Organisatie | Zwolle |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Gemeenschappelijke regeling Uitvoeringsorganisatie Jeugdzorg IJsselland |
Citeertitel | Gemeenschappelijke regeling Uitvoeringsorganisatie Jeugdzorg IJsselland |
Vastgesteld door | college van burgemeester en wethouders |
Onderwerp | maatschappelijke zorg en welzijn |
Eigen onderwerp | Gemeenschappelijke regeling |
Deze regeling is tevens vastgesteld door de colleges van de gemeenten Dalfsen, Deventer, Hardenberg, Kampen, Olst-Wijhe, Ommen, Raalte, Staphorst, Steenwijkerland en Zwartewaterland
Geen
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
01-01-2017 | 01-01-2018 | nieuwe regeling | 15-12-2016 Staatscourant 22-12-2016 | cb 2016-12.15 |
Hoofdstuk 1: Algemene bepalingen
In deze regeling wordt verstaan onder:
Hoofdstuk 3: Taken en verantwoording
De uitvoeringsorganisatie fungeert als aankoopcentrale van de gemeenten. De colleges dragen er zorg voor dat de gemeenten de benodigde mandaten, volmachten en machtigingen geven die de uitvoeringsorganisatie nodig heeft voor het kunnen functioneren als aankoopcentrale en het uitvoeren van hiermee samenhangende taken.
De gemeenten en de uitvoeringsorganisatie kunnen in een dienstverleningsovereenkomst nadere afspraken maken over de taken van de uitvoeringsorganisatie in het kader van dit artikel, alsmede over rapportages en overige informatie die de uitvoeringsorganisatie beschikbaar moet stellen over de uitvoering van deze taken.
De artikelen 186 tot en met 213 van de Gemeentewet zijn van overeenkomstige toepassing, voor zover daarvan bij of krachtens de Wet gemeenschappelijke regelingen niet is afgeweken.
Het bestuur zendt uiterlijk 15 april van het jaar voorafgaande aan dat waarvoor de begroting dient, de algemene financiële en beleidsmatige kaders aan de raden.
Artikel 14: Zienswijzenprocedure en vaststelling begroting
Het bepaalde in het eerste, tweede, derde en vijfde lid is van overeenkomstige toepassing op besluiten tot wijziging van de begroting, met uitzondering van die wijzigingen van de begroting waarbij geen wijziging wordt gebracht in de bijdragen van de gemeenten. Het bepaalde in het vierde en zesde lid is van toepassing, met dien verstande dat wijzigingen in de begroting ook kunnen worden vastgesteld gedurende het jaar waarvoor de begroting geldt, en in dat geval inzending aan gedeputeerde staten niet voor 1 augustus hoeft plaats te vinden.
Hoofdstuk 5: Bepalingen over de regeling
De regeling wordt voor 31 juli 2017 geëvalueerd, zodat de colleges kunnen besluiten de regeling voort te zetten. De regeling kan ook in gewijzigde vorm door minder colleges worden voortgezet. Er is dan geen sprake van uittreding van de colleges die beslissen tot het niet langer deelnemen in de regeling.
Indien een of meerdere colleges beslissen tot niet langer deelnemen aan de regeling wordt een liquidatieplan opgesteld, waarin de kosten voor de beëindiging van de deelname die redelijkerwijs kunnen worden toegerekend aan de betreffende colleges door deze colleges worden gedragen. De kosten voor het opstellen van het liquidatieplan worden door alle colleges gezamenlijk gedragen.
Ten aanzien van het beheer van de archiefbescheiden van het bestuur, voor zover deze archiefbescheiden niet zijn overgebracht naar een archiefbewaarplaats, is, onder de bevelen van het bestuur, met het toezicht op de naleving van het bepaalde bij of krachtens de Archiefwet 1995 belast de archivaris. Met betrekking tot dit toezicht stelt het bestuur een verordening vast, welke aan gedeputeerde staten van Overijssel wordt medegedeeld.