Ziet u een fout in deze regeling? Meld het ons op regelgeving@overheid.nl!
Deventer

Verordening Stimuleringsleningen Verenigingen van Eigenaars

Wetstechnische informatie

Gegevens van de regeling
OrganisatieDeventer
OrganisatietypeGemeente
Officiële naam regelingVerordening Stimuleringsleningen Verenigingen van Eigenaars
CiteertitelVerordening Stimuleringsleningen Verenigingen van Eigenaars Deventer
Vastgesteld doorgemeenteraad
Onderwerpvolkshuisvesting en woningbouw
Eigen onderwerp

Opmerkingen met betrekking tot de regeling

Geen

Wettelijke grondslag(en) of bevoegdheid waarop de regeling is gebaseerd

Onbekend

Overzicht van in de tekst verwerkte wijzigingen

Datum inwerkingtreding

Terugwerkende kracht tot en met

Datum uitwerkingtreding

Betreft

Datum ondertekening

Bron bekendmaking

Kenmerk voorstel

15-07-2010nieuwe regeling

23-06-2010

Gemeenteblad, 14-07-2010

Onbekend

Tekst van de regeling

Intitulé

VERORDENING STIMULERINGSLENINGEN VERENIGINGEN VAN EIGENAARS

De raad van de gemeente Deventer,

Gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders d.d. 11 juni 2010, nummer 360873, eenheid Ruimte en Samenleving;.

Gelet op de Woonvisie 2008+ gemeente Deventer (maatregel 44);

Gelet op de artikelen 108 lid 1 en 147 lid 1 van de Gemeentewet;

 

BESLUIT

De verordening `Stimuleringsleningen verenigingen van Eigenaars` vast te stellen.

Artikel 1 Begripsbepalingen

In deze verordening en de daarop berustende bepalingen wordt verstaan onder:

  • a.

    aanvrager: de vereniging van eigenaars;

  • b.

    stimuleringslening: een of meerdere leningen die na goedkeuring door het college van een daartoe strekkende aanvraag wordt verstrekt door SVn aan een vereniging van eigenaars dan wel respectievelijke appartements-eigenaars, ten behoeve van de financiering van de door het college aanvaarde werkelijke kosten van de te treffen onderhouds- of duurzaamheidsmaatregelen;

  • c.

    gebouw: het gebouw of de gebouwen die in de splitsing zijn betrokken;

  • d.

    onderhoudsmaatregelen: de onderhoudsmaatregelen genoemd in artikel 5 lid 1;

  • e.

    duurzaamheidsmaatregelen: de duurzaamheidsmaatregelen genoemd in artikel 5 lid 5;

  • f.

    werkelijke kosten: de kosten van materialen en werkzaamheden, voor zover noodzakelijk voor het treffen van onderhoudsmaatregelen en duurzaamheids-maatregelen, vermeerderd met de kosten van een (EPA-maatwerk) advies, de kosten van een energieprestatiecertificaat, legeskosten, bijkomende kosten voor het verkrijgen van de stimuleringslening en verminderd met de verminderd met de ontvangen of nog te ontvangen tegemoetkomingen in deze kosten uit andere regelingen.

  • g.

    SVn: de stichting Stimuleringsfonds Volkshuisvesting Nederlandse Gemeen-ten, gevestigd te Hoevelaken.

Artikel 2 Werkingssfeer

  • 1.

    Deze verordening is van toepassing op bestaande in appartementsrechten gesplitste (flat)gebouwen, die geschikt en bestemd zijn voor permanente bewoning en die zijn gelegen in door het college aan te wijzen gebieden in de gemeente Deventer.

  • 2.

    Bij inwerkingtreding is deze verordening in ieder geval van toepassing op de portiekflats in de Deltabuurt van de Rivierenwijk te Deventer.

     

Artikel 3 Budget
  • Het college stelt jaarlijks het budget vast dat ten hoogste beschikbaar is voor het verstrekken van stimuleringsleningen.

     

Artikel 4 Bevoegdheid college
    • 1.

      Het college is bevoegd te beslissen op aanvragen om verstrekking van een stimuleringslening.

    • 2.

      De stimuleringslening wordt na goedkeuring door het college van een daartoe strekkende aanvraag verstrekt en beheerd door SVn.

    • 3.

      Ingeval van verstrekking van een stimuleringslening sluit SVn met de aanvrager een overeenkomst van lening. De gemeente Deventer is geen partij bij deze overeenkomst.

    • 4.

      Van de in het vorige lid genoemde overeenkomst van lening wordt een notariële akte opgemaakt.

     

Artikel 5 Onderhouds- en duurzaamheidsmaatregelen
    • 1.

      Tot de onderhoudsmaatregelen worden gerekend al die maatregelen die betrekking hebben op het onderhoud van de gemeenschappelijke gedeelten en gemeenschappelijke zaken van het appartementengebouw, zoals beschreven in artikel 2 van het splitsingsreglement 1973, vermeld in de bij deze verordening behorende bijlage 1.

    • 2.

      De onderhoudsmaatregelen moeten naar het oordeel van het college leiden tot een duurzame verbetering van het appartementengebouw en worden onderbouwd door een in de ledenvergadering van de aanvrager goedgekeurd onderhoudsplan.

    • 3.

      De aanvrager houdt een reservefonds als bedoeld in artikel 5:112 eerste lid van het Burgerlijk Wetboek in stand, waarin reserveringen gedaan worden voor het te plegen onderhoud. De opbouw van dat fonds en de jaarlijkse dotatie zal in overeenstemming moeten zijn met het een onderhouds-plan.

    • 4.

      het in het vorige lid genoemde onderhoudsplan bevat de onderhouds- en herstelwerkzaamheden en de vernieuwingen die op meer jaren betrekking hebben. Dit meerjarenonderhoudsplan wordt opge-steld voor een periode van minimaal vijf jaar.

    • 5.

      De lijst Duurzaamheidsmaatregelen stimuleringsregeling Deventer, die als bijlage 2 bij deze verordening is gevoegd, bevat een overzicht van maatregelen die in aanmerking komen voor een stimuleringslening.

    • 6.

      Het college is bevoegd deze lijst van duurzaamheidmaatregelen uit te breiden of in te perken.

     

Artikel 6 De aanvraag
    • 1.

      Een aanvraag wordt bij het college ingediend op een doorvoor bestemd formulier en gaat vergezeld van een opgave van:

      • a.

        een kopie van het identiteitsbewijs van de bestuursleden van de aanvrager;

      • b.

        de splitsingsakte(n);

      • c.

        (huishoudelijke) reglementen en statuten;

      • d.

        een overzicht van de afwijkende of aanvullende bepalingen en verordeningen in de splitsingsakte ten opzichte van het modelreglement;

      • e.

        een goedgekeurd verslag van de ledenvergadering van de aanvrager, waarin het besluit is genomen om gelden te reserveren voor onderhoud voor een bedrag dat een duidelijke relatie heeft met het meerjarenonderhoudsplan;

      • f.

        de jaarstukken (jaarrekening) van de aanvrager van de afgelopen twee boekjaren;

      • g.

        een door een onafhankelijk bouwkundig bureau opgesteld Meerjaren Onderhoud Plan (MOP);

      • h.

        een specificatie van de servicekosten en een lijst van eigenaren of bewoners van het in de splitsing betrokken appartementengebouw;

      • i.

        Informatie over het betalingsgedrag van de leden van de aanvrager;

      • j.

        de gegevens van de (externe) beheerder van het gebouw van de aanvrager;

      • k.

        een bouwplan, bestaande uit bestek en tekeningen of een opgave van de te treffen onderhouds- en/of duurzaamheidsmaatregelen;

      • l.

        een kostenraming met betrekking tot bovenstaand bouwplan en de financiële onderbouwing van deze opgave;

      • m.

        een planning van de uitvoering van de werkzaamheden.

    • 2.

      Het in het eerste lid onder g. genoemde Meerjaren Onderhoud Plan (MOP) bevat in ieder geval:

      • a.

        het gehele in de splitsing betrokken gebouw;

      • b.

        een rapportage met betrekking tot de technische staat van het woongebouw, welke rapportage niet ouder is dan 3 jaren;

      • c.

        foto’s van het gebouw, die de rapportage van de technische staat ondersteunen;

      • d.

        een werkbeschrijving per (casco)onderdeel van het gebouw.

    • 3.

      Het college kan om aanvullende gegevens en bescheiden vragen, indien dat voor een goede beoordeling van de aanvraag noodzakelijk is.

       

Artikel 7 De behandeling van de aanvraag
    • 1.

      Het college bevestigt de ontvangst van de aanvraag binnen twee weken.

    • 2.

      Indien de aanvraag niet volledig is stelt het college de aanvrager in de gelegenheid de aanvraag binnen een termijn van vier weken aan te vullen. In bijzondere gevallen kan het college een andere termijn vaststellen.

    • 3.

      Indien de aanvraag niet binnen de gegeven termijn is aangevuld kan het college besluiten de aanvraag niet in behandeling te nemen.

     

Artikel 8 De beslissing op de aanvraag
    • 1.

      Het college beslist op de aanvragen in volgorde van binnenkomst.

    • 2.

      Het college neemt binnen acht weken na ontvangst van de aanvraag daarop een beslissing. Het college kan deze termijn eenmalig met een termijn van ten hoogste vier weken verdagen.

     

Artikel 9 Weigeringsgronden
  • Het college wijst de aanvraag af indien:

    • a.

      het budget genoemd in artikel 3 niet toereikend is om de aanvraag te honoreren;

    • b.

      de werkelijke kosten naar het oordeel van het college niet in redelijke verhouding staan tot het beoogde resultaat;

    • c.

      de werkelijke kosten minder bedragen dan in totaal € 10.000,-- dan wel minder bedragen dan € 1.000,-- per respectievelijke appartementseigenaar;

    • d.

      de aanvraag wordt ingediend na het treffen van de onderhouds- of duurzaamheidsmaatregelen;

    • e.

      er naar het oordeel van het college gegronde redenen bestaan om aan te nemen dan wel vastgesteld wordt dat niet aan de voorwaarden en bepalingen van deze verordening wordt of zal worden voldaan;

    • f.

      er naar het oordeel van het college gegronde redenen bestaan om aan te nemen dat de aanvrager zich onvoldoende zal inspannen om de achterstand in het onderhoud, de overbewoning, of overlast in de omgeving door bewoners van het gebouw tegen te gaan;

    • g.

      75% of meer van de stemmen binnen de vereniging van eigenaars in handen is van één enkele appartementseigenaar.

     

Artikel 10 Goedkeuring van de aanvraag
    • 1.

      Onverminderd het bepaalde in artikel 9 keurt het college de aanvraag goed en draagt het de aanvrager voor verstrekking van een stimuleringslening voor bij SVn, indien uit de bij de aanvraag ingediende gegevens en bescheiden blijkt dat met het treffen van de onderhouds- en/of duurzaamheidsmaatregelen aantoonbaar wordt bijgedragen aan een of meer van de hiernavolgende doelen:

      • a.

        het beperken van de energievraag, dan wel een vermindering van CO2 uitstoot;

      • b.

        het verhogen van het aandeel duurzame energiebronnen in de energievoorziening van de woning;

      • c.

        de aanpak van groot onderhoud of kwaliteitsverbetering van een in appartementen gesplitst gebouw;

      • d.

        het verbeteren van het woon- en leefkwaliteit van de betrokken wijk.

    • 2.

      De goedkeuring van de aanvraag geschiedt onder voorbehoud van een positieve krediettoets door SVn van de aanvrager dan wel de respectievelijke appartementseigenaar, die gebaseerd is op de krediettoetsnormen zoals vermeld in de SVn Informatiemap.

     

Artikel 11 Voorwaarden SVn
  • Op stimuleringsleningen en bouwkredieten van SVn zijn van toepassing de SVn documenten ‘Algemene bepalingen voor geldleningen’ , de ‘Productspecificaties Gemeentelijke Stimuleringslening’ en de ‘Productspecificaties Bouwkrediet’ zoals deze documenten aanwezig zijn in de SVn informatiemap, die deel uitmaakt van de deelnemingsovereenkomst tussen de gemeente Deventer en SVn.

     

Artikel 12 Kenmerken van de stimuleringslening
    • 1.

      De hoofdsom van de stimuleringslening is in beginsel gelijk aan het bedrag van de door het college aanvaarde werkelijke kosten.

    • 2.

      In afwijking van het eerste lid bedraagt de hoofdsom van de stimuleringslening minimaal € 1.000,-- en maximaal € 30.000,-- (incl. BTW) per respectievelijke appartementseigenaar.

    • 3.

      De looptijd van de stimuleringslening bedraagt maximaal 20 jaar. Indien de lening lager is dan € 10.000,-- per respectievelijke appartementseigenaar dan bedraagt de looptijd maximaal 15 jaar.

    • 4.

      De stimuleringslening wordt terugbetaald in overeenstemming met de Productspecificaties Gemeentelijke Stimuleringslening.

    • 5.

      Indien de stimuleringslening wordt verstrekt aan de respectievelijke appartementseigenaar, moet bij verkoop van het appartementsrecht de restantschuld in zijn geheel worden afgelost.

    • 6.

      Het rentepercentage bedraagt 1% op jaarbasis. Het college kan bij vaststellen van het jaarbudget genoemd in artikel 3 dit rentepercentage aanpassen voor nieuw te verstrekken leningen.

    • 7.

      De rente staat gedurende de gehele looptijd van de stimuleringslening vast.

    • 8.

      Vervroegde aflossing van de stimuleringslening is te allen tijde boetevrij toegestaan.

    • 9.

      Afhankelijk van aan wie de stimuleringslening wordt verstrekt, kan het college hypothecaire of andere zekerheden verlangen. In geval de stimuleringslening wordt verstrekt aan de respectievelijke individuele appartementseigenaren zal het college in ieder geval verlangen dat aan SVn hypothecaire zekerheid wordt verleend

    • 10.

      Bij cofinanciering door de provincie of het rijk kan op aangeven van het college de stimuleringslening worden gesplitst in een onderhoudsdeel en een duurzaamheidsdeel.

     

Artikel 13 Bouwkrediet
  • De stimuleringslening wordt in de vorm van een bouwkrediet van SVn betaald op basis van facturen van door derden uitgevoerde werkzaamheden, dan wel facturen van de aanschaf van zelf uitgevoerde maatregelen.

     

Artikel 14 Verplichtingen van de aanvrager
    • 1.

      Gedurende de looptijd van de lening beschikt de aanvrager over een deugdelijk meerjaren onder-houdsplan met onderhoudsbegroting dat ten minste elke 5 jaar wordt geactualiseerd. Voorts toont de aanvrager aan dat er voldoende stortingen in het onderhoudsfonds worden gedaan om het onderhoud uit te voeren.

    • 2.

      Jaarlijks verstrekt de aanvrager aan het college een verslag van het uitgevoerde onderhoud, de jaarrekening, jaarbegroting onderhoud en de geldende onderhoudsbegroting.

    • 3.

      Bij niet naleven van de in lid 2 en 3 van dit artikel genoemde verplichtingen kan het college de aanvrager voor elk jaar van in gebreke blijven een boete opleggen van ten hoogste 4% van de verstrekte laagrentende lening, zijnde bij benadering de verleende rentekorting.

     

Artikel 15 Nadere regels
  • Het college is bevoegd voor de uitvoering van deze verordening nadere regels vast te stellen.

     

Artikel 16 Hardheidsclausule
  • Het college kan deze verordening buiten toepassing laten of daarvan afwijken, voor zover strikte toepassing ervan zou leiden tot een onbillijkheid van overwegende aard.

     

Artikel 17 Inwerkingtreding
  • Deze verordening treedt na bekendmaking in werking op 15 juli 2010.

     

Artikel 18 Citeertitel
  • Deze verordening kan worden aangehaald als:

    Verordening Stimuleringsleningen Verenigingen van Eigenaars Deventer.