Organisatie | Noordenveld |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Uitvoeringsbesluit Gemeente Noordenveld 2016 |
Citeertitel | Uitvoeringsbesluit Gemeente Noordenveld 2016 |
Vastgesteld door | college van burgemeester en wethouders |
Onderwerp | milieu |
Eigen onderwerp |
Geen
Afvalstoffenverordening Gemeente Noordenveld 2016
Geen
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
29-12-2016 | Nieuwe regeling | 15-11-2016 www.overheid.nl, Gemeenteblad, 28-12-2016 | Onbekend |
Het college van Burgemeester en Wethouders van de gemeente Noordenveld,
overwegende dat het in het belang van een doelmatige verwijdering van huishoudelijke afvalstoffen wenselijk is nadere regels te stellen omtrent de dagen, tijden, plaatsen en wijze waarop afvalstoffen kunnen worden overgedragen of ter inzameling aangeboden aan de bij dit besluit aan te wijzen inzameldienst en andere inzamelaars, als bedoeld in de Afvalstoffenverordening 2016 van de gemeente Noordenveld;
gelet op de bepalingen van de Afvalstoffenverordening 2016 van de gemeente Noordenveld;
Artikel 1. Begripsomschrijvingen
In dit Uitvoeringsbesluit wordt verstaan dan wel mede verstaan:
a. Verordening: Afvalstoffenverordening Gemeente Noordenveld 2016;
b. Inzamelmiddel: een voor de inzameling van afvalstoffen bestemd hulp- of bewaarmiddel, bijvoorbeeld een huisvuilzak, minicontainer of kca-box ten behoeve van één huishouden;
c. Inzamelvoorziening: een voor de inzameling van afvalstoffen bestemd(e) bewaarmiddel of -plaats, bijvoorbeeld een verzamelcontainer, wijkcontainer of brengdepot, ten behoeve van meerdere huishoudens.
Artikel 2. Aanwijzing inzameldienst
Als inzamelaar op grond van artikel 4, eerste lid, van de verordening worden aangewezen:
a. De gemeente Noordenveld voor de inzameling van componenten uit het huishoudelijk afval op afroep en op de gemeentewerf of bij het afvalbrengpunt;
b. De volgende organisaties voor de inzameling van huishoudelijke afvalstoffen die voldoen aan de vastgestelde beleidsregels:
- Suez Recycling and Recovery Netherlands (voorheen: Sita) voor het (verpakkings)glas;
Artikel 3. Afzonderlijke inzameling
De volgende omschrijvingen van categorieën huishoudelijke afvalstoffen worden op grond van artikel 3, tweede lid, van de verordening vastgesteld:
Oud papier en karton: huishoudelijk oud papier en karton dat droog en schoon en niet vervuild is met andere afvalfracties, met uitzondering van drankenkartons voor zuivel en frisdranken, ordners en ringbanden met metaal en/of plastic onderdelen, geplastificeerd papier, sanitair papier, behang, vinyl en doorslagpapier;
Te onderscheiden in verpakkingen die wel bij het PMD-afval mogen en verpakkingen die niet bij het PMD-afval mogen.
Wat mag er WEL bij het PMD-afval?
Plastic verpakkingen (dit is plastic afval waar iets in zat toen u het kocht):
los karton, dozen en ander papier (dit mag in de papierbak)
9. Houtafval en verduurzaamd hout: Onder houtafval wordt verstaan houtafval dat vrijkomt als rest- en/of sloophout niet zijnde (grof) tuinafval; Onder verduurzaamd hout wordt verstaan hout dat is geïmpregneerd, te herkennen aan groene of bruine kleur, zoals bielzen of tuinhout;
10. Grof tuinafval: plantaardige of organische afvalstoffen door aard, samenstelling of omvang niet vallend onder gft-afval en vrijkomend bij de aanleg, het onderhoud of verwijdering van particulier groen, zoals grof loofafval, snoeihout etcetera, met uitzondering van bielzen, tuinhekken en tuinschuttingen;
14. Banden: schone banden van motoren, personenauto’s, vrachtvoertuigen en tractoren zonder velgen;
15. IJzer/metaal: producten afkomstig van particuliere huishoudens met als belangrijkste bestanddeel ferro en non-ferro;
16. Vlakglas: vlakglas van ramen en spiegels;
17. Puin: harde steenachtige materialen, zoals schoon puin, dakgrind, dakpannen, serviesgoed en dergelijke;
18. Gips: gipsplaten, gipsblokken en pleisterwerk;
19. Harde kunststoffen: emmers en deksels, kratten, plastic speelgoed zonder ijzer, tuinstoelen, tafels, PET-flessen, bloempotjes, bloementrays, schone jerrycans (zonder gevarenetiket), kunststof pallets, kunststof licht- en dakplaten;
20. Dakleer: dakleer en bitumen;
Artikel 4. Aanwijzing inzamelmiddelen- en voorzieningen
Op grond van artikel 4, tweede lid, van de verordening worden de volgende inzamelmiddelen en inzamelvoorzieningen aangewezen:
a. 1. Voor restafval van huishoudens in de laagbouw: de door de gemeente beschikbaar gestelde grijze container met grijs deksel;
2. Voor restafval van huishoudens in zomerverblijven en/of wooncomplexen: de door de gemeente beschikbaar gestelde (wijk)verzamelcontainer;
b. 1. Voor GFT-afval van huishoudens in de laagbouw: de door de gemeente beschikbaar gestelde grijze container met groen deksel;
2. Voor GFT-afval van huishoudens in zomerverblijven en/of wooncomplexen: de door de gemeente beschikbaar gestelde (wijk)verzamelcontainer;
c. Voor klein chemisch afval: de door de gemeente beschikbaar gestelde KCA-milieubox;
d. 1. Voor oud papier en karton van huishoudens in de laagbouw: de door de gemeente beschikbaar gestelde grijze container met blauw deksel;
2. Voor oud papier en karton van huishoudens in wooncomplexen: de door de gemeente beschikbaar gestelde verzamelcontainer;
e. Voor glas: de door of vanwege de gemeente geplaatste glascontainers;
f. Voor textiel: de door of vanwege de gemeente beschikbaar gestelde plastic zak bij huis- aan-huis-inzameling en daarnaast de door of vanwege de gemeente beschikbaar gestelde textielcontainers;
g. Voor plastic, metalen en drankenkartons (PMD-fractie): de door of vanwege de gemeente beschikbaar gestelde plastic zak bij huis-aan-huis-inzameling en eventueel aanvullend, indien noodzakelijk, de door of vanwege de gemeente te plaatsen kunststofcontainers;
h. De overige in artikel 3 genoemde afzonderlijk in te zamelen afvalstoffen kunnen worden gebracht naar het inzamelpunt ofwel Brengstation aan de Overslagweg 3 te Roden, op de tijden en de voorwaarden, zoals opgenomen in de Afvalkalender.
Artikel 6. Afzonderlijk ter inzameling aanbieden
Op grond van artikel 8, tweede lid, van de verordening worden de volgende categorieën personen vrijgesteld van de gescheiden inzameling van GFT-afval:
Dit betreft de personen die woonachtig zijn in zomerverblijven (recreatiewoningen) en wooncomplexen (hoog- en stapelbouw).
Artikel 7. Ter inzamelin aanbieden va huishoudelijke afvalstoffen
Krachtens artikel 10, eerste lid, onderdeel a, van de verordening stelt het college de volgende regels voor het gebruik van de van gemeentewege verstrekte inzamelmiddelen:
a. Het beheer van de inzamelmiddelen die in bruikleen zijn verstrekt door of namens de gemeente, berust bij de reinigingsdienst van de gemeente Noordenveld;
b. De inzameldienst is bevoegd om de container te voorzien van een chip c.q. sticker waarop staat vermeld: een code, de afvalstroom waarvoor de container is bestemd, het volume van de container, een postcode, een plaatsnaam, een straatnaam of een huisnummer.
c. De door of namens de gemeente verstrekte inzamelmiddelen behoren bij de woning;
d. De gebruiker van een perceel dient zich tot de klantenservice van de gemeente Noordenveld, dat wil zeggen het Gemeentelijk Contact Centrum te wenden, indien bij een verhuizing naar een perceel geen of een kapot door of namens de gemeente te verstrekken inzamelmiddel wordt aangetroffen, bij verdwijning, vermissing of beschadiging van een door of namens de gemeente te verstrekken inzamelmiddel;
e. De inzamelmiddelen blijven eigendom van de verstrekker en worden bij normale slijtage voor haar rekening technisch onderhouden;
f. De gebruiker is verantwoordelijk voor het gebruik en het onderhoud van de in bruikleen ontvangen inzamelmiddelen als ware deze zijn eigendom;
g. De gebruiker is verplicht de inzamelmiddelen en inzamelvoorzieningen zodanig te gebruiken dat deze geen overlast voor derden veroorzaakt;
h. De verstrekte inzamelmiddelen voor rest- en gft-afval mogen alleen worden gereinigd met water;
i. Ter voorkoming van maden dienen in een warme periode vlees- en visresten te worden gedeponeerd in de container die het eerst voor lediging in aanmerking komt.
Krachtens artikel 10, eerste lid, onderdeel a, van de verordening stelt het college de volgende regels omtrent de plaats en wijze waarop huishoudelijke afvalstoffen moeten worden aangeboden:
a. Het ter inzameling aanbieden van huishoudelijke afvalstoffen in containers dient ordelijk te geschieden door plaatsing van de container op het voetpad, zo dicht mogelijk bij de rijweg, of, bij het ontbreken van een voetpad, aan de kant van de openbare weg, dan wel op een inzamel- of clusterplaats, zodanig dat het voetgangers- en overige verkeer niet wordt gehinderd of in de doorgang wordt belemmerd en gevaar of schade wordt voorkomen en waarbij aanwijzingen van de inzameldienst dienen te worden opgevolgd; de container mag niet achter een geparkeerde auto worden neergezet. Aanbieding van de inzamelmiddelen dient overeenkomstig de aanbiedregels plaats te vinden. Deze staan vermeld op de Afvalkalender en in de gemeentegids. Zo dienen de afvalcontainers (voor gft-afval, papier en restafval) met de kraag naar de straat gericht aangeboden te worden.
b. Inzamelmiddelen dienen goed gesloten te zijn en inzamelingvoorzieningen moeten na gebruik goed gesloten worden;
c. Uit de inzamelmiddelen en de inzamelvoorzieningen mag geen huishoudelijk afval steken;
d. Afvalstoffen welke ten onrechte of op een onjuiste wijze zijn aangeboden en welke na inzameling daardoor in de container zijn achtergebleven, dienen onverwijld door de aanbieder uit de container te worden verwijderd;
e. Het gewicht van de hoeveelheid afvalstoffen en het eigen gewicht van de ter lediging aangeboden minicontainer mag in zijn totaliteit niet zwaarder zijn dan 80 kilogram;
f. Het gewicht van de aangeboden hoeveelheid huishoudelijk klein chemisch afval mag per keer niet zwaarder zijn dan 50 kilogram;
g. Klein chemisch afval mag om veiligheidsredenen niet aan de openbare weg worden aangeboden, maar moet persoonlijk worden overhandigd bij het afvalbrengpunt ofwel het Brengstation;
h. Het afvalbrengpunt ofwel het Brengstation van de gemeente Noordenveld wordt aangewezen als brengdepot waar de afvalstoffen als vermeld in artikel 3, eerste lid, van de verordening kunnen worden achter gelaten. Het Brengstation is gevestigd aan de Overslagweg 3 te Roden.
i. Bij de afgifte van afvalstoffen op het afvalbrengpunt ofwel het Brengstation zijn de acceptatievoorwaarden van de gemeente Noordenveld van toepassing;
j. De ontdoener van afvalstoffen moet zich bij of op het afvalbrengpunt ofwel het Brengstation kunnen legitimeren;
k. De inzameling van grof huishoudelijk afval, grof tuinafval en grote elektrische en elektronische apparaten vindt op afroep plaats, de aanbieder dient voor deze inzameling op afroep een afspraak te maken met de inzameldienst;
l. Het grof afval dient op de afgesproken dag en tijd op een voor het inzamelmaterieel goed bereikbare plaats bij de woning klaar te staan;
m. Grof huishoudelijk afval of grof tuinafval mag bij het overdragen of het aanbieden geen groter volume hebben dan 1,5 m³;
n. Kleinere stukken grof huishoudelijk afval of grof tuinafval moeten zoveel mogelijk in één of meer bundels samengedrukt en -gebonden worden overgedragen of aangeboden waarbij een bundel niet langer mag zijn dan 1,5 meter, niet breder dan 0,5 meter en niet zwaarder dan 25 kilogram.
Artikel 8. Dagen en tijden voor het ter inzameling aanbieden
Het college stelt de volgende regels op grond van artikel 9 van de verordening:
Artikel 9. Het in bijzondere gevallen ter inzameling aanbieden van huishoudelijke afvalstoffen
Als het voor de inzameldienst door werkzaamheden niet mogelijk is om de normale inzamelplaatsen te bereiken, kunnen op grond van artikel 10 van de verordening, door de gemeente Noordenveld voor de duur van de werkzaamheden tijdelijke inzamelplaatsen worden aangewezen, welke worden bekendgemaakt in het huis-aan-huisblad.
Artikel 10. Inzameling bedrijfsafvalstoffen door de inzameldienst
Op grond van artikel 11 van de verordening kan de inzameldienst ook bedrijfsafval uit de kantoor-, winkel- en dienstensector inzamelen.
Artikel 11. Ter inzameling aanbieden van bedrijfsafvalstoffen aan de inzameldienst
Bedrijven die krachtens artikel 12 van de verordening bedrijfsafvalstoffen aanbieden, dienen deze aan te bieden overeenkomstig de in de verordening en dit uitvoeringsbesluit gestelde regels.
Artikel 12. Ter inzameling aanbieden van bedrijfsafvalstoffen aan een ander dan de inzameldienst
Het college stelt op grond van artikel 13, tweede lid, van de verordening de volgende regels:
Deze toelichting is een handleiding voor het gebruik van het Uitvoeringsbesluit.
In de Afvalstoffenverordening gemeente Noordenveld 2016 is ervoor gekozen om meer gedetailleerde regels, die aan veranderingen onderhevig kunnen zijn, in uitvoeringsbesluiten van het college op te nemen. Er is immers sprake van een model dat in vele gemeenten toepasbaar moet kunnen zijn.
Er zijn echter gemeenten die er uitdrukkelijk voor kiezen om dergelijke regels ook uitdrukkelijk bij verordening te regelen. Hierin zijn gemeenten volledig vrij. Beide varianten hebben hun voor- en nadelen. Zo zal een ‘basale” verordening bij wijziging niet iedere keer te hoeven worden vastgesteld door de raad. Aan de andere kant kan het regelen van deze onderwerpen in de verordening zelf duidelijker zijn en de handhaafbaarheid vergroten.
Indien de gemeente kiest voor een basale verordening en met daarop gebaseerde uitvoeringsbesluiten, zou een optie kunnen zijn om de diverse uitvoeringsbesluiten in één verzamelbesluit op te nemen. Met het doorvoeren van de wijzigingen van de onderhavige modelverordening wordt gekozen voor een dergelijk verzamelbesluit.
Artikel 2. Aanwijzing inzamelende instanties
In de beleidsregels (vastgelegd in een beleidsplan) kunnen de volgende regels gesteld worden (niet uitputtend):
Als er groepen instellingen generiek aangewezen worden in het uitvoeringsbesluit dan is het aan te bevelen om ze wel individueel een aanwijzing te geven zodat deze ook individueel ingetrokken kan worden bij het overtreden van de beleidsregels. Wordt hiertoe besloten dan is dit de uitzondering op de algemene regel die opgenomen kan worden in uitvoeringsbesluit.
In dit model is gekozen voor een generieke aanwijzing in het besluit, het is ook mogelijk om in het uitvoeringsbesluit alle betrokken organisaties en individuen individueel aan te wijzen.
Artikel 3. Afzonderlijke inzameling
Met uitzondering van de stromen die wettelijk gescheiden ingezameld moeten worden is de gemeente vrij om te bepalen welke afvalstromen gescheiden worden ingezameld. De genoemde zijn de meest voorkomende.
Bedoeld worden loof, schillen en resten van groenten en fruit en aardappelen, gekookte etenswaren, brood, eierschalen, doppen van pinda’s en nootjes, snijbloemen, gras, stro, bladeren, klein snoeiafval, resten van tuinplanten en kort gemaakte takken.
Tot grof huishoudelijk afval wordt ook gerekend gipsblokken, gipsplaten en houtsoorten van gipsplamuur. Grof huishoudelijk afval wordt onderscheiden in goedzooi en rotzooi. Tot goedzooi worden gerekend de herbruikbare en verkoopbare producten en materialen die, na eventuele reparatie, in het hergebruikcircuit worden gebracht. De inzamelaars van goedzooi zijn kringloopbedrijven. Rotzooi is het grof huishoudelijk afval dat niet in het hergebruikcircuit wordt gebracht, maar door de inzameldienst wordt ingezameld ter verwerking elders.
Mogelijke overige definities van stromen die gescheiden ingezameld kunnen worden:
Artikel 4. Aanwijzing inzamelmiddelen- en voorzieningen
In dit artikel moet voor elk in artikel 7, tweede lid, van de verordening aangewezen afzonderlijk in te zamelen huishoudelijke afvalstroom worden aangewezen, welke inzamelmiddelen of inzamelvoorzieningen worden gebruikt.
Artikel 5. Frequentie van inzamelen
In dit artikel worden de bestanddelen aangewezen die gescheiden worden ingezameld door de inzameldienst en die ook gescheiden aangeboden dienen te worden ter inzameling. Hier worden de bestanddelen die gescheiden ingezameld worden, met de frequentie en de locatiekeuze (bij of nabij elk perceel) gekozen.
In het tweede lid kunnen gedeelten van de gemeente daarvan uitgezonderd worden. Bijvoorbeeld vanwege bepaalde bouwtypen, of omdat het een (centrum)gebied betreft waarvoor een ander inzamelregime wordt gehanteerd.
Dit artikel is zo vormgegeven dat het eerste lid voor een bepaald bestanddeel zowel de frequentie als de locatie aanwijst. Als er andere bestanddelen zijn met een andere frequentie of locatie, bijvoorbeeld in verband met het omgekeerd inzamelen, dan kan op de leest van het eerste lid een volgend lid worden toegevoegd voor dat bestanddeel, enzovoorts. Er zal echter altijd een afsluitend lid moeten worden gebruikt zoals het zevende lid van het artikel, waarin voor het resterende afval een regeling wordt gegeven.
Artikel 6. Afzonderlijk ter inzameling aanbieden
In dit artikel moet aangegeven worden voor welke personen de gescheiden GFT-inzamelplicht niet van toepassing is. Door deze manier van verwijzen (dus niet opnieuw opnoemen) wordt voorkomen dat er verschil ontstaat tussen deze artikelen.
Artikel 7. Ter inzameling aanbieden van huishoudelijke afvalstoffen
De gemeente past hiervoor de tekst van dit artikel aan op basis van het gevoerde beleid.
Andere mogelijke bepalingen zijn:
Aanwijzingen van de inzameldienst kunnen betrekking hebben op de wijze van plaatsen van de inzamelmiddelen, bijvoorbeeld met voor of achterzijde naar de straat.
Daarnaast moet in dit artikel aangegeven worden welke huishoudelijke afvalstromen zonder inzamelmiddel aangeboden kunnen worden.
Artikel 8. Dagen en tijden voor het ter inzameling aanbieden
Deze bepalingen zijn volledig facultatief. De tijdsbepaling zoals vermeld in het eerste lid, onder d, kan ruim geïnterpreteerd worden en dus bijvoorbeeld een dagdeel zijn.
Artikel 9. Het in bijzondere gevallen ter inzameling aanbieden van huishoudelijke afvalstoffen
Als het voor de inzameldienst door werkzaamheden niet mogelijk is om de normale inzamelplaatsen te bereiken, kunnen op grond van artikel 10 van de verordening, door de reinigingsdienst van de gemeente Noordenveld voor de duur van de werkzaamheden tijdelijke inzamelplaatsen worden aangewezen, welke worden bekendgemaakt in het huis-aan-huisblad.
Artikel 10. Inzameling bedrijfsafvalstoffen door de inzameldienst
De inzameldienst kan naast de huishoudelijke afvalstoffen ook bedrijfsafvalstoffen (of een bepaalde categorie van bedrijfsafvalstoffen) inzamelen. Hiermee wordt bedoeld het afval uit de kantoor-, winkel-en dienstensector ofwel het zogenaamde kwd-afval.
Artikel 11. Ter inzameling aanbieden van bedrijfsafvalstoffen aan de inzameldienst
Bedrijven die krachtens artikel 12 van de verordening bedrijfsafvalstoffen aanbieden, dienen deze aan te bieden overeenkomstig de in de verordening en dit uitvoeringsbesluit gestelde regels.