Organisatie | Papendrecht |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Uitvoeringsregeling met betrekking tot de heffing en de invordering van toeristenbelasting in de gemeente Papendrecht |
Citeertitel | Uitvoeringsregeling toeristenbelasting Papendrecht |
Vastgesteld door | college van burgemeester en wethouders |
Onderwerp | financiën en economie |
Eigen onderwerp |
Geen
Geen
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
28-12-2016 | Nieuwe regeling | 20-12-2016 | Onbekend |
Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Papendrecht
gelet op de artikelen 6, 7, 8, 13 en 14 van de Algemene wet inzake rijksbelastingen, artikel 31 van de Invorderingswet 1990 in verbinding met de artikelen 231, tweede lid, onderdeel a, en derde lid, en 237 van de Gemeentewet, op artikel 160, eerste lid, onderdeel b, van de Gemeentewet, op artikel 4:81 van de Algemene wet bestuursrecht, alsmede op de artikel 11 van de Verordening toeristenbelasting, waarin aan het college de bevoegdheid is toegekend nadere regels te stellen met betrekking tot de heffing en de invordering van toeristenbelasting;
besluit vast te stellen de volgende regeling:
Uitvoeringsregeling met betrekking tot de heffing en de invordering van toeristenbelasting in de gemeente Papendrecht
Deze regeling geeft uitvoering aan de artikelen 6, 7, 8, 13 en 14 van de Algemene wet inzake rijksbelastingen, artikel 31 van de Invorderingswet 1990, artikel 160, eerste lid, onderdeel b, van de Gemeentewet, artikel 4:81 van de Algemene wet bestuursrecht en artikel 11 van de Verordening toeristenbelasting op grond waarvan het college van burgemeester en wethouders nadere regels kan geven met betrekking tot de heffing en de invordering van de toeristenbelasting.
De belastingplichtige voor de toeristenbelasting aan wie niet binnen zes maanden na afloop van het belastingjaar of kalenderjaar een aangiftebiljet is uitgereikt of een aanslag is opgelegd, is gehouden binnen een maand na het verstrijken van die zes maanden bij de in artikel 231, tweede lid, onderdeel b van de Gemeentewet bedoelde gemeenteambtenaar een schriftelijk verzoek in te dienen om uitreiking van een aangiftebiljet.
Artikel 3 Gebruik nachtverblijfregister ten behoeve van de heffing van toeristenbelasting
Bij de vaststelling van feiten ten behoeve van de heffing van toeristenbelasting kan de in artikel 231, tweede lid, onderdeel b van de Gemeentewet bedoelde gemeenteambtenaar het door belastingplichtige bijgehouden nachtverblijfregister raadplegen.
De in artikel 231, tweede lid, onderdeel b, van de Gemeentewet bedoelde gemeenteambtenaar legt een voorlopige aanslag op, indien het bedrag waarop de aanslag vermoedelijk zal worden vastgesteld, na verrekening van voorheffingen en reeds opgelegde voorlopige aanslagen, zulks naar zijn mening rechtvaardigt.
Bij de invordering van de gemeentelijke belastingen vindt de ministeriële regeling bedoeld in artikel 31 van de Invorderingswet 1990 overeenkomstige toepassing.
Aldus vastgesteld in de vergadering van het college van burgemeester en wethouders van 20 december 2016.
de secretaris, de burgemeester,
R.van Netten, A.J. Moerkerke
Bijlage 1 Aangiftebiljet toeristenbelasting
Aangiftebiljet toeristenbelasting
Lees voor invulling eerst de bijgesloten toelichting
Het gaat om overnachtingen tegen vergoeding in welke vorm dan ook in bijvoorbeeld hotels, motels, pensions, (particulier) verhuurde woningen, ligplaatsen, vaartuigen of op kampeerterreinen.
U dient het werkelijk aantal overnachtingen in te vullen door personen die niet als ingezetene met een adres in de basisregistratie personen van de gemeente zijn ingeschreven.
• - verblijf door asielzoekers of verblijfsgerechtigden in het kader van de centrale opvang onder verantwoordelijkheid van het ZBO Centrale Opvang Asielzoekers,
• - verblijf in toegelaten (zorg)instelling als bedoeld in artikel 5, eerste lid, van de Wet toelating zorginstellingen.
Aantal overnachtingen in het belastingjaar: …………………
Het aantal overnachtingen is de som van het aantal nachten dat elke niet-ingezetene verblijf heeft gehouden in of op u ter beschikking staande onderkomens, standplaatsen, op vaartuigen die zijn aangemeerd aan door u ter beschikking gestelde ligplaatsen of op door u ter beschikking gestelde vaartuigen.
S.v.p. nachtverblijfregister of accountantsverklaring ter inzage bijvoegen.
Aldus duidelijk, stellig en zonder voorbehoud ingevuld en ondertekend,
Bijlage 2 Verzoekschrift toepassing forfaitaire berekening aantal verblijven
VERZOEKSCHRIFT TOEPASSING FORFAITAIRE BEREKENING AANTAL VERBLIJVEN
(alleen mogelijk voor niet particulier verhuurde woningen en kampeermiddelen op vaste standplaats)
verzoekt om bij het bepalen van het aantal verblijven uit te gaan van het forfaitair vastgestelde aantal verblijven in plaats van het werkelijk aantal verblijven.
I.Niet particulier verhuurde woning(en)
Aantal (a) x 2,4 personen x aantal overnachtingen (b.) x € 1,00
○ voor een periode van meer dan 6 maar niet meer dan 9 maanden (= 60 overnachtingen)
○ voor een periode van meer dan 9 maar niet meer dan 12 maanden (= 95 overnachtingen)
II. Kampeermiddelen op vaste standplaatsen
Aantal (a) x 2,4 personen x aantal overnachtingen (b.) x € 1,00
○ voor een periode van meer dan 6 maar niet meer dan 9 maanden (= 60 overnachtingen)
○ voor een periode van meer dan 9 maar niet meer dan 12 maanden (= 95 overnachtingen)
Totaal forfaitair aantal overnachtingen in het belastingjaar: …………………