Ziet u een fout in deze regeling? Meld het ons op regelgeving@overheid.nl!
Bunschoten

Kwijtscheldingsregeling gemeente Bunschoten 2017

Wetstechnische informatie

Gegevens van de regeling
OrganisatieBunschoten
OrganisatietypeGemeente
Officiële naam regelingKwijtscheldingsregeling gemeente Bunschoten 2017
CiteertitelKwijtscheldingsregeling gemeente Bunschoten 2017
Vastgesteld doorgemeenteraad
Onderwerpfinanciën en economie
Eigen onderwerp

Opmerkingen met betrekking tot de regeling

Deze verordening vervangt per 1 januari 2017 de Kwijtscheldingsregeling gemeente Bunschoten 2016.

Wettelijke grondslag(en) of bevoegdheid waarop de regeling is gebaseerd

  1. Gemeentewet, art. 255
  2. Gemeentewet, art. 255a
  3. Uitvoeringsregeling Invorderingswet 1990, art. 28

Regelgeving die op deze regeling is gebaseerd (gedelegeerde regelgeving)

Geen

Overzicht van in de tekst verwerkte wijzigingen

Datum inwerkingtreding

Terugwerkende kracht tot en met

Datum uitwerkingtreding

Betreft

Datum ondertekening

Bron bekendmaking

Kenmerk voorstel

01-01-201701-01-2019Nieuwe regeling

15-12-2016

gmb-2016-169459

1044817m

Tekst van de regeling

Intitulé

Kwijtscheldingsregeling gemeente Bunschoten 2017

De raad van de gemeente Bunschoten; gelezen het voorstel van het college van burgemeester en wethouders van 8 november 2016, nr. 1044898;

gelet op artikel 255 en 255a van de Gemeentewet, alsmede de Uitvoeringsregeling Invorderingswet1990;

gelet op artikel 28, eerste lid, onderdeel b, van de Uitvoeringsregeling Invorderingswet 1990; overwegende dat het gewenst is nadere regels te stellen voor het verlenen van kwijtschelding van gemeentelijke belastingen en rechten;

besluit:

vast te stellen de:

‘Kwijtscheldingsregeling gemeente Bunschoten 2017’

Artikel 1 Uitgesloten van kwijtschelding

Bij de invordering van de volgende belastingen en rechten wordt geen kwijtschelding verleend:

  • a.

    hondenbelasting;

  • b.

    forensenbelasting;

  • c.

    precariobelasting;

  • d.

    begrafenisrechten;

  • e.

    marktgelden;

  • f.

    havengelden;

  • g.

    veerpontgelden de Eem;

  • h.

    leges;

  • i.

    BIZ bijdragen.

Artikel 2 Heffingen waarvoor kwijtschelding mogelijk is

Bij de invordering van de volgende belastingen en rechten kan kwijtschelding worden verleend:

  • a.

    onroerende-zaakbelastingen, eigenarenbelasting woningen;

  • b.

    belasting op roerende woon- en bedrijfsruimten, eigenarenbelasting woningen;

  • c.

    afvalstoffenheffing, met inachtneming van de beperkingen bij artikel 3;

  • d.

    rioolheffing, gebruikersheffing woningen.

Artikel 3 Beperking kwijtschelding afvalstoffenheffing

  • 1.

    Bij de invordering van afvalstoffenheffing wordt slechts kwijtschelding verleend voor het vastrecht zoals vermeld in artikel 1.1 van hoofdstuk 1 van de tarieventabel behorende bij de verordening afvalstoffenheffing;

  • 2.

    Voor de overige tarieven afvalstoffenheffing wordt geen kwijtschelding verleend.

Artikel 4 Verruimde kwijtscheldingsbepaling (kosten van bestaan)

  • 1.

    Bij het verlenen van kwijtschelding als bedoeld in artikel 26 van de Invorderingswet 1990 vindt het bepaalde in hoofdstuk 2 van de Uitvoeringsregeling Invorderingswet 1990 toepassing met dien verstande dat de kosten van bestaan als bedoeld in artikel 16 dienen te worden gesteld op 100% van de genormeerde bijstandsuitkeringen.

  • 2.

    In afwijking van lid 1, worden de kosten van bestaan voor inwoners die de pensioengerechtigde leeftijd, bedoeld in artikel 7a, eerste lid van de Algemene ouderdomswet, hebben bereikt, gesteld op 100% AOW met een deel van de tegemoetkoming koopkracht oudere belastingplichtigen (KOB). Aanleiding voor deze afwijking ten opzichte van het eerste lid is de Wet geleidelijke afbouw van de dubbele heffingskorting in het referentieminimumloon tot één keer de algemene heffingskorting met uitzondering van het referentieminimumloon voor de Algemene Ouderdomswet (Stb. 2011, 647).

Artikel 5 Kwijtschelding voor ondernemers (priveschulden)

  • 1.

    Een verzoek van ondernemers om kwijtschelding van lokale belastingen als bedoeld in artikel 2, die geen verband houden met de uitoefening van het bedrijf of beroep, wordt behandeld volgens de bepalingen van hoofdstuk II, de afdelingen 1, 2 en 5 van de Uitvoeringsregeling Invorderingswet 1990.

  • 2.

    Daarbij geldt als randvoorwaarde dat een ondernemer op het moment van de aanvraag van kwijtschelding een uitkering ontvangt op grond van het Besluit bijstandsverlening zelfstandigen (Bbz).

Artikel 6 Termijn indiening kwijtscheldingsverzoek

Een verzoek om kwijtschelding als bedoeld in artikel 7, eerste lid, van de Uitvoeringsregeling Invorderingswet 1990 moet worden ingediend vóór het verstrijken van de laatste vervaldatum van de aanslagen gemeentelijke belasting(en) waarvoor een verzoek om kwijtschelding wordt ingediend.

Artikel 7 Inwerkingtreding en citeertitel

  • 1.

    De ‘Kwijtscheldingsregeling gemeente Bunschoten 2016’, vastgesteld op 10 december 2015, wordt ingetrokken met ingang van de in het tweede lid genoemde datum, met dien verstande dat zij van toepassing blijft op de belastbare feiten die zich voor die datum hebben voorgedaan;

  • 2.

    Deze regeling treedt in werking op 1 januari 2017;

  • 3.

    Dit besluit wordt aangehaald als: ‘Kwijtscheldingsregeling gemeente Bunschoten 2017’.

Aldus vastgesteld in de openbare vergadering van de raad van de gemeente Bunschoten van 15 december 2016

de griffier,

E.Hoogstraten

de voorzitter, M. v.d. Groep