Organisatie | Winterswijk |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Verordening op de heffing en invordering van reclamebelasting 2017 (Verordening Reclamebelasting 2017) |
Citeertitel | Verordening Reclamebelasting 2017 |
Vastgesteld door | gemeenteraad |
Onderwerp | financiën en economie |
Eigen onderwerp |
De datum van ingang van de heffing is 1 januari 2017.
Deze verordening vervangt per 1 januari 2017 de Verordening Reclamebelasting 2016.
Geen
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
01-01-2017 | 01-01-2018 | Nieuwe regeling | 22-12-2016 | 119635 |
De raad van de gemeente Winterswijk;
gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders van 22 november 2016, nr. 119635;
gelet op artikel 227 van de Gemeentewet;
VERORDENING OP DE HEFFING EN INVORDERING VAN RECLAMEBELASTING WINTERSWIJK CENTRUM 2017 (Verordening Reclamebelasting 2017)
Artikel 1 Begripsomschrijvingen
Deze verordening verstaat onder:
onroerende zaak zoals afgebakend overeenkomstig artikel 16 van de Wet waardering onroerende zaken.
De Verordening Reclamebelasting is van toepassing binnen het gebied van de gemeente Winterswijk dat begrensd wordt door de volgende straten:
Markt – Meddosestraat – Misterstraat (Promenade deel tot aan Gasthuisstraat) – Ratumsestraat – Torenstraat – Roelvinkstraat (Promenade deel tussen Wierengastraat en Spoorstraat) – Spoorstraat (Promenade deel tussen Roelvinkstraat en Wooldstraat) – Weurden (Promenade deel tot aan Dingstraat) – Willinkstraat – Wheme (objecten grenzende aan Willinkstraat) – Wooldstraat.
Voor de genoemde straten en pleinen geldt dat beide zijden tot het plangebied worden meegerekend. Eén en ander zoals aangegeven op de bij deze verordening behorende kaart (bijlage 1).
Onder de naam ‘reclamebelasting’ wordt, binnen het gebied zoals nader aangewezen in artikel 2 en de bij deze verordening behorende bijlage 1, een directe belasting geheven voor openbare aankondigingen zichtbaar vanaf de openbare weg.
In afwijking van het bepaalde in het eerste en tweede lid van dit artikel, wordt de reclamebelasting niet geheven ter zake van openbare aankondigingen waarvoor op grond van een privaatrechtelijke overeenkomst betaling moet geschieden, onderscheidenlijk een vergoeding verschuldigd is aan de gemeente, dan wel de openbare aankondiging belast is met precariobelasting.
Artikel 7 Ontstaan van de belastingschuld en heffing naar tijdsgelang
Indien de belastingplicht in de loop van het belastingjaar eindigt, bestaat aanspraak op ontheffing voor zoveel twaalfde gedeelten van de voor dat jaar verschuldigde belasting als er in dat jaar, na het einde van de belastingplicht nog volle kalendermaanden overblijven. Hier dient schriftelijk om te worden verzocht.
Artikel 10 Termijnen van betaling
In afwijking van artikel 9, eerste lid, van de Invorderingswet 1990 moeten de rechten worden betaald in twee gelijke termijnen waarvan de eerste vervalt op de laatste dag van de maand volgend op de maand die in de dagtekening van het aanslagbiljet is vermeld en de tweede op de laatste dag van de maand twee maanden volgend op de maand die in de dagtekening is vermeld.
In afwijking van het eerste lid geldt, zolang de verschuldigde bedragen door middel van een automatische betalingsincasso kunnen worden afgeschreven en het aanslagbedrag minimaal € 30,00 (zegge: dertig euro) bedraagt, dat de aanslagen moeten worden betaald in zes gelijke maandelijkse termijnen. De eerste termijn vervalt op de laatste dag van de maand volgend op de maand die in de dagtekening van het aanslagbiljet is vermeld en elk van de volgende termijnen telkens een maand later.
De Algemene Termijnenwet is niet van toepassing op de in het eerste en tweede lid gestelde termijnen.
Artikel 12 Nadere regels door het college van burgemeester en wethouders
Het college van burgemeester en wethouders kan nadere regels geven met betrekking tot de heffing en de invordering van de reclamebelasting.
Artikel 13 Inwerkingtreding en citeertitel
De ‘Verordening Reclamebelasting 2016’, vastgesteld bij raadsbesluit van 17 december 2015, nr. XII-2 sub i, wordt ingetrokken met ingang van de in het derde lid genoemde datum van ingang van de heffing, met dien verstande dat zij van toepassing blijft op de belastbare feiten die zich voor die datum hebben voorgedaan.