Organisatie | Breda |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Beleidsregels van het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Breda houdende regels voor nadeelcompensatie verleggen van kabel/leidingen Beleidsregels nadeelcompensatie verleggen kabels/leidingen Breda 2017 |
Citeertitel | Beleidsregels nadeelcompensatie verleggen kabels/leidingen Breda 2017 |
Vastgesteld door | college van burgemeester en wethouders |
Onderwerp | financiën en economie |
Eigen onderwerp |
Geen.
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
01-07-2017 | nieuwe regeling | 12-12-2016 | 45361 |
Het college van burgemeester en wethouders van Breda;
gelet op artikel 3:4 en artikel 4:81 van de Algemene wet bestuursrecht en de Procedureverordening bestuursschadevergoeding 1998;
concessies en private overeenkomsten tussen de gemeente Breda en (kabel en leiding) netbeheerders over verlegkostenvergoedingen per 1-7-2017 worden beëindigd;
dat het gewenst is dat op andere manier duidelijkheid wordt verschaft over of, in welke vorm en in welke mate de netbeheerders aanspraak kunnen maken op vergoedingen;
dat met de netbeheerders niet op vrijwillige basis tot nieuwe afspraken kon worden gekomen;
het gewenst is om daardoor voortaan te kiezen voor de publiekrechtelijke weg van nadeelcompensatie;
dat de gemeente bij gelegenheid van de uitvoering van een gemeentelijk project waartoe het nodig is dat bestaande kabel en leidingnetten van de netbeheerders worden aangepast, de gemeente de daarvoor in het verleende vergunning op grond van de Energie-, water- en telecommunicatieverordening Breda 2004 zal intrekken / wijzigen waardoor de netbeheerder verplicht is om zijn bestaande kabel / leiding te verleggen en dat de netbeheerder dan in gelegenheid is om via nadeelcompensatie zijn schade vergoed te krijgen;
dat daarbij dan voor de formaliteiten de Procedureverordening bestuursschadevergoeding 1998 zal gelden;
dat het gewenst is om die verordening materieel aan te vullen met deze beleidsregels over de hoogte van de te verlenen vergoedingen;
dat deze beleidsregels na inwerkingtreding van de Wet van 31 januari 2013, onderdeel invoering titel 4.5 (nadeelcompensatie) in de Algemene wet bestuursrecht, kunnen blijven functioneren als wet interpreterende beleidsregels op dit terrein;
Artikel 1: Begripsomschrijvingen
De begripsomschrijvingen, zoals bedoeld in artikel 1 van de Energie-, water en telecomverordening Breda 2009, zijn op deze beleidsregels van overeenkomstige toepassing.
Artikel 2: Het beginsel van financiële compensatie
Burgemeester en wethouders beslissen op een verzoek als bedoeld in artikel 4 van de Procedureverordening bestuursschadevergoeding 1998, van een netbeheerder waarin de verzoeker stelt schade te lijden ten gevolge van de intrekking / wijziging van een vergunning op grond van de Energie-, water- en telecommunicatieverordening Breda 2009, in geval dat technisch nodig is om een gemeentelijk project uit te voeren, overeenkomstig de ter zake in deze beleidsregels gestelde regels.
Het verzoek wordt in elk geval afgewezen:
indien op het tijdstip van de aanvraag vijf jaren zijn verstreken na aanvang van de dag na die waarop de benadeelde bekend is geworden zowel met de schade als met het voor de schadeveroorzakende gebeurtenis verantwoordelijke bestuursorgaan, en in ieder geval na verloop van twintig jaren nadat de schade is veroorzaakt; indien een aanvraag betrekking heeft op schade veroorzaakt door een besluit waartegen beroep kan worden ingesteld, vangt de termijn van vijf jaren niet aan voordat dit besluit onherroepelijk is geworden;
indien en voor zover in de in te trekken/ te wijzigen vergunning de bepaling was opgenomen, dat binnen een benoemde periode, een wijziging of intrekking van die vergunning was te voorzien in verband met uit te voeren werkzaamheden en binnen die periode daadwerkelijk een besluit tot wijziging of intrekking van die vergunning wordt toegezonden dan wel uitgereikt;
Artikel 5 Vaststelling van de financiële compensatie
Indien de vergunning gewijzigd of ingetrokken wordt binnen een periode van vijf jaren, te rekenen vanaf de datum van inwerkingtreding van de betrokken vergunning/instemming, zal de schadevergoeding 100% van het schadebedrag bedragen. Dit geldt zowel voor leidingen die in een droge omgeving liggen als voor leidingen die in een natte omgeving (waterwegen of waterkerende dijken) liggen en voor langs liggende en kruisende leidingen.
Voor situaties van intrekkingen na 5 jaar wordt onderscheid gemaakt tussen transportleidingen en distributieleidingen.Onder transportleidingen worden verstaan kabels en leidingen bestemd voor transport tussen opwekkingsbronnen/ productie-eenheden onderling en van opwekkingsbron / productie-eenheid naar wijkniveau (bijvoorbeeld wijkcentrale, onderstation), waarop niet rechtstreeks huisaansluitingen zijn aangesloten. Voor de volgende soorten kabels en leidingen is specifiek vastgesteld wat als transportkabel of – leiding wordt gedefinieerd:
Voor transportleidingen geldt indien de vergunning gewijzigd of ingetrokken wordt in de periode gelegen tussen vijf tot en met dertig jaren, gerekend vanaf de datum van de inwerkingtreding van de betrokken vergunning/instemming, wordt de schadevergoeding vastgesteld als percentage van de berekende schade, dat lineair gerelateerd is aan tijdsduur tussen datum inwerkingtreding vergunning/instemming tot en met de datum van wijzing/intrekking van de vergunning/instemming, aflopend van 80% in jaar 6, naar 0 % in jaar 30. Dit geldt zowel voor leidingen die in een droge omgeving liggen als voor leidingen die in een natte omgeving (waterwegen of waterkerende dijken) liggen en voor langs liggende en kruisende leidingen.
Voor distributieleidingen geldt indien de vergunning gewijzigd of ingetrokken wordt in de periode gelegen tussen vijf en vijftien jaren, gerekend vanaf de inwerkingtreding van de betrokken vergunning, wordt de schadevergoeding vastgesteld als percentage van de geleden schade, dat lineair gerelateerd is aan tijdsduur tussen datum inwerkingtreding vergunning/instemming tot en met de datum van wijzing/intrekking van de vergunning/instemming aflopend van 80% in jaar 6, naar 0 % in jaar 15. Dit geldt zowel voor leidingen die in een droge omgeving liggen als voor leidingen die in een natte omgeving (waterwegen of waterkerende dijken) liggen en voor langs liggende en kruisende leidingen.
Indien in bijzondere omstandigheden gronden aanwezig zijn om te concluderen dat redelijkerwijs een groter of kleiner gedeelte van het schadebedrag ten laste van de netbeheerder dient te blijven dan uit de toepassing van het bovenstaande voortvloeit, kunnen burgemeester en wethouders, op verzoek van de netbeheerder van het gestelde in deze beleidsregels afwijken.