Ziet u een fout in deze regeling? Meld het ons op regelgeving@overheid.nl!
Gemeente Krimpenerwaard

Verordening op de heffing en de invordering van leges 2017

Wetstechnische informatie

Gegevens van de regeling
OverheidsorganisatieGemeente Krimpenerwaard
Officiële naam regelingVerordening op de heffing en de invordering van leges 2017
CiteertitelLegesverordening gemeente Krimpenerwaard 2017
Vastgesteld doorcollege van burgemeester en wethouders
Onderwerpfinanciën en economie
Eigen onderwerp

Wettelijke grondslag(en) of bevoegdheid waarop de regeling is gebaseerd

  1. Artikelen 156 en 229 van de Gemeentewet
  2. artikelen 2 en 7 van de Paspoortwet

Regelgeving die op deze regeling is gebaseerd (gedelegeerde regelgeving)

Geen

Overzicht van in de tekst verwerkte wijzigingen

Datum inwerking-

treding

Terugwerkende

kracht tot en met

Datum uitwerking-

treding

Betreft

Datum ondertekening

Bron bekendmaking

Kenmerk voorstel

24-12-201608-12-2017Wijziging tarieven Hoofdstuk 2 en Hoofdstuk 3 van Titel 1

20-12-2016

Gemeenteblad 23-12-2016, Nr. 183663

16-0040944
25-11-201624-12-2016Nieuwe regeling

08-11-2016

Gemeenteblad 24-11-2016, Nr. 164520

ZK16005681/ 16-0028977

Tekst van de regeling

Intitulé

Verordening op de heffing en de invordering van leges 2017

De Raad van de gemeente Krimpenerwaard;

gelezen het voorstel van het college van burgemeester en wethouders van 27 september 2016;

gelet op de artikelen 156, eerste en tweede lid, aanhef en onderdeel h en 229, eerste lid en onderdeel b, van de Gemeentewet en de artikelen 2, tweede lid, en 7 van de Paspoortwet

Besluit

De volgende verordening vast te stellen:

Legesverordening Gemeente Krimpenerwaard 2017

Artikel 1 Begripsomschrijvingen

Deze verordening verstaat onder:

  • a.

    ’dag’: de periode van 00.00 uur tot 24.00 uur, waarbij een gedeelte van een dag als een hele dag wordt aangemerkt;

  • b.

    ’week’: een aaneengesloten periode van zeven dagen;

  • c.

    ’maand’: het tijdvak dat loopt van 1e dag in een kalendermaand tot de 1e dag in de volgende kalendermaand;

  • d.

    ’jaar’: het tijdvak dat loopt van de 1e dag in een kalenderjaar tot de 1e dag in het volgende kalenderjaar;

  • e.

    'kalenderjaar': de periode van 1 januari tot en met 31 december.

  • f.

    non-profit instelling: een instelling (waaronder een Algemeen Nut Beogende Instelling, een stichting of een vereniging) zonder winstoogmerk waarvan de netto-inkomsten of verdiensten niet worden verdeeld of ten goede komen aan een individu, maar worden aangewend voor de gestelde doelstelling van de organisatie, bijvoorbeeld liefdadigheid en/of het organiseren van activiteiten van maatschappelijke, sportieve, sociale, culturele, godsdienstige en/of levensbeschouwelijke aard.

Artikel 2 Belastbaar feit

Onder de naam ‘leges’ worden rechten geheven voor:

  • 1.

    het genot van door of vanwege het gemeentebestuur verstrekte diensten;

  • 2.

    het verrichten van handelingen ten behoeve van een aanvraag van een Nederlandse identiteitskaart of een reisdocument;

een en ander zoals genoemd in deze verordening en de daarbij behorende tarieventabel.

Artikel 3 Belastingplicht

Belastingplichtig is de aanvrager van de dienst, de Nederlandse identiteitskaart of het reisdocument dan wel degene ten behoeve van wie de dienst is verleend of de handelingen zijn verricht.

Artikel 4 Vrijstellingen

Leges worden niet geheven voor:

  • 1.

    diensten waarvan de kosten krachtens afdeling 6.4 van de Wet ruimtelijke ordening (grondexploitatie) zijn of worden verhaald;

  • 2.

    diensten met betrekking tot een aanvraag tot verlening of gehele of gedeeltelijke intrekking van een omgevingsvergunning of wijziging van voorschriften van een omgevingsvergunning, voor zover die aanvraag betrekking heeft op een activiteit met betrekking tot een inrichting als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder e, van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht;

  • 3.

    het in behandeling nemen van een aanvraag tot verlening van een omgevingsvergunning als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onderdeel i, van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht, voor zover het een activiteit betreft bedoeld in artikel 2.2a van het Besluit omgevingsrecht (omgevingsvergunning beperkte milieutoets);

  • 4.

    het in behandeling nemen van een aanvraag om een vergunning met betrekking tot het plaatsen van zonnepanelen of zonnecollectoren;

  • 5.

    het in behandeling nemen van een aanvraag om een vergunning voor het plaatsen van een mobiele onderzoek unit die wordt gebruikt voor het doen van bevolkingsonderzoek als bedoeld in artikel 1, onder c, van de wet op het Bevolkingsonderzoek, voor welk onderzoek op die wet vergunning is verleend;

  • 6.

    het in behandeling nemen van een aanvraag als bedoeld in onderdeel 1.16.3; 3.1 tot en met 3.2.3 en 3.6 tot en met 3.8 van de bij deze verordening behorende tarieventabel, indien deze aanvraag wordt ingediend door een plaatselijk actieve non-profit instelling die zich blijkens haar statuten de uitoefening ten doel stelt van activiteiten van maatschappelijke, sportieve, sociale, culturele, godsdienstige en/of levensbeschouwelijke aard en waarbij de activiteiten in hoofdzaak worden verricht door vrijwilligers.

Artikel 5 Maatstaven van heffing en tarieven

  • 1. De leges worden geheven naar de maatstaven en tarieven, opgenomen in de bij deze verordening behorende tarieventabel.

  • 2. Voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het nemen van een projectuitvoeringsbesluit als bedoeld in artikel 2.10 van de Crisis- en herstelwet bedraagt het tarief de som van de bedragen die op grond van deze verordening verschuldigd zouden zijn voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verkrijgen van een vergunning, ontheffing, vrijstelling of enig ander besluit in het kader van de ontwikkeling en verwezenlijking van het project, voor zover het projectuitvoeringsbesluit strekt ter vervanging van deze besluiten, zoals bedoeld in artikel 2.10, derde lid, van de Crisis- en herstelwet.

  • 3. Voor de berekening van de leges wordt een gedeelte van een in de tarieventabel genoemde eenheid als een volle eenheid aangemerkt.  

Artikel 6 Wijze van heffing

De leges worden geheven door middel van een mondelinge dan wel een gedagtekende schriftelijke kennisgeving, waaronder mede wordt begrepen een stempelafdruk, zegel, nota of andere schriftuur. Het gevorderde bedrag wordt mondeling, dan wel door toezending of uitreiking van de schriftelijke kennisgeving aan de belastingschuldige bekendgemaakt.

Artikel 7 Termijnen van betaling

  • 1. In afwijking van artikel 9, eerste lid, van de Invorderingswet 1990 moeten de leges worden betaald ingeval de kennisgeving als bedoeld in artikel 6:

    • a.

      mondeling wordt gedaan, op het moment van het doen van de kennisgeving;

    • b.

      schriftelijk wordt gedaan, op het moment van uitreiken van de kennisgeving, dan wel in geval van toezending daarvan, binnen veertien dagen na de dagtekening van de kennisgeving.

  • 2. De Algemene termijnenwet is niet van toepassing op de in het eerste lid gestelde termijnen.

Artikel 8 Kwijtschelding

Bij de invordering van de leges wordt geen kwijtschelding verleend.

Artikel 9 Vermindering of teruggaaf

Gehele of gedeeltelijke vermindering of teruggaaf van leges voor een in de bij deze verordening behorende tarieventabel omschreven dienst wordt verleend overeenkomstig een met betrekking tot die dienst in die tarieventabel opgenomen bepaling.

Artikel 10 Overdracht van bevoegdheden

Het college is bevoegd tot het wijzigen van deze verordening, indien de wijzigingen:

 

  • a.

    van zuiver redactionele aard zijn;

  • b.

    een gevolg zijn van nieuwe of gewijzigde rijksregelgeving die in werking treedt binnen drie maanden na de officiële bekendmaking van de inwerkingtreding ervan in het Staatsblad of de Staatscourant en het de volgende hoofdstukken of onderdelen van titel 1 van de tarieventabel betreft:

    • 1.

      onderdeel 1.1.9 (akten burgerlijke stand);

    • 2.

      hoofdstuk 2 (reisdocumenten);

    • 3.

      hoofdstuk 3 (rijbewijzen);

    • 4.

      onderdeel 1.4.5 (papieren verstrekking uit basisregistratie personen);

    • 5.

      onderdeel 1.9.1 (verklaring omtrent het gedrag);

    • 6.

      hoofdstuk 16 (kansspelen);

  • c.

    Een en ander voor zover met deze wijzigingen niet reeds bij het vaststellen of latere wijziging van deze verordening bij raadsbesluit rekening is gehouden.

Artikel 11 Nadere regels door het college van burgemeester en wethouders

Het college van burgemeester en wethouders kan nadere regels geven met betrekking tot de heffing en de invordering van de leges.

Artikel 12 Hardheidsclausule

Het college kan voor bepaalde gevallen deze verordening buiten toepassing laten of daarvan afwijken voor zover toepassing, gelet op het belang dat de verordening beschermt, zal leiden tot onbillijkheid van overwegende aard.

Artikel 13 Intrekking oude regelingen

  • 1. Op de dag van inwerkingtreding van deze verordening, wordt de volgende verordening ingetrokken:

    • -

      De Eerste wijziging Legesverordening Gemeente Krimpenerwaard 2016, vastgesteld op 5 juli 2016;

    met dien verstande dat zij van toepassing blijft op de belastbare feiten die zich voor die datum hebben voorgedaan.

Artikel 14 Overgangsbepaling

  • 1. Indien de datum van inwerkingtreding van deze verordening ligt na de in artikel 15, tweede lid, opgenomen datum van ingang van de heffing, blijft de in het eerste lid artikel 13 genoemde verordening gelden voor de in de tussenliggende periode plaatsvindende belastbare feiten voor zover de heffing van de leges hiervoor in die periode plaatsvindt.

  • 2. Indien het voorstel van Rijkswet tot wijziging van de Paspoortwet in verband met het van rechtswege laten vervallen van reisdocumenten van personen aan wie een uitreisverbod is opgelegd (Kamerstukken I 2015/2016, 34358 (R2065), nr. A), tot wet is of wordt verheven en artikel I van die wet in werking treedt, wordt in artikel 2, onder nummering van de bestaande tekst tot eerste lid, een tweede lid toegevoegd, luidende:

    "2. Hetgeen in deze verordening en de daarbij behorende tarieventabel is bepaald over een Nederlandse identiteitskaart voor een persoon die op het moment van de aanvraag de leeftijd van achttien jaar nog niet heeft bereikt, is van overeenkomstige toepassing op een vervangende Nederlandse identiteitskaart voor personen met een uitreisverbod, ongeacht de leeftijd van de betrokken persoon."

  • 3. Indien artikel 10.8, onderdeel B, van de Wet natuurbescherming in werking treedt, worden de onderdelen 2.3.11 en 2.3.12 van de bij deze verordening behorende tarieventabel vervangen door:

    2.3.11Projecten of handelingen in het kader van de Wet natuurbescherming (bescherming van een Natura 2000-gebied)  
     Indien de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning betrekking heeft op een project of het verrichten van een andere handeling als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder j, van de Wabo, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere onderdelen van dit hoofdstuk indien tevens sprake is van de in die onderdelen bedoelde activiteiten: € 117,05
    2.3.12Handelingen in het kader van de Wet natuurbescherming (bescherming van soorten) 
     Indien de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning betrekking heeft op het verrichten van een handeling als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder k, van de Wabo, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere onderdelen van dit hoofdstuk indien tevens sprake is van de in die onderdelen bedoelde activiteiten: € 100,90
  • 4. De op grond van het vierde lid vervangen onderdelen blijven van toepassing op de belastbare feiten die zich voor de in artikel 15, derde lid, onder b, bedoelde datum van ingang van de heffing hebben voorgedaan.

Artikel 15 Inwerkingtreding

  • 1. Deze verordening treedt in werking met ingang van de eerste dag na die van de bekendmaking. 

  • 2. De datum van ingang van de heffing is 1 januari 2017.

  • 3. In afwijking van het tweede lid is de datum van ingang van de heffing van:

    • a.

      artikel 14, tweede lid, het tijdstip waarop het in dat lid genoemde wetsvoorstel tot wet is of wordt verheven en artikel 1 van die wet in werking treedt.

    • b.

      artikel 14, derde lid, het tijdstip waarop artikel 10.8, onderdeel B, van de Wet natuurbescherming in werking treedt.

 Artikel 16 Citeertitel

Deze verordening wordt aangehaald als: “Legesverordening Gemeente Krimpenerwaard 2017”.

 

Ondertekening

Aldus besloten in de openbare vergadering van de raad van de gemeente Krimpenerwaard, gehouden op dinsdag 8 november 2016.

de griffier, Drs. K.E. Driehuijs

de voorzitter, Mr. R.S. Cazemier

Toelichting op artikel 4 lid f van de Verordening op de heffing en de invordering van leges 2017

De opgenomen vrijstelling voor leges voor activiteiten door non-profit instellingen is opgenomen om het sterke verenigingsleven in de gemeente Krimpenerwaard in stand te houden. Vanuit de sport, de kerken, de detailhandel, de cultuur en de woningbouw is een grote verscheidenheid aan verenigingen ontstaan. Deze verenigingen, en overigens ook de scholen, leveren een belangrijke bijdrage aan de leefbaarheid van de relatief kleine dorpse kernen in de Krimpenerwaard. Het behoud van de verenigingen en de vrijwilligers daarbinnen, is van belang voor de sociale cohesie en de dynamiek binnen de gemeenschap in Krimpenerwaard. Een legesvrijstelling voor het organiseren van evenementen past hierin. De gemeente ziet in de vrijstelling vanwege bovenstaande redenering een objectieve rechtvaardigingsgrond. Immers, zonder deze vrijstelling wordt de organisatie van sociale cohesie bevorderende activiteiten beperkt en zullen dergelijke activiteiten in aantal afnemen.

De vrijstelling geldt alleen voor plaatselijk actieve non-profit instellingen. Dat betekent dat de aanvrager van het evenement aan de volgende voorwaarden moet voldoen:

  • -

    Non-profit instelling: een instelling (waaronder een Algemeen Nut Beogende Instelling, een stichting of een vereniging) zonder winstoogmerk waarvan de netto-inkomsten of verdiensten niet worden verdeeld of ten goede komen aan een individu, maar worden aangewend voor de gestelde doelstelling van de organisatie, bijvoorbeeld liefdadigheid en/of het organiseren van activiteiten van maatschappelijke, sportieve, sociale, culturele, godsdienstige en/of levensbeschouwelijke aard. Daaronder worden in ieder geval verstaan de in Krimpenerwaard gevestigde sportverenigingen, welzijnsstichtingen, oranje-verenigingen, stichtingen en andere entiteiten die plaatselijke feesten, tentenkampen, braderieën of rommelmarkten organiseren;

  • -

    Plaatselijk actief: de aanvragende/organiserende instelling behoeft niet statutair te zijn gevestigd in Krimpenerwaard, maar de activiteit moet ten behoeve van de inwoners van Krimpenerwaard worden georganiseerd ín de Krimpenerwaard;

  • -

    In hoofdzaak door vrijwilligers verricht: meer dan de helft van de organisatie van het evenement/de activiteit bestaat uit vrijwilligers (zijnde personen die niet tegen betaling diensten ten behoeve van de activiteit verrichten).

Tarieventabel 2017

Titel 1   
  Tarief 2017
Hoofdstuk 1 Burgerlijke stand
1.1.1Het tarief bedraagt voor de voltrekking van een huwelijk of registratie van een partnerschap op:  
1.1.1.1maandag om 09:00 uur en om 09:30 uur  -
1.1.1.2maandag (10:00-16:30) € 326,85
1.1.1.3dinsdag (09:00-16:30) € 326,85
1.1.1.4woensdag (09:00-16:30) € 326,85
1.1.1.5donderdag (09:00-16:30) € 326,85
1.1.1.6vrijdag (09:00-16:30) € 373,90
1.1.1.7zaterdag (09:00-16:30) € 612,65
1.1.1.8Alleen op speciaal verzoek kan er op zon- en feestdagen een huwelijk of partnerregistratie voltrokken worden. Het tarief bedraagt dan: € 960,70
1.1.2Het tarief bedraagt voor het omzetten van een geregistreerd partnerschap in een huwelijk indien daarbij gebruik gemaakt wordt van de trouwzaal of een andere door de gemeente hiertoe aangewezen ruimte op:  
1.1.2.1maandag om 09:00 uur en om 09:30 uur € -
1.1.2.2maandag (10:00-16:30) € 326,85
1.1.2.3dinsdag (09:00-16:30) € 326,85
1.1.2.4woensdag (09:00-16:30) € 326,85
1.1.2.5donderdag (09:00-16:30) € 326,85
1.1.2.6vrijdag (09:00-16:30) € 373,90
1.1.2.7zaterdag (09:00-16:30) € 612,65
1.1.2.8Alleen op speciaal verzoek kan er op zon- en feestdagen een partnerregistratie worden omgezet. Het tarief bedraagt dan: € 960,70
1.1.3 Het tarief bedraagt voor de voltrekking van een huwelijk of registratie van een partnerschap in een bijzonder huis op grond van artikel 64, Boek 1, van het Burgerlijk Wetboek € 134,80
1.1.4Het tarief bedraagt voor het omzetten van een geregistreerd partnerschap in een huwelijk in een bijzonder huis op grond van artikel 64, Boek 1, van het Burgerlijk Wetboek € 134,80
1.1.5 Het tarief bedraagt voor het verstrekken van een trouwboekje of partnerschapboekje € 30,65
1.1.6 Het tarief bedraagt voor: 
1.1.6.1het in behandeling nemen van een verzoek tot éénmalige aanwijzing van een locatie als "huis der gemeente" € 177,70
1.1.6.2 het benoemen van een niet in dienst van de gemeente Krimpenerwaard zijnde (buitengewoon) ambtenaar burgerlijke stand voor één dag € 79,15
1.1.6.3het aanleveren van een ambtenaar als getuige bij een huwelijk of geregistreerd partnerschap, per getuige € 14,95
1.1.6.4het bespelen van het carillon (alleen in Schoonhoven) € 144,65
1.1.6.5het hernieuwen van een reeds bestaand huwelijk € 108,95
1.1.6.6het annuleren van een huwelijksdatum binnen 1 maand voor de vastgestelde datum van het huwelijk € 25,00
1.1.7Op speciaal verzoek kan er afgeweken worden van de in artikel 1.1.1.2 t/m 1.1.1.7 genoemde tijdstippen. De tarieven genoemd in artikel 1.1.1.2 t/m 1.1.1.7 worden dan verhoogd met € 163,40
1.1.8Voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verstrekken van een stuk als bedoeld in artikel 2 van de Wet rechten burgerlijke stand geldt het tarief zoals dat is opgenomen in het Legesbesluit akten burgerlijke stand. wett.tarief
Hoofdstuk 2 Reisdocumenten en Nederlandse Identiteitskaart 
1.2Het tarief bedraagt voor het verrichten van handelingen ten behoeve van een aanvraag: 
1.2.1van een nationaal paspoort: 
1.2.1.1voor een persoon die op het moment van de aanvraag 18 jaar of ouder is (10 jaar geldig) € 64,75
1.2.1.2voor een persoon die op het moment van de aanvraag de leeftijd van 18 jaar nog niet heeft bereikt (5 jaar geldig) € 51,45
1.2.2van een nationaal paspoort, een groter aantal bladzijden bevattende dan een nationaal paspoort als bedoeld in artikel 1.2.1 (zakenpaspoort): 
1.2.2.1voor een persoon die op het moment van de aanvraag 18 jaar of ouder is (10 jaar geldig) € 64,75
1.2.2.2voor een persoon die op het moment van de aanvraag de leeftijd van 18 jaar nog niet heeft bereikt (5 jaar geldig) € 51,45
1.2.3van een reisdocument ten behoeve van een persoon die op grond van de Wet betreffende de positie van Molukkers als Nederlander worden behandeld (faciliteitenpaspoort): € -
1.2.3.1voor een persoon die op het moment van de aanvraag 18 jaar of ouder is (10 jaar geldig) € 64,75
1.2.3.2voor een persoon die op het moment van de aanvraag de leeftijd van 18 jaar nog niet heeft bereikt (5 jaar geldig) € 51,45
1.2.4van een reisdocument voor vluchtelingen of een reisdocument voor vreemdelingen € 51,45
1.2.5van een Nederlandse identiteitskaart: 
1.2.5.1voor een persoon die op het moment van de aanvraag 18 jaar of ouder is (10 jaar geldig) € 50,65
1.2.5.2voor een persoon die op het moment van de aanvraag de leeftijd van 18 jaar nog niet heeft bereikt (5 jaar geldig) € 28,60
1.2.6voor een spoedlevering van de in de artikelen 1.2.1. t/m 1.2.5 genoemde documenten, de in die onderdelen genoemde leges vermeerderd met een bedrag van € 47,55
Hoofdstuk 3 Rijbewijzen 
1.3.1Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het afgeven, vernieuwen of omwisselen van een rijbewijs € 39,10
1.3.2Het tarief genoemd in onderdeel 1.3.1 wordt: 
1.3.2.1bij een spoedlevering vermeerderd met € 34,10
Hoofdstuk 4 Verstrekkingen uit de basisregistratie personen 
1.4.1Voor de toepassing van dit hoofdstuk, met uitzondering van de onderdelen 1.4.3 en 1.4.4, wordt onder één verstrekking verstaan één of meer gegevens omtrent één persoon waarvoor de gemeentelijke basisregistratie personen moet worden geraadpleegd. 
1.4.2.1Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verstrekken van gegevens, per verstrekking € 6,10
1.4.2.2Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een digitale aanvraag tot het verstrekken van gegevens, per verstrekking € 5,50
1.4.3 Voor de toepassing van onderdeel 1.4.4 wordt onder één verstrekking verstaan één of meer gegevens omtrent één persoon die niet zijn opgenomen in de gemeentelijke basisregistratie personen 
1.4.4.1Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verstrekken van gegevens: per verstrekking € 6,10
1.4.4.2Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een digitale aanvraag tot het verstrekken van gegevens: per verstrekking € 5,50
1.4.5In afwijking van de voorgaande onderdelen bedraagt het tarief voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verstrekken van gegevens als bedoeld in artikel 17 van het Besluit gemeentelijke basisregistratie personen het maximumtarief zoals dat is opgenomen in artikel 10.2 van de Regeling basisregistratie personen.  wett.tarief
1.4.6Het tarief bedraagt voor het op verzoek doornemen van de gemeentelijke basisadministratie, voor ieder daaraan besteed kwartier € 14,65
Hoofdstuk 5 Verstrekkingen uit het Kiezersregister 
1.5Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verstrekken van een inlichting betreffende de registratie van de aanvrager als kiezer bedoeld in artikel D4 van de Kieswet nvt
Hoofdstuk 6 Verstrekkingen op grond van Wet bescherming persoonsgegevens 
1.6.1Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot  
 het verstrekken van een bericht als bedoeld in artikel 35 van de Wet bescherming persoonsgegevens. 
1.6.1.1Bij verstrekking op papier, indien het afschrift bestaat uit: 
1.6.1.1.1ten hoogste 100 pagina's, per pagina € 0,23
 met een maximum per bericht van  € 5,00
1.6.1.1.2meer dan 100 pagina's € 22,50
1.6.1.2bij verstrekking anders dan op papier € 5,00
1.6.1.3dat bestaat uit een afschrift van een, vanwege de aard van de verwerking, moeilijk toegankelijke gegevensverwerking € 22,50
1.6.2Indien voor hetzelfde bericht op grond van de subonderdelen 1.6.1.1, 1.6.1.2 en 1.6.1.3 meerdere vergoedingen kunnen worden gevraagd, wordt slechts de hoogste gevraagd. 
1.6.3 Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een verzet als bedoeld in artikel 40 van de Wet bescherming persoonsgegevens € 4,50
Hoofdstuk 7 Bestuursstukken 
1.7.1Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verstrekken van: 
1.7.1.1een afschrift van de gemeentebegroting € 48,30
1.7.1.2een afschrift van de gemeenterekening € 48,30
1.7.2Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag: 
1.7.2.1tot het verstrekken van: 
1.7.2.1.1een afschrift van het verslag van een raadsvergadering, per pagina  € 0,35
1.7.2.1.2een afschrift van de stukken behorende bij een raadsvergadering, per pagina  € 0,35
1.7.2.2tot het afsluiten van een abonnement voor een kalenderjaar: 
1.7.2.2.1op de verslagen van de raadsvergaderingen € 43,60
1.7.2.2.2op de stukken behorende bij de raadsvergaderingen € 181,05
1.7.3Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag: 
1.7.3.1tot het verstrekken van: 
1.7.3.1.1een afschrift van het verslag van een vergadering van een raadscommissie, per pagina € 0,35
1.7.3.1.2een afschrift van de stukken behorende bij een vergadering van een raadscommissie, per pagina € 0,35
1.7.3.2tot het afsluiten van een abonnement voor een kalenderjaar: 
1.7.3.2.1op de verslagen van de vergaderingen van een raadscommissie € 43,60
1.7.3.2.2op de stukken behorende bij de vergaderingen van een raadscommissie € 181,05
1.7.4Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag: 
1.7.4.1tot het verstrekken van een afschrift van een gepubliceerde en op het moment van aanvraag geldende verordening € 60,05
Hoofdstuk 8 Vastgoedinformatie 
1.8.1Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag: 
1.8.1.1tot het verstrekken van een fotokopie van een plan, zoals bestemmingsplan, voorbereidingsbesluit, streekplan, wegenkaart behorende bij de legger bedoeld in onderdeel 1.8.2.2, structuurplan of stadsvernieuwingsplan: 
1.8.1.1.1in formaat A4 of kleiner, per bladzijde € 0,50
1.8.1.1.2in formaat A3, per bladzijde € 0,85
1.8.1.2tot het verstrekken van een lichtdruk van een plan, zoals bestemmingsplan, voorbereidingsbesluit, streekplan, wegenkaart behorende bij de legger bedoeld in onderdeel 1.8.2.2, structuurplan of stadsvernieuwingsplan, per dm2 lichtdruk: € 7,10
1.8.2Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verstrekken van een afschrift van of uittreksel uit: 
1.8.2.1de gemeentelijke basisregistratie adressen of de gemeentelijke basisregistratie gebouwen, bedoeld in artikel 2 van de Wet basisregistraties adressen en gebouwen € 6,40
1.8.2.2de legger bedoeld in artikel 27 van de Wegenwet € 7,00
1.8.2.3de inschrijving in het register bedoeld in artikel 6, eerste lid, van de Monumentenwet 1988 € 7,25
1.8.2.4het openbare register van beschermde monumenten bedoeld in artikel 20 van de Monumentenwet 1988 € 8,50
1.8.2.5het gemeentelijke beperkingenregister of de gemeentelijke beperkingenregistratie, bedoeld in artikel 5, eerste lid, van de Wet kenbaarheid publiekrechtelijke beperkingen, dan wel tot het verstrekken van een aan die registratie ontleende verklaring, als bedoeld in artikel 9, eerste lid, onder c, van de Wet kenbaarheid publiekrechtelijke beperkingen € 15,50
1.8.3Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verstrekken van kopieën van : 
1.8.3.1het gemeentelijk adressenbestand of delen daarvan, per adres € 6,95
1.8.3.2het gemeentelijk relatiebestand adres-kadastraal perceel of delen daarvan, per gelegde relatie € 6,95
1.8.3.3het gemeentelijk adrescoördinatenbestand of delen daarvan, per adrescoördinaat € 6,95
Hoofdstuk 9 Overige publiekszaken 
1.9.1Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag: 
1.9.1.1tot het verstrekken van een verklaring omtrent het gedrag (wettelijk tarief) € 41,35
1.9.1.2tot het verstrekken van een bewijs van in leven zijn  € 6,90
1.9.1.3tot het verkrijgen van een legalisatie van een handtekening € 6,05
1.9.2Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een digitale aanvraag: 
1.9.2.1tot het verstrekken van een bewijs van in leven zijn  € 6,20
Hoofdstuk 10 Gemeentearchief 
1.10.1Het tarief bedraagt voor het op verzoek doen van naspeuringen in de in het gemeentearchief berustende stukken, voor ieder daaraan besteed kwartier € 14,65
1.10.2Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verstrekken van een afschrift van of uittreksel uit een in het gemeentearchief berustend stuk: 
 het bedrag van de voorafgaand aan het in behandeling nemen van de aanvraag aan de aanvrager medegedeelde kosten, blijkend uit een begroting die door het college van burgemeester en wethouders is opgesteld. 
1.10.3Indien een begroting als bedoeld in 1.10.2 is uitgebracht, wordt een aanvraag in behandeling genomen op de vijfde werkdag na de dag waarop de begroting aan de aanvrager ter kennis is gebracht, tenzij de aanvraag voor deze vijfde werkdag schriftelijk is ingetrokken 
1.10.4Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het uitlenen van nog niet overgedragen archiefbestanden. € 22,70
Hoofdstuk 11 Huisvestingswet 
1.11Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag: 
1.11.1tot het verlenen van een huisvestingsvergunning als bedoeld in artikel 8, eerste lid, van de Huisvestingswet 2014 € 38,60
1.11.2tot het verkrijgen van een urgentieverklaring als bedoeld in hoofdstuk 3 van de Huisvestingsverordening Krimpenerwaard. € 77,35
1.11.3tot het inschrijven in het register van woningzoekenden als bedoeld in artikel 14 van de Huisvestingswet  € 15,00
1.11.4tot het verlengen van de inschrijving in het register van woningzoekenden als bedoeld in artikel 14 van de Huisvestingswet  € 10,00
Hoofdstuk 12 Leegstandwet 
1.12Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag: 
1.12.1tot het verkrijgen van een vergunning tot tijdelijke verhuur van leegstaande woonruimte als bedoeld in artikel 15, eerste lid, van de Leegstandwet € 93,30
1.12.2tot het verlengen van een vergunning tot tijdelijke verhuur van woonruimte als bedoeld in artikel 15, negende lid, van de Leegstandwet € 93,30
Hoofdstuk 13 Gemeentegarantie 
1.13Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag: 
1.13.1tot het verkrijgen van een gemeentegarantie nvt
1.13.2tot het instemmen met het wijzigen of omzetten van een door de gemeente gegarandeerde hypothecaire geldlening nvt
Hoofdstuk 14 Markten 
1.14.1Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag op grond van de marktverordening 2016 van de gemeente Krimpenerwaard: 
1.14.2tot het verlenen van een standplaatsvergunning  € 34,85
1.14.3tot het overschrijven van een standplaatsvergunning op naam van een ander € 10,30
1.14.4tot het verlenen van een vergunning om zich op de standplaats te laten vervangen € 10,30
Hoofdstuk 15 Winkeltijdenwet  
1.15Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag: 
1.15.1voor een ontheffing in het kader van de Winkeltijdenwet of het Vrijstellingenbesluit  € 29,65
1.15.2tot het verlenen van toestemming om een in onderdeel 1.15.1 bedoelde ontheffing over te dragen aan een ander, te wijzigen of in te trekken € 20,80
Hoofdstuk 16 Kansspelen 
1.16.1Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verkrijgen van een aanwezigheidsvergunning als bedoeld in artikel 30b van de Wet op de kansspelen: 
1.16.1.1voor één kansspelautomaat, voor een periode van 12 maanden  € 56,50
1.16.1.2voor twee of meer kansspelautomaten, voor de periode van 12 maanden  
 voor de eerste kansspelautomaat € 56,50
 en voor ieder volgend kansspelautomaat € 34,00
1.16.1.3voor één kansspelautomaat, welke vergunning geldt voor een periode van 5 jaar € 226,50
1.16.1.4voor twee of meer kansspelautomaten, welke vergunning geldt voor een periode van 5 jaar, voor de eerste speelautomaat € 226,50
 en voor iedere volgende kansspelautomaat € 136,00
1.16.2De subonderdelen 1.16.1.1 en 1.16.1.2 zijn van overeenkomstige toepassing, indien de vergunning geldt voor een tijdvak, korter dan twaalf maanden of langer dan twaalf maanden maar ten hoogste vier jaar, met dien verstande dat de daar genoemde bedragen naar evenredigheid van het verschil in looptijd van de vergunning verlaagd onderscheidenlijk verhoogd worden. 
1.16.3Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verlenen van een vergunning als bedoeld in artikel 3 van de Wet op de kansspelen (loterijvergunning) € 9,40
1.16.4Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verlenen van een vergunning tot het exploiteren of doen exploiteren van een speelgelegenheid als bedoeld in [artikel 2:39 van de Algemene plaatselijke verordening] € 58,50
Hoofdstuk 17 Telecommunicatie 
1.17.1Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een melding in verband met het verkrijgen van instemming omtrent plaats, tijdstip en wijze van uitvoering van werkzaamheden als bedoeld in de Algemene verordening ondergrondse infrastructuur (AVOI) € 82,25
1.17.1.1indien het werkzaamheden betreft in tegel-, klinker- en sierbestratingen, alsmede gesloten verhardingen, voor zover de werkzaamheden plaatsvinden in of op openbare gemeentegrond, wordt het tarief onder 1.17.1 per strekkende meter sleuf verhoogd met € 10,85
1.17.1.2indien het werkzaamheden betreft in bermen, groenstroken en dergelijke, voor zover de werkzaamheden plaatsvinden in of op openbare gemeentegrond, wordt het tarief onder 1.17.1 per strekkende meter sleuf verhoogd met € 10,85
1.17.1.3indien met betrekking tot een melding overleg moet plaatsvinden tussen gemeente, andere beheerders van openbare grond en de aanbieder van het netwerk, verhoogd met € 78,00
1.17.1.4indien de melder verzoekt om een inhoudelijke afstemming bij de beoordeling van aanvragen als bedoeld in de Algemene Verordening Ondergrondse Infrastructuur, verhoogd met € 78,00
1.17.1.5indien met betrekking tot een melding onderzoek naar de status van de kabel plaatsvindt, verhoogd met het bedrag van de voorafgaand aan het in behandeling nemen van de melding aan de melder meegedeelde kosten, blijkend uit een begroting die door het college van burgemeester en wethouders is opgesteld. 
1.17.2Indien een begroting als bedoeld in 1.17.1.5 is uitgebracht, wordt een melding in behandeling genomen op de vijfde werkdag na de dag waarop de begroting aan de melder ter kennis is gebracht, tenzij de melding voor deze vijfde werkdag schriftelijk is ingetrokken. 
Hoofdstuk 18 Verkeer en vervoer 
1.18Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag: 
1.18.1tot het verkrijgen van een ontheffing als bedoeld in artikel 87 van het Reglement verkeersregels en verkeerstekens 1990 € 47,50
1.18.2voor het in behandeling nemen van de aanvraag tot het verkrijgen van een gehandicaptenparkeerkaart als bedoeld in artikel 49 van het Besluit administratieve bepalingen inzake het wegverkeer (BABW) € 18,95
1.18.2.1indien er sprake is van een standaard medisch onderzoek (op het spreekuur of op basis van dossieronderzoek) € 112,35
1.18.2.2indien er sprake is van een standaard medisch onderzoek (op huisbezoek) € 151,35
1.18.2.3indien er sprake is van een uitgebreid medisch onderzoek incl. opvragen medische informatie € 175,95
1.18.2.4indien tijdens het spreekuur of huisbezoek cliënt niet aanwezig is zal een "no-show" tarief in rekening gebracht worden van € 52,25
1.18.3tot het verkrijgen van een onderbord voor het reserveren van een invalidenparkeerplaats als bedoeld in artikel 26 van het Reglement verkeersregels en verkeerstekens 1990 € 94,85
1.18.4tot het plaatsen van een oplaadpaal of andere oplaadinfrastructuur op of aan de openbare weg €  30,25
Hoofdstuk 19 Diversen 
1.19.1Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag: 
1.19.1.1tot het verkrijgen van een ontheffing op grond van artikel 2.6 lid 2 van de Havenverordening Ouderkerk 2014. € 72,10
1.19.1.2om een andere, in deze titel niet genoemde vergunning, ontheffing of andere beschikking € 72,10
1.19.2Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verstrekken van: 
1.19.2.1Gewaarmerkte afschriften van stukken voor zover daarvoor niet elders in deze tabel of in een andere wettelijke regeling een tarief is opgenomen, per pagina € 4,15
1.19.2.2Afschriften, doorslagen of fotokopieën van stukken, voor zover daarvoor niet elders in deze tabel of in een andere wettelijke regeling een tarief is opgenomen: 
1.19.2.2.1per pagina op papier van A4-formaat € 0,60
1.19.2.2.2per pagina op papier van een ander formaat € 1,60
1.19.2.3kaarten, tekeningen en lichtdrukken, al dan niet behorend bij de in de onderdelen 1.19.2.1 en 1.19.2.2 genoemde stukken, voor zover daarvoor niet elders in deze tabel of in een andere wettelijke regeling een tarief is opgenomen, per kaart, tekening of lichtdruk  € 7,45
1.19.2.4een beschikking op aanvraag, voor zover daarvoor niet elders in deze tabel of in een andere wettelijke regeling een tarief is opgenomen € 4,80
1.19.2.5stukken of uittreksels, welke op aanvraag van de aanvrager moeten worden opgemaakt, voor zover daarvoor niet elders in deze tabel of in een andere wettelijke regeling een tarief is opgenomen, per pagina € 2,40
1.19.3Het tarief bedraagt voor de aanvraag registeropname in het Landelijk Register Kinderopvang en Peuterspeelzalen voor  
1.19.3.1kinderdagverblijven/buitenschoolse opvang/gastouderbureaus als bedoeld in artikelen 1.45 en 1.46 van de Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; € 953,00
1.19.3.2gastouders als bedoeld in artikelen 1.45 en 1.46 van de Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; € 430,20
1.19.3.3peuterspeelzalen als bedoeld in artikelen 2.2 en 2.3 van de Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen € 953,00
1.19.4De leges voor alle in deze in deze tarieventabel genoemde stukken worden verhoogd indien: 
1.19.4.1Elk ander dan de met name in deze verordening vermeld stuk, dat in het bijzonder belang van de daarin genoemde persoon of van de aanvrager wordt opgemaakt of gewijzigd  € 8,90
1.19.4.2De kosten voor het doen van publicaties op verzoek van een derde, vergunning verlenende instanties in regionaal dagblad of een weekblad of de Staatscourant worden volledig doorberekend  
1.19.4.3Alle kosten die de Politie Rotterdam-Rijnmond in rekening brengt in verband met de afgifte van een Havenbeveiligingscertificaat als bedoeld in artikel 7, eerste lid van de Havenbeveiligingswet, worden volledig doorberekend. 
     
Titel 2 Dienstverlening vallend onder fysieke leefomgeving/omgevingsvergunning  
    
Hoofdstuk 1 Begripsomschrijvingen 
2.1.1Voor de toepassing van deze titel wordt verstaan onder: 
2.1.1.1aanlegkosten: 
 de aannemingssom exclusief omzetbelasting, bedoeld in paragraaf 1, eerste lid, van de Uniforme Administratieve Voorwaarden voor de uitvoering van werken en van technische installatiewerken 2012 (UAV 2012), voor het uit te voeren werk, of voor zover deze ontbreekt, een raming van de aanlegkosten, de omzetbelasting niet inbegrepen. Indien de werken of werkzaamheden geheel of gedeeltelijk door zelfwerkzaamheid geschieden wordt in deze titel onder aanlegkosten verstaan: de prijs die aan een derde in het economisch verkeer zou moeten worden betaald voor de werken of werkzaamheden waarop de aanvraag betrekking heeft; 
2.1.1.2bouwkosten:  
 de aannemingssom exclusief omzetbelasting, bedoeld in paragraaf 1, eerste lid, van de Uniforme Administratieve Voorwaarden voor de uitvoering van werken en van technische installatiewerken 2012 (UAV2012), voor het uit te voeren werk, of voor zover deze ontbreekt een raming van de kosten die voortvloeien uit aangegane verplichtingen ten behoeve van de fysieke realisatie (het bouwen) van de bouwwerken, exclusief omzetbelasting . Indien het bouwen geheel of gedeeltelijk door zelfwerkzaamheid geschiedt wordt in deze titel onder bouwkosten verstaan: de prijs die aan een derde in het economisch verkeer zou moeten worden betaald voor het tot stand brengen van het bouwwerk waarop de aanvraag betrekking heeft; 
2.1.1.3Wabo: Wet algemene bepalingen omgevingsrecht. 
2.1.2In deze titel voorkomende begrippen die in de Wabo zijn omschreven, hebben dezelfde betekenis als bij of krachtens de Wabo bedoeld 
2.1.3In deze titel voorkomende begrippen die niet nader in de Wabo zijn omschreven en die betrekking hebben op activiteiten waarvoor het toetsingskader in een ander wettelijk voorschrift is uitgewerkt, hebben dezelfde betekenis als in dat wettelijk voorschrift bedoeld 
Hoofdstuk 2 Vooroverleg/beoordeling conceptaanvraag 
2.2Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag: 
2.2.1om vooroverleg in verband met het verkrijgen van een indicatie of een voorgenomen project in het kader van de Wabo vergunbaar is kosteloos
2.2.2tot het beoordelen van een conceptaanvraag om een omgevingsvergunning  € 116,95
2.2.2Indien de conceptaanvraag wordt omgezet in een aanvraag voor een omgevingsvergunning wordt het bedrag onder art. 2.2.2. verrekend met de definitieve aanslag leges. 
Hoofdstuk 3 Omgevingsvergunning 
2.3Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag om een omgevingsvergunning voor een project: de som van de verschuldigde leges voor de verschillende activiteiten of handelingen waaruit het project geheel of gedeeltelijk bestaat en waarop de aanvraag betrekking heeft en de verschuldigde leges voor de extra toetsen die in verband met de aanvraag moeten worden uitgevoerd, berekend naar de tarieven en overeenkomstig het bepaalde in dit hoofdstuk en hoofdstuk 4 van deze titel. In afwijking van de vorige volzin kan ook per activiteit, handeling of andere grondslag een legesbedrag worden gevorderd. 
2.3.1Bouwactiviteiten 
2.3.1.1Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een bouwactiviteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder a, van de Wabo, bedraagt het tarief: 
2.3.1.1.1indien de bouwkosten niet meer dan € 15.000 bedragen: € 209,85
2.3.1.1.2indien de bouwkosten meer dan € 15.000 tot € 500.000 bedragen:2,82%
 van de bouwkosten 
2.3.1.1.3indien de bouwkosten € 500.000 tot € 1.000.000 bedragen:2,72%
 van de bouwkosten; 
2.3.1.1.4indien de bouwkosten € 1.000.000 tot € 5.000.000 bedragen:2,52%
 van de bouwkosten; 
2.3.1.1.5indien de bouwkosten € 5.000.000 of meer bedragen:2,42%
 van de bouwkosten; 
2.3.1.2Welstandstoets 
 Het verschuldigde bedrag op grond van onderdeel 2.3.1 wordt, in verband met een toetsing aan welstandscriteria, indien: 
2.3.1.2.1de bouwkosten lager zijn dan € 25.000, verhoogd met € 45,00
2.3.1.2.3de bouwkosten vanaf € 25.000, verhoogd met 0,18%
 van de bouwkosten met een maximum van  € 2.250,00
 De berekende leges worden op € 5,00 naar boven afgerond  
2.3.1.3Welstandstoets monumenten 
2.3.1.3.1Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een bouwactiviteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder a, van de Wabo en toetsing aan de Erfgoedverordening van de gemeente Krimpenerwaard en/of de welstandscriteria als bedoeld in artikel 12a van de Woningwet plaats moet vinden wordt: 
2.3.1.3.2Indien hierover het advies van de monumentencommissie moet worden ingewonnen, het overeenkomstig in onderdeel 2.3.1.1.1 t/m 2.3.1.1.3 berekende bedrag vermeerderd met een adviestarief per uur van : € 96,00
2.3.1.3.3Wanneer er een locatiebezoek nodig is wordt het bedrag in onderdeel 2.3.1.3.1 verhoogd met een tarief per uur van: € 96,00
2.3.1.3.4Voor het uitvoeren van extra werkzaamheden (kwaliteitsteam, locatiebezoek etc.) wordt een adviestarief per uur berekend van: € 96,00
2.3.1.3.5De kosten voor handhaving/exces bedragen (excl. lokatiebezoek) € 100,00
2.3.1.3.6Het verstrekken van aanvullende positieve motivering wordt berekend op basis van een uurtarief van: € 96,00
2.3.1.4Verplicht advies derden Agrarische Beoordelingscommissie (ABC) 
2.3.1.4.1Onverminderd het bepaalde in onderdeel 2.3.1.1 bedraagt het tarief, indien krachtens wettelijk voorschrift voor de in dat onderdeel bedoelde aanvraag een advies van de Agrarische Beoordelingscommissie (ABC) nodig is en wordt beoordeeld: € 760,00
2.3.1.4.2Wanneer er in onderdeel 2.3.1.1. sprake is van een startend en geheel nieuw te vestigen bedrijf (niet verplaatsing) en er voor deze aanvraag een advies van de agrarische commissie nodig is inzake nieuwe vestiging en/of beoordeling van een bedrijfsplan bedraagt het tarief: € 900,00
2.3.1.4.3Wanneer de commissie wordt verzocht ook uitspraken van een commissie voor bezwaar en beroep en/of gerechtelijke uitspraken te betrekken bij het advies bedraagt het tarief: € 950,00
2.3.1.4.4Indien nader advies op eerder uitgebracht advies moet plaatsvinden bedraagt het tarief:  € 450,00
2.3.1.5Verplicht advies derden 
2.3.1.5.1Onverminderd het bepaalde in onderdeel 2.3.1.1 bedraagt het tarief, indien krachtens wettelijk voorschrift voor de in dat onderdeel bedoelde aanvraag een advies van derden nodig is en wordt beoordeeld, zullen de werkelijk gemaakte kosten in rekening worden gebracht. 
2.3.1.6Achteraf ingediende aanvraag 
2.3.1.6.1Onverminderd het bepaalde in onderdeel 2.3.1.1. bedraagt het tarief van de verschuldigde leges berekend onder art. 2.3.1 Bouwactiviteiten indien de in dat onderdeel bedoelde aanvraag wordt ingediend na aanvang of gereedkomen van de bouwactiviteit. 10%
2.3.1.7Beoordeling aanvullende gegevens 
 Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van aanvullende gegevens die worden ingediend nadat de in onderdeel 2.3.1 bedoelde aanvraag al in behandeling is genomen.  € 117,05
2.3.1.8Milieu 
 Voor het in behandeling nemen van een melding op grond van art. 8.19 of 8.40 Wet Milieubeheer dan wel een omgevingsvergunning volgens artikel 2.1 lid 1 onder e en art. 3.10 lid 3 van de Wabo, bedraagt het tarief: kosteloos
2.3.2Aanlegactiviteiten 
2.3.2.1Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een aanlegactiviteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder b, van de Wabo, bedraagt het tarief: € 117,05
2.3.2.2Indien de aanvraag bedoeld in onderdeel 2.3.2.1 wordt ingediend na aanvang of gereedkomen van de aanlegactiviteit dan bedraagt het tarief:  € 128,75
2.3.3Planologisch strijdig gebruik waarbij tevens sprake is van een bouwactiviteit 
 Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een activiteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder c, van de Wabo en tevens sprake is van een bouwactiviteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder a, van de Wabo, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in onderdeel 2.3.1:  
2.3.3.1indien artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder 1°, van de Wabo wordt toegepast (binnenplanse afwijking): € 312,25
2.3.3.2indien artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder 2°, van de Wabo wordt toegepast (buitenplanse kleine afwijking of tijdelijke afwijking): € 312,30
2.3.3.3indien artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder 3°, van de Wabo wordt toegepast (buitenplanse afwijking):  € 780,70
2.3.3.4indien artikel 2.12, eerste lid, onder b, van de Wabo wordt toegepast (afwijking van exploitatieplan): € 780,70
2.3.3.5indien de aanvraag een project van provinciaal belang betreft, de activiteit in strijd is met de regels die zijn gesteld krachtens artikel 4.1, derde lid, van de Wet ruimtelijke ordening en artikel 2.12, eerste lid, onder c, van de Wabo wordt toegepast (afwijking van provinciale regelgeving):  € 780,70
2.3.3.6indien de aanvraag een project van nationaal belang betreft, de activiteit in strijd is met de regels die zijn gesteld krachtens artikel 4.3, derde lid, van de Wabo wordt toegepast (afwijking van nationale regelgeving): € 780,70
2.3.3.7indien artikel 2.12, eerste lid, onder d, van de Wabo wordt toegepast (afwijking van voorbereidingsbesluit): € 780,70
2.3.4Planologisch strijdig gebruik waarbij geen sprake is van een bouwactiviteit 
 Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een activiteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder c, van de Wabo en niet tevens sprake is van een bouwactiviteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder a, van de Wabo, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in onderdeel 2.3.1 
2.3.4.1indien artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder 1º, van de Wabo wordt toegepast (binnenplanse afwijking): € 312,30
2.3.4.2indien artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder 2º, van de Wabo wordt toegepast (buitenplanse kleine afwijking of tijdelijke afwijking): € 312,30
2.3.4.3indien artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder 3º, van de Wabo wordt toegepast (buitenplanse afwijking): € 780,70
2.3.4.5indien artikel 2.12, eerste lid, onder b, van de Wabo wordt toegepast (afwijking van exploitatieplan): € 780,70
2.3.4.6indien de aanvraag een project van provinciaal belang betreft, de activiteit in strijd is met de regels die zijn gesteld krachtens artikel 4.1, derde lid, van de Wet ruimtelijke ordening en artikel 2.12, eerste lid, onder c, van de Wabo wordt toegepast (afwijking van provinciale regelgeving): € 780,70
2.3.4.7indien de aanvraag een project van nationaal belang betreft, de activiteit in strijd is met de regels die zijn gesteld krachtens artikel 4.3, derde lid, van de Wabo wordt toegepast (afwijking van nationale regelgeving):  € 780,70
2.3.4.8indien artikel 2.12, eerste lid, onder d, van de Wabo wordt toegepast (afwijking van voorbereidingsbesluit): € 780,70
2.3.5In gebruik nemen of gebruiken bouwwerken in relatie tot brandveiligheid 
 Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een activiteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder d, van de Wabo, bedraagt het tarief: € 284,80
2.3.6Activiteiten met betrekking tot monumenten of beschermde stads- of dorpsgezichten 
2.3.6.1Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een activiteit met betrekking tot een beschermd monument als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder f van de Wabo, of op een activiteit als bedoeld in artikel 2.2, eerste lid, onder b, van de Wabo met betrekking tot een krachtens provinciale verordening of de Erfgoedverordening gemeente Krimpenerwaard aangewezen monument, bedoeld in artikel 2.2, eerste lid, onder b van de Wabo, waarvoor op grond van die provinciale verordening of van die gemeentelijke verordeningen een vergunning of ontheffing is vereist, bedraagt het tarief: 
2.3.6.1.1voor het verstoren, verplaatsen of in enig opzicht wijzigen van een monument: € 151,35
2.3.6.1.2voor het herstellen, gebruiken of laten gebruiken van een monument op een wijze waardoor het wordt ontsierd of in gevaar gebracht: € 151,35
2.3.6.2Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op het slopen van een bouwwerk in een beschermd stads- en dorpsgezicht, bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder h, van de Wabo, op het slopen van een bouwwerk in een krachtens provinciale verordening of de Erfgoedverordening gemeente Krimpenerwaard aangewezen stads- of dorpsgezicht, bedoeld in artikel 2.2, eerste lid, onder c, van de Wabo, waarvoor op grond van die provinciale verordening of van die gemeentelijke verordeningen een vergunning of ontheffing is vereist, bedraagt het tarief: € 151,35
2.3.7Sloopactiviteiten anders dan bij monumenten of in beschermd stads-of dorpsgezicht 
2.3.7.1Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op het slopen van een bouwwerk bedraagt het tarief: 
2.3.7.1.1in gevallen waarin dat in een bestemmingsplan, beheersverordening of voorbereidingsbesluit is bepaald, bedoeld in artikel 2.1, eerste lid onder g, van de Wabo, of waarvoor op grond van een provinciale verordening een vergunning of ontheffing is vereist, bedoeld in artikel 2.2, eerste lid, aanhef en onder a, van de Wabo: € 151,35
2.3.7.1.2in gevallen waarvoor op grond van artikel 8.1.1 van de Bouwverordening een vergunning of ontheffing is vereist, bedoeld in artikel 2.2, eerste lid, aanhef en onder a, van de Wabo, € 151,35
-Uitweg/inrit (vervallen) 
 Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op het maken, hebben, veranderen of veranderen van het gebruik van een uitweg waarvoor op grond van de Algemene plaatselijke verordening een vergunning of ontheffing is vereist, als bedoeld in artikel 2.2, eerste lid, onder d, van de Wabo, bedraagt het tarief: 
2.3.8Aanleggen of veranderen weg 
 Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op het aanleggen van een weg of verandering brengen in de wijze van aanleg van een weg waarvoor op grond van een bepaling in een provinciale verordening of de Algemene plaatselijke verordening van de gemeente Krimpenerwaard een vergunning of ontheffing is vereist, als bedoeld in artikel 2.2, aanhef en eerste lid, onder d, van de Wabo, bedraagt het tarief: € 75,65
2.3.9Kappen 
 Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op het vellen of doen vellen van houtopstand, waarvoor op grond van de Algemene plaatselijke verordening een vergunning of ontheffing is vereist, als bedoeld in artikel 2.2, eerste lid, onder g, van de Wabo, bedraagt het tarief: € 75,65
2.3.10Opslag van roerende zaken 
 Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op de opslag van roerende zaken in een bepaald gedeelte van de gemeente, waarvoor op grond van de Algemene plaatselijke verordening een vergunning of ontheffing is vereist, bedraagt het tarief: 
2.3.10.1indien de activiteit bestaat uit het daar opslaan van roerende zaken, bedoeld in artikel 2.2, eerste lid, onder j, van de Wabo € 75,65
2.3.11Projecten of handelingen in het kader van de Natuurbeschermingswet 1998 
2.3.11.1Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op handelingen in een beschermd natuurgebied die schadelijk kunnen zijn voor het natuurschoon, de natuurwetenschappelijke betekenis of voor de dieren of planten, als bedoeld in artikel 16, eerste lid, van de Natuurbeschermingswet 1998 bedraagt het tarief: kosteloos
2.3.11.2Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op het realiseren van projecten of andere handelingen met gevolgen voor habitats en soorten in een door de minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit aangewezen gebied als bedoeld in artikel 19d, eerste lid, van de Natuurbeschermingswet 1998 (Natura 2000-gebied) bedraagt het tarief: € 117,05
2.3.12Handelingen in het kader van de Flora- en Faunawet 
 Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een handeling waarvoor op grond van artikel 75, derde lid, van de Flora-en Faunawet ontheffing nodig is, bedraagt het tarief: € 100,90
2.3.13Andere activiteiten 
 Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op het verrichten van een andere activiteit of handeling dan de voorgaande onderdelen van dit hoofdstuk bedoeld en die activiteit of handeling: 
2.3.13.1behoort tot een bij algemene maatregel van bestuur aangewezen categorie activiteiten die van invloed kunnen zijn op de fysieke leefomgeving, als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder i, van de Wabo, bedraagt het tarief: € 100,90
2.3.13.2behoort tot een bij provinciale verordening, gemeentelijke verordening of waterschapsverordening aangewezen categorie activiteiten die van invloed kunnen zijn op de fysieke leefomgeving, als bedoeld in artikel 2.2, tweede lid, van de Wabo, bedraagt het tarief: € 100,90
2.3.13.2.1als het een gemeentelijke verordening betreft: het bedrag dat op grond van deze tarieventabel voor de betreffende vergunning of ontheffing verschuldigd is als de activiteit zou worden uitgevoerd zonder omgevingsvergunning. Als de activiteit in geen enkel geval kan worden uitgevoerd zonder omgevingsvergunning bedraagt het tarief: € 100,90
2.3.13.2.2als het een provinciale of waterschapsverordening betreft: het bedrag van de voorafgaand aan het in behandeling nemen van de aanvraag om een omgevingsvergunning aan de aanvrager meegedeelde kosten, blijkend uit een begroting die door het college van burgemeester en wethouders is opgesteld. Indien een begroting als bedoeld in de eerste volzin is uitgebracht, wordt een aanvraag in behandeling genomen op de vijfde werkdag tenzij de aanvraag voor deze vijfde werkdag schriftelijk is ingetrokken.  
2.3.14Omgevingsvergunning in twee fasen 
 Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning op verzoek in twee fasen plaatsvindt, als bedoeld in artikel 2.5, eerste lid, van de Wabo, bedraagt het tarief: 
2.3.14.1voor het in behandeling nemen van de aanvraag voor een beschikking met betrekking tot de eerste fase: het bedrag dat voortvloeit uit toepassing van de tarieven in dit hoofdstuk voor de activiteiten waarop de aanvraag voor de eerste fase betrekking heeft;1,4%
 van de bouwkosten, met een minimumtarief van:  € 117,05
2.3.14.2voor het in behandeling nemen van de aanvraag voor een beschikking met betrekking tot de tweede fase: het bedrag dat voortvloeit uit toepassing van de tarieven in dit hoofdstuk voor de activiteiten waarop de aanvraag voor de tweede fase betrekking heeft;1,4%
 van de bouwkosten, met een minimumtarief van:  € 117,05
2.3.15Beoordeling bodemrapport 
 Advisering naar aanleiding van uit te voeren of uitgevoerd milieuhygiënisch  
 bodemonderzoek 
2.3.15.1Bodemonderzoeken die onder dit onderwerp worden beoordeeld zijn: 
 * historische onderzoeken (ook wel vooronderzoeken genoemd) 
 * verkennende en oriënterende bodemonderzoeken 
 * aanvullende en nadere onderzoeken 
 * saneringsonderzoeken, saneringsplannen en evaluatierapporten 
 * nazorg en monitoringsonderzoeken 
 Onverminderd het bepaalde in de voorgaande onderdelen van dit hoofdstuk bedraagt het tarief, indien krachtens wettelijk voorschrift voor de in dat onderdeel bedoelde aanvraag een bodemrapport wordt beoordeeld, voor advisering per afzonderlijk rapport € 424,75
2.3.15.2Advisering naar aanleiding van uit te voeren of uitgevoerd archeologisch bodemrapport  
 Onverminderd het bepaalde in de voorgaande onderdelen van dit hoofdstuk bedraagt het tarief voor de beoordeling van de volgende onderdelen van het Archeologische onderzoek: 
 * archeologische paragraaf bij het verlenen van een omgevingsvergunning voor de activiteit sloop, bouw en/of aanleg € 339,84
 * archeologische quickscan € 169,92
 * archeologisch bureauonderzoek € 339,84
 * herbeoordeling rapport € 169,92
 * definitief onderzoek  € 592,83
2.3.15.3Advisering Wet geluidhinder/Wet ruimtelijke ordening geluid (kleine locatie) 
 Onverminderd het bepaalde in de voorgaande onderdelen van dit hoofdstuk bedraagt het tarief, indien krachtens wettelijk voorschrift voor de in dat onderdeel bedoelde aanvraag: 
 *een akoestisch onderzoek van derden wordt beoordeeld 
 *een bouwkundig akoestisch onderzoek van derden wordt beoordeeld 
 *een hogere waarde procedure wordt gevolgd 
2.3.16Advies 
2.3.16.1Onverminderd het bepaalde in de voorgaande onderdelen van dit hoofdstuk bedraagt het tarief, indien een daartoe bij algemene maatregel van bestuur, provinciale of gemeentelijke verordening aangewezen bestuursorgaan of andere instantie advies moet uitbrengen over de aanvraag of het ontwerp van de beschikking op de aanvraag om een omgevingsvergunning, als bedoeld in artikel 2.26, derde lid, van de Wabo: het bedrag van de voorafgaand aan het in behandeling nemen van de aanvraag om een omgevingsbesluit aan de aanvrager meegedeelde kosten, blijkend uit een begroting die door het college van burgemeester en wethouders is opgesteld. 
2.3.16.2Indien een begroting als bedoeld in 2.3.16.1 is uitgebracht, wordt een aanvraag in behandeling genomen op de vijfde werkdag na de dag waarop de begroting aan de aanvrager ter kennis is gebracht, tenzij de aanvraag voor deze vijfde werkdag schriftelijk is ingetrokken. 
2.3.17Verklaring van geen bedenkingen 
2.3.17.1Onverminderd het bepaalde in de voorgaande onderdelen van dit hoofdstuk bedraagt het tarief, indien een daartoe bij wet of algemene maatregel van bestuur aangewezen bestuursorgaan een verklaring van geen bedenkingen moet afgeven voordat de omgevingsvergunning kan worden verleend, als bedoeld in artikel 2.27, eerste lid, van de Wabo: 
2.3.17.1.1indien de gemeenteraad een verklaring van geen bedenkingen moet afgeven: € 117,05
2.3.17.1.2indien een ander bestuursorgaan een verklaring van geen bedenkingen moet afgeven: 
 het bedrag van de voorafgaand aan het in behandeling nemen van de aanvraag om een omgevingsvergunning aan de aanvrager meegedeelde kosten, blijkend uit een begroting die door het college van burgemeester en wethouders in opgesteld.  
2.3.17.2Indien een begroting als bedoeld in 2.3.17.1.2 is uitgebracht, wordt een aanvraag in behandeling genomen op de vijfde werkdag na de dag waarop de begroting aan de aanvrager ter kennis is gebracht, tenzij de aanvraag voor deze vijfde werkdag schriftelijk is ingetrokken.  
Hoofdstuk 4 Vermindering 
2.4.1Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning is voorafgegaan door een aanvraag voor beoordeling van een conceptaanvraag als bedoeld in hoofdstuk 2.2.2, waarop de eerstgenoemde aanvraag betrekking heeft, worden de ter zake van de beoordeling van de conceptaanvraag geheven leges in mindering gebracht op de leges voor het in behandeling nemen van de aanvraag om de omgevingsvergunning bedoeld in hoofdstuk 3.  
2.4.2Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op meer dan vijf activiteiten, bestaat aanspraak op vermindering van leges, met uitzondering van het legesdeel in verband met adviezen of verklaringen van geen bedenkingen als bedoeld in de onderdelen 2.3.16 en 2.3.17. 
 De vermindering bedraagt: 
2.4.2.1bij 5 tot 10 activiteiten:2%
 van de voor die activiteiten verschuldigde leges; 
2.4.2.2bij 10 tot 15 activiteiten:3%
 van de voor die activiteiten verschuldigde leges; 
2.4.2.3bij 15 of meer activiteiten:5%
 van de voor die activiteiten verschuldigde leges; 
Hoofdstuk 5 Teruggaaf 
2.5.1Teruggaaf als gevolg van intrekking aanvraag omgevingsvergunning voor bouw-, aanleg- of sloopactiviteiten 
 Als een aanvrager zijn aanvraag om een omgevingsvergunning voor een project dat geheel of gedeeltelijk bestaat uit bouw-, aanleg- of sloopactiviteiten, als bedoeld in de onderdelen 2.3.1, 2.3.2, 2.3.6 en 2.3.7, intrekt terwijl deze reeds in behandeling is genomen door de gemeente, bestaat aanspraak op teruggaaf van een deel van de leges.  
2.5.1.1De teruggaaf bedraagt:50%
 van de op grond van die onderdelen voor de betreffende activiteit verschuldigde leges. 
2.5.2Teruggaaf als gevolg van intrekking verleende omgevingsvergunning voor bouw-, aanleg- of sloopactiviteiten 
 Als de gemeente een verleende omgevingsvergunning voor een project dat geheel of gedeeltelijk bestaat uit bouw-, aanleg- of sloopactiviteiten als bedoeld in de onderdelen 2.3.1, 2.3.2, 2.3.6 en 2.3.7, intrekt op aanvraag van de vergunninghouder, bestaat aanspraak op teruggaaf van een deel van de basisleges, mits deze aanvraag is ingediend binnen twee jaar na verlening van de vergunning en van de vergunning geen gebruik is gemaakt. 
 De teruggaaf bedraagt:25%
 van de op grond van die onderdelen voor de betreffende activiteit verschuldigde leges. 
2.5.3Teruggaaf als gevolg van het weigeren van een omgevingsvergunning voor bouw-, aanleg- of sloopactiviteiten 
2.5.3.1Als de gemeente een omgevingsvergunning voor een project dat geheel of gedeeltelijk bestaat uit bouw-, aanleg- of sloopactiviteiten als bedoeld in onderdelen 2.3.1, 2.3.2, 2.3.6 of of 2.3.7 weigert, bestaat aanspraak op teruggaaf van een deel van de basisleges.  
 Het teruggaaf bedraagt: 50%
 van de op grond van die onderdelen voor de betreffende activiteit verschuldigde leges 
2.5.3.2Onder een weigering bedoeld in onderdeel 2.5.3.1 wordt mede verstaan een vernietiging van de beschikking waarbij de vergunning is verleend bij rechterlijke uitspraak 
2.5.4Minimumbedrag voor teruggaaf 
 Bij teruggaaf van leges onder 2.5.1, 2.5.2 en 2.5.3 zal een bedrag minder dan niet worden teruggegeven. € 117,05
2.5.5Geen teruggaaf legesdeel advies of verklaring van geen bedenkingen 
 Van de leges verschuldigd op grond van de onderdelen 2.3.1.2, 2.3.1.3, 2.3.1.4, 2.3.15, 2.3.16, 2.3.17 wordt geen teruggaaf verleend. 
Hoofdstuk 6 Buiten behandeling stellen (niet-ontvankelijke) aanvraag 
 Indien de gevraagde vergunning als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder a van de Wabo, nadat de aanvrager in de gelegenheid is gesteld de aanvraag aan te vullen, wegens onvolledigheid conform artikel 4:5 van de Algemene wet bestuursrecht buiten behandeling wordt gesteld, bedraagt het tarief € 117,05
Hoofdstuk 7 Intrekking omgevingsvergunning 
 Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot gehele of gedeeltelijke intrekking van een omgevingsvergunning als bedoeld in artikel 2.33, tweede lid, onder b, van de Wabo, tenzij onderdeel 2.5.2 van toepassing is kosteloos
Hoofdstuk 8 Wijziging omgevingsvergunning als gevolg van wijziging project 
 Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot wijziging van een omgevingsvergunning als gevolg van een, naar de omstandigheden beoordeeld, geringe wijziging in het project: € 100,90
Hoofdstuk 9 Bestemmingswijzigingen zonder activiteiten 
2.9.1Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het vaststellen van een bestemmingsplan als bedoeld in artikel 3.1, eerste lid, van de Wet ruimtelijke ordening € 1.009,00
2.9.2Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het wijzigen van een bestemmingsplan als bedoeld in artikel 3.6, eerste lid, onder a, van de Wet ruimtelijke ordening € 1.009,00
Hoofdstuk 10 Sloopmelding 
2.10Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een sloopmelding: kosteloos
Hoofdstuk 11 In deze titel niet benoemde beschikking 
2.11Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag om een andere in deze titel niet benoemde beschikking  € 117,05
   
Titel 3 Dienstverlening vallend onder Europese dienstenrichtlijn 
   
Hoofdstuk 1 Horeca 
3.1Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van: 
3.1.1een aanvraag tot het verlenen van een vergunning op grond van artikel 3 van de Drank- en Horecawet € 152,55
3.1.2een melding als bedoeld in artikel 30 van de Drank- en Horecawet € 53,35
3.1.3een aanvraag tot het verlenen van een ontheffing als bedoeld in artikel 35 van de Drank- en Horecawet € 28,85
3.1.4een aanvraag tot het verkrijgen van een exploitatievergunning voor een inrichting (horecabedrijf) als bedoeld in artikel 2.28 van de Algemene plaatselijke verordening  € 79,30
Hoofdstuk 2 Organiseren evenementen of markten 
3.2.1Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verlenen van een vergunning voor het organiseren van een evenement als bedoeld in artikel 2.25, eerste lid, van de Algemene plaatselijke verordening (evenementenvergunning), indien het betreft: 
3.2.1.1een grootschalig evenement of een evenement met verhoogd risicoprofiel € 90,85
3.2.1.2een herdenkingsplechtigheid € 39,85
3.2.1.3een braderie € 44,00
3.2.1.4een optocht, niet zijnde een betoging, op de weg € 63,70
3.2.1.5een feest, muziekvoorstelling of wedstrijd op of aan de weg € 36,15
3.2.1.6een klein evenement dat niet voldoet aan de eisen bedoeld in artikel 2:25, tweede lid, van de Algemene plaatselijke verordening € 21,55
3.2.2Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verlenen van een vergunning voor het organiseren van een snuffelmarkt als bedoeld in artikel 5:23 van de Algemene plaatselijke verordening € 24,50
3.2.3het verkrijgen van een ontheffing als bedoeld in artikel 5.34 van de APV (verbod vuur te stoken) € 103,75
Hoofdstuk 3 Seksbedrijven 
3.3Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag: 
3.3.1tot het verlenen van een exploitatievergunning of wijziging van een exploitatievergunning als bedoeld in artikel 3.4, eerste lid, van de Algemene plaatselijke verordening, anders dan een wijziging bedoeld in onderdeel 3.3.2: 
3.3.1.1voor een seksinrichting € 943,20
3.3.1.2voor een escortbedrijf € 606,50
3.3.2tot het wijzigen van een exploitatievergunning in verband met uitsluitend een wijziging van het beheer in een seksinrichting of escortbedrijf, als bedoeld in artikel 3.15, tweede lid van de Algemene plaatselijke verordening: 
3.3.2.1voor een seksinrichting € 1.076,90
3.3.2.2voor een escortbedrijf € 270,35
Hoofdstuk 4 Huisvestingswet 2014 
3.4Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag: 
3.4.1tot het verlenen van een vergunning voor het onttrekken van woonruimte aan de bestemming tot bewoning als bedoeld in artikel 21, aanhef en onder a, van de Huisvestingswet 2014 € 69,00
3.4.2tot het verlenen van een vergunning voor het samenvoegen van woonruimte met andere woonruimte als bedoeld in artikel 21, aanhef en onder b, van de Huisvestingswet 2014 € 69,00
3.4.3tot het verlenen van een vergunning voor het omzetten van zelfstandige woonruimte in onzelfstandige woonruimte als bedoeld in artikel 21, aanhef en onder c, van de Huisvestingswet 2014 € 69,00
3.4.4tot het verlenen van een vergunning voor het verbouwen van woonruimte tot twee of meer woonruimten als bedoeld in artikel 21, aanhef en onder d, van de Huisvestingswet 2014 € 69,00
3.4.5tot het verlenen van een splitsingsvergunning als bedoeld in artikel 22 van de Huisvestingswet 2014 € 74,50
Hoofdstuk 5 Leefmilieuverordening   n.v.t.
Hoofdstuk 6 Brandbeveiligingsverordening 
3.6Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verlenen van: 
3.6.1een vergunning met betrekking tot het brandveilig gebruik van een inrichting, als bedoeld in artikel 2, eerste lid, van de Brandbeveiligingsverordening, € 254,95
3.6.2met dien verstande dat dit bedrag wordt verhoogd voor een inrichting met een gebruiksoppervlakte van meer dan 1000 m² met € 0,15 per m² met een maximum van € 762,10
3.6.3Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verkrijgen van een vergunning met betrekking tot het brandveilig gebruik van een inrichting, als bedoeld in artikel 2, eerste lid, van de Brandbeveiligingsverordening welke niet op tijd is ingediend (uiterlijk 14 dagen voor het gebruik van de inrichting) wordt het volgende bedrag in rekening gebracht: € 278,35
3.6.4met dien verstande dat dit bedrag wordt verhoogd voor een inrichting met een gebruiksoppervlakte van meer dan 1000 m² met € 0,15 per m² met een maximum van € 800,20
Hoofdstuk 7 Straatartiest / venten / standplaatsen 
3.7Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verkrijgen van een:  
3.7.1ontheffing als bedoeld in artikel 2.9 van de Algemene plaatselijke verordening en artikel 5.15 van de Algemene plaatselijke verordening (Venten) 
3.7.1.1voor een dag  € 5,80
3.7.1.2voor een week € 15,30
3.7.1.3voor een jaar € 30,40
3.7.2vergunning voor het innemen van een standplaats, op grond van artikel 5:18 van de Algemene Plaatselijke Verordening (anders dan de weekmarkt) 
3.7.2.1voor een dag  € 17,40
3.7.2.2voor een week € 45,85
3.7.2.3voor een vaste dag per week gedurende een kalenderjaar € 390,65
Hoofdstuk 8 In deze titel niet benoemde vergunning, ontheffing of andere beschikking 
3.8Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verlenen van een andere, in deze titel niet benoemde vergunning of ontheffing of tot het nemen van een andere beschikking € 85,25