Regeling gedeeltelijk doorbetaald buitengewoon verlof gemeente Leiden

Artikel 1 Begripsbepaling

Voor de toepassing van deze regeling wordt verstaan onder:

• 1.

  ambtenaar: de ambtenaar in de zin van artikel 1:1 van de Collectieve Arbeidsvoorwaardenregeling sector Gemeente (CAR) die in vaste dienst is aangesteld en onder de werking van de CAR valt.

• 2.

  deze regeling: “Regeling gedeeltelijk doorbetaald buitengewoon verlof gemeente Leiden”.

• 3.

  formele arbeidsduur: de arbeidsduur per week volgens de aanstelling;

• 4.

  functieschaal : de functieschaal in de zin van artikel 1:1 CAR; salaris: het salaris in de zin van artikel 1:1 CAR.

Artikel 2 Voorwaarden deelname

• 1.

  De ambtenaar van 60 jaar of ouder die ontslag verzoekt kan bij het verzoek tot ontslag een aanvraag indienen hem direct voorafgaande aan het ontslag buitengewoon verlof te verlenen voor de volledige omvang van dienst betrekking voor een periode van maximaal twee jaar doch uiterlijk tot de AOW-gerechtigde leeftijd van de ambtenaar. Het college willigt laatstgenoemde aanvraag in, tenzij een zwaarwegend dienstbelang zich daartegen verzet.

• 2.

  Van een zwaarwegend dienstbelang als bedoeld in het eerste lid is in ieder geval sprake als toekenning van de aanvraag leidt tot ernstige problemen: a. voor de bedrijfsvoering bij herbezetting van de vrijgekomen uren; b. op het gebied van veiligheid; of c. van rooster technische aard.

• 3.

  De ambtenaar komt slechts in aanmerking voor het buitengewoon verlof als de duur van het ambtelijk dienstverband bij de gemeente Leiden bij aanvang van het buitengewoon verlof tenminste 5 jaar bedraagt.

• 4.

  Als de formele arbeidsduur van de ambtenaar na 30 juni 2015 structureel is verhoogd, vindt deze regeling geen toepassing.

• 5.

  Het buitengewoon verlof vangt niet eerder dan drie maanden en niet later dan zes maanden na de aanvraag daartoe van de ambtenaar aan, doch uiterlijk voor het einde van de looptijd van deze regeling.

• 6.

  Het buitengewoon verlof blijft van kracht gedurende de resterende looptijd van de aanstelling en wordt niet meer tussentijds ingetrokken.

Artikel 3 Eindafrekening en afstand van overige afspraken

• 1.

  Bij aanvang van het buitengewoon verlof vindt een eindafrekening plaats als ware sprake van het einde van het dienstverband.

• 2.

  De ambtenaar heeft vanaf de aanvang van het buitengewoon verlof geen aanspraken jegens de gemeente uit hoofde van diens aanstelling of de beëindiging van deze aanstelling, behoudens hetgeen in deze regeling wordt bepaald.

Artikel 4 Inhouding salaris, verdeling pensioenpremies

• 1.

  Gedurende het buitengewoon verlof behoudt de ambtenaar de aanspraak op diens salaris op basis van de functieschaal en de periodiek die voor de ambtenaar van toepassing waren onmiddellijk voorafgaand aan het buitengewoon verlof, met dien verstande dat op dit salaris een inhouding wordt gepleegd van 50%.

• 2.

  De pensioenpremie van de werknemer en van de werkgever wordt berekend over het oorspronkelijke salaris met toelagen (100% pensioenopbouw). Als de werknemer ook vervroegd pensioen (ABP Keuzepensioen) opneemt, dan is 100% pensioenopbouw over het oorspronkelijke salaris niet toegestaan.

• 3.

  De pensioenpremies worden zowel door werkgever als door werknemer betaald in de normale verhouding zoals die door het ABP wordt vastgesteld. Het verhaal van het werknemersdeel vindt maandelijks plaats op het salaris van de ambtenaar.

• 4.

  Gedurende het buitengewoon verlof vindt geen verlofopbouw plaats.

Artikel 5 Stimuleringsbonus

• 1.

  Aan de ambtenaar wordt, bij deelname aan deze regeling in de eerste maand van deelname een netto stimuleringsbonus toegekend. De hoogte van deze stimuleringsbonus is afhankelijk van de functieschaal waarin de ambtenaar is aangesteld op peildatum 1 mei 2016. Wanneer de functieschaal hoger is dan salarisschaal 6 bedraagt de stimuleringsbonus € 750,-- netto bij een fulltime dienstverband. Bij een functieschaal van salarisschaal 6 of lager bedraagt de stimuleringsbonus € 1.500,-- netto bij een fulltime dienstverband. Voor deeltijders wordt de bonus naar rato berekend.

• 2.

  De stimuleringsbonus wordt niet toegekend aan de ambtenaar die voorafgaand aan deelname aan deze regeling, heeft deelgenomen aan de ‘Regeling minder werken gemeente Leiden’.

Artikel 6 Vakantietoelage, eindejaarsuitkering en levensloopbijdrage

Gedurende het buitengewoon verlof heeft de ambtenaar naar evenredigheid van het salaris waarop de inhouding wegens buitengewoon verlof is gepleegd aanspraak op een vakantietoelage als bedoeld in artikel 6:3 van de CAR-UWO, een eindejaarsuitkering als bedoeld in artikel 3:18a van de CAR-UWO en een levensloopbijdrage als bedoeld in artikel 6a:7 van de CAR-UWO.

Artikel 7 Ambtsjubileum

Als de ambtenaar voor het einde van het dienstverband een ambtsjubileum bereikt, dan ontvangt de ambtenaar de bijbehorende ambtsjubileumgratificatie op grond van het oorspronkelijke (ongekorte) salaris.

Artikel 8 Samenloop

Als voor de ambtenaar een verminderde arbeidsduur geldt op grond van de Regeling minder werken gemeente Leiden, wordt in afwijking van artikel 1, onder d, voor de toepassing van deze regeling verstaan onder salaris: het salaris dat resteert nadat daarop de inhouding op grond van de Regeling minder werken gemeente Leiden is gepleegd.

Artikel 9 Hardheidsclausule

• 1.

  In gevallen waarin deze regeling niet of niet naar billijkheid voorziet, kan het college een bijzondere regeling treffen.

• 2.

  Dwingende bepalingen in hogere wet- en regelgeving prevaleren boven de bepalingen in deze regeling. Wijzigingen in de hogere wet- en regelgeving werken direct door in deze regeling.

Artikel 10 Citeertitel

Deze regeling kan worden aangehaald als “Regeling gedeeltelijk doorbetaald buitengewoon verlof gemeente Leiden”.

Artikel 11 Werkingsduur

Deze regeling treedt in werking met ingang van 1 mei 2016 en eindigt met ingang van 1 mei 2018, met dien verstande dat deze van toepassing blijft op de ambtenaar aan wie op grond van deze regeling buitengewoon verlof is toegekend.