Ziet u een fout in deze regeling? Meld het ons op regelgeving@overheid.nl!
Breda

Nadere regels Cliëntenparticipatie 2016

Wetstechnische informatie

Gegevens van de regeling
OrganisatieBreda
OrganisatietypeGemeente
Officiële naam regelingNadere regels Cliëntenparticipatie 2016
CiteertitelNadere regels Cliëntenparticipatie 2016
Vastgesteld doorcollege van burgemeester en wethouders
Onderwerpmaatschappelijke zorg en welzijn
Eigen onderwerp

Opmerkingen met betrekking tot de regeling

Geen.

Wettelijke grondslag(en) of bevoegdheid waarop de regeling is gebaseerd

  1. art. 47 Pw
  2. art. 2 Verordening Cliëntenparticipatie Participatiewet Breda 2015
Overzicht van in de tekst verwerkte wijzigingen

Datum inwerkingtreding

Terugwerkende kracht tot en met

Datum uitwerkingtreding

Betreft

Datum ondertekening

Bron bekendmaking

Kenmerk voorstel

19-10-201622-03-2019nieuwe regeling

13-09-2016

Gemeenteblad 2016, 138761

45142

Tekst van de regeling

Intitulé

Nadere regels Cliëntenparticipatie 2016

Het college van burgemeester en wethouders van Breda,

Gelet op artikel 47 van de Participatiewet en artikel 2 van de Verordening Cliëntenparticipatie Participatiewet Breda 2015

 

Besluiten vast te stellen de volgende nadere regels:

Artikel 1 Begripsbepalingen

College : College van burgemeester en wethouders van Breda

CB : Cliëntenbelang Breda

Contactpersonen : Aanspreekpunt voor cliënten en andere belanghebbenden

Artikel 2 Algemeen

  • 1.

    CB heeft een onafhankelijke positie.

  • 2.

    CB is, voor zover redelijkerwijs mogelijk, zo samengesteld dat deze een afspiegeling is van de bij de uitvoering van de Participatiewet betrokken personen. De contactpersonen vormen altijd een afspiegeling van de hiervoor genoemde personen.

  • 3.

    CB bestaat uit minimaal 3 en maximaal 5 personen.

  • 4.

    CB geeft de cliëntenparticipatie o.a. vorm door:

    • o

      Contactpersonen te zoeken die als eerste aanspreekpunt voor en namens cliënten uit de doelgroep kunnen fungeren,

    • o

      Adviseurs te benaderen die op afroep beschikbaar zijn om hen advies te geven of van input te voorzien.

  • 5.

    CB bepaalt hoeveel contactpersonen en adviseurs er nodig zijn.

Artikel 3 Lidmaatschap CB

  • 1.

    Nieuwe leden van CB worden, op voordracht van CB, benoemd door het college voor een periode van 2 jaar en kunnen eenmaal voor twee jaar worden herbenoemd. Van de periode van 2 jaar kan worden afgeweken indien zowel college als CB daarmee instemmen.

  • 2.

    De leden van CB zijn verplicht tot geheimhouding als bedoeld in artikel 2:5 van de Algemene wet bestuursrecht.

  • 3.

    Het college draagt er zorg voor dat leden en voormalige leden van CB niet worden benadeeld door hun handelen in CB. Dit geldt ook voor andere personen welke door CB worden ingeschakeld bij de cliëntenparticipatie.

Artikel 4 Taken en bevoegdheden CB

  • 1.

    CB brengt gevraagd en ongevraagd advies uit in verband met:

    • a.

      het door het college of gemeenteraad voorgenomen beleid,

    • b.

      de uitvoering van het beleid, inclusief de dienstverlening in meer algemene zin,

    • c.

      de positie van uitkeringsgerechtigden, voor zover het betrekking heeft op de Participatiewet of aanverwante regelgeving.

  • 2.

    Een of meer leden van CB nemen, indien daartoe aanleiding is, ook deel aan andere overleggen over cliëntparticipatie, zoals bijvoorbeeld overleggen van het regionaal werkbedrijf.

  • 3.

    CB kan een reglement van orde opstellen. Hierin kunnen onder andere de frequentie van vergaderen en de termijnen die gehanteerd worden om goed te functioneren worden opgenomen.

Artikel 5 Overlegvergadering

  • 1.

    CB overlegt met de verantwoordelijk portefeuillehouder zo vaak als beide partijen dat nodig achten. De vergaderdata worden jaarlijks gezamenlijk vastgesteld. Indien een van beide partijen dat wenst zal een tussentijds overleg worden ingepland.

  • 2.

    De verantwoordelijk portefeuillehouder fungeert als voorzitter van de overlegvergadering en wordt ondersteund door de contactambtenaar van de gemeente.

  • 3.

    De agenda voor de overlegvergadering wordt in onderling overleg opgesteld. Het college draagt zorg voor de verslaglegging. CB draagt zorg voor de voorbereiding van de agenda en de voortgangsbewaking van de actiepunten.

  • 4.

    Afhankelijk van de agenda kan de gemeentelijke vertegenwoordiging worden uitgebreid met andere portefeuillehouders of ambtenaren. CB kan zich laten bijstaan door externe deskundigen.

Artikel 6 Ondersteuning

Het college zorgt:

  • a.

    voor adequate facilitaire ondersteuning door b.v. het faciliteren van vergaderruimtes en kopieerfaciliteiten.

  • b.

    dat adviesaanvragen en conceptbeleid tijdig aan CB worden aangeboden.

  • c.

    dat ambtenaren van de gemeente op verzoek van CB uitleg en informatie verstrekken

  • d.

    dat CB de nodige informatie krijgt die zij nodig acht om haar taak uit te oefenen.

  • e.

    dat, indien het voorkomt, CB wordt geïnformeerd over redenen van afwijking van het door CB gegeven gevraagde of ongevraagde advies.

  • f.

    voor een contactambtenaar.

 

Aldus vastgesteld in de vergadering van 13 september 2016

,burgemeester

,secretaris