Organisatie | Utrecht (Utr) |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Beleidsregels categoriale en periodieke regeling bijzondere bijstand chronisch zieken Utrecht 2007 en 2008 |
Citeertitel | Categoriale verstrekking chronisch zieken Utrecht 2007 |
Vastgesteld door | college van burgemeester en wethouders |
Onderwerp | bestuur en recht |
Eigen onderwerp | sociale zaken |
Geen.
1.Richtlijnen Bijzondere Bijstand Utrecht 2004 (RBBU 2004)
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
28-05-2008 | 01-12-2007 | 31-12-2008 | nieuwe regeling | 13-11-2007 Gemeenteblad van Utrecht 2007, nr. 73 | Besluit college van B&W van 13 november 2007 |
Beleidsregels categoriale en periodieke regeling bijzondere bijstand
chronisch zieken Utrecht 2007 en 2008(b. en w.-besluit van 13 november 2007)
Het college van burgemeester en wethouders;
gelet op de Wet werk en bijstand (WWB), de Invoeringswet WWB en de Richtlijnen Bijzondere Bijstand Utrecht 2004 (RBBU 2004);
BELEIDSREGELS categoriale en periodieke regeling bijzondere bijstand chronisch zieken Utrecht 2007 en 2008.
de alleenstaande ouder met de tot zijn last komende kinderen;
inwoner van de gemeente Utrecht: de Nederlander die op de peildatum ingezetene was van de gemeente Utrecht, en op die datum ingeschreven was in de Gemeentelijke Basisadministratie van de gemeente Utrecht en bovendien feitelijk zijn woonplaats in de gemeente Utrecht had in de zin van artikel 10 Boek 1 van het Burgerlijk Wetboek. Bij gebreke van een woonplaats in de zin van artikel 10 Boek 1 van het Burgerlijk Wetboek wordt ook als inwoner van de gemeente Utrecht aangemerkt de dak- of thuisloze die op de peildatum ingeschreven was in de Gemeentelijke Basisadministratie van de gemeente Utrecht;
Ter vaststelling of een persoon tot de doelgroep behoort, moet bij voorkeur een verklaring van een behandelend arts, specialist, maatschappelijk werk van het ziekenhuis, praktijkondersteuner huis- artsenpraktijk of een gespecialiseerd verpleegkundige overleggen. Deze verklaring mag niet ouder zijn dan twaalf maanden. Als een persoon geen verklaring van een arts kan overleggen dan wordt er akkoord gegaan met de ingevulde lijst door de cliënt zelf in combinatie met een bewijs van hun volledige WAO-, WIA-, Wajong- of WAZ-uitkering, gehandicaptenparkeerkaart of een WMO- voorziening. Verder dient deze persoon ook een bewijs op naam, gerelateerd aan zijn ziekte te overleggen.
Voor het bepalen van het recht op de tegemoetkoming is de situatie en het inkomen in de maand voorafgaand aan de maand van aanvraag bepalend.
Aanvragen voor verstrekkingen op grond van deze regeling kunnen worden ingediend tot en met 31 december 2008.
Het college van burgemeester en wethouders kan het bedrag dat in het kader van deze beleidsregel is verstrekt terugvorderen als blijkt dat de belanghebbende geen recht op de tegemoetkoming had. Paragraaf 6.4 van de Wet werk en bijstand is van overeenkomstige toepassing.
In die gevallen waarin door toepassing van de richtlijnen met betrekking tot arbeidsongeschiktheid, ziekte of middelen toets dit leidt tot onbillijkheden van overwegende aard, kunnen burgemeester en wethouders in afwijking van deze beleidsregels in het voordeel van de belanghebbende beslissen.
BIJLAGE BEHOREND BIJ GEMEENTEBLAD VAN UTRECHT 2007, NR. 73
Toelichting op de beleidsregels categoriale en periodieke regeling bijzondere bijstand chronische zieken Utrecht 2007 & 2008
1.Geprobeerd is om zoveel mogelijk aansluiting te zoeken bij definities uit de Wet werk en bijstand, omdat deze wet, gezien haar aard, zoveel mogelijk aansluit bij de feitelijke situatie van degenen die tot de doelgroep van het gemeentelijk minimabeleid behoren.
a.De tegemoetkoming is bedoeld voor inwoners van de gemeente Utrecht die op de peildatum staan ingeschreven in de Gemeentelijke Basis Administratie (GBA).
b t/m g De begripsbepalingen die betrekking hebben op de gezinssamenstelling zijn overgenomen uit de Wet werk en bijstand.
h en i Om als inwoner van de gemeente Utrecht te worden beschouwd is vereist dat degene waar het om gaat op de peildatum Nederlander is of daarmee gelijk te stellen is, ingeschreven is in de Gemeentelijke Basisadministratie van de gemeente Utrecht en bovendien feitelijk woonachtig is in Utrecht. Voor dak- en thuislozen geldt dat zij ingeschreven moeten staan in de Gemeentelijke Basisadministratie van de gemeente Utrecht, en dat zij bovendien niet als inwoner van een andere stad kunnen worden aangemerkt. Voor de definitie van Nederlander of daarmee gelijk te stellen, is aansluiting gezocht bij de Wet werk en bijstand. Hierdoor kan de tegemoetkoming in beginsel aan dezelfde mensen worden verstrekt als degenen aan wie de gemeente Utrecht ook -zo nodig- bijstand zou kunnen verlenen.
2.Als uitgangspunt is genomen dat de chronische ziekte meerkosten met zich meebrengt.
Op basis hiervan behoren de volgende categorieën niet tot de doelgroep:
Mocht een persoon uit de bovenstaande categorie ook een chronische ziekte hebben die is vastgelegd in de lijst, komt deze persoon wél in aanmerking voor de tegemoetkoming.
Er is een voorlopige lijst met chronische ziekten opgesteld waarvan bekend is dat hier meerkosten aan zijn verbonden. Er kunnen echter ook andere chronische ziekten zijn waaraan meerkosten zijn ver-bonden. Als een aanvrager een ziekte invult die niet in de huidige lijst voorkomt vindt een beoordeling plaats. Als blijkt dat de ziekte meerkosten met zich meebrengt wordt de aanvraag toegekend en de ziekte toegevoegd aan de lijst.
3.Ter vaststelling van de chronische ziekte moeten de gegevens worden overlegd waaruit de meest actuele situatie blijkt.
In principe moet de cliënt bij voorkeur een verklaring van zijn of haar behandelend arts, specialist, maatschappelijk werk van het ziekenhuis, praktijkondersteuner huisartsenpraktijk of een gespe-cialiseerd verpleegkundige overleggen. In sommige gevallen kan de cliënt zo’n verklaring niet overleggen omdat de arts niet verplicht kan worden zo’n verklaring af te geven. In deze situatie wordt er akkoord gegaan met een door de cliënt ingevulde verklaring in combinatie met een bewijs van hun volledige WAO-, WIA-, WAZ-, Wajong-uitkering, gehandicaptenparkeerkaart of een WMO voorziening. Verder moet deze persoon een bewijs op naam, gerelateerd aan zijn ziekte overleggen. Te denken valt dan aan een medicijnpaspoort of recepten op naam.
De inkomensgrenzen zijn vastgesteld door 110% van het netto van toepassing zijnde bijstandsnorm te nemen gecumuleerd met de maximale heffingskortingen die een persoon of gezin kan ontvangen. Voor het jaar 2007 betekent dit het volgende.
Alleenstaande jonger dan 65 jaar EUR 913,51
Alleenstaande ouder, jonger dan 65 jaar EUR 1.562,92
Gezin, beide jonger dan 65 jaar EUR 1.624,26
Alleenstaande ouder dan 65 jaar EUR 997,72
Gezin, waarvan minimaal een persoon ouder is dan 65 jaar EUR 1.517,86
Omdat de normen over het jaar 2008 nog niet bekend zijn kunnen de grenzen hier niet in worden opgenomen. De berekening voor het jaar 2008 is echter een zelfde als die over 2007.
Chronische zieke alleenstaande jonger dan 65 jaar EUR 300,00
Chronische zieke alleenstaande ouder jonger dan 65 jaar EUR 300,00
Chronische zieke alleenstaande ouder jonger dan 65 jaar met een chronische ziek kind EUR 450,00
Chronische zieke jonger dan 65 jaar met een partner EUR 300,00
Chronische zieke jonger dan 65 jaar met een chronisch zieke partner EUR 450,00
Chronische zieke alleenstaande ouder van 65 jaar of ouder EUR 150,00
Chronische zieke alleenstaande ouder van 65 jaar of ouder EUR 150,00
Chronische zieke alleenstaande ouder van 65 jaar of ouder met een chronisch ziek kind EUR 450,00
Chronische zieke ouder dan 65 jaar met een partner EUR 150,00
Chronische zieke ouder dan 65 jaar met een chronisch zieke partner jonger dan 65 jaar EUR 450,00
Chronische zieke ouder dan 65 jaar met een chronisch zieke partner ouder dan 65 jaar EUR 225,00
Hoewel geprobeerd is om in zoveel mogelijk situaties die zich voor kunnen doen te voorzien, doen zich altijd situaties voor waarin de regeling niet heeft voorzien. Daarom is voorzien in een hardheidsclausule in de beleidsregels.