Ziet u een fout in deze regeling? Meld het ons op regelgeving@overheid.nl!
Wormerland

Verordening op de heffing en de invordering van toeristenbelasting 2017

Wetstechnische informatie

Gegevens van de regeling
OrganisatieWormerland
OrganisatietypeGemeente
Officiële naam regelingVerordening op de heffing en de invordering van toeristenbelasting 2017
CiteertitelVerordening toeristenbelasting 2017
Vastgesteld doorgemeenteraad
Onderwerpfinanciën en economie
Eigen onderwerpTarievennota 2017

Opmerkingen met betrekking tot de regeling

Datum ingang heffing is 1 januari 2017

Wettelijke grondslag(en) of bevoegdheid waarop de regeling is gebaseerd

Gemeentewet, art. 224

Regelgeving die op deze regeling is gebaseerd (gedelegeerde regelgeving)

Geen

Overzicht van in de tekst verwerkte wijzigingen

Datum inwerkingtreding

Terugwerkende kracht tot en met

Datum uitwerkingtreding

Betreft

Datum ondertekening

Bron bekendmaking

Kenmerk voorstel

28-12-201601-01-2018nieuwe regeling

20-12-2016

Gemeenteblad 2016, 184428

*

Tekst van de regeling

Intitulé

Verordening op de heffing en de invordering van toeristenbelasting 2017

De raad van de gemeente Wormerland;

gelezen het voorstel van het college van burgemeester en wethouders van 29 november 2016,

Gelet op artikel 224 van de Gemeentewet;

Besluit:

vast te stellen de volgende verordening:

verordening op de heffing en de invordering van toeristenbelasting 2017

(Verordening toeristenbelasting 2017)

Artikel 1 Begripsomschrijving

Toeristenbelasting wordt geheven bij overnachtingen in hotels, pensions, appartementen, recreatiewoningen, vakantieonderkomens, mobiele kampeeronderkomens, ligplaatsen voor boten en niet-beroepsmatig verhuurde ruimten op het land of op het water. Voor de toepassing van deze verordening wordt verder verstaan onder:

  • a.

    kampeermiddel: tent, tentwagen, kampeerauto, caravan dan wel enig ander onderkomen of ander voertuig of gewezen voertuig of een gedeelte daarvan, voor zover geen bouwwerk zijnde waarvoor een omgevingsvergunning voor een bouwactiviteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onderdeel a, Wet algemene bepalingen omgevingsrecht is vereist; een en ander voor zover deze onderkomens of voertuigen geheel of ten dele blijvend zijn bestemd of opgericht dan wel worden of kunnen worden gebruikt voor recreatief nachtverblijf.

  • b.

    kampeerterrein: terrein of plaats, geheel of gedeeltelijk ingericht, en volgens die inrichting bestemd, om daarop gelegenheid te geven tot het plaatsen of geplaatst houden van kampeermiddelen merendeels / hoofdzakelijk ten behoeve van recreatief nachtverblijf].

  • c.

    vaste standplaats: een terrein of terreingedeelte dat deel uitmaakt van een kampeerterrein en dat ter beschikking wordt gesteld voor de plaatsing van eenzelfde kampeermiddel gedurende een seizoen of een jaar.

  • d.

    volgtijdige standplaats: een terrein of terreingedeelte dat deel uitmaakt van een kampeerterrein en dat ter beschikking wordt gesteld voor de volgtijdige plaatsing van verschillende kampeermiddelen.

  • e.

    woning: een huis, een naar aard en inrichting vergelijkbare ander onderkomen of een deel van een huis of een vergelijkbaar onderkomen.

  • f.

    particulier: een natuurlijk persoon die buiten de uitoefening van een bedrijf of beroep gelegenheid biedt tot verblijf.

  • g.

    particulier verhuurde woning: een woning die door een particulier ter beschikking wordt gesteld voor het houden van verblijf met overnachting tegen een vergoeding in welke vorm dan ook.

Artikel 2 Belastbaar feit

Onder de naam “toeristenbelasting” wordt een directe belasting geheven voor het houden van een verblijf met overnachting binnen de gemeente tegen een vergoeding in welke vorm dan ook door personen die niet als ingezetene met een adres in de gemeente in de basisregistratie personen zijn ingeschreven.

Artikel 3 Belastingplicht
  • 1.

    Belastingplichtige is degene die gelegenheid biedt tot verblijf als bedoeld in artikel 2 in de hem ter

    beschikking staande ruimten dan wel op de hem ter beschikking staande terreinen.

  • 2.

    De belastingplichtige is bevoegd de belasting als zodanig te verhalen op degene die verblijf houdt

    als bedoeld in artikel 2.

  • 3.

    Als er geen persoon is aan te wijzen die gelegenheid biedt tot verblijf, is degenen

    belastingplichtige die verblijf houdt als bedoeld in artikel 2.

Artikel 4 Vrijstellingen

De belasting wordt niet geheven ter zake van het verblijf:

  • 1.

    van degene die verblijft in een toegelaten instelling als bedoeld in artikel 5, eerste lid, van de Wet Toelating Zorginstellingen;

  • 2.

    van een vreemdeling als bedoeld in artikel 29, eerste lid, van de Vreemdelingenwet 2000, die rechtmatig verblijft in de zin van artikel 8, letters c,d,f,g,h, van voornoemde wet, en voorzover deze persoon verblijf houdt in een gelegenheid als bedoeld in artikel 2 van de Verordening, onder verantwoordelijkheid van het Centraal Orgaan opvang Asielzoekers;

  • 3.

    van degene die verblijf houdt in een gemeubileerde woning voor welk verblijf forensenbelasting is verschuldigd.;

  • 4.

    bij de gemeente Wormerland ingeschreven ingezetenen.

  • 5.

    De belasting wordt niet geheven voor het verblijf van: in geval van een educatief en/of trainingskarakter en indien gebruik gemaakt van het eigen verenigingsterrein, door leden van verenigingen in niet-beroepsmatig verhuurde ruimten, die door Wormerlandse verenigingen ter beschikking worden gesteld voor het houden van verblijf met overnachten dan wel in mobiele kampeeronderkomens van verenigingen.

Artikel 5 Maatstaf van heffing

De belasting wordt geheven naar het aantal overnachtingen in het belastingjaar. Het aantal overnachtingen wordt gesteld op het aantal overnachtende personen vermenigvuldigd met het aantal nachten dat zij verblijf houden..

Artikel 6 Belastingtarief

Het tarief per persoon per overnachting bedraagt € 1,50.

Artikel 7 Belastingjaar

Het belastingjaar is gelijk aan het kalenderjaar.

Artikel 8Wijze van heffing

De belasting wordt bij wege van aanslag geheven.

Artikel 9 Aanslaggrens

Belastingbedragen per object van minder dan € 10,00 in totaal worden niet geheven.,

Artikel 10. Termijnen van betaling
  • 1.

    De aanslagen moeten worden betaald in één termijn, die vervalt op de laatste dag van de maand,

    volgend op de maand die in de dagtekening van het aanslagbiljet is vermeld.

  • 2.

    De Algemene termijnenwet is niet van toepassing op de in het eerste lid gesteld termijnen.

Artikel 11 Aanmeldingsplicht
  • 1.

    De belastingplichtige bedoeld in artikel 3, eerste lid, is gehouden, voordat hij voor de eerste maal na het in werking treden van deze verordening gelegenheid tot overnachten verschaft, zulks schriftelijk te melden aan de door het college van burgemeester en wethouders aangewezen gemeenteambtenaren, bedoeld in artikel 231, tweede lid, onderdelen b en d, van de Gemeentewet.

  • 2.

    De verplichting als bedoeld in het voorgaande lid geldt niet voor de belastingplichtige die met betrekking tot het jaar voorafgaand aan het belastingjaar in de heffing van de toeristenbelasting betrokken is.

Artikel 12 Registratieplicht
  • 1.

    De belastingplichtige bedoeld in artikel; 3, eerste lid, is gehouden verblijfhoudenden te registreren in een daarvoor bestemd en door de gemeente voorgeschreven nachtverblijfregister.

  • 2.

    Het college van burgemeester en wethouders stelt genoemd nachtverblijfregister op verzoek kosteloos beschikbaar.

  • 3.

    Het college van burgemeester en wethouders kan nadere regels geven met betrekking tot de inrichting en gebruik van het nachtverblijfregister.

  • 4.

    De verplichting als bedoeld in de voorgaande leden geldt niet voor zover de belastingplichtige gebruik maakt van een eigen registratiesysteem dat voldoet aan de door het college van burgemeester en wethouders gestelde eisen aan het nachtverblijfregister.

Artikel 13 Nadere regels door het college van burgemeester en wethouders

Het college van burgemeester en wethouders kan nadere regels geven met betrekking tot de heffing en de invordering van de toeristenbelasting.

Artikel 14 Inwerkingtreding, overgangsbepaling en citeertitel
  • 1.

    Deze verordening treedt in werking met ingang van de eerste dag na die van de bekendmaking.

  • 2.

    De datum van ingang van de heffing is 1 januari 2017..

  • 3.

    Deze verordening wordt aangehaald als “Verordening toeristenbelasting 2017”.

Aldus besloten in de openbare vergadering

van de Raad van de gemeente Wormerland,

gehouden op 20 december 2016,

de griffier,de voorzitter,

I. P. Vrolijk, P. C. Tange