Organisatie | Hollands Kroon |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Verordening op de heffing en invordering van toeristenbelasting |
Citeertitel | Verordening toeristenbelasting |
Vastgesteld door | gemeenteraad |
Onderwerp | financiën en economie |
Eigen onderwerp |
De datum van ingang van de heffing is 1 januari 2017
Geen
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
01-01-2017 | 01-01-2020 | Niet ingegeven | 29-11-2016 | Agendapunt 14c.10 | |
21-12-2016 | 01-01-2017 | Nieuwe verordening | 29-11-2016 | Agendapunt 14c.10 |
Onder de naam 'toeristenbelasting' wordt een directe belasting geheven voor:
het houden van verblijf met overnachting binnen de gemeente op vaartuigen waarvoor wegens de aanwezigheid in het watergebied van de gemeente tegen een vergoeding in welke vorm dan ook door personen die niet als ingezetene zijn opgenomen in de gemeentelijke basisadministratie persoonsgegevens van de gemeente.
De belasting wordt niet geheven voor het verblijf:
van degene die verblijft in een toegelaten instelling als bedoeld in artikel 5, eerste lid, van de Wet Toelating Zorginstellingen .
van een vreemdeling als bedoeld in artikel 29, eerste lid, van de Vreemdelingenwet 2000 , die rechtmatig in Nederland verblijft in de zin van artikel 8, letters c, d, f, g, h, van voornoemde wet , en voor zover deze persoon verblijf houdt als bedoeld in artikel 1 van de Verordening, onder verantwoordelijkheid van het Centraal Orgaan opvang Asielzoekers.
Artikel 4 - Maatstaf van heffing
De belasting wordt geheven naar het aantal overnachtingen in het belastingjaar. Het aantal overnachtingen wordt gesteld op het aantal overnachtende personen vermenigvuldigd met het aantal nachten.
Artikel 5 - Forfaitaire berekeningswijze van de maatstaf van heffing
Voor de toeristenbelasting vallend onder artikel 1, eerste lid wordt:
ingeval verblijf wordt gehouden in vakantie-onderkomens, niet beroepsmatig verhuurde ruimten dan wel op vaste standplaatsen, welke geschikt zijn voor gebruik of slechts gebruikt mogen worden gedurende een periode van:
1. ten hoogste drie maanden bepaald op 40;
2. meer dan drie doch ten hoogste zes maanden bepaald op 50;
3. meer dan zes doch ten hoogste negen maanden bepaald op 60;
4. meer dan negen doch ten hoogste twaalf maanden bepaald op 70;
De belasting wordt geheven naar de maatstaven en de tarieven opgenomen in de jaarlijks door de gemeenteraad vast te stellen Nota tarieven.
Een belastingaanslag wordt niet opgelegd als het aantal overnachtingen, waartoe gelegenheid wordt of is gegeven, tijdens het belastingjaar minder dan tien zal of heeft belopen.
Artikel 11 - Termijnen van betaling
In afwijking van artikel 9, eerste lid, van de Invorderingswet 1990 moeten de aanslagen worden betaald in twee gelijke termijnen waarvan de eerste vervalt op de laatste dag van de maand volgend op de maand die in de dagtekening van het aanslagbiljet is vermeld en de tweede twee maanden later.
In afwijking van het eerste lid geldt:
zolang de verschuldigde bedragen door middel van automatische betalingsincasso kunnen worden afgeschreven, dat de aanslagen moeten worden betaald in acht gelijke termijnen. De eerste termijn vervalt één maand na dagtekening van het aanslagbiljet en elk van de volgende termijnen telkens een maand later.
In afwijking op lid 2 sub 1 van dit artikel moet in geval het totale aanslagbedrag, van op één aanslagbiljet verenigde aanslagen of als het aanslagbiljet maar één aanslag bevat, kleiner is dan
€ 80,00 of meer bedraagt dan € 2.000, de aanslag in twee gelijke bedragen worden betaald, conform lid 1 van dit artikel.
De Algemene Termijnenwet is niet van toepassing op de in de voorgaande leden gestelde termijnen.
Artikel 13 - Aanmeldingsplicht
De belastingplichtige bedoelt in artikel 2, eerste lid, is gehouden, voordat hij voor de eerste maal na het in werking treden van deze verordening gelegenheid tot overnachten verschaft, dat schriftelijk te melden aan de door het college van burgemeester en wethouders aangewezen ambtenaren, bedoeld in artikel 231 tweede lid, onderdelen b en d, van de Gemeentewet.
Artikel 14 - Nadere regels door het college van burgemeester en wethouders
Het college van burgemeester en wethouders kan nadere regels geven voor de heffing en de invordering van de toeristenbelasting.
Artikel 15 - Overgangsbepalingen
De ‘Verordening toeristenbelasting 2014’ van de gemeente Hollands Kroon van 1 oktober 2013 wordt ingetrokken met ingang van de in artikel 16, tweede lid, genoemde datum van ingang van de heffing, met dien verstande dat zij van toepassing blijft op de belastbare feiten die zich voor die datum hebben voorgedaan.