Organisatie | Amsterdam |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Subsidieregeling economische stimulering binnen het gebiedsgerichte werken |
Citeertitel | Subsidieregeling economische stimulering binnen het gebiedsgerichte werken |
Vastgesteld door | college van burgemeester en wethouders |
Onderwerp | financiën en economie |
Eigen onderwerp | Economische zaken |
Datum ondertekening inwerkingtredingsbesluit:
Bron bekendmaking inwerkingtredingsbesluit: Gemeenteblad 15-12-2016, nr. 177036
Onbekend.
Geen
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
23-12-2016 | 01-11-2016 | 01-01-2019 | nieuwe regeling | 25-10-2016 Gemeenteblad 15-12-2016, nr. 177036 | Jaargang 2016, nr. 177036 |
Hoofdstuk 1 Algemene bepalingen
Artikel 1.2 Toepasselijkheid Algemene Subsidieverordening Amsterdam 2013
De Algemene Subsidieverordening Amsterdam 2013 is van toepassing, tenzij daarvan in deze regeling uitdrukkelijk wordt afgeweken.
Hoofdstuk 2 Verbetering fysieke structuur
Het doel van deze subsidieregeling is het renoveren van kleinschalige winkel- en bedrijfsruimtes door subsidie te verlenen voor de renovatie van bedrijfsruimtes waardoor de verhuurbaarheid verbetert, de praktische bruikbaarheid en de uitstraling van het pand wordt verhoogd, het pand beter voldoet aan de eisen van de markt en de duurzaamheid van het object toeneemt.
Subsidie kan uitsluitend worden aangevraagd door eigenaren, huurders van bedrijfs- of winkelruimte en ondernemersverenigingen.
Hoofdstuk 3 Gebiedsgebonden ondernemersinitiatieven
Het doel van de subsidieregeling is het mogelijk maken van initiatieven van ondernemersverenigingen die gericht zijn op het verbeteren van het economisch functioneren van het gebied.
Artikel 4.2 Subsidiabele activiteiten
Het algemeen bestuur kan een eenmalige subsidie verstrekken voor straatmanagementactiviteiten.
Toelichting bij de subsidieregeling
Deze subsidieregeling beoogt het gebiedsgerichte werken te ondersteunen door subsidieinstrumenten in te stellen die de lokale economische structuur van deze gebieden kunnen versterken. Dit gebeurt door de ondersteuning van lokale ondernemersinitiatieven, de inzet van straatmanagement en het kwalitatief peil houden van de bedrijfsruimten in het gebied. Uitgangspunt van deze regeling is dat ondernemers samenwerken in activiteiten waarbij het economisch functioneren van het gebied wordt versterkt en zo bijdragen aan de verbetering van het woon- werk- en leefklimaat in het gebied.
Deze regeling is een regeling zoals bedoeld in artikel 3, tweede lid van de Algemene Subsidieverordening Amsterdam.
Hoofdstuk 1. Algemene bepalingen
Uitsluitend lokale ondernemersverenigingen komen in aanmerking voor subsidie. Vertegenwoordigers van ondernemers met een groter bereik dan het winkelgebied, zoals brancheverenigingen, MKB-Amsterdam, VAC, ORAM, zijn uitgesloten omdat zij een bovenlokaal belang dienen. Zij kunnen wel optreden als samenwerkingspartner van een lokale ondernemersorganisatie.
Dit hoofdstuk beoogt de ondersteuning van eigenaren en gebruikers bij het verbeteren van hun bedrijfspand zoals een winkel, werkplaats of kantoor. Hiermee wordt de fijnmazige structuur van winkels en bedrijfsruimten in de gemeente in stand gehouden en worden gebieden aantrekkelijk gehouden voor winkeliers en het winkelend publiek. Dit bevordert het instandhouden en verbeteren van een goed woon-, werk- en leefklimaat in de gemeente.
De regeling ondersteunt maatregelen die een duurzame en langdurige bijdrage hieraan leveren door fysieke verbeteringen aan deze bedrijfsruimten te bevorderen. Hierdoor worden deze ruimten geschikt gehouden voor gebruik in de nabije toekomst. Door deze ondersteuning worden eigenaar en gebruiker mede gestimuleerd om niet te kiezen voor verplaatsing van hun bedrijf naar een beter geoutilleerd werkgebied maar te kiezen voor verbetering van hun huidige werkomgeving.
Dit artikel beoogt het algemeen bestuur instrumenten te geven om het beleid te ondersteunen om een disbalans in functies in een gebied te herstellen. Voor sommige gebieden geldt dat de economische structuur verstoord wordt door een aanbod dat een negatief effect heeft op het woon-, werk- en leefklimaat ter plaatse. In beleidsnota's, gebiedsplannen en bestemmingsplannen wordt aangegeven waar verbetering gewenst is. Voorbeelden van deze verstoring zijn een overconcentratie aan functies als coffeeshops, souvenirwinkels, sekswinkels en winkels in geestverruimende paddenstoelen. Wanneer het beleid er op gericht is om deze functies in aantal te laten afnemen, ligt het niet in de rede om de bedrijfsruimten waarin deze functies zijn gevestigd, toekomstbestendig te maken, zonder het gebruik ervan te wijzigen.
Dit hoofdstuk beoogt lokale initiatieven van ondernemersverenigingen, die gericht zijn op het beter economisch functioneren van het gebied waarin de ondernemersvereniging opereert, eenmalig te faciliteren.
In de gebiedsplannen van de 22 gebieden binnen de gemeente Amsterdam en in het Amsterdams Ondernemers Programma worden de doelen geformuleerd voor een goed ondernemersklimaat.
Het hoofdstuk draagt het karakter van een ‘oliekannetjesregeling' waarmee de gebieden snel kunnen inspelen op lokale ondernemersinitiatieven. De regeling ondersteunt dergelijke initiatieven met een financiële bijdrage. Dit veronderstelt een bijdrage van de ondernemersvereniging, in ieder geval in mensuren en een financiële bijdrage aan het initiatief. Omdat de bestuurskracht en financiële mogelijkheden van ondernemersverenigingen sterk verschillen, is het aan het algemeen bestuur om te beoordelen wat een realistische en redelijke bijdrage is.
De regeling beoogt kleinschalige initiatieven te ondersteunen en wil deze niet beperken door een limitatieve lijst. Voorbeelden van subsidiabele activiteiten zijn: verfraaiing van de openbare ruimte boven het niveau dat de gemeente financiert, optredens van kerstkoren, acties die aansluiten op een culturele gebeurtenis in een nabijgelegen museum of instelling, culturele evenementen zoals ‘De nacht van de poëzie', sportgebeurtenissen, foodfairs en braderieën, feestelijke lokale gebeurtenissen en overvaltrainingen.
De omgeving waarin bedrijven functioneren is mede bepalend voor het succes van deze bedrijven. Door deze omgeving in gezamenlijkheid aan te pakken zijn bedrijven beter in staat aan veranderingen en bedreigingen het hoofd te bieden en kansen te verzilveren. Een belangrijk instrument om deze samenwerking gestalte te geven is het straatmanagement.
Functieomschrijving straatmanager
Een straatmanager staat voor het gemeenschappelijk belang van het winkelgebied. De straatmanager speelt een actieve rol bij het ontwikkelen en versterken van een duurzame concurrentiepositie van een gebied. De straatmanager werkt samen met de lokale ondernemers, vastgoedeigenaren, politie, bewoners en gemeente rond thema's als visieontwikkeling, branchering, leegstand, beheer en openbare ruimte, bereikbaarheid, veiligheid en promotie en marketing.
De straatmanager is namens de lokale ondernemers een verbindende schakel in de samenwerking tussen vertegenwoordigers van andere belanghebbenden, zoals politie, vastgoedeigenaren, bewoners en de gemeentelijke gebiedsbeheerders.
Straatmanagers zijn actief betrokken bij de totstandkoming van de gebiedsagenda en het gebiedsplan.
De straatmanager voert deze activiteiten uit namens de ondernemersvereniging. Het bestuur van de ondernemersvereniging is verantwoordelijk voor het opstellen van een werkplan voor de straatmanager en de begeleiding van de werkzaamheden van de straatmanager.
Straatmanagement kent vier kerntaken:
1. Versterking economische structuur van de straat. Straatmanagement levert een bijdrage aan activiteiten die de economische structuur van de straat versterken, zoals het ontwikkelen van een visie, het ondersteunen van eigenaren en makelaars bij het vinden van huurders voor panden die de diversiteit en de aantrekkelijkheid van het gebied versterken en het bevorderen van de aanwezigheid van voorzieningen die de straat verbeteren (zoals pinautomaten en specifieke horecavoorzieningen ).
2. Verhogen van de veiligheid in de straat. Dit kan onder andere worden ingevuld door de inzet van straatmanagement in de uitvoering van het Keurmerk Veilig Ondernemen, participatie in projecten die de veiligheid in de straat verhogen, samenwerking met de politie aan preventieprojecten en begeleiding van ondernemers bij zaken als elektronisch aangifte doen van winkeldiefstal en het uitschrijven van winkelontzeggingen.
3. Beheer openbare ruimte. Voor de dagelijkse gang van zaken is de straatmanager de schakel namens de ondernemers in de straat met vertegenwoordigers van de gemeente en politie. Te denken valt aan de verwijdering van graffiti en kauwgom, vuilophaal, parkeren, reclame-uitingen en de kerstversiering.
4. Communicatie en promotie. Straatmanagement ondersteunt actief de communicatie tussen de ondernemers onderling als ook de algemene promotie en marketing van de straat naar buiten.
Te denken valt aan gebiedsbranding projecten, het participeren in het opzetten en het onderhoud van een website en social media, een ondernemersnieuwsbrief en promotionele acties en evenementen voor de straat in zijn geheel. De straatmanager ondersteunt activiteiten die het draagvlak van de winkeliersvereniging vergroten, zoals ledenwerving.
Artikel 4.1 Doel subsidieregeling
De subsidiegelden zijn bedoeld voor dekking van de loonkosten of de kosten van inhuur van een straatmanager.
De subsidie is niet bedoeld voor de uitvoering van de activiteiten van de straatmanager, zoals bureaukosten, promotiemateriaal, feestverlichting.
In dit artikel wordt gesproken van een eenmalige subsidie. Dit betekent dat de activiteit waaraan de subsidie verbonden is, van bepaalde duur is. Het is mogelijk meerdere malen een eenmalige subsidie te verlenen.
Artikel 4.3 sub 2 bepaalt dat subsidie alleen wordt verleend indien de ondernemersvereniging mede bijdraagt in de kosten van de straatmanager. Hoe de ondernemersvereniging deze bijdrage financiert, is aan de vereniging zelf, zolang er maar geen sprake is van stapeling van overheidssubsidies. Naast de inkomsten uit contributie is het denkbaar is dat de ondernemersvereniging financiën ontvangt van pandeigenaren of uit commerciële activiteiten, zoals winst uit de organisatie van een braderie of uit giften van leden.
In artikel 4.3 sub 3 is een maximumbedrag opgenomen dat de gemeente financiert. In alle gevallen van subsidieverlening geldt dat de gemeente geen btw financiert.
De regeling kent een hogere maximale bijdrage in de eerste twee subsidiejaren van 75% in plaats van 50%. Dit stelt de ondernemersvereniging in staat om zijn leden in de praktijk te overtuigen van het nut en noodzaak van straatmanagement en zo draagvlak te creëren voor de substantiële bijdrage die gevraagd wordt van de leden van de ondernemersvereniging.
Wanneer een ondernemersvereniging voorafgaand aan deze regeling subsidie heeft ontvangen van het algemeen bestuur van Zuid of Centrum voor de inzet van straatmanagement, dan worden de jaren meegeteld in de vaststelling van het percentage van de eigen bijdrage.