Organisatie | Haarlemmermeer |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Verordening van de gemeenteraad van de gemeente Haarlemmermeer houdende de BIZ-bijdrage voor bedrijven Verordening Bedrijveninvesteringszone Spoorzicht 2017 |
Citeertitel | Verordening Bedrijveninvesteringszone Spoorzicht 2017 |
Vastgesteld door | gemeenteraad |
Onderwerp | financiën en economie |
Eigen onderwerp |
Deze verordening treedt in werking met ingang van de eerste dag na bekendmaking maar niet nadat het college heeft bekendgemaakt dat van voldoende steun, als bedoeld in artikel 4 van de wet, is gebleken.
Deze regeling vervangt de Verordening Bedrijven Investeringszone Spoorzicht 2011 per 1 januari 2017.
De datum van ingang van de heffing van de BIZ-bijdrage is 1 januari 2017.
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
01-12-2016 | nieuwe regeling | 19-05-2016 | 2016.0015944 |
De raad van de gemeente Haarlemmermeer;
gelezen het voorstel van het college van burgemeester en wethouders van 19 april 2016, 2016.0015944.
gelet op artikel 1, eerste lid en artikel 7, vierde lid van de Wet op de bedrijveninvesteringszones; gelet op de tussen de gemeente Haarlemmermeer en BIZ-vereniging Spoorzicht gesloten Uitvoeringsovereenkomst van 12 mei 2016;
overwegende dat er een wens is bij de BIZ-vereniging en de gemeente om het bedrijventerrein Spoorzicht in Nieuw-Vennep een structurele kwaliteitsimpuls te geven en het bedrijventerrein voor ondernemers van Spoorzicht aantrekkelijker te maken;
besluit vast te stellen de volgende verordening:
Verordening op de heffing en de invordering van een BIZ-bijdrage en op de subsidie voor de BI-zone Spoorzicht 2017 (hierna te noemen “Verordening Bedrijveninvesteringszone Spoorzicht 2017”).
HOOFDSTUK II BELASTINGBEPALINGEN
Artikel 4 Belastbaar feit en aard van de belasting
De BIZ-bijdragen wordt geheven ter bestrijding van de kosten die verbonden zijn aan activiteiten in de openbare ruimte en op internet, die zijn gericht op het bevorderen van de leefbaarheid of de veiligheid in de bedrijveninvesteringszone of de ruimtelijke kwaliteit of de economische ontwikkeling van de bedrijveninvesteringszone.
Voor de toepassing van het eerste lid wordt:
gebruik door degene aan wie een deel van een belastingobject in gebruik is gegeven, aangemerkt als gebruik door degene die dat deel in gebruik heeft gegeven; degene die het deel in gebruik heeft gegeven, is bevoegd de BIZ-bijdrage als zodanig te verhalen op degene aan wie dat deel in gebruik is gegeven;
het ter beschikking stellen van een belastingobject voor volgtijdig gebruik aangemerkt als gebruik door degene die dat belastingobject ter beschikking heeft gesteld; degene die het belastingobject ter beschikking heeft gesteld is bevoegd de BIZ-bijdrage als zodanig te verhalen op degene aan wie dat belastingobject ter beschikking is gesteld.
Indien een belastingobject bij het begin van het kalenderjaar geen gebruiker kent, wordt de van de gebruiker te heffen BIZ-bijdrage geheven van de eigenaar. Als eigenaar wordt aangemerkt degene die bij het begin van het kalenderjaar als zodanig in de basisregistratie kadaster is vermeld, tenzij blijkt dat hij op dat tijdstip geen genothebbende krachtens eigendom, bezit of beperkt recht is.
Artikel 7 Maatstaf van heffing
Indien met betrekking tot het belastingobject geen waarde is vastgesteld op de voet van hoofdstuk IV van de Wet waardering onroerende zaken wordt de heffingsmaatstaf van dat belastingobject bepaald met toepassing van artikel 9, alsmede met overeenkomstige toepassing van het bepaalde bij of krachtens de artikelen 17, 18 en 20, tweede lid, van de Wet Waardering onroerende zaken.
In afwijking van artikel 7 wordt bij de bepaling van de heffingsmaatstaf buiten aanmerking gelaten, voor zover dit niet al is gebeurd bij de bepaling van de in dat artikel bedoelde waarde, de waarde van:
straatmeubilair, waaronder begrepen alle zodanige gebouwde eigendommen - niet zijnde gebouwen - welke zijn geplaatst voor het belang van het publiek, ten dienste van het verkeer of ter verfraaiing van de gemeente, zoals lichtmasten, verkeersinstallaties, standbeelden, monumenten, fonteinen, banken, abri's, hekken en palen;
Artikel 11 Termijnen van betaling
Ingeval het totaalbedrag van de op één aanslagbiljet verenigde aanslagen, of als het aanslagbiljet één aanslag bevat, het bedrag daarvan meer is dan € 100,- en minder is dan € 5.000,- en zolang de verschuldigde bedragen door middel van automatische incasso worden voldaan, moeten in afwijking van het eerste lid de aanslagen worden betaald in negen gelijke termijnen. De eerste termijn vervalt op de laatste dag van de tweede maand volgend op de maand die in de dagtekening van het aanslagbiljet is vermeld en elk van de volgende termijnen steeds één maand later.
HOOFDSTUK III SUBSIDIEBEPALINGEN
Artikel 14 Buiten toepassing algemene subsidieverordening
Op subsidies op grond van deze verordening is de Algemene subsidieverordening Haarlemmermeer 2011 niet van toepassing.
Artikel 15 Aanwijzing vereniging
De BIZ vereniging Spoorzicht wordt aangewezen als vereniging bedoeld in artikel 7 van de wet, waarmee een overeenkomst als bedoeld in artikel 4:36 van de Algemene wet bestuursrecht is gesloten, waarin is bepaald dat de activiteiten waarvoor de subsidie wordt verstrekt verplicht moet worden verricht.
De subsidie wordt jaarlijks door het college verleend aan de BIZ vereniging Spoorzicht voor de uitvoering van de activiteiten die zijn opgenomen in een uitvoeringsovereenkomst. De subsidie wordt verleend op een daartoe gedane aanvraag, die vergezeld moet gaan van de in de uitvoeringsovereenkomst genoemde stukken.
Artikel 17 Subsidievaststelling
Vóór 1 mei stuurt de BIZ-vereniging Spoorzicht het college ter verantwoording de jaarstukken van het jaar ervoor en het verzoek tot subsidievaststelling. De jaarstukken dienen te zijn gecontroleerd door een accountant-administratieconsulent en dienen voorzien te zijn van een samenstellingsverklaring.