Organisatie | Arnhem |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Verordening van de gemeenteraad van de gemeente Arnhem houdende regels omtrent heffing en invordering rioolheffing Verordening rioolheffing 2017 |
Citeertitel | Verordening rioolheffing 2017 |
Vastgesteld door | gemeenteraad |
Onderwerp | financiën en economie |
Eigen onderwerp |
Deze regeling vervangt de Verordening rioolheffing 2016.
De datum van ingang van de heffing is 1 januari 2017.
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
12-12-2016 | 01-01-2018 | nieuwe regeling | 07-11-2016 | docnr.: 2016.0.074.191 Besluit burgemeester en wethouders van 20 september 2016 met docnr.: 2016.0.047.626 |
Onder de naam rioolheffing wordt een directe belasting geheven ter bestrijding van de kosten die voor de gemeente verbonden zijn aan:
a.de inzameling en het transport van huishoudelijk afvalwater en bedrijfsafvalwater, alsmede de
zuivering van huishoudelijk afvalwater; en
b.de inzameling van afvloeiend hemelwater en de verwerking van het ingezamelde hemelwater,
b. alsmede het treffen van maatregelen teneinde structureel nadelige gevolgen van de
b. grondwaterstand voor de aan de grond gegeven bestemming zoveel mogelijk te voorkomen of te
Belastbaar feit en belastingplicht
Met betrekking tot het eigenarendeel wordt, ingeval het perceel een onroerende zaak is, als genothebbende krachtens eigendom, bezit of beperkt recht aangemerkt degene die bij het begin van het belastingjaar als zodanig in de basisregistratie kadaster is vermeld, tenzij blijkt dat hij op dat tijdstip geen genothebbende krachtens eigendom, bezit of beperkt recht is.
Indien gedeelten van een in artikel 3 bedoeld perceel blijkens hun indeling bestemd zijn om als afzonderlijk geheel te worden gebruikt, wordt de belasting geheven ter zake van elk als zodanig bestemd gedeelte, met dien verstande dat indien twee of meer van die gedeelten tezamen als één geheel worden gebruikt, deze als één perceel worden aangemerkt.
Ingeval voor het perceel geen waarde op de voet van hoofdstuk IV van de Wet waardering onroerende zaken is vastgesteld, wordt de heffingsmaatstaf van dat perceel bepaald met overeenkomstige toepassing van het bepaalde bij of krachtens de artikelen 17, 18 en 20, tweede lid, van de Wet waardering onroerende zaken.
De eerste termijn vervalt dan op de laatste dag van de maand volgend op die waarin de dagtekening van het aanslagbiljet is gesteld en elk van de volgende termijnen telkens een maand later.
Inwerkingtreding en citeertitel
1 De ‘Verordening rioolheffing 2016' van 2 november 2015 wordt ingetrokken met ingang van de in het derde lid genoemde datum van ingang van heffing met dien verstande dat zij van toepassing blijft op de belastbare feiten die zich voor die datum hebben voorgedaan.
4 Deze verordening kan worden aangehaald als de ‘Verordening rioolheffing 2017'.