Organisatie | Bronckhorst |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Uitvoeringsregeling gemeentelijke belastingen Bronckhorst 2017 |
Citeertitel | Uitvoeringsregeling gemeentelijke belastingen 2017 gemeente Bronckhorst |
Vastgesteld door | college van burgemeester en wethouders |
Onderwerp | financiën en economie |
Eigen onderwerp | |
Externe bijlagen | Bijlage I: Aangiftebiljet Forensenbelasting Bijlage II: Aangiftebiljet Onroerende-zaaksbelastingen Bijlage III: Aangiftebiljet Toeristenbelastingen |
Geen
Geen
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
01-01-2017 | 01-01-2018 | Nieuwe regeling | 20-12-2016 Gemeenteblad, 2016, 185616 (27 december 2017) | Z86117 BW16-03230 |
Het college van burgemeester wethouders van de gemeente Bronckhorst;
gelet op de artikelen 6, 7, 8, 13 en 14, eerste lid van de Algemene wet inzake rijksbelastingen, artikel 31 van de Invorderingswet 1990 in verbinding met artikelen 231, tweede lid en 237 van de Gemeentewet, op artikel 160, eerste lid, onderdeel b, van de Gemeentewet en op artikel 4:81 van de Algemene wet bestuursrecht;
vast te stellen de volgende regeling:
Uitvoeringsregeling met betrekking tot de heffing en invordering van de gemeentelijke belastingen van de gemeente Bronckhorst 2017 (Uitvoeringsregeling gemeentelijke belastingen gemeente Bronckhorst 2017).
De op andere wijze geheven gemeentelijke belastingen bedoeld in artikel 233 van de Gemeentewet, worden voor de toepassing van deze regeling aangemerkt als bij wege van aanslag geheven belastingen, met dien verstande dat wordt verstaan onder de aanslag of de voorlopige aanslag: het gevorderde, onderscheidenlijk het voorlopig gevorderde bedrag. Artikel 2 blijft bij de op andere wijze geheven belastingen buiten
De belastingplichtige voor de :
b. onroerende-zaakbelastingen;
aan wie niet binnen zes maanden na afloop van het belastingjaar of kalenderjaar eenaangiftebiljet is uitgereikt of een aanslag is opgelegd, is gehouden binnen een maandna afloop van die zes maanden bij de in artikel 231, eerste lid, onderdeel a van deGemeentewet bedoelde gemeenteambtenaar een schriftelijk verzoek in te dienen omuitreiking van een aangiftebiljet.
Indien de belastingplicht in de loop van het belastingjaar ontstaat dan wel het aantal honden dat door de belastingplichtige wordt gehouden wijziging ondergaat, moet de belastingplichtige binnen veertien dagen na het tijdstip waarop de belastingplicht is ontstaan of de wijziging van het aantal honden heeft plaatsgevonden, bij de in artikel 231, tweede lid, onderdeel b van de Gemeentewet bedoelde gemeenteambtenaar
schriftelijk verzoeken om uitreiking van een aangiftebiljet.
Artikel 3 Registratieverplichting toeristenbelasting
Bij de vaststelling van feiten ten behoeve van de heffing van toeristenbelasting kan de in artikel 231, tweede lid, onderdeel b, bedoelde gemeenteambtenaar het door belastingplichtige bijgehouden nachtverblijfregister raadplegen.
De bepaling van het bedrag van een voorlopige aanslag die wordt vastgesteld in hettijdvak waarover de belasting wordt geheven, dan wel na het tijdstip waarop debelastingschuld is ontstaan kan:
Bij de bepaling van het bedrag van een voorlopige aanslag op grond van het bepaalde in het vorige lid kan op benaderende wijze rekening worden gehouden met wijzigingen in de wettelijke bepalingen betreffende de heffing van de gemeentelijke belastingen alsmede met andere wijzigingen die voor de heffing van de gemeentelijke belastingen van belang kunnen zijn. Ingeval de belastingplichtige
aannemelijk maakt dat de aanslag vermoedelijk lager zal worden vastgesteld dan het op voet van de vorige volzin berekende bedrag, wordt de voorlopige aanslag gesteld op dit lagere bedrag.
De Uitvoeringsregeling gemeentelijke belastingen 2016 gemeente Bronckhorst, vastgesteld op 22 december 2015, wordt ingetrokken met ingang van de in artikel 7 genoemde datum van ingang van deze regeling, met dien verstande dat zij van toepassing blijft op feiten en omstandigheden, die zich voor deze datum hebben voorgedaan.
Deze regeling wordt aangehaald als “Uitvoeringsregeling gemeentelijke belastingen 2017 gemeente Bronckhorst”.
Aldus besloten op 20 december 2016,
Het college van burgemeester en wethouders van Bronckhorst,
Het college van burgemeester en wethouders van Bronckhorst,
de secretaris, de burgemeester,
B.J. Drewes M. Besselink
Bijlage III behorende bij de 'Uitvoeringsregels gemeentelijke belastingen gemeente Bronckhorst 2017'
Toelichtingen behoren bij de 'Uitvoeringsregels gemeentelijke belastingen gemeente Bronckhorst 2017'
Toelichting bij het aangiftebiljet Forensenbelasting
Met de toezending of uitreiking van dit aangiftebiljet wordt u uitgenodigd aangifte te doen voor de forensenbelasting. U moet daartoe het ingevulde en ondertekende biljet binnen [tenminste één maand of de in de verordening opgenomen kortere termijn] na de datum van uitreiking retourneren
aan [de heffingsambtenaar van de gemeente]. Voor het retourneren van het aangiftebiljet kunt u gebruik maken van de bijgesloten antwoordenveloppe. Indien u vragen heeft naar aanleiding van de aangifte, kunt u terecht bij de medewerkers van de Team heffen. De medewerkers zijn telefonisch
bereikbaar onder nummer: 053-4818875.
Op grond van wettelijke bepalingen is eenider aan wie een aangiftebiljet is uitgereikt, verplicht aangifte te doen door het biljet duidelijk, stellig en zonder voorbehoud in te vullen, te ondertekenen en met de daarin gevraagde bescheiden in te leveren. U bent dus verplicht dit te doen, ook als er geen woning wordt aangehouden of de woning alleen wordt verhuurd. Het achterwege laten van aangifte leidt er toe dat de gemeente ambtshalve een aanslag zal opleggen. Bij eventuele bezwaren tegen deze aanslag rust op u de bewijstlast om het tegendeel te bewijzen.
Forensenbelasting wordt geheven van degene die meer dan 90 dagen per jaar voor zichzelf en zijn gezin een gemeubileerde woning beschikbaar houdt zonder in de gemeente zijn hoofdverblijf te hebben. Het is echter niet noodzakelijk dat u meer dan 90 dagen per jaar in de woning aanwezig bent. Voldoende is dat u meer dan 90 dagen per jaar in de woning zou kunnen verblijven. Ook is het niet vereist dat u in één aaneengesloten periode over de woning kan beschikken.
Wat is een gemeubileerde woning
Van een gemeubileerde woning is sprake indien een onderkomen bestemd en geschikt is om
enigszins duurzaam te dienen voor menselijke bewoning. Ook houten zomerhuisjes, chalets, sta- en
toercaravans, woonboten of woonarken kunnen dus als gemeubileerde woning worden aangemerkt.
Voor de vraag of een onderkomen geschikt is voor menselijke bewoning wordt in het aangiftebiljeteen groot aantal mogelijke faciliteiten genoemd die in de woning aanwezig kunnen zijn. Het is niet zodat alleen sprake is van een gemeubileerde woning als alle faciliteiten aanwezig zijn. Het isvoldoende dat een aantal van deze faciliteiten menselijke bewoning mogelijk maken.
Hoe wordt de forensenbelasting berekend
Voor de forensenbelasting wordt uitgegaan van de waarde in het economische verkeer van de woning. Dat is de waarde van de woning die een willekeurige derde zou willen bieden als hij de gemeubileerde woning direct en vrij van rechten zou kopen. Het bedrag van de aanslag is een vast bedrag per waardeklasse.
Toelichting bij het aanslagbiljet Toeristenbelasting
Met de toezending of uitreiking van dit aangiftebiljet wordt u uitgenodigd aangifte te doen voor de toeristenbelasting. U moet daartoe het ingevulde en ondertekende biljet binnen de op het aangiftebiljet gestelde termijn retourneren aan de heffingsambtenaar.
Op grond van wettelijke bepalingen is een ieder aan wie een aangiftebiljet is uitgereikt, verplicht aangifte te doen het biljet duidelijk, stellig en zonder voorbehoud in te vullen, te ondertekenen en met de daarin gevraagde bescheiden in te leveren. U bent dus verplicht dit te doen, ook als er geen overnachtingen hebben plaatsgevonden . Het achterwege laten van aangifte leidt er toe dat de heffingsambtenaar ambtshalve een aanslag kan opleggen. Bij eventuele bezwaren tegen deze aanslag rust op u de bewijslast om het tegendeel te bewijzen.
Toeristenbelasting wordt geheven ter zake van het houden van verblijf met overnachten in hotels, motels, pensions, vakantiewoningen, kampeerterreinen of in de passantenhavens. De verschuldigde belasting is per persoon per overnachting verschuldigd. Het tarief is afhankelijk van de gemeente waar u verblijf biedt.
De toeristenbelasting wordt geheven van degene die tegen betaling gelegenheid biedt tot verblijf met overnachting aan niet-ingezetenen. Dit is, met andere woorden, de ondernemer of verhuurder. De ondernemer of verhuurder mag de belasting echter verhalen op degene, ter zake van wiens verblijf de belasting verschuldigd is.
Hoe wordt toeristenbelasting berekend
De toeristenbelasting wordt geheven naar het aantal overnachtingen. Per overnachting is een tarief bepaald.