Organisatie | Rotterdam |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Verordening parkeerregulering en parkeerbelastingen 2017 |
Citeertitel | Verordening parkeerregulering en parkeerbelastingen 2017 |
Vastgesteld door | gemeenteraad |
Onderwerp | financiën en economie |
Eigen onderwerp |
De Verordening parkeerregulering en parkeerbelastingen 2016 wordt ingetrokken.
Geen
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
01-01-2017 | 01-01-2018 | Nieuwe regeling | 10-11-2016 | Gemeenteblad 2016, nummer 206 |
Verordening parkeerregulering en parkeerbelastingen 2017
De raad van de gemeente Rotterdam,
gelezen het voorstel van het college van burgemeester en wethouders van 27 september 2016, registratienummer 16bb7168, raadsstuk 16bb8662;
gelet op de artikelen 156, tweede lid, onderdeel h, en 225 van de Gemeentewet, artikel 24 van het Reglement verkeersregels en verkeerstekens 1990 en het bepaalde in of krachtens de Wegenverkeerswet 1994;
In deze verordening en de daarop berustende bepalingen wordt verstaan onder:
degene die naar de omstandigheden als houder van een voertuig moet worden beschouwd, met dien verstande dat voor een motorvoertuig dat is ingeschreven in het krachtens de Wegenverkeerswet 1994 aangehouden register van opgegeven kentekens als houder wordt aangemerkt degene op wiens naam het voor het motorvoertuig opgegeven kenteken ten tijde van het parkeren in het register was ingeschreven;
hetgeen daaronder wordt verstaan in artikel 1 van het Reglement verkeersregels en verkeerstekens 1990;
parkeerplaats voor belanghebbenden:
weggedeelte, aangeduid door het (zonale) bord E9 van Bijlage I van het Reglement verkeersregels en verkeerstekens 1990, al dan niet voorzien van een onderbord, waarop uitsluitend geparkeerd mag worden door een houder van een vergunning;
gedurende een aaneengesloten periode doen of laten stilstaan van een motorvoertuig, anders dan gedurende de tijd die nodig is voor en gebruikt wordt tot het onmiddellijk in- of uitstappen van personen dan wel het onmiddellijk laden of lossen van goederen, op binnen de gemeente gelegen voor het openbaar verkeer openstaande terreinen of weggedeelten, waarop dit doen of laten staan niet ingevolge een wettelijk voorschrift is verboden;
Als degene die het motorvoertuig heeft geparkeerd wordt mede aangemerkt:
zolang geen voldoening van de belasting genoemd in artikel 5, onder b, heeft plaatsgevonden: de houder van het motorvoertuig, met dien verstande dat:
indien een voor ten hoogste drie maanden aangegane huur- of leaseovereenkomst wordt overgelegd waaruit blijkt wie ten tijde van het parkeren ingevolge deze overeenkomst de huurder of gebruiker van het motorvoertuig was, niet de houder maar de huurder of gebruiker wordt aangemerkt als degene die het motorvoertuig heeft geparkeerd;
De belasting bedoeld in artikel 5, onder b, wordt niet geheven van degene die op de voet van het derde lid, onder b, als degene die het motorvoertuig heeft geparkeerd wordt aangemerkt, indien deze aannemelijk maakt dat ten tijde van het parkeren een ander tegen zijn wil van het motorvoertuig heeft gebruik gemaakt en dat hij dit gebruik redelijkerwijs niet heeft kunnen voorkomen.
Artikel 7 Maatstaf van heffing, belastingtarief en belastingtijdvak en de straten waarop deze van toepassing zijn
Met betrekking tot de belasting bedoeld in artikel 5, onder b, worden de maatstaf van heffing, het belastingtarief, het belastingtijdvak en de straten waarop deze van toepassing is, vermeld in het door het college, op grond van artikel 156, tweede lid, onderdeel h, van de Gemeentewet vastgestelde en bij deze verordening behorende tarievenoverzicht.
De belasting bedoeld in artikel 5, onder b, wordt geheven via voldoening op aangifte. Als voldoening op aangifte wordt aangemerkt het bij aanvang van parkeren in werking stellen van de parkeerapparatuur op de daartoe bestemde wijze en met inachtneming van de door het college van burgemeester en wethouders gestelde voorschriften.
Artikel 12 Bevoegdheid tot gebruik wielklem en wegsleepregeling
Indien na het aanbrengen van de wielklem 24 uren zijn verstreken, kan het motorvoertuig naar een door de in artikel 231, tweede lid, onderdeel b, van de Gemeentewet bedoelde gemeenteambtenaar aangewezen plaats worden overgebracht en in bewaring worden gesteld.
Artikel 15 Intrekking oude regeling
De Verordening parkeerregulering en parkeerbelastingen 2016 wordt ingetrokken.
De Verordening parkeerregulering en parkeerbelastingen 2016 blijft van toepassing op de belastbare feiten die zich vóór 1 januari 2017 hebben voorgedaan.
Tarieventabel behorende bij de Verordening parkeerregulering en parkeerbelastingen 2017
Hoofdstuk 1 Parkeren door vergunninghouders
Bij het parkeren van een motorvoertuig op grond van een daartoe verleende vergunning, hetzij op een parkeerplaats voor belanghebbenden, hetzij op een parkeerplaats bij parkeerapparatuur, geldt voor de belasting bedoeld in artikel 5, onder a, van deze verordening, het volgende tarief:
voor het parkeren op een parkeerplaats bij parkeerapparatuur: | |||
voor het parkeren op een parkeerplaats voor belanghebbenden: | |||
Indien de vergunning in de loop van een jaar wordt verleend of beëindigd is het tarief naar evenredigheid verschuldigd, gerekend van de eerste dag van de maand volgend op de datum van verlening, dan wel tot de eerste dag van de maand na beëindiging.
Een bezoekers- en mantelzorgvergunning wordt in parkeereenheden afgenomen die naar evenredigheid en gebruik worden afgerekend.
De kosten van de naheffingsaanslag, zoals bedoeld in artikel 12 van de verordening bedragen € 61,00 te verhogen met één uur gederfde belastinginkomsten volgens het één na laagste tarief, zijnde € 1,67.
De maatstaf van heffing, het belastingtarief, het belastingtijdvak en de opsomming van straten waarop deze van toepassing zijn voor de belasting genoemd in artikel 5, onder b van deze verordening, worden vermeld in het door het college van burgemeester en wethouders op de voet van artikel 156, tweede lid, onder g, Gemeentewet vastgestelde, en bij deze verordening behorende tarievenoverzicht.
Dit gemeenteblad 2016, nummer 206, is uitgegeven op 1 december 2016 en ligt op werkdagen van 8.30 tot 16.00 uur ter inzage bij het Bestuurlijk Informatiecentrum Rotterdam (BIR), locatie Stadswinkel Centrum, Coolsingel 40 (zijde Doelwater, tegenover hoofdbureau politie)
(Zie ook: www.bis.rotterdam.nl – Regelgeving of Gemeentebladen chronologisch)