Organisatie | Maassluis |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Besluit van het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Maassluis houdende Activiteitenplan Schuldhulpverlening MVS 2016-2019 |
Citeertitel | Activiteitenplan Schuldhulpverlening MVS 2016-2019 |
Vastgesteld door | college van burgemeester en wethouders |
Onderwerp | financiën en economie |
Eigen onderwerp |
Geen.
Onbekend.
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
16-12-2016 | nieuwe regeling | 15-11-2016 | . |
Op grond van de Wet gemeentelijke schuldhulpverlening zijn gemeenten verantwoordelijk voor schuldhulpverlening, preventie en nazorg. De raden van de gemeenten Maassluis, Vlaardingen en Schiedam hebben in het Beleidsplan Aanpak Schulden Stroomopwaarts MVS 2016-2019 de kaders vastgesteld waarbinnen de colleges, en Stroomopwaarts MVS namens de colleges, schuldhulpverlening moeten uitvoeren. Het proces schuldhulpverlening wordt uitgevoerd door Stroomopwaarts overeenkomstig de modules en richtlijnen van de NVVK.
De kaders waarbinnen schuldhulpverlening wordt uitgevoerd zijn:
Preventie is een belangrijke schakel. We willen voorkomen dat inwoners in een problematische schuldsituatie terechtkomen, we willen schulden tijdig opsporen (vroegsignalering), situaties stabiel houden en voorkomen dat inwoners terugvallen in schulden (nazorg). Jongeren zijn een belangrijke groep binnen de preventie. Door vooral jongeren al vroeg beter om te leren gaan met geld, kunnen we financiële problemen in de toekomst en daarmee mede de overerving van armoede voorkomen.
Daarnaast willen we dat inwoners, die in een problematische schuldsituatie zitten, zicht krijgen op de te nemen stappen en daarmee ook weer perspectief krijgen. We richten ons daarbij meer op ‘zorgen dat’ inwoners weer hun eigen budgetregie kunnen voeren in plaats van ‘zorgen voor’ deze budgetregie. Het uitgangspunt hierbij is maatwerk, afgestemd de op de zelfredzaamheid van de burger. Het treffen van een schuldregeling kan onderdeel zijn van het aanbod, maar is geen doel op zich. We willen dat inwoners kunnen blijven meedoen in de samenleving. Schuldhulpverlening moet er toe leiden dat inwoners zo financieel vaardig en zelfstandig als mogelijk worden.
Schulden staan vaak niet op zichzelf. Dit vraagt om een integrale benadering. Door samen te werken binnen het Sociaal Domein en met de maatschappelijke- en vrijwilligersorganisaties in de stad, schuldeisers, scholen, maar ook in het kader van maatschappelijk verantwoord ondernemen met (lokale) bedrijven kunnen we meer doen. Onze partners weten vaak wat er speelt. Door nauw samen te werken en onderling door te verwijzen ondersteunen onze activiteiten elkaar en vullen zij elkaar aan.
Bij de totstandkoming van het activiteitenplan is rekening gehouden met landelijke informatie en is afgestemd met lokale partijen.
Binnen de beschreven kaders zijn beleidsdoelstellingen geformuleerd. In dit activiteitenplan wordt beschreven welke activiteiten, naast en aanvullend op de reguliere schuldhulpverlening, worden ondernomen bij de in het beleidsplan genoemde beleidsdoelstellingen. Hierbij zijn de uitkomsten van de evaluatie van de Wet gemeentelijke schuldhulpverlening (Wgs) en de kabinetsreactie hierop meegenomen.
De kaders uit het beleidsplan, waarbinnen het activiteitenplan wordt vormgegeven, zijn breed afgestemd binnen SOW, maar ook met de accounthouders en de beleidsafdelingen van de MVS gemeenten, betrokken maatschappelijke partners en vrijwilligersorganisaties, de college- en raadsleden van de MVs gemeenten en de Adviesraad Samenlevingszaken Maassluis en de Cliëntenraden van Vlaardingen en Schiedam. Het activiteitenplan is afgestemd met de medewerkers van de betrokken Unit Instroom, de betrokken partners, de accounthouders en de betrokken beleidsmedewerkers van de MVS gemeenten. Het concept activiteitenplan is in een vroeg stadium aan de Adviesraad Samenlevingszaken Maassluis en de Cliëntenraden van Vlaardingen en Schiedam aangeboden. Zij hebben nog de gelegenheid in het voortraject of in een later stadium aan de wethouder advies uit te brengen. Ook de raadsleden van de MVS gemeenten zullen bij de totstandkoming van het definitieve activiteitenplan betrokken worden.
Met de afdeling communicatie wordt de inzet op communicatie voor de verschillende activiteiten vorm gegeven.
In het activiteitenplan worden onder andere enkele pilots genoemd. In de pilots worden ideeën en/of nieuwe werkwijzen uitgeprobeerd. Deze pilots, en ook de andere activiteiten, zullen worden gemonitord en geëvalueerd. Het is de bedoeling dat de positieve resultaten uit de pilots regionaal worden uitgerold. Dit vraagt ook wat van de uitvoering. Het zal de komende periode nog wel moeten blijken of de activiteiten binnen de huidige beschikbare formatie uitgevoerd kunnen worden.
Met de in het activiteitenplan genoemde activiteiten willen we voorkomen dat inwoners in een problematische schuldsituatie terecht komen. We willen zorgen dat inwoners (weer) zelf de regie op hun financiële situatie kunnen voeren en we willen zorgen dat inwoners die wel in een problematische schuldsituatie terecht zijn gekomen er weer uit komen. Daarbij werken we samen met de verschillende partners en organisaties in de keten rondom schuldhulpverlening. Deze planperiode werken we voor het eerst met eigen preventiemedewerkers, waardoor er veel activiteiten op preventiegebied kunnen worden opgezet. Nieuw is ook de nauwe samenwerking met de wijkteams op het gebied van vroegsignalering en de preventie huisuitzetting. De afspraken met de woningbouwverenigingen worden vernieuwd en in een convenant vastgelegd. Verder worden afspraken gemaakt met de belastingdienst en zorgverzekeraars en wordt er meer ingezet op de regie op budgetbeheer en bewindvoering. Tenslotte wordt onderzocht welke online mogelijkheden we inwoners kunnen gaan bieden. De inzet van vrijwilligers voor hulp bij de administratie loopt al een aantal jaar en deze inzet wordt voortgezet.
In de beschrijving van de te ondernemen activiteiten, naast en aanvullend op het aanbod schuldhulpverlening, wordt grotendeels de lijn van de beleidsdoelstellingen gevolgd. Een aantal activiteiten kunnen, gezien de samenhang, betrekking kan hebben op meerdere beleidsdoelstellingen en er zijn raakvlakken met het Activiteitenplan Armoedebeleid MVS.
De ambitie die we willen bereiken met het geheel aan activiteiten is jaarlijks 3% minder trajecten schuldregeling dan in peiljaar 2015 (hierbij wordt bedoeld de start van de trajecten schuldregeling. De trajecten kunnen slagen of niet slagen. Geslaagde trajecten schuldregeling ( = totstandkoming afspraken) moeten vervolgens nog 3 jaar worden doorlopen. Dan is de schuldregeling geslaagd.
Bestandsontwikkeling 2014, 2015 en 2016 tot 1 juli 2016
*Dit zijn de cijfers na de start van Stroomopwaarts per 1 juli 2015. De locatie Maassluis zit in de opstartfase, voor juli 2015 werd schuldhulpverlening uitbesteed. Er is nog geen doorloop in de cijfers, waardoor de cijfers in eerste instantie lager lijken. De doorloop is er naar het eerste kwartaal 2016 wel.
2.1. Intensivering preventie en nazorg (wettelijke taken)
2.2. Optimaliseren van het gebruik van het armoedebeleid
Hier ligt een relatie met het armoedebeleid en het verbeteren van het perspectief en de (inkomens)situatie van burgers. De activiteiten die de komende jaren op dit gebied worden ingezet zijn opgenomen in het activiteitenplan armoede MVS 2016 -2017. Hiernaar wordt dan ook verwezen.
2.3. Intensiveren vroegsignalering
2.4. Voorkomen van huisuitzettingen en afsluiting van gas, elektra en water
2.5. Bevorderen van toegankelijke, integrale schuldhulpverlening.
Prestatie indicatoren met betrekking tot het geheel van de activiteiten onder de noemer bevorderen van laagdrempelige , integrale schuldhulpverlening:
2.6. Optimaliseren van het gebruik van ICT en gemeenschappelijke basisregistraties
2.7. Verbeteren en onderhouden samenwerking met de verschillende partners
De goede samenwerking komt bij alle voorgaande punten en tijdens de reguliere werkzaamheden steeds terug. Dit punt heeft doorlopend de aandacht.
Prestatie indicator: minimaal 2 keer per jaar overleg, afhankelijk van het onderwerp, de gemaakte (subsidie)afspraken en naast de reguliere uitvoerende overleggen.
3.1 Financiële uitgangspunten en kaders
Door de ontwikkelingen binnen het sociaal domein, is het wenselijk om een integraal beeld te geven op welke wijze Schuldhulpverlening (inclusief de preventie, (tijdelijke) ondersteuning) is georganiseerd. De beleidsterreinen voor het armoedebeleid en schuldhulpverlening staan niet los van elkaar, gezien ontwikkelingen en resultaten gevolgen hebben op het bereik en gebruik van de aangeboden producten. In het lokaal beleidsnota schuldhulpverlening is al een subsidie plafond benoemd van € 89.500 voor verstrekkingen uit het armoedebeleid aan maatschappelijke organisatie zoals schuldhulpmaatjes en Humanitas.
Na het vaststellen van de beleidsnota (inclusief het financieel kader) is er een extra impuls gekomen, om de beschikbare budgetten zodanig in te zetten dat het op meerdere beleidsterreinen effectiever wordt. Het financieel kader voor schuldhulpverlening is uitgebreid met de beschikbare minima middelen (gemeenten/SOW) voor bewindsvoering/budgetbeheer (in 2016 € 920.000 aflopend naar € 663.440 in 2019) en beschikbare re-integratie/ participatie middelen (SOW) voor ontwikkel en activeringstrajecten (in 2016 € 220.000 aflopend naar € 254.000 in 2019). De opgave is om in samenhang de middelen effectiever en efficiënter in te zetten, vrijkomende middelen zullen beschikbaar komen aan het uitvoeringsprogramma armoedebeleid.
Het financieel kader voor de uitvoering voor het beleidsplan Schuldhulpverlening 2016-2019 is als volgt ;
In de bijlagen is een specificatie opgenomen van het financieel kader naar gemeenten en SOW.
Algemene uitgangspunten financieel kader:
Het huisvestingcomponent is geen onderdeel van het financieel kader. De huisvesting wordt om niet beschikbaar gesteld voor training, dienstverlening en uitvoering activiteiten. De locaties worden beschikbaar gesteld door gemeenten (inclusief hosting) en maatschappelijke organisaties en/of Wijkteams.
De activiteiten (exclusief extra inzet pilots wijkteams) kunnen worden uitgevoerd binnen de beschikbare capaciteit, waar rekening is gehouden met een afname van 2,5 fte door harmonisatie van uitvoering en systemen. De huidige (extra) capaciteit voor de aansluiting met de wijkteam (pilots) wordt momenteel gefinancierd met incidentele middelen uit SOW en/of gemeenten.
het minima budget voor individuele verstrekkingen bewindsvoering en budgetbeheer is onderdeel van het financieel kader voor de uitvoering schuldhulpverlening. Door meer inzet op de regie van de trajecten bewindsvoering (wettelijk verplicht, opgelegd door de rechtbank) en vroeg signalering/ preventie is de verwachting dat het benodigd budget daalt vanaf 2017 3%, naar 7% in 2018 en 12 % in 2019. De vrijvallende middelen van circa € 200.000 in 2019 wordt ingezet voor de uitvoeringsprogramma armoedebeleid.
In 2016 zullen producten ontwikkeld worden waar budgetbeer (in verschillende vormen van dienstverlening van licht tot zwaar) onderdeel uitmaakt van het traject voor de doelgroep SOW. Ingaande 2017 wordt het budgetbeheer voor onze doelgroep aangeboden als onderdeel van een traject. De aanname gemaakt dat 75% voor een aanvraag budgetbeheer gaat om de SOW doelgroep, Resterend aantal van 25% blijft sprake van individuele verstrekking vanuit minima.
3.2 Financiën uitvoeringsprogramma
Financieel overzicht (exclusief uitvoeringskosten SOW) 2016 - 2019
Op basis van de activiteiten zoals genoemd onder hoofdstuk 2 zijn onderstaand de inzet van middelen toegelicht.
Bewindsvoering/ budget beheer (individuele verstrekkingen)
Het budget voor 2016 is gebaseerd op de ervaringscijfers van 2015. Voor het wettelijk aandeel (bewindsvoering opgelegd door de rechtbank) is een bedrag geraamd van € 688.000 en voor het budgetbeheer € 232.000. Wij constateren dat er verschillen zijn in de uitvoering wat resulteert in een afwijkende verdeling tussen wettelijk en lokaal in Maassluis (60% wettelijk, in Schiedam en Vlaardingen 80%) en gebruik regelingen (frequentie). Er wordt onderzoek uitgevoerd naar de regionale verschillen en het effect hiervan op de harmonisatie van uitvoering.
In onderstaand overzicht is de verantwoording over 2015 van de individuele verstrekkingen bewindsvoering/ budget beheer opgenomen.
Individuele verstrekking op grond van minima regelingen zijn een open eind regeling. Het beschikbaar budget is geen grond om aanvragen af te wijzen.
Subsidies en overige verstrekkingen
Er is een subsidie plafond van € 89.500 voor de inzet van maatschappelijk (vrijwilligers) organisaties in de preventie en vroeg signalering. (Maassluis € 14.500, Vlaardingen € 15.000, Schiedam € 60.000)
Er is een budget beschikbaar van € 30.000 ter intensivering op preventie door training en voorlichting (communicatie). Deze middelen zijn voor de gehele periode beschikbaar.
In 2016 wordt op twee terreinen extra middelen ingezet, namelijk op ondersteuning in de pilot wijkteam in het kader van schuldpreventie en het optimaliseren registratie. Het laatste wordt aangeboden als een tijdelijke werkplek voor onze doelgroep.
Stroomopwaarts zorgt voor het aanbieden van de formulierenbrigade in samenwerking met maatschappelijke organisaties. Het aanbod van de formulierenbrigade wordt gezien als lokaal project die aansluit bij preventie en optimaliseren gebruik voorzieningen (€ 50.000).
Ingaande 2017 wordt het budgetbeheer voor de doelgroep als onderdeel van een traject aangeboden.