Ziet u een fout in deze regeling? Meld het ons op regelgeving@overheid.nl!
Heumen

Verordening op de Rekenkamer Heumen 2010

Wetstechnische informatie

Gegevens van de regeling
OrganisatieHeumen
OrganisatietypeGemeente
Officiële naam regelingVerordening op de Rekenkamer Heumen 2010
CiteertitelVerordening Rekenkamer gemeente Heumen 2010
Vastgesteld doorgemeenteraad
Onderwerpbestuur en recht
Eigen onderwerp

Opmerkingen met betrekking tot de regeling

Geen

Wettelijke grondslag(en) of bevoegdheid waarop de regeling is gebaseerd

Gemeentewet, artikel 81oa

Overzicht van in de tekst verwerkte wijzigingen

Datum inwerkingtreding

Terugwerkende kracht tot en met

Datum uitwerkingtreding

Betreft

Datum ondertekening

Bron bekendmaking

Kenmerk voorstel

21-12-201025-12-2013Onbekend

26-11-2009

De Verbinding, 21-12-2010

Onbekend

Tekst van de regeling

Intitulé

Verordening op de Rekenkamer Heumen 2010

 

 

Paragraaf 1. Begripsbepalingen

Artikel 1 Begripsbepalingen

In deze verordening wordt verstaan onder:

  • a.

    Rekenkamer: de rekenkamer van de gemeente Heumen

  • b.

    Doelmatigheid of efficiëntie: het streven om met een zo beperkt mogelijke inzet van de beschikbare middelen het gewenste resultaat te bereiken;

  • c.

    Doeltreffendheid of effectiviteit: de mate waarin een organisatie erin slaagt met de geleverde prestaties de gestelde doelen of de gewenste maatschappelijke effecten te bereiken;

  • d.

    Lid: een lid van de Rekenkamer dat op basis van artikel 3, lid 1 door de raad van buiten de kring van zijn leden is aangewezen;

Paragraaf 2. De taak, samenstelling en het lidmaatschap van de Rekenkamer

Artikel 2 Taak van de commissie

  • 1.

    Er is een gemeentelijke Rekenkamer.

  • 2.

    De Rekenkamer voert onderzoek uit naar de (maatschappelijke) effecten van het gemeentelijk beleid en naar de doelmatigheid en doeltreffendheid van het gemeentelijk beleid, van het gemeentelijk beheer en van de gemeentelijke organisatie, naar de rechtmatigheid van het gemeentelijk beheer, alsmede naar de doelmatigheid en doeltreffendheid van instellingen waarvan de activiteiten geheel of in belangrijke mate door de gemeente worden bekostigd.

Artikel 3 Samenstelling Rekenkamer

  • 1.

    De Rekenkamer bestaat uit drie onafhankelijke leden, die door de raad van buiten de kring van zijn leden worden benoemd voor een periode van zes jaar. Eén van hen benoemt de raad als voorzitter van de rekenkamer.

  • 2.

    De leden leggen, voordat zij hun functie kunnen uitoefenen, in een vergadering van de raad in de handen van de voorzitter van de raad de eed (verklaring of belofte) af.

  • 3.

    De voorzitter van de rekenkamer draagt zorg voor het tijdig en periodiek bijeenroepen van de vergaderingen van de Rekenkamer, het leiden van de vergaderingen, het bewaken van de uitvoering van de onderzoeksopzet en de werkwijze en het bevorderen van een zorgvuldige besluitvorming. Hij voert hiertoe regelmatig overleg met de onderzoekers.

Artikel 4 Besluitvorming in de Rekenkamer

  • 1.

    In vergaderingen van de Rekenkamer wordt gestreefd naar unanimiteit. Wanneer dit niet mogelijk is, wordt besloten bij meerderheid van stemmen, waarbij ieder lid een stem heeft.

  • 2.

    Besluiten kunnen worden genomen indien twee of drie leden van de Rekenkamer ter vergadering aanwezig zijn.

  • 3.

    Als de stemmen staken, is de stem van de voorzitter doorslaggevend.

Artikel 5 Einde van het lidmaatschap

  • 1.

    Het lidmaatschap van een lid eindigt:

    • a.

      op eigen verzoek;

    • b.

      bij aanvaarding van een functie die onverenigbaar is met het lidmaatschap van de Rekenkamer;

    • c.

      wanneer het lid bij onherroepelijk geworden rechterlijke uitspraak wegens misdrijf is veroordeeld, dan wel bij zulk een uitspraak een maatregel is opgelegd die vrijheidsbeneming tot gevolg heeft;

    • d.

      indien het lid bij onherroepelijk geworden rechterlijke uitspraak onder curatele is gesteld, in staat van faillissement is verklaard, surseance van betaling heeft verkregen of wegens schulden is gegijzeld.

    • e.

      De leden van de Rekenkamer kunnen door de raad worden ontslagen wanneer zij door ziekte, gebreken of ongeschiktheid niet in staat zijn hun functie naar behoren te vervullen.

Artikel 6 Verboden handelingen

  • 1.

    Het is de leden van de Rekenkamer verboden de handelingen te verrichten als bedoeld in artikel 15 van de Gemeentewet. De raad kan, gehoord de Rekenkamer, een lid van de Rekenkamer dat heeft gehandeld in strijd met dit verbod van zijn functie ontslaan.

  • 2.

    De leden van de Rekenkamer zijn niet werkzaam bij een bedrijf dat opdrachten uitvoert in opdracht van de gemeente of bij een door de gemeente gesubsidieerde instelling, danwel hebben geen andere (neven)betrekkingen die hun onafhankelijke positie ten aanzien van gemeenten zouden kunnen schaden.

  • 3.

    Leden overleggen aan de raad een lijst met daarin opgenomen de nevenfuncties die zij op dat moment vervullen, als ook de veranderingen daarin.

Artikel 7 Vergoeding voor de werkzaamheden van de leden van de Rekenkamer

  • 1.

    De leden van de Rekenkamer ontvangen een maandelijkse vergoeding voor hun werkzaamheden overeenkomstig 85 % van de bruto vergoeding voor een Heumens raadslid. Deze vergoeding wordt jaarlijks geïndexeerd.

  • 2.

    De voorzitter van de Rekenkamer ontvangt een maandelijkse vergoeding voor zijn werkzaamheden overeenkomstig 100 % van de bruto vergoeding voor een Heumens raadslid. Deze vergoeding wordt jaarlijks geïndexeerd.

  • 3.

    De vergoedingen als bedoeld in het eerste lid komen ten laste van het budget van de Rekenkamer als bedoeld in artikel 12.

Paragraaf 3. De werkwijze van de Rekenkamer

Artikel 8 Onderwerpen voor en beslissing tot uitvoeren van onderzoek.

  • 1.

    Gemotiveerde verzoeken tot het verrichten van een onderzoek kunnen worden gedaan door:

    • a.

      leden van de rekenkamer;

    • b.

      de gemeenteraad;

    • c.

      het college;

    • d.

      inwoners van de gemeente Heumen.

  • 2.

    De rekenkamer overlegt jaarlijks voordat zij haar onderzoeksprogramma opstelt, met de raad over haar wensen. De commissie overlegt ook vooraf met het college en de accountant over de door hen voorgenomen onderzoeken om overlap te voorkomen.

  • 3.

    De rekenkamer beoordeelt de verzoeken op basis van in ieder geval de

    volgende criteria:

    • a.

      onderzoeken hebben betrekking op doelmatigheid, doeltreffendheid of rechtmatigheid;

    • b.

      er moet sprake zijn van een substantieel belang;

    • c.

      onderzoeken hebben betrekking op door de gemeente te beïnvloeden beleid;

  • 4.

    De rekenkamer kiest onderwerpen voor haar onderzoek, formuleert de probleemstelling en de onderzoeksvragen en stelt de onderzoeksopzet vast.

  • 5.

    De onderwerpen van onderzoek worden jaarlijks voor 1 november als onderzoeksprogramma ter kennisname aan de raad en het college voorgelegd.

  • 6.

    De rekenkamer bericht indieners van verzoeken, bedoeld onder lid 1, sub b, c en d van dit artikel, in hoeverre aan dat verzoek wordt voldaan. Indien de rekenkamer niet aan een verzoek voldoet, zal zij daarvoor gegronde redenen aanvoeren.

  • 7.

    De in lid 4 bedoelde onderzoeksopzet wordt door de Rekenkamer rechtstreeks ter kennisneming gebracht aan de gemeenteraad.

Artikel 9 Uitvoering van het onderzoek en rapportage.

  • 1.

    De Rekenkamer is belast met en verantwoordelijk voor de uitvoering van het onderzoek volgens de door haar vastgestelde onderzoeksopzet.

  • 2.

    De Rekenkamer beoordeelt of het wenselijk is de raad tussentijds te informeren.

  • 3.

    De Rekenkamer is bevoegd van alle leden van het gemeentebestuur, van alle ambtenaren en gesubsidieerde instellingen de mondelinge en schriftelijke inlichtingen in te winnen die zij nodig heeft voor de uitvoering van het onderzoek. De Rekenkamer kan de bevoegdheid tot het inwinnen van inlichtingen mandateren aan medewerkers die haar bij de uitoefening van haar taak terzijde staan. De leden van het gemeentebestuur, de ambtenaren van de gemeente en gesubsidieerde instellingen zijn verplicht de gevraagde inlichtingen binnen de door de Rekenkamer gestelde termijn te verstrekken.

  • 4.

    De Rekenkamer vergadert in beslotenheid, haar rapporten zijn openbaar. Op grond van de belangen genoemd in artikel 10 van de Wet openbaarheid van Bestuur kan de Rekenkamer rapporten die aan de raad worden voorgelegd of gedeelten daarvan als geheim aanmerken. De leden van de Rekenkamer en degenen die ten behoeve van de Rekenkamer werkzaam zijn, zijn verplicht tot geheimhouding van al hetgeen hen in hun hoedanigheid als lid, respectievelijk medewerker ter kennis is gekomen.

  • 5.

    De Rekenkamer kan openbare informatieve vergaderingen beleggen.

  • 6.

    De Rekenkamer stelt betrokkenen in de gelegenheid om binnen een door haar te stellen termijn die ten minste twee weken bedraagt, hun zienswijze op het onderzoek en de nota aan de Rekenkamer kenbaar te maken. Betrokkenen zijn degenen wier taakuitvoering (mede) voorwerp van onderzoek is of is geweest. De Rekenkamer bepaalt wie verder als betrokkenen worden aangemerkt.

  • 7.

    Na de ambtelijke hoor en wederhoor ten aanzien van de feiten zoals bedoeld in lid 6 formuleert de Rekenkamer haar conclusies en aanbevelingen in een nota.

  • 8.

    De Rekenkamer stelt het bestuur in de gelegenheid om binnen een door haar te stellen termijn die ten minste twee weken bedraagt hun zienswijze op het onderzoek en de nota aan de Rekenkamer kenbaar te maken.

  • 9.

    Na vaststelling door de Rekenkamer worden het onderzoeksrapport en de nota met conclusies en aanbevelingen zo spoedig mogelijk, aan de raad aangeboden. Hierbij worden de ambtelijke en bestuurlijke reacties gevoegd. De raad bespreekt de onderzoeksresultaten op basis van het rapport en de nota met conclusies en aanbevelingen. De raad stelt de eindconclusies en aanbevelingen vast.

Artikel 10 Medewerker/ onderzoeker rekenkamer

  • 1.

    De Rekenkamer benoemt een medewerker(s) / onderzoeker(s) van de Rekenkamer, voor zover zij dat nodig acht.

  • 2.

    De medewerker(s) staat de Rekenkamer terzijde bij de uitvoering van haar taak.

  • 3.

    De medewerker(s) legt met betrekking tot de wijze waarop de ondersteunende taken worden verricht rechtstreeks verantwoording af aan (de voorzitter van) de Rekenkamer.

  • 4.

    De medewerker(s) kan rechtspositioneel ondergebracht worden bij de griffie. Daarmee zijn op de medewerker de arbeidsvoorwaarden van de gemeente Heumen van toepassing.

  • 5.

    De Rekenkamer is bevoegd tot schorsing danwel ontslag van de medewerker(s) voor wat betreft zijn werkzaamheden voor de Rekenkamer.

Artikel 11 Onderzoeksmedewerkers

  • 1.

    De Rekenkamer is bevoegd ten laste van het budget als bedoeld in artikel 12 (tijdelijk) onderzoeksmedewerkers aan te stellen.

  • 2.

    Onderzoeksmedewerkers kunnen, indien de Rekenkamer hen daartoe de bevoegdheid toekent, alle informatie verzamelen die de Rekenkamer in het belang van het onderzoek nodig acht; zij hebben een geheimhoudingsplicht met betrekking tot die informatie en zijn alleen verantwoording verschuldigd aan de Rekenkamer.

  • 3.

    De Rekenkamer is tevens bevoegd ten laste van het budget als bedoeld in artikel 12 externe deskundigen in te schakelen. Het hiervoor in lid 2 gestelde is op de externe deskundigen dienovereenkomstig van toepassing.

Artikel 12 Budget

  • 1.

    De Rekenkamer is bevoegd binnen een aan haar bij de begrotingbeschikbaar gesteld budget uitgaven te dien ten behoeve van de uitvoering van haar taken.

  • 2.

    Ten laste van het in het voorgaande lid bedoelde budget worden de kosten gebracht van:

    • a.

      de vergoedingen die krachtens artikel 7.1 zijn toegekend aan de leden van de Rekenkamer;

    • b.

      de medewerker rekenkamer;

    • c.

      onderzoeksmedewerkers;

    • d.

      externe deskundigen die mogelijk door de Rekenkamer zijn ingeschakeld en

    • e.

      de mogelijke overige uitgaven die de Rekenkamer nodig oordeelt voor de uitvoering van haar taak.

Artikel 13 Citeertitel; inwerkingtreding

.

  • 1.

    Deze verordening kan worden aangehaald als Verordening Rekenkamer gemeente Heumen 2010.

  • 2.

    Deze verordening treedt in werking op de eerste dag van bekendmaking.