplaatsen
Voor de parkeerplaatsen die openbaar toegankelijk zijn, kan mogelijk een beroep worden gedaan op de eventuele beschikbare restcapaciteit. Per periode van de week wordt de extra parkeervraag van het bouwplan bepaald en wordt getoetst of deze extra parkeervraag past binnen de restcapaciteit die op de verschillende momenten beschikbaar is. Daarbij wordt rekening gehouden met acceptabele loopafstanden.
In woongebieden mag de benutting tot maximaal 75% (indicatief) van de parkeercapaciteit plaatsvinden. Als de toegevoegde nieuwe functie wonen is, dan geldt een grenswaarde van 100%. Voor niet-monofunctionele gebieden kan eveneens een grenswaarde worden gehanteerd.
Voor het benutten van restcapaciteit worden de volgende acceptabele maximale loopafstanden in acht genomen:
Per periode van de week wordt bepaald of er een tekort aan parkeerplaatsen ontstaat. De parkeereis bedraagt het grootste tekort dat ontstaat in één van de periodes. Indien dit verschil 1 tot 2 parkeerplaatsen bedraagt wordt vrijstelling verleend van de parkeereis. Indien het verschil meer dan 2 parkeerplaatsen bedraagt, dient
de parkeereis te worden gerealiseerd.
© 2013 Met Graumans, Vleuten
06-53173781
ed@metgraumans.nl
www.metgraumans.nl
Tekst en samenstelling: Ed Graumans
Foto’s in rapport:
Foto voorblad: Gemeente Baarn
Projectnummer: 159-02
Met Graumans, Vleuten
In opdracht van: Gemeente Baarn
Contactpersoon: Ad van Wanroij
Dit rapport is vervaardigd op verzoek van de opdrachtgever zoals hierboven aangegeven en is zijn eigendom. Niets uit deze rapportage mag worden vermenigvuldigd of openbaar gemaakt worden door middel van scanning, druk, internet, fotokopie of andere wijze zonder schriftelijke toestemming van de opdrachtgever en Met Graumans, noch mag het zonder deze toestemming voor een ander doel gebruikt worden dan waarvoor het vervaardigd is.
Met Graumans is niet aansprakelijk voor vervolgschade, alsmede schade die voortvloeit uit toepassingen van de resultaten van de werkzaamheden of andere gegevens verkregen van Met Graumans. De opdrachtgever vrijwaart Met Graumans voor aanspraken van derden in verband met deze toepassing