Organisatie | Alkmaar |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Verordening van de gemeenteraad van de gemeente Alkmaar houdende regels omtrent baatbelasting Verordening baatbelasting Noordelijke ontsluiting Beverkoog |
Citeertitel | Verordening baatbelasting Noordelijke ontsluiting Beverkoog |
Vastgesteld door | gemeenteraad |
Onderwerp | financiën en economie |
Eigen onderwerp |
Geen
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
23-12-2017 | 01-01-2017 | artikel 5 | 14-12-2017 | . | |
28-12-2016 | 01-01-2017 | nieuwe regeling | 15-12-2016 | . |
De raad van de gemeente Alkmaar;
gelet op het voorstel van burgemeester en wethouders, bijlage nr. 2016-2011;
gelet op het advies van de commissie Bestuur en Middelen
gelet op artikel 222 van de Gemeentewet
vast te stellen de Verordening op de heffing en de invordering van de BaatbelastingNoordelijke ontsluiting Beverkoog.
(Verordening baatbelasting Noordelijke ontsluiting Beverkoog)
Onder de naam 'baatbelasting Noordelijke ontsluiting Beverkoog' wordt in de vorm van eenheffing ineens een directe belasting geheven ter zake van de onroerende zaken gelegen in degemeente binnen de gestippelde omlijning en rood/roze gekleurde gebieden op de bij dezeverordening behorende en als zodanig gewaarmerkte kaart die op 1 maart 2016 zijn gebaatdoor de in het tweede lid genoemde voorzieningen die tot stand zijn gebracht door of metmedewerking van het gemeentebestuur.
Voor de toepassing van het eerste lid wordt als genothebbende krachtens eigendom, bezit ofbeperkt recht aangemerkt degene die op het tijdstip van ingang van de heffing dan wel, indiende belasting wordt geheven in de vorm van een jaarlijkse belasting, bij de aanvang van hetbelastingjaar als zodanig in de Basisregistratie Kadaster is vermeld, tenzij blijkt dat hij op dat tijdstip geen genothebbende krachtens eigendom, bezit of beperkt recht is.
Artikel 4 Maatstaf van heffing
De maatstaf van heffing is het aantal volle vierkante meters oppervlakte van de onroerende zaak.
Artikel 6 Regeling inzake heffing in de vorm van een jaarlijkse belasting
In afwijking van het bepaalde in artikel 2 wordt op verzoek van de belastingplichtige debelasting geheven in de vorm van een jaarlijkse belasting gedurende 20 jaren. Het verzoekgenoemd in de eerste volzin dient binnen zes weken na de dagtekening van de aanslagschriftelijk bij de in artikel 232, vierde lid, onderdeel a, van de Gemeentewet bedoeldegemeenteambtenaar te worden ingediend.
Ingeval de belasting wordt geheven in de vorm van een jaarlijkse heffing en debelastingplicht in de loop van het belastingtijdvak als bedoeld in het eerste lid eindigt of wijzigtals gevolg van het overdragen van eigendom, bezit of beperkt recht, wordt de nieuwegenothebbende krachtens eigendom, bezit of beperkt recht, met ingang van het eerstvolgendebelastingjaar een aanslag ineens opgelegd voor de resterende belastingjaren van hetbelastingtijdvak, berekend overeenkomstig het vierde lid van dit artikel.
In afwijking van het bepaalde in onderdeel a, wordt op verzoek van de in dat onderdeelbedoelde belastingplichtige de jaarlijkse heffing overeenkomstig het eerste lid gecontinueerd.Het verzoek daartoe dient binnen zes weken na de dagtekening van de aanslag ingevolgeonderdeel a, schriftelijk bij de in artikel 232, vierde lid, onderdeel a, van de Gemeentewetbedoelde gemeenteambtenaar te worden ingediend.
Ingeval de belasting wordt geheven in de vorm van een jaarlijkse heffing en in de loop van hetbelastingtijdvak de eigendom, het bezit of het beperkt recht van een gedeelte van deonroerende zaak wordt overgedragen, wordt, voor de verdeling van de resterendebelastingschuld, de maatstaf van heffing als bedoeld in artikel 4 voor de betreffendeonroerende zaken opnieuw vastgesteld voor de nog niet verstreken belastingjaren.
Artikel 8 Termijnen van betaling
In afwijking van het eerste lid geldt dat, ingeval het totaalbedrag van de op een aanslagbiljetverenigde bedragen, of als het aanslagbiljet een aanslag bevat, het bedrag daarvan meer isdan € 100,00 en minder dan € 5.000,00 en zolang de verschuldigde bedragen door middelvan automatische betalingsincasso kunnen worden afgeschreven, de aanslagen moetenworden betaald in negen gelijke termijnen. De eerste termijn vervalt op de laatste dag van detweede maand volgend op die welke in de dagtekening van het aanslagbiljet is vermeld en elkvan de volgende termijnen telkens een maand later.
Artikel 10 Nadere regels door het college van burgemeester en wethouders
Het college van burgemeester en wethouders kan nadere regels geven met betrekking tot de heffingen invordering van de baatbelasting Noordelijke Ontsluiting Beverkoog.