Ziet u een fout in deze regeling? Meld het ons op regelgeving@overheid.nl!
Leeuwarden

Richtlijnen voor de renteberekening en inflatie Leeuwarden 2017

Wetstechnische informatie

Gegevens van de regeling
OrganisatieLeeuwarden
OrganisatietypeGemeente
Officiële naam regelingRichtlijnen voor de renteberekening en inflatie Leeuwarden 2017
CiteertitelRichtlijnen voor de renteberekening en inflatie Leeuwarden 2017
Vastgesteld doorcollege van burgemeester en wethouders
Onderwerpfinanciën en economie
Eigen onderwerp

Opmerkingen met betrekking tot de regeling

Geen

Wettelijke grondslag(en) of bevoegdheid waarop de regeling is gebaseerd

Gemeentewet, art. 212

Regelgeving die op deze regeling is gebaseerd (gedelegeerde regelgeving)

Geen

Overzicht van in de tekst verwerkte wijzigingen

Datum inwerkingtreding

Terugwerkende kracht tot en met

Datum uitwerkingtreding

Betreft

Datum ondertekening

Bron bekendmaking

Kenmerk voorstel

01-01-2017Nieuwe regeling

13-12-2016

Gemeenteblad: 21 december 2016

-

Tekst van de regeling

Intitulé

Richtlijnen voor de renteberekening en inflatie Leeuwarden 2017

BURGEMEESTER EN WETHOUDERS VAN LEEUWARDEN;

 

gelet op het bepaalde in artikel 27 van de financiële verordening ter uitvoering van artikel 212 Gemeentewet,

 

BESLUITEN:

 

vast te stellen:

 

Richtlijnen voor de renteberekening en inflatie

 

Artikel 1 - Systeem van rente-omslag

  • 1.

    De bij de begroting te verdelen rentekosten bestaan uit het saldo van:

    - te betalen rente van reeds aangegane geldleningen;

    - geraamde rente over het verwachte financieringstekort (deels kort, deels lang);

    - te ontvangen rente.

  • b.

    Aan de boekwaarde van de in Coda gedefinieerde elementen ‘INV’, ’PRO’ en ‘LUG’ wordt de rente toegerekend op basis van een voorcalculatorisch bepaald rente-omslagpercentage. Dit rente-omslagpercentage wordt rekenkundig afgerond op eenheden van 0,05%.

  • c.

    Aan de boekwaarde van de in Coda gedefinieerde elementen ‘GR’ (bouwgronden in exploitatie) wordt rente toegerekend op basis van een vast rentepercentage. Dit vaste rentepercentage wordt rekenkundig afgerond op 2 decimalen nauwkeurig.

  • d.

    Het in lid c genoemde initieel vastgestelde rentepercentage van de grondexploitatie wordt jaarlijks in jaar ‘t’ herrekend voor het jaar ‘t+1’. Deze herrekening vindt plaats op basis van de formule:

     

    Gewogen gemiddelde rentepercentage x Vreemd vermogen   Totaal vermogen

     

    Deze formule wordt berekend op basis van de geraamde balansstand en leningportefeuille per primo van het jaar ‘t+1’. Bij de rentekosten wordt uitgegaan van de geraamde rentelasten in het jaar ‘t+1’.

  • e.

    Jaarlijks bij het vaststellen van de actualisering van de grondexploitaties wordt de onder lid d beschreven bijstelling van het te hanteren rentepercentage door de gemeenteraad vastgesteld.

  • f.

    Het hoofd F&A kan in samenspraak met de concerncontroller gemotiveerd besluiten dat in afwijking van het in lid b. genoemde (variabele) omslagpercentage, bij een specifiek activum een vast rentepercentage wordt toegepast.

Artikel 2 – Moment van rentetoerekening

Aan de in artikel 1 genoemde – daarvoor in aanmerking komende - activa wordt maandelijks rente toegerekend over de boekwaarde per primo van de maand.

Artikel 3 – Geen nacalculatie rentepercentages

a. Er wordt geen nacalculatie van de voorcalculatorisch bepaalde rentepercentages toegepast bij de jaarrekening.

Artikel 4 – Renteresultaat

Een renteresultaat wordt via Programma 16 “Algemene dekkingsmiddelen” verrekend met de algemene middelen.

Artikel 5 – Activering rente

Alleen bij de elementen ‘GR’ en INV’s voor strategische verwervingen, wordt de rente geactiveerd. Bij alle overige elementen is activering van rente niet toegestaan.

Artikel 6 – Onderuitputting

  • a.

    Bij het ramen van de kapitaallasten van de lopende of voorgenomen investeringen wordt de begrote onderuitputting intracomptabel verwerkt.

  • b.

    De in lid a genoemde onderuitputting van de onrendabele sectoren komt ten gunste van de algemene middelen.

Artikel 7 – Methode inflatieberekening begroting

  • a.

    In de begroting van het jaar t+1 worden de budgetten van het jaar t – voor zover van toepassing – met inflatie aangepast.

  • b.

    Bij de aanpassingen van de inflatie wordt onderscheid gemaakt in inflatie voor lonen, prijzen en subsidies. Bij subsidies wordt uitgegaan van 70% loongevoeligheid en 30% prijsgevoeligheid.

  • c.

    Per onder b genoemde categorie wordt het inflatiepercentage voor het jaar t+1 als volgt berekend: (Werkelijke inflatie in het jaar t-1 maal herberekende inflatie in het jaar t maal veronderstelde inflatie in het jaar t+1) gedeeld door(werkelijke inflatie in het jaar t-2 maal inflatie in het begrotingsjaar t-1 maal inflatie in begroting jaar t).

Artikel 8 – Intrekken oude richtlijnen en overgangsrecht

De Richtlijnen renteberekening en inflatie Leeuwarden 2016 worden ingetrokken, met dien verstande dat zij van toepassing blijven op de jaarrekening en het jaarverslag en bijbehorende stukken van het begrotingsjaar 2016.

Artikel 9 – Inwerkingtreding

Deze richtlijnen treden in werking per 1 januari 2017.

Artikel 10 - Citeertitel

Deze richtlijnen kunnen worden aangehaald als “Richtlijnen renteberekening en inflatie Leeuwarden 2017”.

Leeuwarden, 13 december 2016

Burgemeester en wethouders voornoemd,

burgemeester,

secretaris.