Organisatie | Hof van Twente |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Verordening op de heffing en de invordering van afvalstoffenheffing en reinigingsheffingen 2017 |
Citeertitel | Verordening reinigingsheffingen 2017 |
Vastgesteld door | gemeenteraad |
Onderwerp | financiën en economie |
Eigen onderwerp |
Geen
artikelen 229, eerste lid, aanhef en onderdelen a en b, van de Gemeentewet en artikel 15.33 van de Wet milieubeheer
Geen
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
01-01-2017 | 01-01-2018 | Vaststelling tarieven 2017 | 29-11-2016 GVOP | 612279 |
De raad van de gemeente Hof van Twente;
gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders;
gelet op de artikelen 229, eerste lid, aanhef en onderdelen a en b, van de Gemeentewet en artikel 15.33 van de Wet milieubeheer;
vast te stellen de navolgende Verordening op de heffing en de invordering van afvalstoffenheffing en reinigingsrechten (Verordening reinigingsheffingen 2017)
Hoofdstuk 2 Afvalstoffenheffing
Artikel 3 Aard van de belasting en belastbaar feit
De afvalstoffenheffing als bedoeld in deze verordening en de daarbij behorende tarieventabel wordt naar afzonderlijke grondslagen geheven ter zake van het gebruik van een perceel ten aanzien waarvan krachtens de artikelen 10.21 en 10.22 van de Wet milieubeheer een verplichting tot het inzamelen van huishoudelijke afvalstoffen geldt.
De belasting wordt geheven van degene die in de gemeente naar omstandigheden beoordeeld al dan niet krachtens eigendom, bezit, beperkt recht of persoonlijk recht gebruik maakt van een perceel ten aanzien waarvan ingevolge de artikelen 10.21 en 10.22 van de Wet milieubeheer een verplichting tot het inzamelen van huishoudelijke afvalstoffen geldt.
Het tarief vermeld in artikel 1.2.9 tot en met 1.2.12 van de tarieventabel wordt niet in rekening gebracht:
In afwijking van het eerste lid geldt voor de artikelen 1.2.1 t/m 1.2.8 van de bij deze verordening behorende tarieventabel dat het belastingjaar gelijk is aan een kalenderhalfjaar. Een kalenderhalfjaar beslaat de periode januari tot en met juni respectievelijk de periode juli tot en met december van het kalenderjaar.
De belasting wordt bij wege van aanslag geheven met dien verstande dat per belastbaar feit een afzonderlijke aanslag kan worden opgelegd.
Artikel 10 Ontstaan van de belastingschuld voor de overige belastingen
De belasting bedoeld in hoofdstuk 1.2. van de tarieventabel is verschuldigd bij de aanvang van de dienstverlening.
Artikel 11 Termijnen van betaling
In afwijking van het eerste lid geldt, in geval het totaalbedrag van het aanslagbiljet minimaal € 10,00 en maximaal € 6.000,00 bedraagt, en zolang de verschuldigde bedragen door middel van automatische incasso kunnen worden afgeschreven, dat de aanslagen moeten worden betaald in maximaal zes termijnen. Het minimale bedrag voor een incassotermijn is € 10,00. De eerste termijn vervalt op de laatste werkdag van de maand volgend op de maand die in de dagtekening van het aanslagbiljet is vermeld. Elk van de volgende termijnen vervalt telkens op de laatste werkdag van de daaropvolgende kalendermaand.
Onder de naam ‘reinigingsrechten’ worden rechten geheven zowel voor het genot van door het gemeentebestuur verstrekte diensten als voor het gebruik van voor de openbare dienst bestemde gemeentebezittingen, werken of inrichtingen die bij de gemeente in beheer of in onderhoud zijn.
De rechten worden geheven van degene op wiens aanvraag dan wel ten behoeve van wie de dienst wordt verricht of van degene die van de bezittingen, werken of inrichtingen gebruik maakt.
Het tarief vermeld in artikel 2.2.8 tot en met 2.2.10 van de tarieventabel wordt niet in rekening gebracht:
Het belastingjaar is gelijk aan een kalenderhalfjaar. Een kalenderhalfjaar beslaat de periode januari tot en met juni respectievelijk de periode juli tot en met december van het kalenderjaar.
De rechten bedoeld in hoofdstuk 2 van de tarieventabel worden geheven bij wege van aanslag met dien verstande dat per belastbaar feit een afzonderlijke aanslag kan worden opgelegd.
Artikel 19 Ontstaan van de belastingschuld en de heffing naar tijdsgelang voor de halfjaarlijks verschuldigde rechten
Artikel 20 Ontstaan van de belastingschuld voor de overige rechten
De rechten bedoeld in hoofdstuk 2.2. van de tarieventabel zijn verschuldigd bij de aanvang van de dienstverlening.
Artikel 21 Termijnen van betaling
In afwijking van het eerste lid geldt, in geval het totaalbedrag van het aanslagbiljet minimaal € 10,00 en maximaal € 6.000,00 bedraagt, en zolang de verschuldigde bedragen door middel van automatische incasso kunnen worden afgeschreven, dat de aanslagen moeten worden betaald in zes gelijke termijnen. Het minimale bedrag voor een incassotermijn is € 10,00. De eerste termijn vervalt op de laatste werkdag van de maand volgend op de maand die in de dagtekening van het aanslagbiljet is vermeld. Elk van de volgende termijnen vervalt telkens op de laatste werkdag van de daaropvolgende kalendermaand.
Hoofdstuk 4 Aanvullende bepalingen
Artikel 23 Nadere regels door het college van burgemeester en wethouders
Het college van burgemeester en wethouders kan nadere regels geven met betrekking tot de heffing en de invordering van de reinigingsheffingen.
Artikel 24 Inwerkingtreding, overgangsbepaling en citeertitel
Aldus vastgesteld in de openbare vergadering van de raad van de gemeente Hof van Twente d.d. 29 november 2016.
mr. A. Venema drs. H.A.M. Nauta-van Moorsel MPM