Organisatie | Groningen |
---|---|
Organisatietype | Provincie |
Officiële naam regeling | Besluit van Gedeputeerde Staten van de provincie Groningen houdende regels betreffende kosten voor verplaatsing Regeling verplaatsingskosten 2000 Provincie Groningen |
Citeertitel | Regeling verplaatsingskosten 2000 Provincie Groningen |
Vastgesteld door | gedeputeerde staten |
Onderwerp | bestuur en recht |
Eigen onderwerp | Bestuurlijke organisatie |
Geen
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
21-02-2018 | 01-01-2018 | nieuwe regeling | 13-02-2018 | K300 | |
21-11-2000 | 21-02-2018 | nieuwe regeling | 03-10-2000 Provinciaal Blad 2000, 39 | 00/13.339 |
Besluit van Gedeputeerde Staten der provincie Groningen van 31 oktober 2000, nr. 00/14.411, CM, houdende bekendmaking van hun besluit van 3 oktober 2000, nr. 00/13.339, CM, tot vaststelling van op de Collectieve Arbeidsvoorwaardenovereenkomst, sector Provincies, gebaseerde uitvoeringsregelingen;
Maken bekend dat in hun vergadering van 3 oktober 2000, nr. 00/13.339, CM is vastgesteld hetgeen volgt: Gedeputeerde Staten
der provincie Groningen; Gelet op het SPA-akkoord 2000/2001;
Gelet op het besluit van Provinciale Staten tot vaststelling van de Collectieve Arbeidsvoorwaardenregeling Provincies;
Gelet op het standpunt van de commissie van georganiseerd overleg; besluiten: E. de Regeling verplaatsingskosten 2000 wordt vastgesteld als volgt
Hoofdstuk I Algemene bepalingen
Voor de toepassing van het eerste lid, onderdeel k, wordt, indien de belanghebbende in het genot is van een toelage als bedoeld in de artikelen 16, 17 en 18 van de Provinciale Bezoldigings-, Toelagen- en Vergoedingenregeling 1988, dit bezoldigingsdeel vastgesteld op het bedrag dat de belanghebbende gedurende de drie kalendermaanden voorafgaande aan het berekeningstijdstip gemiddeld per maand aan deze toelagen heeft genoten.
Naar de regelen bij of krachtens dit besluit wordt een tegemoetkoming verleend ter zake van uitgaven, gedaan naar aanleiding van een verhuizing in verband met indiensttreding of verplaatsing ter zake van terugkeer naar de oude woonomgeving dan wel in verband met het reizen naar de plaats van tewerkstelling.
Hoofdstuk II Aanspraken op tegemoetkoming in verhuiskosten
De belanghebbende, die, zonder dat daartoe opdracht is verleend door het bevoegde gezag, in verband met een verplaatsing is verhuisd, kan op zijn verzoek door het bevoegd gezag een tegemoetkoming in de kosten worden verleend, indien hij zich binnen een afstand van ten hoogste 10 kilometer hemelsbreed van de standplaats heeft gevestigd en de afstand tussen de oude woning en de plaats van tewerkstelling ten minste 20 kilometer hemelsbreed bedroeg.
Indien het verlaten van een dienstwoning samenhangt met een ontslag op verzoek anders dan een ontslag op verzoek met recht op uitkering voor vervroegd uittreden, of met een ontslag als gevolg van aan belanghebbende te wijten feiten of omstandigheden en het ontslag niet ingaat binnen twee jaren nadat de dienstwoning is betrokken, kan een gedeeltelijke tegemoetkoming in verhuiskosten worden verleend.
Een tegemoetkoming als bedoeld in het eerste lid wordt slechts verleend, indien de belanghebbende in een periode van minder dan tien jaar voorafgaande aan het beëindigen van het dienstverband is verhuisd ten gevolge van een verplaatsing en het bestuursorgaan een verhuizing van het gezin naar de oude woonomgeving noodzakelijk acht.
Het bestuursorgaan wint daarbij een bedrijfsmaatschappelijk advies in.
De belanghebbende aan wie tijdens zijn plaatsing buiten Nederland ontslag op verzoek wordt verleend met recht op een uitkering ingevolge Regeling flexibel pensioen en uittreden als bedoeld in artikel 3 van de Centrale vut-vereenkomst overheids-en onderwijspersoneel, dan wel die anders dan op eigen verzoek en niet wegens aan hem te wijten feiten of omstandigheden wordt ontslagen, wordt een tegemoetkoming in de verhuiskosten voor terugkeer in Nederland verleend.
De belanghebbende, aan wie tijdens zijn plaatsing buiten Nederland ontslag op verzoek wordt verleend, anders dan ontslag op verzoek als bedoeld in het eerste lid, of die niet op verzoek wordt ontslagen als gevolg van aan hem te wijten feiten of omstandigheden, wordt volgens nader door Gedeputeerde Staten te stellen regelen een gedeeltelijke tegemoetkoming in verhuiskosten verleend voor terugkeer in Nederland.
Geen tegemoetkoming in verhuiskosten ingevolge de artikelen 3, 5 of 6 wordt verleend, indien de verhuizing niet heeft plaatsgevonden binnen twee jaren nadat de wens tot verhuizen te kennen is gegeven of de verplichting tot verhuizen is opgelegd, dan wel na de datum van het ontslag, het overlijden of de verplaatsing.
Hoofdstuk III De hoogte van de tegemoetkoming in verhuiskosten
Indien de belanghebbende op de dag van de verhuizing een eigen huishouding voert, wordt het bedrag bedoeld in het eerste lid, onderdeel c, voor zover bij of krachtens dit artikel niet anders is bepaald, gesteld op een tegemoetkoming van 3% van de berekeningsbasis voor ieder woon- of slaapvertrek, tot een maximum van 4 van deze vertrekken, die de achtergelaten woning telt, met dien verstande dat het bedrag een nader door Gedeputeerde Staten vast te stellen bedrag niet mag overschrijden.
Indien aan de belanghebbende door het bestuursorgaan tevoren is medegedeeld dat de verplaatsing van tijdelijke aard is, bestaat slechts aanspraak op de vergoeding van transportkosten van de bagage. Voorts kan, indien bijzondere omstandigheden daartoe aanleiding geven een tegemoetkoming als bedoeld in het eerste lid, onderdeel c, worden verleend van 3% van de berekeningsbasis.
Indien bij een verplaatsing uit, naar en buiten Nederland de door Gedeputeerde Staten vastgestelde regelen niet toelaten, dat de belanghebbende zijn gezinsleden op kosten van de provincie meeneemt, bestaat slechts aanspraak op vergoeding van:
kosten bedoeld in artikel 9, eerste en tweede lid, voor zover deze betrekking hebben op de belanghebbende zelf.
Voorts kan, indien bijzondere omstandigheden daartoe aanleiding geven, een tegemoetkoming als bedoeld in artikel 8, eerste lid, onderdeel c, worden verleend van 3% van de berekeningsbasis.
Bij een verplaatsing naar een land buiten Europa alsmede Kreta en IJsland en terug kan, indien de tewerkstelling aldaar naar verwachting tenminste een jaar zal duren, de tegemoetkoming in verhuiskosten mede bestaan uit een tegemoetkoming in de kosten van het transport over zee van een aan de belanghebbende in eigendom behorende personenauto volgens nader door Gedeputeerde Staten vast te stellen regelen.
Hoofdstuk IV De tegemoetkoming in reis- en pensionkosten
De belanghebbende, die in een woonplaats woont welke geen goede verbinding met de standplaats heeft en naar een woonplaats met wel een goede verbinding met de standplaats heeft, wenst te verhuizen dan wel naar het oordeel van het bestuursorgaan dient te verhuizen en die, ondanks alle pogingen daartoe er niet in slaagt te verhuizen, heeft aanspraak op een tegemoetkoming in de kosten van het dagelijks reizen tussen de woning en de plaats van tewerkstelling, voor de duur van 1 jaar. Na dat jaar is de Regeling woon-werk verkeer 1996 van toepassing.
De belanghebbende, bedoeld in het eerste lid, die naar zijn oordeel niet dagelijks heen en weer kan reizen, heeft, tenzij door de provincie al dan niet tegen betaling in huisvesting wordt voorzien, gedurende een jaar aanspraak op een tegemoetkoming in de pensionkosten voor verblijf in een pension in of nabij de standplaats, benevens een tegemoetkoming voor ten hoogste één maal per week in de reiskosten voor gezinsbezoek of partnerbezoek, dan wel voor reiskosten naar de plaats waar hij metterwoon nog gevestigd is.
De belanghebbende, die een pension betrekt, heeft op basis van de Regeling woon-werk verkeer 1996 tevens aanspraak op vergoeding van de reiskosten tussen het pensionadres en de standplaats.
Indien een belanghebbende als bedoeld in het eerste en tweede lid, naar het oordeel van het bestuursorgaan niet alles, wat redelijkerwijs van hem mag worden verwacht, heeft gedaan om zo spoedig mogelijk te verhuizen, komt hij niet langer in aanmerking voor de tegemoetkomingen, bedoeld in het eerste en tweede lid.
De belanghebbende, bedoeld in het eerste lid, die in verband met een indiensttreding of een verplaatsing naar of naar de nabijheid van de toekomstige standplaats verhuist en die voor de datum van indiensttreding of verplaatsing verhuist, heeft tot een maximumtermijn van drie maanden aanspraak op een tegemoetkoming in de kosten voor het reizen tussen de nieuwe woning en de plaats van tewerkstelling als bedoeld in het eerste lid, dan wel op een tegemoetkoming, bedoeld in het tweede lid.
Hoofdstuk V Overige bepalingen
Aan de belanghebbende, die met zijn gezin ten gevolge van een verplaatsing naar een buiten Nederland gelegen gebied is verhuisd of terugkeert van een plaatsing in een in het buitenland gelegen gebied en die, als gevolg van het ontbreken van passende woonruimte, dan wel het nog niet beschikbaar zijn van zijn inboedel, voor bijzondere financiële lasten komt te staan, kan deswege een tegemoetkoming worden verleend.
Het bestuursorgaan kan ter zake van de in of krachtens dit besluit bedoelde tegemoetkomingen een voorschot verlenen.
De belanghebbende die voor de datum van inwerkingtreding van het besluit bij een verhuizing aanspraak kon maken op een tegemoetkoming in verhuiskosten op grond van de Regeling verplaatsingskosten 1993 Provincie Groningen en voor wie de tegemoetkoming in verhuiskosten ingevolge dit besluit lager is, kan bij een verhuizing binnen zes maanden na de inwerkingtreding van dit besluit, onverminderd het bepaalde in artikel 7 van dit besluit, in aanmerking komen voor een tegemoetkoming in verhuiskosten zoals die van toepassing was voor de inwerkingtreding van dit besluit.