Organisatie | Dienst Gezondheid & Jeugd Zuid-Holland Zuid |
---|---|
Organisatietype | Regionaal samenwerkingsorgaan |
Officiële naam regeling | Verordening regelende de instelling, samenstelling, taken en bevoegdheden van een Auditcommissie |
Citeertitel | Verordening op de Auditcommissie Dienst Gezondheid & Jeugd |
Vastgesteld door | algemeen bestuur |
Onderwerp | bestuur en recht |
Eigen onderwerp |
geen
Gemeenschappelijke Regeling Dienst Gezondheid & Jeugd Zuid-Holland Zuid, art. 28
Geen
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
01-01-2016 | Nieuwe regeling | 10-12-2015 Persgroep Nederland Huis-aan-huisbladen, 29-12-2015 | AB151210.5a.5 |
Het Algemeen Bestuur van de gemeenschappelijke regeling Dienst Gezondheid & Jeugd Zuid-Holland Zuid;
Gezien het voorstel van het Dagelijks Bestuur;
Gelet op artikel 28 van de Gemeenschappelijke Regeling Dienst Gezondheid & Jeugd Zuid-Holland Zuid
vast te stellen de verordening regelende de instelling, samenstelling, taken en bevoegdheden van een Auditcommissie
Artikel 1 Instelling en begripsbepaling
Artikel 3 Taken en bevoegdheden
Per zittingsperiode benoemt de commissie onderwerpen, die worden opgenomen in het werkprogramma van de commissie. Op basis van het werkprogramma wordt jaarlijks het jaarprogramma gemaakt met speerpunten. Met het Algemeen Bestuur wordt overleg gevoerd over de onderwerpen en speerpunten van het werkprogramma en jaarprogramma en de daarbij bepaalde prioriteiten.
Bij het staken van de stemmen wordt de besluitvorming over het onderwerp uitgesteld tot de eerstvolgende vergadering waarin meer dan de helft van het aantal zitting hebbende leden aanwezig is. Staken de stemmen ook in die vergadering dan wordt er een verdeeld advies uitgebracht, waarin beide standpunten zijn terug te vinden.
Artikel 10 Openbaarheid en geheimhouding
De commissie vergadert in het openbaar; in bepaalde gevallen kan geheimhouding worden opgelegd. De artikelen 23, 82 en 86 van de Gemeentewet zijn op de commissie van overeenkomstige toepassing, met dien verstande dat voor de raad wordt gelezen de commissie. Stukken waarvoor geheimhouding is opgelegd, liggen voor leden van het Algemeen Bestuur met inachtneming van die geheimhouding, ter inzage bij de secretaris.